Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland Onder Redactie van: Ds. L. B0UM1 en Ds. H. V. LIMAN. 9e Jaargang. Vrijdag 26 Januari 1912 No. 82. UIT HET WOOKD. Met medewerking van onderscheidene Predikanten. iBOIHEMEHTSPRUS Drukker-OItgever A. D. LITTOOIJ Az PRIJS DER ID V ERTENTIEN De fersvereeniging „Zeeuwsch Kerk blad" houdt Donderdag a.s. een vergadering in de consistorie van de Gasthuiskerk van Middelburg. Aan al de leden is een kaart verzonden, om hen uit te noodigen deze samenkomst bij te wonen. WJj dringen er ten zeerste op aan, dat zij komen, want er zjjn belangrijke pun ten aan de orde. Hoe beter alle deelen van ons gewest tegenwoordig zjjn, des te gemakkelijker zal het vallen om tot een goede beslissing te komen. DE REDACTIE. KERK, BELIJDENIS, ZENDING. Een goede tijding. Hervormde vrijzinnigen. per half jaar franco per post 70 cent. Knkele nummers 3 cent. MIDDELBURG. van 15 regels 30 cent, iedere regel meer 5 cent. FAMILIEBERICHTEN van I5 regels 50 cent, iedere regel 10 cent meer. L. S. TOESPRAAK IN DE WEEK DER GEBEDEN TE MIDDELBURG. Het verheugt my, dat gy in grooten getale opgekomen zyt tot deze samenkomst, want wy zullen als vrye mannen met elkander beraad slagen over een zeer gewichtig onderwerp, dat van zeer groote beteekenis voor ons volk kan zijn. Ongeveer op deze wyze begon een hoofd van een der noordelijkste Germaansche stammen in ons werelddeel eeuwen geleden zyn toespraak en stelde toen duidelijk in het licht, dat er een antwoord gegeven moest worden op de vraag of zy by het oude heidendom zouden blijven of dat zy het Evangelie van den Christus zou den aanvaarden. Hieruit bleek, dat de pre dikers van het Christendom tot hen gekomen waren, en dat hun arbeid ryke vruchten begon te dragen. Nadat allen uitgenoodigd waren om vry en frank hun meening te zeggen, werden verschil lende stemmen gehoord. De een prees het Evangelie boven de tot dusverre gehuldigde beschouwingeen ander oordeelde, dat men niet zoo spoedig de oude palen verzetten moesteen derde wilde tot geen pry's de oude goden laten varen, en zoo ging het voort. Velen hadden nog geen gevestigde meening en het scheen wel, dat men zonder eenige beslissing te nemen uiteen zou gaan. Doch in 't laatst kwam er verandering. Een oude van dagen vroeg Zyn onze goden by machte geweest onze vaderen en ons van de vreeze des doods te verlossen De stilte werd groot. Niemand bewoog zich. Niemand durfde een bevestigend antwoord te geven. Na eenigen tyd gewacht te hebben ging hy voort: Naar het schijnt, staat het voor allen vast, dat de dood een macht is, welke onze voorgeslachten en ons vreeze inboezemt en ons beangst maakt, waarvan geen godenmacht ons bevryden kan. Het Evangelie, dat vreemdelin gen ons gebracht hebben, belooft, dat het ons van de vreeze des doods bevrijden kan en wij hebben reeds zooveel er van gezien, dat wij aannemen kunnen: deze belofte is waar. Op grond hiervan aarzel ik niet u ernstig te raden het oude heidendom los te laten en het met het Christendom te beproeven. Er by verliezen kunnen we niet. Winnen wel. Dit woord sloeg in en ondanks de tegenspraak van enkelen kwamen byna allen tot het besluit, dat het weieens gewaagd kon worden. Sedert is het gegaan naar de bekende regels Voorgeslachten kwijnden henen En wy bloeien op hun graf; Ras zal 't nakroost ons beweenen, 't Menschdom valt als blaad'ren af. Maar eveneens is uitgekomen, dat het Evan gelie houdt, wat het belooft. Tegenwoordig zijn er velen, die niet