Geloof en gevoel.
Officiëele .Berichten*
Ds Weleerw. Zssrgelserds Heer»
Dr. G. GH. AALDERS en
Dr. J. G. DE HOOR,
door do Gonerale Synods benoemd tot
Hoogleraren aan de Theologische
School, hebben belden voor deze be*
noeming bedankt.
Verantwoording van Liefdegaven.
dan met meer recht het bouwen van sanatoria
in een moeras kunnen heeten.
2. „Wat baten alle bijzondere scholen en
inrichtingen
Yeel en in meer dan één opzicht. Eigenlijk
alleswat te bereiken is. Dr. Schokking meent
toch niet, dat met het volgen van de Hoede-
makeriaansche lyn gesteld alle „Gereformeer
den" in de Herv. Kerk, en alle Gereformeerde
en Christelijk Gereformeerde Kerken en ge
meenten gingen op dïfen lfjn over dat alsdan
de openbare school in een Christelijke volks
school zou veranderen Zoo ja, dan zegge hij
eens, hoe dat dan practisch uit te voeren ware,
in Noord-Holland b.v. in de moderne streken
van Friesland, Groningen en Drenthe, in Am
sterdam enz.
3. „Wat baten alle bijzondere scholen en
inrichtingen, wanneer de atmosfeer er om
heen, de atmosfeer van ons openbare leven
steeds ongezonder wordt?"
We zouden zeggenJuist des te meer. Bijna
klinkt die vraag als een ongerijmdheid. Wat
baten reddingsbooten aan boord als de Titanic
al dieper zinkt? Wel immers al wat begeerd
kan worden. Waren er maar meer aanwezig,
opdat allen die redding begeeren uit het klim
mend onheil rondom, geborgen konden worden.
Zal men, omdat de reddingsbooten 't schoone
schip niet voor verzinken kunnen bewaren, die
reddingsbooten geringschatten
3. Maar 'twas toch mooier de Titanic zelf
boven water te houden? Zeker waar. Maar
door de bijzondere scholen in openbare te ver
anderen, zal het verderf in die openbare niet
worden gestuit; integendeel wordt alsdan juist
de school waar nu straks de helft van ons volk
Christelijk onderwijs ontvangt opengesteld voor
het verderf, dat nu in de openbare woedt. De
Socialistische Meesters zullen toch niet van
schrik de openbare school vaarwel zeggen, als
wij onze Christelijke scholen sluiten en voor
onze kinderen en met onze onderwijzers een
plaatsje op de openbare gingen zoeken?
4. „Wat baten alle bijzondere Christelijke
scholen en inrichtingen, wanneer de atmosfeer
er omheen, de atmosfeer van ons openbare
leven steeds meer (met willen en weten der
Christenen zelf) wordt ontkerstend."
Dat laatste dunkt ons een schrikkelijk en
ongemotiveerd verwijt. Met weten en willen
der Christenen Dat de Christenen den voort-
gaanden afval zien en opmerkenmaar willen
Wat Christenen mogen dat wel zjjn Natuurlijk
niet dr. Kromsigt en zijn geestverwanten, want
hij heft er een jammerklacht over aan. Dus
de Kuyperianen, de voorstanders van de bijzon
dere Christelijke scholen en inrichtingen Maar
hy weet immers wel beter. Maar dan mag hij
het ook niet schrijven. Wat wij willen is:
waarheid en oprechtheid ook in deze. 't Ver
wijt is oud en bekend, alsof de volgelingen
van Groen de openbare school zoo slecht mo
gelijk zouden willen maken en dus een groot
deel van de kinderen onzes volks maar aan
ongeloof en Socialisme zouden willen overgeven.
