Kerk- en Schooinieuws. Officiëele Berichten. der genade, welke ons brengt, tot een breken met de wereld en tot een schuilen onder de vleugelen van den Allerhoogste. Wy willen niet gaarne voorbijzien de goede dingen, welke er nog in Juda gevonden worden en daarom stellen we het op pry's, dat de bidstonden, welke met het oog op den nood der tyden gehouden worden, trouw bezocht worden, maar het zou verregaande oppervlakkigheid verraden, wan neer we er al te veel waarde aan toekenden Het is zoo gemakkelijk om na ons werk ver richt te hebben een uur neer te zitten in een kerk en te luisteren naar wat daar gezegd wordt. V ij kwamen er wellicht zonder eenige voorbereiding en wij gingen heen met de ge dachte de domine heeft goed gesproken, of hy had het wel beter kunnen doen en wy praten nog even met elkander over wat we gehoord en misschien wel over wat we gezien hebben Als daar nu ook nog een gevoel van voldoening mede gepaard gaat, dan mogen we wel rekenen dat we ons loon weg hebben, want het heeft niets te maken met een gebed, dat uit de diepte der ellende opklimt tot God. Op zijn best was het een ontlasten van ons hart, dat alleen op wegnemen van den druk bedacht was. Het doel, waartoe God Zyn heilig ongenoegen open baart in de vreiselyke gebeurtenissen onzer dagen gaat verder en eerst als we een helder inzicht ontvangen over onze zonden en over die van onze medemenschen, tengevolge waar van we tot verootmoediging en belijdenis van schuld komen, zouden we hem in zyn oordeelen billijken en erkennen, dat Hy in toorn met ons handelen mag en kan, is het in ons bereikt. Dagen als wy beleven, moeten ons allereerst en allermeest leeren, dat we alles verbeurd hebben en dat we onzen God gerechtigheid toeschrijven. We neigen er evenwel toe om over de oorzaak van alle onheilen heen te glijden, want we willen ons zelf niet verloochenen en van de zonde aflaten Het geeft ons een soort van vrede, wanneer we nog niet veel behoeven te missen en wanneer we zelfs nog voordeel trekken uit wat er rondom ons gebeurt. Maar we mogen niet vergeten dat deze vrede ons verlaat, zoodra God eens onze vastigheden doet wankelen. En nu zeg ik deze dingen niet om iemand hard te vallen, maar om u en mij zelf op te wekken tot meerderen waren ernst, opdat we ons huis niet bouwen op een zandgrond. Wy ijzen er van, als we de taal van den koelen haat hooren, die aanzet om elkander op leven en dood te bestrijden, maar we weten, dat het een uiting is van wat in het mensehelyk, ook in ons hart leeft Menigeen heeft zich laten verleiden door een dun laagje beschaving, wel gemanierdheid of godsdienst, dat voor het leven der volkeren heen gestreken was en in den waan verkeerd, dat de mensch goed was en zyn leven mooi kon maken, maar de ontzettende werkelijkheid kwam uit de diepte op en deed alle deze bevalligheid verdwijnen en velen schrok ken, toen zy het dierlijke zagen woeden. Het woord van Jezus kreeg nieuwe beteekenis indien iemand niet wedergeboren wordt uit water en geest, hy kan het Koninkrijk Gods niet ingaan. De zonde lacht met alle gods dienst en vroomheid, wanneer deze niet opkomen uit het leven, dat uit God is. Alleen dit leven leert ons matig, rechtvaardig en godzalig te wandelen voor God en de menschen. Hoor dan de roede en let op Hem, die ze hersteld heeft. „Vrederust". Het driemaandelyksch Blaadje, dat ons op de hoogte houdt met het werk der barmhar tigheid op „Vrederust" verricht, werd weer ver zonden. We