meer danken kunnen voor het Evangelie, omdat zy niet meer gelooven aan zyn reddende kracht. Zy meenen, dat het oud en verouderd is. Hoe is het by ons? Bij een der tien plagen, door God gezonden om het hart van Pharaö te vermurwen, heerschte er een tastbare duisternis over het gansche Egyptische land, maar in Gosen was het licht in de woningen der kinderen Israels. In gees telijk opzicht beweren we is het zoo nog. Het oude woord van den profeet Jesaja blijft voor ons nog ten volle waar Maakt u op, wordt ver licht, want uw licht komt en de heerlijkheid des Heeren gaat over u op. Want ziet de duis ternis zal de aarde bedekken en donkerheid de volken, doch over u zal de Heere opgaan en Zyne heerlijkheid zal over u gezien worden. Wij weten het wel, dat de priesters in vóór- en achter-Indië tegen onze missionaire dienaren zeggenHoe, zouden we van u moeten leeren, het tegendeel is waar, want wy zyn uit het hoofd van Brama, maar gij uit zyne voeten geschapen. Wy weten wel, dat de aanhangers van het Budhisme op de congresssen van de wereldgodsdiensten hooghartig en luide ver kondigen wy willen met de christenen samen werken tot uitbreiding van licht en waarheid, van recht en vrede, maar onder de voorwaarde, dat de christenen ons als hunne gelijken zullen erkennen, en dat zij aan onzen godsdienst een even eervolle plaats toekennen als aan de hunne. Wy weten het helaas zeer wel, dat er duizenden onder de christenen zijn, die even beslist het eenige en volstrekte karakter van het Evan gelie loochenen, maar dit verhindert ons niet om het luide te verkondigen, dat het Evangelie de eenige en algenoegzame boodschap des heils is en blijft. Wy zouden van dit gevoelen op verschil lende wyze rekenschap kunnen geven, maar sta my toe,dat ik het in deze vergadering op dezelfde practische gronden doe als de oude Germaan, van wien ik zooeven melding ge maakt heb. Dat het Evangelie ons verlost van de vreeze des doods, wordt ons duidelijk ge leerd. Ik haal uit de vele plaatsen slechts deze enkele aanOvermits dan de kinderen des vleesches en des bloeds deelachtig zyn, zoo is Hy ook desgelijks dezelve deelachtig geworden, opdat Hy door den dood teniet zou doen den- gene, die het geweld des doods had, dat is den duivel, en verlossen zou allen, die met de vreeze des doods door al hun leven der dienstbaar heid onderworpen waren. En de ervaring aller eeuwen heeft er haar stempel op gezet. Wy hebben pas Kerstfeest gevierd en allicht ge dacht aan den ouden Simeon, die^ aan 't einde zijner dagen gekomen was. Hij stond destijds met den eenen voet in 't graf en met den anderen op den rand. Hy wist bovendien, dat het uur van zyn sterven naby was. Welk een vriendelijke verschijning is hy, als hij het Kin- deke van Bethlehems kribbe in zijn armen heeft. Met den glans der blydschap op het gelaat en in 't oog komt uit zyn bewogen gemoedNu laat Gy Heer uw dienstknecht heengaan naar Uw woord, want myne oogen hebben Uwe zaligheid gezien, een licht ter verlichting der heidenen en tot heerlijkheid van uw volk Israël. By hem is de vreeze des doods wel geweken. Zonder angst kan hy heen gaan door het dal der schaduwen des doods. Hoort nog naar een anderen discipelIk heb een begeerte om ontbonden te worden en met Christus te zyn, want dat is verreweg het beste. Hy noemt den dood een ontbinding. Het doet ons denken aan iemand, die jaren lang ver wijderd is geweest van familie, vrienden en kennissen en die eindelijk in de gelegenheid komt om naar de