Weekblad voor de Gereformeerde Kerken in Zeeland. Onder Redactie ran: Os. L. BODMA en Ds. H. W. LiHM. 9e Jaargang. Vrijdag 22 September 1911. No. 14. UIT HET WOOItl). Met medewerking van onderscheidene Predikanten. A. D. LITTOOIJ Az. DOORZOEK U ZELF NAUW. Deze aansporing ging uit tot een volk, dat in zorgeloosheid zijn weg bewandelde, dat ingenomen was met zichzelf en met zijn godsdienstigheid en dat zich aan vele zonden schuldig maakte. In al zijn rangen was het bedorven. Vorsten, profeten en priesters gingen het voor op een heilloozen weg en de groote menigte volgde gemak kelijk. De weg toch beviel hun wel en zulk een leven was naar hun hart. Op pervlakkig leverde zulk een volk een aan genaam gezicht op, dat eensgezind genoot van al wat het land goeds aanbood. Hoe kwam de profeet er nu toe om die genoeglijke rust te verstoren? Wat be woog hem om op zulk een krasse en strenge wijze te spreken Was hij een zonderling, die altijd anders wilde dan zijn tijdgenooten Was het zijn lust om in de oppositie te keeren Leefde hij eerst, als er strijd was? Wij behoeven niet in 't onzekere te ver- keeren, want zelf heeft hij ons duidelijk en onomwonden gezegd, wat hem tot spre ken drong. Hij was er van overtuigd, dat er eeu dag des Heeren komen zou, ja, dat die dag nabij, zeer nabij wTas. Uit vele verschijnselen was het hem helder en de H. Geest zelf had hem daarvan diep door drongen. Wij weten ook wel, wat hij daarvan dacht. Er waren vele dagen ge weest waarin de menschen deden wat goed was in hunne oogen. Sommigen luisterden naar de stem van 's Heeren knechten en beproefden, welke de goede en heilige wil des Heeren was. Velen echter sloten hun oor voor de roepstemmen, gaven gehoor aan het woord der valsche profeten en vroegen enkel naar wat hun eigen hart begeerde. Doch deze dagen gingen als een luchtschip voorbij, zij verdwenen met de snelheid der winden en nu was er een dag in aantocht, een dag, die spoedig ver schijnen zou, waarop God zijn heerlijkheid zou openbaren, waarin Hij alle dingen recht zou zetten, waarin Hij zich zou doen ken nen als de Rechter, die een iegelijk ver gelden zou naar zijn werken. Deze waarheid, welke zich aan den pro feet had opgedrongen, welke tot zijn be wustzijn met kracht was doorgedrongen, deed hem vragen en hoe zal het in dien dag met mij en mijn volk gaan. Hij wist, dat zijn volk hoog bevoorrecht was God had het uitverkoren, geroepen tot zijn zaligen dienst, en bestemd tot een ko ninklijk priesterdom. Beantwoordde het aan deze hooge en heerlijke bestemming; be ijverde het zich om den Heere welbeha- gelijk te zijn; had het lust en begeerte om eigen zaligheid uit te werken in vreeze en beving Hoewel wij geen poging wagen zullen om nauwkeurig te onderzoeken, wat de uitdrukkingadat met geen lust be vangen wordt", te kennen geeft, wijl zij tot zoo onderscheiden uitlegging aanleiding gegeven heeft, toch mogen wij op grond daarvan aannemen, dat het Juda aan alle wezenlijke begeerte ontbrak om in 's Hee ren wegen te wandelen. Hoe treurig, dat zulk een beweldadigd volk in het geheel niet waardeerde de uitnemende bedoeling, waarmede God het op die plaats gezet had. Wij kunnen het nog wel krasser zeggen. De profeet had ontdekt, dat het zich aan allerlei ongerechtigheid schuldig maakte. Lust om den waren God te dienen was er niet, maar wel om de goden der volken na te wandelenlust om recht en gerech tigheid te doen was er niet, maar wel om allerlei wreedheid en geweld te bedrijven lust om de waarheid te kennen, lief te hebben en te verbreiden was er niet, maar wel om bedriegelijke woorden te spreken, teneinde anderen te misleiden. Wat moest er van zulk een volk komen, wat had zulk een volk te wachten, als de dag des Hee ren kwam Op deze gedachte beefde de profeet, want hij voorzag, dat het wegge worpen zou worden, dat het uitgeroeid zou worden van zijn land, en dat het overgegeven zou worden aan de oordeelen des Heeren. Het was bijgevolg geen misplaatste be moeizucht, geen lust om zijn volk te storen in zijn rust, maar deernis, diep medelijden dat hem bewoog om met luide stem te roepen doorzoek u zelf nauw, ja, door zoek nauw. Hij wilde hebben, dat zij al hun gedachten, welke nu op allerlei