Door God geleid. FEUILLETON- Het Geloof getoond nit de werken. ZENDING. Onze Zeenwsche Zendingsdag. Zendingsconferentie. De rust is elders Samenwerking. Kernachtige gezegden van Prof. Warneck. Grijpskerke. Kerk en Schoolnieuws. ook de jongelings-vereeniging, de Christelijke j ongelingsvereeniging. Ik zeg met opzet: de CAnsife^Tce jongelings vereeniging. Want jongelingsvereenigingen, ook al dragen ze gewoonlijk andere namen, zyn er in overvloed. Yereenigingen van jon gelingen op wereldsch gebied worden gewoon lijk clubs genoemd en zulke clubs zijn er vele en daaronder staan dan vooraan de sportclubs, de voetbalclubs, de gymnastiekclubs, de fiets clubs, de zwem- en roeiclubs, die alle ten doel hebben de lichamelijke oefening, de oefening van de kracht en de vaardigheid des lichaamsSj; verder heeft men tooneelclubspropaganda- clubs van jonge vrijzinnigenvereenigingen, waar de jonge proletaliërs worden onderwezen in de leer en de practijk van het socialisme enz. enz. Ge ziet, dat het vereenigingsleven onder de jongelingen van de overzijde zich wel verheugen mag in rijkdom en bloei. Maar iets gansch anders beoogt en bedoelt de Christelijke Jongelingsvereeniging. Het doel van de Christelijke Jongelingsvereeniging is, dat de jongelingen elkander trachten te sterken in den strijd, waarin ze sinds het voorbijgaan der school- en kinderjaren geplaatst zyn, en bovenal dat zij trachten elkander te vormen voor den dienst in het Koninkrijk Gods. Hog anders gezegd doel van de Christelijke Jonge lingsvereeniging is de opwekking en ontwikke ling van de gaven, die de Heere aan een iege lijk in 't bizonder gegeven heeft, tot eere en verheerlijking van den naam van God. Dat is immers het doel van ieders leven, dat wij de gaven, die God ons gaf, zullen oefenen en ontwikkelen tot eere van Hem, die ze ons verleende. En nu kan de Jongelingsvereeniging daaraan zoo uitnemend dienstbaar zjjn, dat de een den ander helpe om de gaven, die hij heeft, te voorschijn te brengen. Het voorbeeld van den een wekt den ander tot navolging op. De meerdere gave van dezen zijn tot leering voor genen. Juist die onderlinge oefening maakt de sluimerende gaven wakker, prikkelt tot naden ken, wekt op tot mededinging. Ook in dit op zicht is het Woord der Schrift van krachthet is niet goed, dat de mensch alleen zijhet is ook niet goed, dat de jongeling met zijns ge lijken niet omgaatmaar juist door den omgang met goede kameraden worden de gaven wakker gemaakt. Ik heb het vaak gehoord uit den mond van mannen, die in kerk en maatschappij en staat een eervolle plaats hebben ingenomen „we zouden nooit geworden zijn, die we nu zijn, indien we de vóór-oefening van de Jonge lingsvereeniging niet achter ons hadden gehad. Op die Jongelingsvereeniging zijn ons allerlei belangrijke zaken voor oogen gesteld in het licht van Gods Woord en we hebben er ge leerd met gepaste vrijmoedigheid onze gedachte te openbaren." Er zijn in het leven twee soorten van men- schen. Ge hebt ze die goddeloos voortleven al wat ze doen, doen ze uit gewoonte en sleur ze werken als een machine. Maar ge hebt er ook, die over alles hun gedachten laten gaan, en die al wat ze doen en laten, toetsen aan den keursteen van Gods Woord. En dit nu mag het ware leven worden genoemdhet le ven, dat den mensch betaamt. Tot dat denkend leven, dat welbewuste meeleven, kan nu de jongelingsvereeniging zulk een uitnemend mid del zijn in de hand des Heeren. De jongeling van heden is de man van de toekomst. En wat nu de man in de toekomst zal wezen, dat hangt veelzins af van 't geen h\j in zijn jongelingsjaren geweest is. Wat Een verhaal uit de eerste helft der 16e eeuw door Zelandia. 