Doch alleen bitterheid des gemoeds kan aldus
verdacht maken. Zouden wij ons niet innig
en van harte verheugen, zoo heel ons volk,
allen wier kinderen thans de niet-Christelijke
scholen bezoeken, positief-Christelijk onderwijs
voor hunne kinderen begeerden Daarom willen
wij, dat Christelijk onderwijs voor allen bereik
baar gesteld worde, mede door invoering van
finantiëele gelijkheid tusschen de neutrale open
bare en de bijzondere (ook Christelijke) school,
opdat die bijzondere school regel en die staats
school aanvulling worde. Doch wat wij niet
willen is, dat een school, die voor elke gezindte
toegankelijk moet zijn, met een schijntje Chris
telijkheid de conscientiën zusse en het opwa
ken van de behoefte aan positief Christelijk
onderwijs doove. Daarom hadden die „Chris
telijke deugden" uit de wet uit moeten blijven,
niet om de openbare school slechter te maken.
Ze is met die Christelijke deugden in de wet
geen greintje beter gebleven. Maar in het be
lang van waarheid en oprechtheid en ter voor
koming van alle misleiding der onnoozelen.
{Friesche Kerkbode.) J. D(ekker).
Wy worden behouden door het geloof, niet
door het gevoel, nochtans is er een even nauw
verband tusschen heilig geloof en geheiligd ge
voel als tusschen den stam en de bloem.
Het geloof is bestendig als de stam, die steeds
in den grond geworteld blijfthet gevoel is
veranderlijk en heeft zijne verschillende tijden.
Uit den bloembol verrijst niet altijd de groene
steel, nog minder draagt zij altjjd eene kroon
van bloemen.
Het geloof is de boom, de eigenlijke boom
ons gevoel is het kleed, waarin die boom zich
in verschillende jaargetijden vertoont. Soms
is onze ziel vol bloesems en bloemen, en gon
zen de bfjen er vroolijk, in ons hart haar honig
verzamelende. Dan getuigt ons gevoel van het
leven des geloofs, gelijk de knoppen in de lente
getuigen, dat de boom leeft.
Misschien neemt ons gevoel nog in kracht
toe, maar wellicht beginnen wij na zulk eenen
zomer van genot te verdorren als de gele herfst
bladeren ja soms kan de winter van twijfeling
en vrees het blad van den boom doen afvallen,
en daar staat dan ons arm geloof als een ont
bladerde stam zonder teeken van bloei.
En toch, waar de boom des geloofs staat, zijn
we behouden of het geloof bloeie of niet, waar
het aanwezig is, is leven. Maar zou er geene
ernstige reden zijn het leven des geloofs te
wantrouwen, zoo het soms niet bloesems der
blijdschap en vruchten der heiligheid voort
bracht (Spurgeon).
Kerk en Schoolnieuws.
DRIETAL
te Leidends. J. Miedema te Groningen B
ds. A. J. Mulder te Klundert
ds. E. Schouten te Bolnes.
TWEETAL
te Kapelle-Biezelinge ds. A. Scheele te Veere
ds. W. Oosterheert te
Midwolda.
BEROEPEN
te Duisburgds. W. B. Renkema te Renkum
te Houwerzyl: ds. L. van Wijk te Krommenie;
te Lutten a/d Dedemsvaartds. G. Doekes te
Nieuwdorp.
BEDANKT
voor Zuidwoldeds. R. Brouwer te Gameren
voor Kapelle-Biezelinge ds. B. Meijer te Brou
wershaven
Ds. W. G. Smitt, emer. pred. van 's Gra-
venhage, is op 70-jarigen leeftijd overleden.
AGENDA voor de 24e Centrale Diaconale
Conferentie, D.V. te houden te Arnhem,
op Woensdag 4 Sept. 1912.
1. Opening der Vergadering.
2. Lezing der Notulen en Presentielijst.
3. Verkiezing van Comité-leden.
4. Rapport van de Commissie inzake de beste
en eenvoudigste wijze van administratie voor
onze Diaconieën.
5. Mededeeling van de Commissie inzake de
voorbereiding van de stichting van een gesticht
voor ontouderde kinderen.
6. Onze Diaconie denkt er over eene begra-
fenis-onderneming op te richten, en vraagt
daarom
a. Zyn er meer Diaconieën, die eene begra
fenis-onderneming hebben
b. Zijn er principiëele bezwaren tegen?
c. Mag de billijke winst, er uit voortvloeiende,
gebruikt worden ten voordeele onzer armen
(Diaconie der Geref. Kerk te Enschedé.)
