Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland. Onder Redaetie van: Ds. L. BOBMA en Bs. H. V. LAMAI. 9e Jaargang. Vrijdag 3 November 1911. No. 20. UIT HET WOORD. Met roedewerking van onderscheidene Predikanten. ABOHIEMEHTSFRUS Drakker-Uitgever A. D. LITTOOIJ Az. PRIJS DER iD YERTENTIEN DOOR ZIJN GELOOF LEVEN. Het is vandaag allerheiligen, een feest dag voor de Roomsche Kerk, welke vooral vroeger in hooge eere werd gehouden en onwillekeurig herinneren wij ons, dat nu driehonderd-en-vier-en-negentig jaar ge leden, de lieden, die naar Wittenberg ge komen waren om hun eerbied voor de heiligen te betoonen, de stellingen lazen, welke de Augustijner monnik Maarten Luther tegen de slotkapel had aangeplakt. Op eens waren de heiligen vergeten en ieder beijverde zich om precies te weten, wat daarin verkondigd werd. Er werd dién dag haast nergens anders aan gedacht en nergens anders over gesproken dan over wat deze man had durven te schrijven. Wij weten, dat deze stellingen den schok gaven aan de beweging, welke bij ons be kend staat onder den naam van de gezegende Kerk-Reformatie van de zestiende eeuw, waarvan wij nog dagelijks de vruchten plukken en genieten. Wat dwong dezen monnik om openlijk de handschoen aan zijn kerk toe te werpen en van die ure af onvermoeid te strijden tegen een overmacht, welke hem gemak kelijk verpletteren kon Wat was het geheim van zijn moed en van zijn kracht Wij kunnen en behoeven er niet veel van te zeggen, want met een enkel woord is het wel in 't algemeen duidelijk te maken. De waarheid was dezen monnik te machtig geworden, zij had hem zelf eerst overwon nen zij was hem te sterk geworden. Ge makkelijk was het niet gegaan. Voorheen toch was hij met hart en ziel aan zijne kerk en aan haar leer verbonden. Hij geloofde, dat zij de alleen-zaligmakende was en dat ieder gehouden was hare voor schriften op te volgen. Deze overtuiging was diep in hem geworteld en zij had zijn leven aan haar dienstbaar gemaakt. Welke waarheid had hem nu het meest en diepst getroffen Het was het eeuwenoude woord van den profeet HabakukDe rechtvaar dige zal door zijn geloof leven. In die beslissende oogenblikken van zijn leven was die waarheid met ongekende kracht tot hem doorgedrongen. Allereerst in Wittenberg zelf. Hij was toen professor aan de door den keurvorst Frederik opge richte Universiteit. Nadat hij er eenigen tijd onderwijs gegeven had, werd hij ver zocht om een verklaring van de H. Schrift te geven. Dit was een vervulling van een reeds lang gekoesterde begeerte. Zijn hart toch ging uit naar het Woord Gods en het was hem een waar genot om eiken dag één uur de studenten te mogen wijzen op de voortreffelijkheid van de boeken des Bijbels. Hij hield toen voorlezingen over den brief aan de Romeinen en om zijn leer lingen iets goeds te kunnen mededeelen, bestudeerde hij van te voren met alle aandacht en biddend het gedeelte, dat hij behandelen moest. Zoo kwam hij ook aan de plaats, waar de Apostel zich beroept op de uitspraakDe rechtvaardige zal door het geloof leven. Zij trof hem, zij was nieuw voor hem, zij vervulde hem, zoodat hij haar niet meer kwijt kon worden. Zij bleef hem bij en drong hem om over haar na te denken. Zij onthulde hem de waar heid, dat de mensch, dat de zondaar niet leeft door zijn werken, maar door zijn ge loof. De duisternis, die wel aanvankelijk geweken was uit zijn hart, verdween meer en meer voor dit helder licht en hij zag den weg, langs welken hij komen kon tot het heil, waar hij naar dorstte. Later ging hij naar Rome als afgevaar digde van enkele kloosters zijner orde om hun belangen bij den paus die nog altijd voor hem de heilige Vader was te be pleiten. Die reis naar de oude stad der Caesars heeft hem goed gedaan, want hij zag nu van nabij de verdorvenheid, waaraan hoogere en lagere geestelijken schuldig stonden. Toen hij te Bologna was, werd hij ernstig krank. Hij lag krachteloos neer op zijn leger, ver van zijn geliefd vaderland, aan de poort der eeuwigheid. Zijne zonden stonden voor hem, zij klaagden hem aan, zij verschrikten hem en vervulden hem met kommer. Moest hij zoo de eeuwigheid ingaan om te verschijnen voor den Rechter des