vestigen even de aandacht op den inhoud om tot lezen op te wekken, want het kan de belangstelling in dezen noodigen arbeid versterken en daarbij is wat hier ten beste gegeven wordt waard om overwogen te worden. Het zyn korte stukjes, welke alle duidelijk ge schreven zyn. Ds. Donner gaf „De Eerste en de Laatste", alsmede „Gezegend en ten zegen gesteld"; ds. Voorhoeve „Medelijden"; ds. Pol „Verplegingspersoneel"ds. de Ligt „Kerst- ieestviering" ds. Wielenga „Tiende Jaarver slag". Daarop volgen dan nog enkele mededeelingen, welke o, a. een verrassing behelzen. Uit deze opgave blijkt duidelijk, dat er ver scheidenheid is en wy twyielen niet, of ieder, die het leest, zal het voldaan terzijde leggen en een ander opwekken om het ook eens in te zien. Op deze wyze wordt de band, welke er tusschen velen en de Stichting bestaat, ver sterkt en de liefde zal er wel by varen. En waar de liefde meerder wordt, daar zal het gebed tot den Hoogepriester, die in alles verzocht is als wy, doch zonder zonde, niet achterblijven. De „Afscheiding". Onder den titel „Een schat in aarden vaten" verschijnt er een werk, dat in levensbeschrij vingen de groote beteekenis van de Afscheiding in 't licht wil stellen. Naar den Prospectus teS oordeelen, zal het een boek zyn, dat onze aandacht ten volle verdient. De heer J. A. Wormser is de auteur en de heer E. J. Bosch te Nyverdal de uitgever. Wy komen er weldra naar we hopen op terug en zullen dan nog nadere inlichting geven. Bouma. liet Kerkelijk gezang. VII. Geen bepaalde psalmberijming is in de 17de eeuw door de Kerken in ons vaderland geijkt. De Synode van Dordt had volstrekt niet Da- theens berijming aangewezen als het Gerefor meerd Psalmboek. Hoewel de voortreffelijkheid van Marnix' berijming iederen ontwikkelde wel in het oog sprong, voldeed zy niet zoo zeer aan de eischen des tijds, dat zy kerkelijk kon worden ingevoerd. En juist omdat van Syno- dewege geen bepaalde berijming was goedge- keurd of aangewezen, kon een ieder, zoodra de gebreken van Datheens berijming aan het licht kwamen en ook meer en meer gevoeld werden, zijne krachten beproeven aan het dich ten of saamstellen van eene betere berijming. Een groot aantal nieuwe berijmingen zyn er dan ook verschenen, die in hun voorredenen en opdrachten niet nalieten uitvoerig te wijzen op de vele gebreken van Datheens arbeid. Er verschenen ook vlugschriften, eenerzyds om met Datheens berijming den draak te steken anderzijds om voor haar een warm pleidooi te voeren. Geen van de vervaardigde nieuwe berijmingen is evenwel kerkelijk ingevoerd en heeft als Kerkboek dus nimmer den psalm bundel van Datheen verdrongen. Dank zy de vasthoudendheid van ons volk aan het oude en bestaande, bleef het meer dan een eeuw lang dezelfde berijming zingen. Zoo was o. a. door den welbekenden Gro- ningschen predikant Abraham Trommius in 1678 op de Particuliere Synode van Groningen een proeve van verbeterde berijming ingediend, maar hoewel ze daar gunstig werd ontvangen en beoordeeld, kwam het toch geenszins tot kerkelijke invoering noch tot een advies in dien geest. De bekende dichter Jacobus Revius had ook reeds in 1640 uitgegeven de Psalmen „in zin en rym gebeterd." Hy meende, dat by de nieuwe Statenoverzetting des Bybels ook be hoorde een passende Psalmberijming. En ook al heeft hy daarin gelijk gehad, niettemin vond zyn gedachte geen ingang onder het volk. Allerlei poëtisch-voelende naturen hebben het beproefd verbeterde