23) HOOFDSTUK XIV. „Weg!" kreunt hij weer. „Een priester, een priester„Uw priester laat u in den steek en kan u bovendien niet helpen," klinkt deel nemend 't antwoord. „Jezus Christus alleen hebt ge noodig. Zijn bloed reinigt van alle zonden. Ga tot hem. Nog is 't tijd." Geen zweem van wraakzucht of wrok wordt in zijn hart gevonden tegen den man, die zijn gansche toekomst, zooals hij zich die droomde, had vernietigd. Een groot medelijden vervult zijn ziel. En hij denkt aan de woorden van zijn Mee ster „hebt uw vijanden lief." Hjj verschaft den lijder betere ligging, tracht het lichaams lijden zoo veel mogelijk te verzachten en, zich vervolgens naast het leger van Julio neerzet tende, spreekt hij tot den diepgevallene woor den van vrede. Hij wekt" hem op tot belijde nis van zonden hy wijst hem op den Heiland, die gekomen is, om te zoeken en zalig te ma- men in zyn jongelingsjaren gemist heeft, mist men zelden in zijn verder leven terug. Elke leeftijd heeft zijn bijzonderen aard. En nu is dit de aard van den jongelingsleeftijd, dat het de tijd van inzameling is; dan vergadert de mensch den schat, waarvan hy later moet leven. En ook is dit de aard van den jonge lingsleeftijd, dat het de tjjd van saambinding is; de banden in die jaren gelegd zijn gemeen lijk de sterkstehet zyn de jaren, waarin de liefde en de vriendschap de diepste wortelen maakt. Over deze beide feiten zou ik veel kunnen zeggen, met voorbeelden het gezegde bevestigend. Maar ik eindig met den wensch, dat de Chr. Jongelingsvereeniging groeie en bloeie onder den zegen Gods; dat nog veel meer jongelingen dan tot dusver zich by haar aansluiten dat ernst en kracht het sieraad harer leden zy en dat uit deze vereenigingen voortkomen man nen, die een sieraad zyn voor de kerk, een zout voor de maatschappij, een eere voor den naam van onzen God en Zaligmaker. Yan harte, t. t. Laman. Onze Zeeuwsche Zendingsdag in den nazomer van het vorige jaar is vrijwel mislukt, daar zoo vele zendingsvrienden niet midden in de week uit hun werk breken kunnen. In verschillende ingezonden stukken in onze kerkelijke bladen is toen veel gepraat en gepleitmaar één van de verstandigste voorstellen ter verbetering aan de hand gedaan was zeker wel, om den Zendings dag voortaan te houden op een Christelyken feestdag of algemeenen vacantiedag. Wy twijfelen er niet aan, of onze Zeeuwsche Zendingsdeputaten hebben deze gedachte reeds overwogen en hebben plannen in de maak. Ook ons zou dit wel toelachen. Neem b.v. den zoogenaamden derden Pinksterdag. Deze dag heeft voor, dat hy niet valt in het heetst van den zomer, en toch is het gure voorjaar voorby. Ook is, naar Zeeuwsche, tenminste naar Wal- chersche traditie, deze dag nog een vry algemeene vacantiedag. Daarbij, Pinksteren is het Zendings- feest by uitnemendheid onze menschen zyn dan aireede in een Zendingsstemming gebrachten omdat men toch gaarne eens „uitgaat" in zulke dagen, zal men te eerder naar den Zendingsdag trekken in groote troepen. Een groot bezwaar, wy zien dit niet voorbij, is het houden van de Goesche markt op Dins dag, en wy zouden onze Goesche en Zuid- Bevelandsche