hemels en der aarde Zwaar als een last lag deze vraag op zijne ziel en hij had geen licht. Maar ook nu in dien bangen toestand kwam het bekende woord tot hem De rechtvaardige zal door zijn geloof leven en het verkwikte en vertroostte zijn ziel op ongedachte wijze. Hij zag ook thans den weg der ontkoming uit zijn benarden toestand en dit bemoedigde hem, tenge volge waarvan de onrust uit zijn ziel ver dween. Na deze versterking voor zijn geest ontvangen te hebben, herstelde hij ook spoedig uit zijn lichamelijke krankte. En eindelijk werd dit woord hem te krachtig, toen hij te Rome gekomen den Pilatus-trap op zijn knieën wilde beklimmen. Deze trap was naar men beweerde op een wonderdadige wijze uit Jeruzalem naar Rome overgeplaatst. De paus had een aflaat beloofd op allen die zich deze inspanning wilden getroosten en Luther oordeelde, dat hij zich deze gelegenheid niet mocht laten ontglippen. Het kostte hem groote moeite om dit werk te volbrengen, doch het toe gezegde loon lokte uit en hij wilde alles doen om het te bereiken. Hij zou het echter niet voleindigen, want toen hij onder scheiden trappen opgekropen was, was het hem, alsof hij het woord duidelijk hoorde De rechtvaardige zal door zijn geloof leven. Opeens richtte hij zich op en schaamde zich over zichzelf. Tot zijn schrik bespeurde hij, welk een kracht het bijgeloof nog op hem uitoefende en hij zag nu duidelijk in, dat dit geens zins de weg was, die tot het doel leidde hij erkende, dat een dergelijke onderne ming geheel in strijd was met de waarheid. Zoo bracht de oude uitspraak van den godsman den doodsteek toe aan de over blijfselen van het bijgeloof, dat zich nog hechtte aan doode werken. Van die ure af was het beslist, welke weg Luther zou gaan en in welke richting hij zich zou bewegen. Hij was nog wel niet de ge loofsheld, dien hij zich later toonen zou, maar hij begon nu toch met zijn beide voeten te staan op den bodem der waar heid. Al wat hij later gedaan heeft was een gevolg van deze ervaring. Hij wist, dat wij niets vermogen tegen de waarheid, maar voor de waarheid. Dit maakte hem onoverwinnelijk in den strijd met zijn vele vijanden, dit deed hem pal staan bij al zijn moeitendit maakte hem vast in den weg, langs welken hij voortschreeddit vormde hem tot dien trouwen dienstknecht des Heeren, die op hoop tegen hoop de zaak van den Christus vast hield. Het leere ons, dat wij alleen teneinde toe kunnen volharden, wanneer wij onder de heerschappij der waarheid staan. Wij moeten haar niet hebben, maar zij moet ons hebben wij moeten haar niet dragen, maar zij moet ons dragen. In ons moet zij plaats hebben in ons moet zij haar werk doenin ons moet zij neerwerpen en uit ons verwijderen, alles, wat zich verheft tegen de kennis van Christus. Door haar moeten wij het verstaan, dat wij niet door onze eigen inspanning noch door onze werken leven kunnen, maar alleen, uit sluitend door het geloof. Bouma. ZENDING. Magelang. In de weegschaal. Zeeuws per half jaar franco per poet Enkele nummers 70 cent. 3 cent. MIDDELBURG. van 15 regels 30 cent, iedere regel meer 5 cent. FAMILIEBERICHTEN van 15 regels 50 cent, iedere regel 10 cent meer. De rechtvaardige zal door zijn geloof leven. Habakuk 2 4b. Kist voor ONS Zendingstcrrein. Ds. A. Merkelijn, onze Zendeling-leeraar voor Java, denkt 1 Januari a.s naar zijn post te vertrekken. Als hy dan nog een 3 a 4 maanden te Djokjakarta in het hospitaal zal hebben ge werkt, kan kjj naar ons terrein, Magelang, zelf gaan. Wy zouden nu zoo gaarne ds Merkelijn een kist meegeven. Hij is nog wel niet direct ge ïnstalleerd, maar alles kan dienen als een lok middel. Bovendien, speelgoed enz. bederft niet en als ds. Merkelijn de kist meeneemt is dit veel goedkooper dan apart later na te zenden. Daarom doen wij het vriendelijk verzoek ons te helpen een kist klaar te maken. De vorige maal met onze verzending der Soemba-kisten, hebben wy veel, zeer veel gekregen nu de kist voor ons eigen terrein dient, zal de belang stelling wel niet minder zjjn. Wat wij alzoo vragen prenteboeken, platen, bouwdoozen, ansichten, blokkedoozen, poppen, knikkers, kralen, griffels, potlooden, leien, cahiersook sterk