berijmingen te geven: Camphuisen, Geldorp, Bruno, Celosse, Francois Holma, Dirk Smout en vele anderen. De meeste bekendheid van die allen heeft later verkregen Hendrik Ghysen, omdat zyn arbeid groote diensten bewezen heeft by de samen stelling van de nieuwe psalmberijming, welke wy thans nog gebruiken in onze kerken. Ghysens bundel „De hoonig-raat der psalmdichten" verscheen reeds in 1686 en was eigenlijk voor het meerendeel eene verzameling en saamflan- sing uit allerlei reeds verschenen berijmingen. Ghysen was zilversmid, maar tegelijk ook voor zanger in een der Amsterdamsche kerken. Iedere nieuwe psalmberijming, die verscheen, kocht hy en begon aanstonds die met de be staande nauwkeurig te vergelijken om te ont dekken schoonheden of nieuwe uitdrukkingen, die hy in de andere miste. Vers voor vers, regel voor regel ging hy na en koos uit alles het beste uit. Zoo stelde hy zyn berijming saam, maar hy was eerlijk genoeg om dieniet voor eigen arbeid uit te geven, want by elk vers en by eiken regel teekende hy_nauwkeurig op den rand aan. van welken dichter ze af komstig waren. Inderdaad hebben velen, die met het resultaat van Ghysens arbeid bekend waren, gemeend dat zyn psalmboek het meest geschikt was om Datheens berijming te ver vangen. Maar het zou zoo'n vaart nog niet loopen. Daar ging nog wel een eeuw overheen eer een van Ghysens psalmen in de kerken gezongen is. Behalve uit de vele nieuwe berijmingen die verschenen, bleek ook de ontevredenheid met Datheens psalmboek op verscheidene kerkelijke vergaderingen. Telkens weer moest over de zaak der psalmen worden gehandeld en gedis cussieerd en besloten. Men stuitte op verouderde uitdrukkingen, platte woorden en stopwoorden, welke verandering noodig maakten. De zaak kon dan wel van de tafel verwezen worden, want men moest de psalmberijming beschouwen als een zaak die alle Kerken in ons vaderland be trof en dus thuis hoorde op eene Generale Synode. Doch ieder weet, dat na 1619 geen Generale Synode meer gehouden is. Ten slotte hebben dan ook de Generale Stalen de zaak aangevat en het initiatief genomen tot verbetering van de psalmberijming. Zy be noemden eene commissie van 9 predikanten uit verschillende deelen des lands Zeeland was daarin vertegenwoordigd door Yeere's dienaar Josua van Iperen, doctor in de philosophic en letteren, ook een tikje poëtisch aangelegd), die met twee afgevaardigden der Staten (Baron van Lynden en Mr. Thomas Hoog) in 1773 saam- vergaderden in Den Haag op een der achter kamers van het Mauritshuis, met uitzicht op den schoonen Vijverberg, en van 12 Januari tot 19 Juli in 121 zittingen met hun arbeid gereed kwamen Zy hebben in hoofdzaak uit drie be staande berijmingen telkens den besten psalm genomen en zoo de 150 saamgebracht. Behalve van het compilatiewerk van Hendrik Ghysen, maakten zy veel gebruik van eene berijming van Johannes Eusibius Voet, een Remonstrantsch dokter in 's Gravenhage, en van de berijming die in 1761 uitgegeven was door een letterkun dig genootschap Lans Deo, salus populo (d. i. Gode lof, den volke heil), waartoe voor het meerendeel behoorden Remonstranten en Doops gezinden. In hun Kerken had die bundel aan stonds by zyn verschijning dan ook reeds in gang gevonden. Uit die drie bundels werden de beste berij mingen saamgebracht. Vooraan in elke uitgave van ons psalmboek is wel eene opgave te vinden, uit welken bundel elke psalm genomen werd, zoodat we omtrent den oorsprong der