vriendep en vriendinnen niet gaarne missen op den Zendingsdag. Misschien ware dit bezwaar te ondervangen door den Zendingsdag op Maandag te zetten. Dan kan de kerkdienst op Pinksterdag 2 afgeschaft en eenparig nabetrachting op Pinksteren gevierd worden op het veld van Der Boede. Het is te hopen, dat onze Zendingsdeputaten spoedig met een plan komenwant het is noodig „reclame" te maken en lang te voren reeds op te wekken. Naast de Zendingsdagen, veelal, zeer ten onrechte, Zendings/eestew genoemd, staan de Zendingsconferentie's. De 26e Algem. Nederl. Zendingsconferentie is wel de oudste zy hoopt van Maandag 28 tot Woensdag 30 October haar 26sten jaardag te vieren te Amsterdam, en heeft daarvoor het volgende plan: ken, wat verloren is. Op al zyn woorden en redeneeringen bekomt hy echter geenerlei antwoord. Curione kan niet bemerken, dat zij eenigen indruk maken. Ein delijk moet hy den ongelukkige verlaten. Hoe zeer hy er ook zijn best toe doet, nergens vindt hy iemand uit de buurt bereid den lyder by te staan. Hem overgevende aan de hoede Gods spoedt hy zich verder. Nog velen wachten hem. En als straks de nacht zich reeds heeft ge legerd in de verlaten straten, bewijst Curione den laatsten liefdeplicht aan menigen doode, zelfs door de naaste betrekkingen verzaakt. HOOFDSTUK XY. Pest en hongersnood bleven hun slachtoffers eischen, evenals de vlammen slechts verzadigd zyn, als ze geen voedsel meer vinden. Curiones heldenmoed kon zeker den geesel Gods niet keer envermocht evenwel de diepe wonden te verbinden, die hy sloeg. Toen eindelijk de plaag voorby was en de rust in de gemoederen wederkeerde, begon ieder zich te beijveren den man hulde te brengen, die getoond had, dat leer en leven by hem elkaar dekten. Hy liet zich echter niet be dwelmen door den wierook van menschelyke lofspraak, ofschoon die overal voor hem werd gebrandde gedachte, dat hy het gebod des Heeren had opgevolgd, was hem genoeg. Maandagavond Gezellige samenkomst. Spre ker Zendingsdirektor J. W. Gunning, over het Yoortzettingscomité. Dinsdag, voorm., dr. J. R. Callenbach Over zicht van de Zending in onze Koloniën (zonder discussie)dr. A. Brouwer, rektor der Zendings school De organisatie der inlandsche gemeenten, in verband met hare geestelijke ontwikkeling, 's Nam. baron dr. Yan Boetzelaer van Dubbel dam, zendingskonsulDe eenheid van handelen op het Zendingsveld. 's Avonds openbare samen komst in eene der groote Kerken. Sprekers ds. G. Jonker, te Utrecht en ds. G. Wisse te Kampen. Woensdag, voorm., zendeling A. Fortgens de onderwijsmethode op inlandsche scholen 'snam. de beer L. J. van Wyk, 2e Secr. van het Ned. Bybelgen.Wat moet gedaan worden om belangstelling te wekken voor het werk der Zending Te 3V2 uur sluiting. Toegang tot alle conferenties hebben de leden, die minstens f 1,50 'sjaars contribueeren. Zy ontvangen ook de uitgaven van de Conferentie, met name het Yerslag. Een comité wordt gevormd, dat, zooveel mo gelijk, voor de huisvesting zal zorgen te be hoeve van hen, die zich daartoe tijdig aanmelden. Secretaris van het comité isds. P. van Wyk Jr., Tesselschadestraat 1 te Amsterdam. In verband met bovenstaand bericht over de Alg Ned. Zend. Conf., moét ons een woord van het hart. Immers, deze Conferentie gaat uit van alle Zendingsbesturen voor onze Geref. Kerken heeft ds. Dijkstra zitting, en voor de Soemba-Zending ds. Dwarshuis van Staphorst. Het zal