7. Welke houding moeten onze Diaconieën
aannemen met betrekking tot deelneming aan
de in te stellen armenraden
(Het Comité).
8. Is het zonder bezwaar, dat een Gerefor
meerde Diaconie zitting neemt in den armenraad
(Diaconie der Geref. Kerk te Rotterdam.)
9. Behoort de verpleging van arme, onge
lukkige kinderen in een of andere christelijke
inrichting tot het arbeidsveld der Diaconie?
Toelichting. In onze Gemeente zijn twee
doofstomme kinderen, die in de stichting „Ef-
fatha" verpleegd worden. De kosten hiervan
tracht men te vinden door busjes, die in de
Gemeente rondgaan. De opbrengst is echter niet
voldoende. Zou de toestand niet veel zuiverder
zyn, indien de Diaconie voor de kosten der ver
pleging zorgde Bij voorkomend tekort zou zij
de Gemeente op hare roeping kunnen wijzen.
(Diaconie der Geref. Kerk te Vijfhuizen.)
10. De Conferentie spreke zich uit, welke van
onderstaande middelen haar het beste voorkomt,
om de benoodigde gelden te verkrijgen voor de
verpleging van hulpbehoevenden in gestichten
voor ouden van dagen,weeshuizen,sanatoria's,etc.
a. uitsluitend door gedurige aanbeveling der
collecten in de samenkomsten der Gemeente
b. naast de gewone collecten nog een extra
rondgang in de Gemeente by de leden hoofd
voor hoofd, b.v. door middel van circulaires,
contributiën, enz.
c. naast de gewone collecten nog door per
soonlijk bezoek der diakenen by de meest ge
goede leden der Gemeente;
d. of zou het in 't algemeen beter wezen de
verpleging, vooral in sanatoria, aan vereenigin-
gen, die onder toezicht der Diaconie werken,
over te dragen?
(Diaconie der Geref. Kerk te Delftshaven.)
11. Zou het niet op den weg der Centr. Diae.
Conferentie liggen een woord van opwekking
te doen uitgaan tot de Diaconieën, om door
Kerkeraad en Classe te komen tot een classi- i
kale of provinciale regeling van onderlinge sa- I
menwerking ten behoeve van hulpbehoevende
Diaconieën inzake het doen opnemen van een
of meer on- of minvermogende kindei en in
„Effatha"
(Diaconie der Geref. Kerk A te Amersfoort.)
12. De Centrale Diaconale Conferentie be
sluite om haar invloed te doen gelden by de
besturen van onze Christelijke stichtingen van
barmhartigheid, zooals krankzinnigen-gestich
ten, stichtingen voor ongeneeslijke ziekten enz.,
teneinde te verkrijgen, dat die leden onzer Geref.
Kerken, die van onze Diaconieën onderstand
genieten, ingeval zy in zulk eene stichting moeten
worden opgenomen, daarin geplaatst kunnen
worden tegen een lager tarief.
(Diaconie der Geref. Kerk, te Schiedam.)
13. Hoe hebben wy te handelen met kin
deren, waarvan de moeder (belijdend lidmaat)
gestorven is en de vader als lid is afgesneden
Ligt het op den weg onzer Diaconie deze kin
deren te verzorgen?
(Diaconie der Geref. Kerk te Enschede.)
14. Hoe moet de Diaconie handelen tegen
over een gezin, waarvan de vader belijdend
lidmaat is en de kinderen doopleden zyn, terwijl
de moeder tot de Nederl. Herv. Kerk behoort
Toelichting. De vader werd voor rekening
van anderen te Utrecht verpleegd. Demoeder
genoot met hare kinderen ondersteuning van
het Algemeen Armbestuur. Moet nu de Diaconie
der Geref. Kerk ook ondersteuning bieden
(Diaconie der Geref. Kerk te Ierseke.)