berijming nooit in het duister behoeven te tasten. Van Voet werden er 82, van Ghysen 10 en van „Laus Deo, salus populo" 58 psalmen overgenomen. De nieuwe bundel werd den Generale Staten aangeboden en door hen geapprobeerd. Reeds 20 Sept. 1773 konden de eerste ge drukte exemplaren in gebruik worden genomen, maar het duurde tot Nieuwjaar 1775 eer de nieuwe berijming algemeen in de Kerken in ons vaderland is ingevoerd. Zonder dat eene Generale Synode daarover ooit is gehoord, zonder dat eenige Particuliere Synode of andere Kerkelijke vergadering ooit zelfs om advies werd gevraagd, is eenvoudig de nieuwe psalmbundel in de Geref. Kerken van ons land ingevoerd door de Overheid, door de Staten-Generaal, zoodat met recht van haar kan gezegd worden wat ds. Barger schreef„Zy is een Staatscreatuur, op volstrekt kerkelyk-onwettige wyze ingevoerd en bovendien voor een goed deel van Remonstrant- schen oorsprong". Over het algemeen evenwel vond de nieuwe psalmbundel goeden ingang men denke ook aan den geest des tijds verzet kwam in de classis Walcheren. Kerkhof. Een vrede-avond. „Bid en werk", is de eisch. Wy hebben onze bidstonden voor den vrede, doch werken wy er ook voor Menigeen weet niet, wat er voor te doen. In menig opzicht heeft, de vredesbeweging, van zekere zyde op touw gezet, onze sympathie niet. Maar is dit een reden om niets te doen Zoo de Heere wil zal a. s. Woensdagavond 8 uur in de Bogardzaal over en voor den vrede spreken Madame Thoumaian, echtgenoote van een Armenisch predikant, die de onzijdige landen afreist. In getrouwheid aan Christus wil zy Hem dienen ook door een rechte vredes beweging te wekken. Al gelooft zy niet, even min als wy, dat in deze bedeeling de oorlogen zullen ophouden, toch gelooft zy wel, dat de gemeente des Heeren iets doen kan tot tem pering van dit kwaad. Zy zal spreken in het Fransch. doch worden vertolkt. Ook zullen nog enkele van Middel- burg's predikanten het woord voeren. Laat de Bogardzaal mudvol worden! Wy bidden, doch moeten ook werkenJ. D. Wielenga. TWEETAL te Driebergen: R. de Jager te Scherpe n zeel B. Meyer te Brouwershaven. BEROEPEN te Overtoom (2e maal)dr. J. G. Geelkerken te Epe te Nieuw-Lekkerland H. v. d. Zanden te An- del (N. Br.) te HelmondB. v. Halsema te Haastrecht. AANGENOMEN naar Driewegen-BorsseleE. J. van Voorst, cand. te Renswoude naar Lollum c. a. E. C. v. d. Laan te Driesum naar Donkerbroek: J. de Waard, cand. te Sur- huisterveen. BEDANKT voor 's Gravendeel R. Brouwer te Haamstede voor Edam en LangeslagE. J. van Voorst, cand. te Renswoude; voor Tzummarum S. G. de Graaf te Oosterzee voor Harderwijk K. van Anken te Pernis. Binnenkort is de ineensmelting der Geref. kerken A en B te Amersfoort te verwachten. (Gron. Kerkb.) Eigenaardig Gel ijk zy meer doet, zoo heeft de „Noord-Hollandsche Kerkbode" ook in haar nummer van 13 Februari een stukje overgenomen uit de „Zeeuwsche Kerkbode" zon der vermelding van bron en nu lezen de Noord- Hollanders o.a. dezen zin: „wat van het Rot- terdamsche terrein geldt, is ook van toepassing op Magelang, het Zeeuwsche arbeidsveld, waarom wy onze lezers er mede in kennis stellen." Eigenaardig De classe Gorinchem heeft besloten by den kerkeraad van Veendam te iuformeeren naar het optreden van mr. Steffens in den dienst des Woords. Na korte ongesteldheid is te Monster op 86-jar. leeftijd overleden ds. G. Kramer, em. pred. van Onstwedde. Maandagavond trad in het kerkgebouw der Gereform. gemeente