zijnen terug te keeren. Hy bevindt zich reeds aan boord van een schip, dat hem naar de vaderlandsche kusten zal voeren. Geen oog heeft hy meer voor de schoon heid der stad, voor de drukte welke er aan de haven heerscht. Hy ziet alleen uit naar het oogenblik, waarop de ankers gelicht en de touwen losgemaakt zullen worden, want hij verlangt naar de wijde zee, welke het schip dragen zal naar de plaats zyner begeerte. Zoo beschouwt Paulus den dood, geloovende, dat deze hem brengen zal tot Christus, die zijn leven is en in wiens zalige gemeenschap ein delyk het brandend verlangen van zyne ziel volkomen gestild zal worden. Het zou my gemakkelijk vallen een menigte van voorbeelden hieraan toe te voegen, die allen dienen kunnen tot staving van deze waarheid. Doch waartoe? Gy zyt er evengoed van over tuigd als ik en gy behoeft niet eens het verre verleden te raadplegen, want zelf hebt gij ge staan, vertrouw ik, by sterfbedden, welke u deden zeggenHoe zacht zien wy de vromen, Den dood hier zonder schromen, Blijmoedig tegengaan. Roept u nog eens voor den geest een naastbestaande, een vriend, een kennis, die in woord en daad toonden, dat ook zij de kracht verstonden van dezen zegezangDood, waar is uw prikkel Hel, waar is uwe overwinning De prikkel nu des doods is de zonde en de kracht der zonde is de wet. Ik danke God door Jezus Christus onzen Heere, die ons de over winning gegeven heeft. Laat twijfelen, wie wil, maar ondervinden zullen z:j, dat er nergens anders een eenigen troost in leven en sterven te vinden is en daarom willen wy niet vergeten de groote weldaad ons in het Evangelie geschonken. Ook onze vaderen waren eens blinde heidenen, zonder God, zonder Christus, zonder hoop in de wereld, tot de goden y deler dan de y delheid zelve heengewend, maar de Ontfermer Israëls erbarmde zich en deed het licht uit de duisternis voortkomen en het leven uit den dood. Wy mogen niet zeggen, dat wy het Evangelie danken aan de bereid vaardigheid, waarmede onze voorgeslachten het tegemoet gekomen zijn, want wy weten, hoe bittere vyandschap alles aangewend heeft om een goede ontvangst te verhinderen wy mogen zelfs niet zeggen, dat de volgende geslachten steeds trouw zyn geweest om het zuiver te bewaren, want de vaderlandsche Kerkhistorie bevat donkere bladzijden, bladzij deD, welke spreken van trouweloosheid en afval. Neen, dat het hier kwam en tot op dezen dag hier bleef, moeten we toeschrijven, uitsluitend toe schrijven aan de onkreukbare, onwankelbare trouw onzes Gods. Maar om het te waardeeren moet die bly- mare ook in ons hart weerklank gevonden hebben en daarom mag het ons wel aansporen tot een nauwgezet onderzoek, of het Evangelie ons reeds uit ons zelf deed gaan in het oot moedig bewustzijn, datwy de verlossing, door het Evangelie gepredikt behoeven, zoodat we gekomen zijn tot Hem, die de weg, de waarheid en het leven is, zonder Wien er niemand tot den Vader komen zal. Weet ge hoe het komt, dat er zoo weinig voor het Evangelie gedankt wordt Hoort het antwoord in de krasse be schuldiging van den verhoogden Heilandgy meent ryk en verrijkt te zyn, maar gy weet niet, dat gij arm, naakt, jammerlijk en blind zyt. Er is een machtige beweging in de heiden wereld ontstaan, welke deuren, eeuwen achter elkander gegrendeld, opent, en velen de handen doet uitstrekken naar Jezus. Oude leugenen, hecht als graniet naar het scheen, wankelen en moeten plaats maken voor andere en wat nog beter is voor de waarheid des Evangelies. Op