wegen dwaalden, en meestal ver, zeer ver van huis waren, eens terugroepen zouden om na te gaan, wat er in hun hart en hun leven te vinden was. Zij hadden zich met vele zaken bezig gehouden, hun hoofd en hart was van allerlei vervuld geweest, maar zij waren onbekend met wat er in hun eigen binnenste leefde en hij drong er bij hen op aan, dat zij zich daartoe nu eens bepalen zouden. En verkeerd is het niet, als gij denktdie opwekking geldt ook mij, want gij zult deze taak ook niet altijd even nauwgezet vervullen. Wij spre ken het wel uit, dat van uit het hart de uitgangen des levens zijn, doch blijkt het ook uit de practijk, dat wij deze waarheid inderdaad verstaan en liefhebben. Doorzoek u zeiven nauw. Gemakkelijk is het niet. Licht is het om anderen te doorzoeken. Althans dit willen wij gaarne. Merkwaardig is het zelfs, welk een scherp gezicht velen dan hebben. Zij weten niet alleeu wat iemand gezegd en gedaan heeft, maar ook de bedoeling, waarmede hij heeft gesproken en gehandeld. Haast zoudt ge gelooven, dat de binnenste over leggingen des harten hunner naasten voor hen openliggen, dat zij toegang hebben tot de geheimste schuilhoeken. De klein sten splinter in het oog huns broeders ontgaat hun blik niet. Wij moeten er wel opletten, dat de profeet niet zegtdoor zoek uwe naasten, neen hij zegtdoorzoek u zelf. Gij moet bij u zelf wezen, gij moet eens bij u zelf binnengaan, gij moet eens al $e kameren van uw eigen hart doorzoeken. Van die vrouw hebt ge wel gehoord, die het huis met bezemen keerde, die alle meubelen van hun plaats nam, die een lamp ontstak om de meest ver borgen hoeken te kunnen doorzoeken. Gij begrijpt dit zeer goed, want zij had een penning verloren, welke zij niet graag bleef missen. Volg haar voorbeeld. Dring in alle hoeken van uw hart door. En opdat gij de dingen in de donkerheid goed moogt onderscheiden, laat de lamp der wet u voorlichten, en zorg er voor, dat er geen enkele schuilhoek ondoorzocht blijft. Hoe nauwkeurig doorzoekt de politie een straat, als zij weet, dat zich daar een misdadiger verborgen houdt. Zij geeft het niet op, vóór zij hem heeft. En nu zegt u de II. Schrift, dat er allerlei zonde in uw hart is, gij gelooft dit. Maar indien dit ge loof nu metterdaad iets beteekent, dan zult ge er ook op uitgaan om ze te zoe ken en gij zult niet rusten, voordat ge weet, hoe het er bij u uitziet. Hoe noodig deze taak is, kan u blijken uit de herhaling. De profeet vergenoegt er zich niet mede door aan zijn volk toe te roepen doorzoek uzelven nauw, hij laat er onmiddellijk op volgenja doorzoek nauw, waaruit tevens blijkt, dat het alleen slaagt, wanneer wij met dubbele nauwge zetheid deze taak behartigen. Welnu, neemt het ter harte, want nog wordt u de gele genheid daartoe vergund. Hoe lang ge nog deelen zult in de zegeningen van 's Heeren lankmoedigheid weet ge niet. Laat een streng oordeel over uzelf gaan, opdat ge niet geoordeeld wordt. Met Ze- phanja roepen we u toe Verwaarloos deze gewichtige taak niet, stel haar niet uit. Nog is de dag van den Heere niet over u gekomen, nog is het de welaangename tijd. Doch ook aan de lankmoedigheid des Heeren komt een einde en dan stort Hij zijn oordeelen uit over allen, die weigerden om te letten op wat er in eigen hart om ging. Wie overtuigd is van eigen verdor venheid, wie in die overtuiging belijdenis van zijn overtreding doet, en wie in oot moed pleit op de genade, geopenbaard in Christus, ontvliedt den toekomenden toorn. KERK, BELIJDENIS, ZENDHHT^ Unie-Collecte. De Synode en de Zending. 1BOOEMEHTSPRUS per half jaar franco per post 70 cent. Enkele nummers3 cent. Drukker-Oitgever MIDDELBURG. PB IJS DER iD YERTENTIEH van 15 regels 30 cent, iedere regel meer 5 cent. FAMILIEBERICHTEN van I5 regels 50 cent, iedere regel 10 cent meer. Doorzoek u zei ven nauw, ja door zoek nauw, gij volk, dat met geen lust bevangen wordt. Zeph. 2 1. Bouma. Het lokaal-comité van de Unie„Een School met den Bjjbel", dat langen ty'd in onze goede stad met ijver en bezieling werkzaam is ge weest, was in de allerlaatste jaren zeer ver zwakt door sterfgevallen en vertrek van onder scheidene leden. Bovendien was de animo om de Unie-collecte te bonden verflauwd. Ver