15. Hoe moet de Diaconie handelen tegen
over een gezin, waarvan de vader belijdend lid
is van de Oud-Geref. Kerk, en de kinderen
doopleden dier Kerk, terwijl de moeder dooplid
is van de Geref. Kerk?
Toelichting. De moeder woont geregeld de
godsdienstoefening bjj in de Geref. Kerk, ter
wijl de kinderen meestal met haar mede gaan.
(Diaconie der Geref. Kerk A te Axel.)
16. Welke moet de houding zyn der Diaconie
by aanvrage om ondersteuning eener weduwe5
die geheel of ten deele eigenares eener woning
is, en die niet bereid is, haar bezit testamentair
aan de Diaconie te vermaken. Mag zulk een
weduwe ondersteund worden of moet geëischt,
dat ze eerst haar bezit te gelde maakt, en dit
eerst opgebruikt?
(Diaconie der Geref. Kerk te Kampen.)
17. Heeft de Diaconie de bevoegdheid by
haar ondersteunden dwingend op te treden?
Zoo ja, gaat haar recht dan zoover, dat ze in
geval een ondersteunde niet genegen is zich naar
den wensch der Diaconie te schikken, die on
dersteuning kan inhouden
(Diaconie der Geref. Kerk te Kampen.)
18. Ligt het op den weg der Diaconie om
schulden te betalen, gemaakt door een lid der
Gemeente, thans in behoeftige omstandigheden
verkeerende
(Diaconie der Geref. Kerk B te Deventer.)
19. Kan de Centr. üiac. Conf. eene uitspraak
doen, hoe te handelen met weezen der Gemeente,
waarvoor ter verpleging geen gezinnen kunnen
gevonden worden, terwijl ook de financiën der
Gemeente niet toereikend zyn tot het stichten
van een weeshuis?
(Diaconie der Geref. Kerk te Vlissingen.)
N.B. De punten 9, 13, 14, 16, 17 en 19 zyn
onbehandelde punten der vorige Conferentie en
op verzoek weer opgenomen.
20. Is het wenschelyk voor de Geref. Dia-
coniën om te komen tot het oprichten van een
of meer Centrale bureau's tot het verkrygen van
Rijks-subsidie voor ontouderde kinderen
Toelichting. Het kan wenschelyk zyn
a. om de praktische uitvoering, die verschil
lende moeilijkheden oplevert voor die broeders
diakenen, vooral van kleine Diaconieën, die
onbekend zyn met de formaliteiten, die men
daarbij in acht dient te nemen
b. daar het onnauwkeurig invullen der for
mulieren, door oningewyden, uit den aard der
zaak vertraging veroorzaakt, wat ten gevolge
heeft, dat de subsidie langer uitblijft en menige
diakonale kas in ongelegenheid kon worden
gebracht
c. dit bureau kan zich voortdurend op de
hoogte stellen van de „kinderwetten", de uit
legging ervan en de wijzigingen, die er in
aangebracht worden.
(Diaconie der Geref. Kerk te Sneek.)
21. Mag eene Diaconie een som gelds aan
vaarden, om, op dezelfde wijze als by een Ver
zekeringsbank, eene lijfrente uit te keeren?
Toelichting. Een niet onbemiddelde broeder,
zonder kinderen, dacht over het sluiten van een
lijfrente. Die broeder vond het echter beter,
dat de Diaconie het op dezelfde wyze deed als
by een Verzekeringsbank, want een Bank kan,
hoe solide ook, te niet gaan, doch de Diaconie
blijft. Bovendien kan de Diaconie er voordeel
by hebben, by vroegtijdig sterven. En anders
zou hy toch by de Diaconie moeten aankloppen,
wanneer zyn geld, bij het niet sluiten van een
lyfrente, opgeteerd is.
Deze broeder denkt ook nog dat hy de Dia
conie een buitengewone weldaad bewijst, indien
hy zyn geld op die wyze aan haar afstaat.
(Diaconie der Geref. Kerk te Alblasserdam.)