dien ontzachlyken doodenakker komt er ont waking, onder de doodsbeenderen beweging, alles wyst er op, dat binnen afzienbaren tyd het Evangelie gepredikt zal zyn aan alle volkeren tot een getuigenis. Dit is een oorzaak van blydschap en dank zegging en doet denken aan het schoone woord velen zullen komen van het Noorden en van het Zuiden en zy zullen aanzitten met Abraham, Izaak en Jacob. Vergeet gy echter het ont roerend toevoegsel nietde kinderen des Ko- ninkryks zullen buiten geworpen in de buitenste duisternis, waar weening en knersing der tanden zal zijn. Neemt het ter harte, want het zou zoo ontzettend zyn, als gy eens onder de laatsten gerekend moest worden. God gebiedt, datwy gelooven zullen in den eenigen Naam onder den hemel gegeven. De Zaligmaker zelf wacht om genadig te zyn. Het blijkt u uit Zyn stemKomt herwaarts tot Mij allen, die vermoeid en belast zyt en Ik zal u rust geven. Bouma. Uit Poortvliet kwam de tyding, dat daar een vergadering gehouden was, teneinde te komen tot de oprichting eener Christelijke School. De „Middelburgsche Courant", die dat bericht ook bracht, voegde er aan toe, dat de Hervormden niet mee doen. Dit zou natuurlijk jammer zyn, want met eenig wys beleid kunnen Gerefor meerden en Hervormden, die dezelfde belijdenis hebben, best en gemakkelyk samenwerken om een Christelijke School in het leven te roepen en te houden. Doch wy behoeven ons daarover niet te verontrusten, wyl dit bericht tegenge sproken is en bovendien is er gemeld, dat er aanvankelijk een goede samenwerking verkregen is. We verblijden ons daarover. Het Thoolsche land heeft groote behoefte aan Christelijk on derwijs. Te lang heeft men daar reeds gewacht. Doch nu in Poortvliet een flinke actie ontstaan is, mogen we er op rekenen, dat daar weldra een school verrijzen zal. Het kan er gemak kelijk. Daardoor wordt het ys er gebroken en wy voorzien, dat er wel meerdere plaatsen volgen zullen. De bevolking houdt er over 't algemeen nog vast aan de oude Gereformeerde belijdenis en zoodra zy zich recht bewust wordt van haar roeping, dan zal nog een groote verandering aanschouwd worden. Wy hebben meermalen gedachtzal dat daar altyd zoo blijven zullen er nooit mannen komen, die ernst maken met deze zaak Doch nu is er een wolk als eens mans hand, die naar we hopen zich weldra uitbreiden zal over dat gan sche land en malsche regen zal brengen over die tot dusver in dit opzicht zoo dorre en on vruchtbare oorden. Het wacht daar alles op enkelen, die leiding weten te geven en van aanpakken niet wars zyn. Daar is plaats voor onderscheiden scholen, die zich aansluiten by de belofte, welke de ouders nog altyd by den doop van hunne kin deren afleggen. Poortvliet, ga kalm maar met beslistheid door. Het heeft nog zulk een schoone en heerlijke toekomst, als het slechts met beide voeten op den weg blyve, dien God zoo duidelijk aanwyst in Zyn Woord, want ondervinden zal het de waarheid van dit woordWie zyn weg wel aanstelt, die zal Ik mijn heil doen zien. Geheel op zichzelf beschouwd is het een goed verschijnsel, dat de vrijzinnigen nog gevoelen voor de religie en zich beijveren om hun positie ook kerkelijk vaster te maken. Op ons eiland heerscht in de Hervormde kerk de orthodoxie. In geen enkele kerk beroepen zij moderne pre dikanten. Dit is natuurlijk niet naar den zin van de vrijzinnigen, die toch ook leden zyn. In Middelburg hebben zjj een kerk gebouwd en

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1912 | | pagina 1