schillende oorzaken hadden daartoe medege werkt. Vooral ook het feit, dat de School in de 's Gravenstraat het niet meer zoo noo dig had. Daardoor was er een toestand in getreden, waarin de vraag naar voren kwam moet dit zoo blijven. Enkele oude veteranen riepen verleden week belangstellenden in 't christelijk onderwas saam en op die vergade ring was aller gedachte, dat er weer werk van gemaakt moest worden en het gelukte al da delijk om onderscheiden broeders aan te wij zen, aan wie de uitvoering verder kon worden toevertrouwd. Het is ons nu bekend, dat de Unie-collecte in de volgende week langs de huizen gehou den zal worden en dit verblijdt ons. Wy kun nen haar met vrijmoedigheid aanbevelen, want de School in de 's Gravenstraat zal staan vod* groote onkosten. Er moet de wet vraagt het een verbouwing plaats hebben, welke een heele som eischt. Denk derhalve niet, het is niet noodig, maar geef met een blij moedig hart. Bouma. ZENPIJfq De reorganisatie der Keucheniusschool is een feit geworden. De lezers kunnen uit het verslag, ook in Zeeuwsch Kerkblad gegeven, van deze zaak voldoende te weten komen. Over de opleiding van onze a. s. Zendelingen is ook gehandeld. De Synode besloot deze zeer gewichtige materie nu niet af te doen. De generale deputaten voor de Zending zullen het advies inwinnen van de missionaire dienaren op Javaen tevens mogen zp correspondeeren met anderenals de deputaten het noodig oor deelen zullen zij dus ook overleg kunnen plegen met de zendende kerken. De vrucht van hun studie moet over drie jaren aan de Generale Synode worden aangeboden. Het rapport over de Jodenzending is zeer belangrijk. In de Geref. Kerkbode schrijft (Dr.) de M(oor) over deze zaak het volgende s-GravcnhageVanwege de Gereformeerde Kerk wordt hier een liefelijke arbeid onder de talrijke Joden verricht. De Kerkeraad heeft daartoe eene zendingscommissie van eenige broeders benoemd, die door een zustercomité worden bijgestaan. Onder tactvolle en bezielende leiding wordt hier met grooten ijver en toe wijding gewerkt, vooral ook door middel van de handwerkschool „Mirjam". De synagoge neemt van dezen Zendingsarbeid terdege notitie en de tegenstand van die zijde is niet uitge bleven. Had een Joodsch godsdienstonderwijzer in het Israëlietisch weekblad gedreigd, dat er „krachtige en ingrijpende maatregelen zouden genomen worden", het is bij die enkele be dreiging gebleven. Toch kon, niettegenstaande alle tegenwerking, de arbeid het geheele jaar ongestoord doorgaan. Er wordt veel gewerkt door verspreiding van tractaten en boekjes. Ongeveer 60 a 70 kleine en groote jongens en meisjes ontvangen meermalen per week Bij- belsch onderwijs. Twee Joodsche meisjes gaan by een der leeraren onzer gemeente ter cate chisatie. Ook de volwassenen poogt men door huisbzoek en in sommige gevallen door het bieden van stoffelijken steun te bereiken met het Evangelie. In het huisgezin van een zeer oppassenden Joodschen man wordt de Bijbel gelezen. Bij de Kerstfeestviering waren vele volwassene Joden en Jodinnen aanwezig. De commissie erkent met groote dankbaarheid, „dat het onderwijs aan de jeugd niet ongezegend is, waarvan de resultaten wel zichtbaar zijn." Uwe deputaten konden zich hiervan door persoonlijk bezoek tot hunne vreugde vergewissen. Zij steunden dezen belangrijken arbeid met f300, benevens de toezending van Hebreeuwsche Bijbels, tractaten en boekjes". Deputaten deelen mede, dat een student die thans aan zijn dissertatie arbeidt, voornemens is na beëindigde studiën zich te geven aan dit werk. Zijne hoogleeraren geven alleszins gun stige getuigenis over z\jn levenswandel en studie, bijzonder in de Oostersche talen. Wanneer deze broeder eenigen tijd als predikant eene kerk gediend heeft, zou hjj in aanmerking kunnen komen om voor den arbeid der Jodenzending door een der kerken beroepen te worden. Ter verdere bekwaming zou hij dan kunnen stu- deeren b.v. aan het Institutum Judaïcum te Leipzig. De synode keurde deze plannen goed. Och mocht het eens gelukken dit schoone zen dingswerk krachtig te doen aanvatten. Wij hopen dat degenen, die hier ter stede daarmede

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1911 | | pagina 1