22. Is het verleenen van rentelooze voor
schotten door Diaconieën aan personen, die in
finaneieele moeilijkheden verkeeren, aanbeve
lenswaardig, of acht men het verstandiger, dat
dit geschiedt door hen, die buiten het ambt
staan
(Diaconie der Geref. Kerk te Rinsumageest.)
23. Moeten de gaven bij het H. Avondmaal
beschouwd worden als dankoffer en mitsdien
aan de armen gegeven worden, of heeft de Kerk
er recht op, en zoo ja, uit welk beginsel?
Toelichting. De gaven worden by ons voor
de Kerk bestemd, en nu meent de Diaconie,
dat ze voor de armen moeten zyn, omdat vooral
aan het H. Avondmaal de gemeenschap der
heiligen beoefend en gesmaakt wordt, en daarom
de gaven moeten dienen ter verkwikking van
weduwe en wees, die ons Christus als de Koning
Zyner Kerk in Zyne plaats heeft achter gelaten.
(De Diaconie der Geref. Kerk te Sappemeer.)
24. Sluiting.
Heinkenszand. Beroepen te Alkmaar ds. F.
W. H. Bramer, alhier.
Namens den Kerkeraad,
L. van Vessem, Scriba.
De Lemmer, 5 Aug. 1912.
A. de Geus, Syn. Scr.
Brouwershaven S Augustus 1912. Gisteren
maakte onze geliefde leeraar, de WelEerw.
Heer ds. B. Meyer, aan de gemeente bekend,
dat hy voor het op hem uitgebrachte beroep
naar de Geref. gemeente te Kapelle-Biezelinge
had bedankt.
Dit werd met groote blijdschap doch niet
zonder gemengde aandoening vernomen en wel
in de 1ste plaats door de omstandigheid dat
het aan onzen leeraar in den tyd van beraad
heel wat zelfverloochening en stryd zal heb
ben gekost om tot het kloeke besluit te komen,
te bedanken voor eene plaats, die om verschil
lende reden zooveel aantrekkelijks voor hem
hadin de 2de plaats, doordien het den Heere
behaagde, by de vele bemoeienissen, die Hy
met ons, onwaardigen, maakt, onzen leeraar
andermaal in het harte te willen geven, in deze
te doen zooals hy gedaan heeft; in de 3de
plaats doordien de Heere daarmede by ver-
nieowing getoond heelt nog niet te willen op
houden met- in gunst te gedenken aan de her-
derlooze gemeenten in de omgeving van Brou
wershaven, die onze leeraar zooveel noodig en
mogelyk met raad en daad ter zy de staaten
in de 4de plaats wyl de Heere de gemeente
van Kapelle-Biezelinge, van welke gemeente
wy in niets onderscheiden zyn, vooralsnog van
een, van onzen Leeraar heeft onthouden.
De Heere, die ons met 't behoud van onzen
leeraar zoo grootelyks heeft willen beweldadi-
gen alleen de eere.
Ouderling M. van der Byl was zeker de tolk
van heel de gemeente, toen hy in gevoelvolle
woorden den leeraar bedankte voor en geluk
wenschte met ZEerw. genomen besluit en daarby
den wensch uitsprak, dat het hem door zyn
Zender zoude gegeven worden om nog langen
tyd en met onverflauwden ijver voort te gaan
om de alhier aan ZEerw. toevertrouwde kudde
te leiden en te weiden.
Daarop werd op verzoek van genoemden
ouderling door de gemeente gezongen Ps. 1031.
Dat de teleurgestelde gemeente Gode moge
zwygen en in afhankelijkheid en in de kracht
van Hem, die gezegd heeftlk zal u niet be
geven of verlaten, mag het zyn met gewenschte
vrucht, moge voortgaan in het zoeken van den
man Zyns Raads, is de wensch van kerkeraad
en gemeente.
Namens den Kerkeraad,
J. Nieuwdorp, Scriba.
Zendings Vereeniging Middelburg A. In dank
ontvangen uit het busje van de Jonged. Vereen
„Doet wel aan allen, enz." f 5,58.
De Penningmeester,
A. D. Littooij Az.