speelgoed, dat gemakkelijk inpaktenz. Chocolade (vooral poeder) is voor het gezin van onzen Zendeling natuurlijk een tractatie en niet minder voor zyn helperseau de cologne, pepermuntjes en dergelijke zaken zijn ook uitnemend geschikt. Geeft iemand liever wat geld voor het koopen van de kist enz., dan wordt dit ook dankbaar aanvaard. Tot 1 December kunnen goederen door ons in ontvangst genomen worden. Dan wordt het noodig tijd om de kist te verzenden, daar deze met de boot uit Amsterdam mee moet. Woensdagavond heeft het Zendings-comité te Middelburg vergaderd met den vertegen woordiger der Zeeuwsche Zendings-deputaten. Twee gewichtige zaken moesten besproken worden. Allereerst moest beslist over verandering van Zendingsterrein. De Miss. Dienaren op Java hadden toch eenparig geadviseerd Bandjar- Negara los te laten en Magelang te nemen. Ds. D. Bakker heeft in zyn betoog in het midden der broederen de voordeelen van Magelang ook in Let licht gesteld. Daarbij had de Generale Synode voor Zeeland den weg geopend om, zoo noodig, terug te komen op haar besluit, want ten vorigen jare was voor Bandjar-Negara ge kozen omdat er niet anders te kiezen viel. Nu, op onze vergadering van Woensdagavond is na broederlijke samenspreking met alle stem men besloten Bandjar-Negara los te laten en onze keuze te vestigen op Magelang. Welke standplaats broeder Merkelijn daar zal innemen is aan hem overgelaten, na met de broeders op Java hierover te hebben gesproken. In de stad Magelang zelf zal die standplaats wel niet gewenscht zijn. Moge de Heere ons besluit met Zijn hooge goedkeuring kronen, en Hij, Die sluit en nie mand opent, Die opent en niemand sluit, in Magelang een geopende deur geven. De tweede zaak, welke besproken werd, gold het afscheid van ds. Merkelijn. De datum ",van afscheid is, zoo ds. M. deze ook gelegen komt, bepaald op Woensdag 6 December. Hy zou dan D.V. zyn afscheidswoord spreken in de Noorderkerk, 's avonds om 6 uur. Namens de Kerk van Middelburg en de Kerken van Zee land zullen ds. Bouma en ds. Kerkhof hem toespreken. Nu het oogenblik al meer nadert, dat broe der Merkelijn met zyn gezin vertrekken gaat, worde het gebed voor hem en de zijnen ver menigvuldigd. J. D. Wielenga. Rijk aan leering was de samenkomst van het Zendingscomité van Middelburg, de Zeeuw sche Zendingsdeputaten en afgevaardigden van vele kerken, Donderdag 19 October 1911 te Middelburg. Daar de Zeeuwsche kerken ernstig overwegen of verandering van Zendingsterrein noodig is, heeft in deze vergadering ds. D. Bakker, Docent aan de Keuchenius-school te Djokdja, van voorlichting gediend. Ds. Bakker heeft geen welsprekende rede gehouden, en evenmin gepoogd in de geschikt heid van eenig terrein voor Zending ons te doen gelooven op gezag van zjjn woord, maar hij heeft in een krachtig geargumenteerd, hel der en eenvoudig betoog ons in een voor hem bekend, voor ons onbekend terrein ingeleid. Hy heeft door de uitnemende wijze, waarop hy ons in dat onbekende terrein inleidde en met de gesteldheid, toestanden en verhoudingen daarvan op de hoogte bracht, bewijs gegeven, dat hij zy'n titel met eere draagt. Docent Bak ker heeft gedoceerd, en wjj, toehoorders, hebben nog weer eens met genoegen een uurtje college geloopen. Zyn optreden ter voorlichting onzer kerken biedt belangrijke winst. Nu is er, gelijk ten vorigen jare het geval was, geen tegenspraak meer in de adviezen, uit Indië ons toegezonden. Met de officiëele gegevens, door de Algem. Vergadering der Zendings-arbeiders op midden-Java verstrekt, komt overeen de inhoud van een paticulier schrijven van dr. B. J. Esser te Poerbolinggo, en het zaakrijk betoog van Docent Bakker sluit weer aan bij, is uitbreiding, vermeerdering en bevestiging van hetgeen in 1911 ons uit Indië aan berichten en adviezen heeft bereikt. Thans is het eerst goed mogelijk, al overwegende, de argumenten te wegen, en de gegevens te her zien, die tot de keuze van Bandjar-Negara hebben geleid. Tot de keuze van Bandjar-Negara heeft voor namelijk het volgende geleid: 1. Het klimaat is er gezond. 2. De ligging is nogal gunstig, door be-

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1911 | | pagina 1