te Terneuzen voor de af- deeling der Vereeniging voor Chr. Verz. van Krankz in Zeeland op de WelEerw. heer ds. J. R van Oordt van Middelburg, om een woord te spreken in het belang der Vereeniging. Z.Eerw. bepaalde zyn gehoor by een woord uit het Evangelie van Lucas, het 9de hoofdstuk het 42ste vers en deed een ernstige roepstem hooren naar aanleiding van de bittere ellende waarin krankzinnigen komen, wekte op tot hulpbetoon en vermaande een iegelijk voor dien arbeid tot getrouwe plichtsbetrachting om ook dien arbeid met alle kracht en naar vermogen te steunen. De collecte aan het eind gehouden bedroeg f 25.68. De opkomst was matig. Treurige toestanden. Een Lied. Herv. Pred schrijft aan de N R Gd. o.a. ,Een aannemeling had de gelijkenissen, die hy had moeten nalezen, in zyn kerkboek niet kunnen vinden. Ik vertelde hem, dat hy ze daar ook niet had moeten zoeken, maar verwees hem op zyn vraag„Waar staan die dingen dan?" naar den Bybel. De aannemeling (met hooge minachting)„We hebben thuis geen Bijbel Ik: „Dan dienen jelui er een aan te schaffen". De aannemeling (als voren)„Nou, ik kan zoo'n ding misschien wel ergens te leen krijgen". Ik legde een myner kerkeraadsleden 't geval voor en vroeg hoe wy met zulke aannemelin- gen, die nog nooit een Zondagmorgen in eeni- gerlei kerk gezien zyn, moeten handelen. Het kerkeraadslid was 't met my eens, dat het eigenlijk een schandaal zou zyn, zulke jongelui aan te nemen. Maar dit niet te doen, vond hy toch ook zeer bedenkelijk. Onze gemeente dryft op een hoogen hoofdelyken omslag, 't Gevolg van 't niet-aannemen van zulk een jongmensch zou zyn, dat zyn vader, zyn ooms, drie zyner neven en nog enkele andere gemeentenaren onmiddellijk hun lidmaatschap zouden opzeggen. De kerk kan hun toch geen cent schelen, ze komen er nooit, maar fatsoenshalve bljjven zy lid. Men moet, om de gemeente finantieel in stand te houden, nu eenmaal wyze politiek voeren. Derhalve paait men rijke boeren, die tot de hoogst aangeslagenen behooren, door hen tot notabel of kerkvoogd te benoemen. Dit is de eenige wyze, om hen nog als lid te houden". De Classis Workum heeft wegens voort durende kraukheid op diens verzoek met 1 Maart a. s. emeritaat verleend aan ds. G. P. Oberman te Woudsend, en bevorens te IJlst, Wommels, Voorts en Essen (Duitschland). Ds. T. L. Kroes te Schouwerzijl heeft Zondag 21 Maart afscheid genomen van zyne gemeente en hoopt Zondag 28 Maart intrede te doen te Coevorden, na bevestigd te zyn door den consulent ds. C. Bouma van Schoonebeek. Ds. G. Kerssies te Wolvega hoopt Zondag 11 April afscheid te preeken en Donderdagavond 15 April zyn intrede te doen bij de Geref. kerk te Enschedé, na op Dinsdagavond 13 April be vestigd te zyn door ds. E. Prinsen aldaar. Aan de V. U. is geslaagd voor het cand ex. in de Theol. de heer P. S. Z. Coetzee van Afrika. Voor het vanwege „Effatha", Vereeniging tot bevordering van chr. opvoeding en onderwijs, van doofstomme kinderen en jongelieden, te Dordrecht, op te richten Chr. Blindeninstituut is van N. N. uit Amsterdam een gift van f 1000 ontvangen. In enkele maanden de derde! Er broeit toch iets in de Christ. Geref. Kerkging eerst de predikant van Aal ten tot onze kerken over, nam daarna de predikant van Arnhem zijn ontr slag, nu wordt aan de „Rott." bericht dat ds. G. Klumper van 's Gravenmoer zyn ambt in en lidmaatschap van de Chr.Geref.Kerk heeft neer gelegd, terwijl hy zich bij de Geref. kerk aldaar gevoegd