echter de vraag zijn of samenwerking in deze Conferentie en ook in vele andere opzichten mogelijk zal blyven. Natuurlijk is samenwerking wenschelyk als men optrekt voor den éénen Christus als den Heiland der zondaren, is er, bij alle verschil, toch o zooveel, waarin de verschillende Zen dingsconferenties elkander by kunnen staan. Een schitterend voorbeeld van deze samenwer king is het Zendingsconsulaat in Batavia, het vereenigingspunt tusschen de verschillende Zendingsbesturen en tusschen de Zending en de Regeering. Samenwerking kan er echter niet zyn tot eiken prys en al mogen wy als Gereformeerden ons niet exclusief betoonen, toch moeten wy zeker als voorwaarde stellen, dat de grondslag van samenwerking zy de aanvaarding van de Heilige Schrift als het Woord van God. In zyn toespraak, kort geleden te Amsterdam gehouden, betoogde dr. Mott, de leider der Wereld-Zendingsbeweging, terecht, dat men saamwerken kan, terwijl ieder zijn opvatting van de verschillende leerstukken behoudtsa menwerking is geen samensmelting. Toch, welke gevaren er zyn, blijkt uit de mededeeling van ds. Dijkstra in het laatste nummer van De Macedoniër. Het Britsch- en Buitenlandsch Bijbelgenootschap heeft een Javaansche vertaling der Evangeliën gegeven, waarin de resultaten van de dusgenaamde tekst- critiek zyn gehuldigd een deel van het „Onze Yader" is weggelaten enz. Waar moet dat heen De Schrift moet het snoer zyn, dat saambindt maar wanneer de Schrift wordt ondeistboven gekeerd, wordt dan saam werking niet onmo gelijk? Met stelligheid wordt verzekerd, dat dr. Brouwer, rector van de Zendingsschool, die Julio, die hy naar zijn vermogen heeft ver zorgd, is, wonder boven wonder, weer hersteld Curione heeft hem door de betooning zjjner liefde zoeken te winnenmaar hoe meer de beterschap toenam, des te meer heeft hy zich ver hard tegen bede en vermaan. Als Curione op zekeren dag weder het huis in de achterbuurt binnentreedt, vindt hy het leeg. Yan Julio is geen spoor te ontdekken. Zal hij hem ooit weer ontmoeten? Het zoetste loon voor al zyn opofferingen vindt hy in het huis van de familie Isacio, die tot de voornaamste behoort in gansch Milaan. Margarita Blanca, een van de dochters des huizes, uitstekend door schoonheid en adeldom des geestes, verbindt haar lot aan het zyne zy wordt „de trouwe en moedige gezellin van zyn leven". Alzoo vermaagschapt aan de edelsten des lands, krijgt hy ruimschoots gelegenheid ook in deze kringen te getuigen van zyn Koning. Yan het hervatten zyner werkzaamheden aan de hoogeschool is, door den treurigen maat- schappelyken toestand, voor het oogenblik geen sprake. Een zijner vrienden, de graaf van Mont- ferrat noodigt hem uit, zich op zyne landgoe deren te willen vestigen. Curione voldoet aan dit verzoek en begeeft er zich met zijn vrouw heen. Onder bescherming van den graaf brengt hy hier eenige jaren van rust en lieflijke ver- ook op bovengenoemde Conferentie spreken zal, aanhanger is der Schriftcritiekzelfs moeten de studenten aan de School erover geklaagd hebben, omdat zy zoo de vastheid van het Oude Testament zich onder de voeten wegzinken zien. Een „caveant consules" past hier zeker wel voor onze leidslieden op Zendingsgebied. Als de ethische Zendingsmannen de Schriftcritiek in haar droeve resultaten aanvaarden, maken zy de samenwerking met de Gereformeerde Kerken onmogelijk, hoe smartelijk ons dit ook wezen moge. De