heeft, om als lid te worden aangenomen. Dr. Esser, miss. D. des W. voor Rotterdam te Poerbolinggo (Java), hoopt in het begin van Juli naar Indië terug te keeren. De deputaten der Gener. Synode ter be hartiging van de geestelijke belangen onzer militairen ontraden ten sterkste eenigen iinan- tieelen steun te geven aan het plan tot oprich ting van een hulpkerk te Tilburg, wat minstens f5000 kosten zou; de militairen, die het zaakje op touw hebben gezet zonder genoemde depu taten te erkennen, hebben onderwyl gepubliceerd reeds f4000 te hebben ontvangen aan giften en toezeggingen. „De Heraut" brengt ter sprake het feit waarop wy voor 14 dagen wezen, n.l. „het tweemaal beroepen", wat in enkele weken zich reeds 5 maal in onze kerken heeft voorge daan. De redacteur, dr. H. H. K., merkt o. a op„als de kerkeraad, die teleurgesteld werd, pogen gaat door een herhaald beroep zekere pressie uit te oefenen, dan wordt dat een drin gen, dat beneden de waardigheid onzer kerken is. Zoo doen kinderen, maar zoo doen mannen onder elkander niet". Hy meent, dat dan alleen ten tweede maal een beroep mag worden uit gebracht, wanneer de omstandigheden, die aan leiding voor 't bedanken zyn geweest, zich ge wijzigd hebben of weggevallen zyn. Haamstede, 24 Fébr. 1915. Gisteravond na het gehoudene biduur, maakte onze geliefde Leeraar ds. R. Brouwer aan de gemeente be kend, met vrijmoedigheid voor de roeping van de gemeente te 's Gravendeel te hebben bedankt. Op dit besluit voor de gemeente zoo ver blijdend te hooren ruste des Heeren onrnis- baren zegen. Namens den kerkeraad, II. S. van Waveren, Scriba. VERSLAG van de Classicale Vergade ring Zierikzee gehouden 17 Febr. 1915. De Assessor ds. Taal opent, wegens afwezig heid van den Voorzitter, de vergadering, laat zingen Ps. 118 7 en leest Ps. 20 en gaat daarna voor in gebed. Ds. Sybesma fungeert als scriba ends. Brouwer voorloopig als assessor. Ds. Hoek en oud. Coumou zien de ereden- tialen na. Behalve de kerk van Camperland, Colynsplaat, Geersdyk en Wissenkerke zyn alle kerken wettig vertegenwoordigd. De kerk van Oosterland zond een secundus. De no tulen kunnen voorloopig niet gelezen worden wegens afwezigheid van ds. F. Staal. Een schryven van ds. R. wordt voorgelezen. Door ds. Kok wordt gerapporteerd over de kerkvisitatie gehouden in de kerken te Brou wershaven en Zonnemaire. De Voorzitter feliciteert ds. Brouwer met zyn beroep naar de kerk van 's Gravendeel en spreekt den wensch uit, dat hy behouden mag blijven voor de kerk van Haamstede en de classis. Voorzoover de kerken vertegenwoordigd zyn wordt onderzoek ingesteld naar art. 41 K. O. De afgevaardigden van Camperland, Colyns plaat, Geersdyk en Wissenkerke komen ter vergadaring. De lastbrieven worden nagezien en in orde bevonden. Ds. Baay neemt nu het presidium waar. Ds. Meyer zegt den broeders hartelijk dank voor de bewijzen van deelneming in zyn zoo smartelijk verlies. Ds. F. Staal leest de notulen der vorige ver gadering voor, welke goedgekeurd worden. Ds. Kok brengt rapport uit over den Evan- gelisatiearbeid te Ren esse en Ouwerkerk. Oud. Mulder rapporteert over het quotum der verschillende kerken in de classis. Voor gesteld en aangenomen wordt dat de kerk van Zonnemaire voortaan zal hebben te betalen 6%, de kerk van Camperland 12% en de kerk van Haamstede 7%, voor de overige kerken blyffc het gelijk het vroeger is vastgesteld.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1915 | | pagina 2