Zendingsdagen moeten roepstemmen tot opwekking en onderhouding van het geestelijk leven blyven; zy worden hun roeping anders ontrouw. Het is moeilijker voor de Zending te bidden dan voor haar te geven. Zendingsarbeid is geduldwerk, en herinnert aan het woord, dat by God duizend jaren zyn als één daghet heeft den tjjd, maar heeft ook zyn haast Het heidendom is een godsdienst der vreeze, van goden, geesten, toovenarjjen, enz. Het Christendom is een godsdienst tot zaligheid geljjk de Kerstengel komt de Zendeling tot die door vrees bevangen goden-en geestendienaren met de boodschapvreest niet, ziet ik ver kondig u groote bljjdschap. Het heidendom is een godsdienst van liefde loosheid; het heeft vele goden, maar geen god die lief heeft en geliefd wordten onder de aanbidders dezer goden ontbreekt alle liefde. Het Christendom is de godsdienst der liefde Gods, Die den Eengeboren Zoon gafen der algemeene menschenliefde, die ons tegenover den nood der naasten tot barmhartige Sama ritanen maakt. Het heidendom is een godsdienst der ellende, ook van geestelijke, maatschappelijke en licha melijke ellende een kranke wereld zonder heel meester het heidendom is een godsdienst zonder Heiland in het gunstigste geval een godsdienst van een zich zelf helpen. Het Christendom is een godsdienst der hulpe Gods, daar het een Heiland heeft, wiens naam is Yerlosser. Wy vernemen dat a. s. Zondagavond om 6.30 ds. Nieuwenhuis een Zendingsrede hoopt te houden in de Geref. Kerk van Grypskerke. Ds. Nieuwenhuis is O. I. Predikant, en 20 jaren werkzaam geweest te Batavia nu is hy te Amersfoort, met verlof. Wie eenigszins kan zal ongetwijfeld gaarne van de gelegenhefd gebruik maken, om den zeer begaafden spreker te gaan hooren, die met veel kennis van zaken over den Zendingsarbeid oordeelen kan. J. D. wlelenga. DRIETAL te Scliarendykeds. J. Boeyenga te Arnemui- den ds. F. J. v. d. Ende te West- kapelle Cand. D. J. v. Katwijk te Rotterdam. TWEETAL te Kamerik ds. J. Ozinga te Weerdingerveen ds. Johs. S. Langen te. Gouda. poozing door. Eindelijk meent Curione, dat de tyd thans gunstig voor hem is, om zyn geboortegrond te gaan bezoeken, teneinde zich in bezit te stellen van zijn vaderlijk erfdeel. Hy zal echter ondervinden dat de vyand niet slaapt. Heeft hy zich voorgenomen nu allereerst zyn krachten te wijden aan zyn geboorteplaats en ook hier de banier des kruises te ontrollen, spoedig moet hy geheel en al van dit plan afzien. Te Cirié aangekomen vindt hy de voor vaderlijke bezitting in handen van den man zyner eenig overgebleven zuster. Zyn zwager ziet in de onverwachte verschijning van den rechtmatigen erfgenaam een groot gevaar voor zichzelf."Wat te doen? Zyn lage natuur heeft ras een zeker werkend middel ontdekt, om zich van den gevaarlijken pretendent te ontslaan. Curione moet het ondervinden, dat by den inquisiteur een aanklacht van ketterij tegen hem wordt ingebracht door zyn naaste betrek kingen. Op eigen veiligheid bedacht en op het diepst gegriefd, weet hy zich door een over haaste vlucht buiten het bereik zyner vervol gers te stellen. (Op deze vlucht maakte hy kennis met den geleerden Peregrino Morato, op dat tjjdstip in ongenade gevallen aan het hof te Ferrara. Deze nam den vluchteling in zyn huis gastvrij op. Hier ontstond de lang durige en innige vriendschap tusschen deze

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1912 | | pagina 2