Kerk- en Schoolnieuws.
Officiëele JSerichten.
Onze Letterkunde. Overzicht der
Nederlandsche Letterkunde met
bloemlezing door dr. J. van dee Valk,
Rotterdam. J. M. Bredée.
Johannes Calviju, door dr. H. Ba-
vinok. Uitgave van J. H. Kok, Kampen.
Of ook we tasten naar licht in de donkere
wegen, die God houdt met zijn Kerk, hetzij
dat Hü haar in verdrukking brengt of droeve
dingen in haar midden toelaat.
Heere, waarom hebt gij dit volk kwaad ge
daan klaagt Mozes na zijn eerste optreden
voor Farao (Ex. 5 vs. 22).
Och, mijn Heere zucht Gideon zoo de
Heere met ons is, waarom is ons dan dit alles
wedervaren? (Richt. 6 vs. 31).
Hoor den lijdenden Job kermen op den asch-
hoopWaarom geeft hij den ellendige het
licht en het leven den bitterlijk bedroefden van
gemoed? (Job 3 vs. 20). En den benauwden
David in Psalm 22: Mijn God, mijn God,
waarom hebt Gij mü verlaten?
En wie kent niet het groote waarom" van
den profeet Jesaja: Heere, waarom doet Gjj
ons van uwe wegen dwalen? (Jes. 63 vs. 17).
Alsmede het veelvoudig .waarom" van den
zwaarbeproefden Jeremia, die in bittere ziele-
smart zijn volk zag ondergaan in geestelijke,
tijdelijke ellende.
Wij zijn te gewilliger onze schouders onder
het kruis te zetten, als wij maar zien, waartoe
het dienen moet en wat de reden is. Doch
juist dat onbegrijpelijke, raadselachtige van
's Heeren doen maakt het lijden dubbel zwaar.
Niet zelden schijnt zelfs het bestier des Heeren
in strijd te zijn met zijn trouw en ontferming,
met de waarheid zjjner beloften en de eere
zijns naams. En geen wonder, dat alsdan de
klacht kan rijzenHeeft de toezegging een
einde Heeft God vergeten genadig te zijn
Dat zijn wel de allermoeilijkste vraagteekens.
O, het kan zoo donker en somber zijn in
het dal der beproeving 1
Het gaat ons in dezen als de kinderen van
den timmerman. Vader is bezig met de ver
schillende onderdeelen van het huis, dat naar
het gemaakt bestek verrijzen zal. En hij weet,
waartoe een en ander dienen moet. Het bestek
staat hem voor oogen, als hij zaagt en schaaft
in het hout, waaruit het gebouw wordt opge
trokken. Terwijl hij deur en raam en paneel
maakt, ziet hij in gedachten reeds elk deeltje
in het geheel gevoegd. Hij kent het onderling
verband van alle stukken.
Maar dit verstaat zjjn kind niet.
Het jeugdig, ongeoefend oog ziet anders niet
dan die losse onderdeelen. En vandaar zijn
vragenVader, waarom doet gij zoo Waar
toe maakt gij dit En soms zal de vader op
deze vraag een antwoord geven, maar dikwerf
gaat het zoo boven de bevatting van het kind,
dat het eenig bescheid zal zijnGe zult het
na dezen verstaan. Straks als het huis in el
kander gezet wordt en elk deeltje op zijn
plaats komt te staan dan zien ook de kinde
ren het verband van een en ander en vinden
ze een bevredigend antwoord op al hunne
waaroms.
Des Heeren werkingen in de wereldgeschie
denis, in de leidingen met zijn volk, in de
ervaringen van ons persoonlijk leven, staan
in onderling verband naar het gemaakt bestek,
bereiden de verschillende deelen van het heer
lijk Godsgebouw, dat eens zal ontsluierd wor
den. En nu zien we hier vaak alleen die stuk
ken op zich zichzelf, zoodat we vragenVader,
waarom doet gij alzoo? Maar straks krijgen
we het afdoend antwoord, als het geheel van
's Heeren werken schitteren zal in het eeuwig
licht. Dan zullen we zien, waartoe alle die
leidingen moesten dienen. En onze danktoon
zal opgaan voor de wonderen van Gods hand,
die door de wegen van beproeving heen zijn
eere deed uitkomen.
Maar daarom komt het in het lijden dezes
tegenwoordigen tijds op geloof aan. Zalig, .die
niet zien en nochtans gelooven. Geloof, dat
voor- en tegenspoed ons niet bij geval, maar
van Gods vaderlijke hand ons toekomen. Ge
loof, dat de Heere alle dingen met wijsheid
regeert en ten goede doet uitloopen. Als dat
geloof slaapt of onderligt bij de aanvallen des
vijands, dan hebben wij het niet gemakkelijk.
Maar is dat geloof werkzaam, dan hebben wij
altoos goeden moed. De raadselen in het
Godsbestuur brengen den kinderlijken chris
ten niet tot murmureering, maar tot aanbid
ding. .En aangaande hetgene Hij doet boven
het begrip des menschelijken verstands, het
zelve willen wij niet curieuselijk onderzoeken,
meer dan ons begrip verdragen kanmaar
wij aanbidden met alle ootmoedigheid en eer
bieding de rechtvaardige oordeelen Gods, die
ons verborgen zijn, ons tevreden houdende,
dat wij leerjongeren ven Christus zijn, om
alleen te leeren hetgeen Hij ons aanwijst in
zijn Woord, zonder deze palen te overtreden".
(Nederl. Geloofsbel. Art. XIII.)
Er is dan ook een .waarom" des geloofsi
gelijk wij het vinden uitgedrukt in Psalm 49
vs. 6: .Waarom zou ik vreezen in kwade
dagen, als de ongerechtigen, die op de hielen
zijn, mij omringen? En een .waarom" ter
beschaming van ons ongeloof, waarvan we bij
Jesaja een treffend voorbeeld vinden. .Waar
om zegt gjj dan, o Jacob, en spreekt, o Is
raël mijn weg is voor den Heere verborgen
en mijn recht gaat van mijnen God voorbij
(Jes. 40 vs. 27).
Zoo kunnen we spreken, wanneer we in
eene kinderlijke gestalte verkeeren. Alleen
wie klein is, zal zijn verstand gevangen leg
gen en het bestier van lot en leven aan 's
Vaders wijsheid toevertrouwen. Het .waarom"
van ons ongeloof is dan ook een droef bewijs
van gebrek aan ootmoedigheid.
En dat temeer, waar wij in het licht der
nieuwe bedeelirig mogen wandelen. Het moet
eiken Bijbellezer treffen, dat wij in het Oude
Testament zeer vele vraagteekens vinden en
in het Nieuwe Testament integendeel zeer
weinige. Dat is geen vreemd verschijnsel. Im
mers de geloovigen vóór de komst van Chris
tus wandelden nog in de schaduwen. De raad
selen waren toen dus nog veel onbegrijpelijker
dan thans. Sinds heeft op Golgotha het kruis
gestaan en daar hebben de gerechtigheid en
de vrede elkander ontmoet. Het licht van Gods
wijsheid is dus zooveel rijker en voor aller
oog tot heerlijker ontplooiing gekomen. In dat
groote kruis van Christus vindt een ieder
christen, die zijn klein kruis den Heiland na
draagt, uitnemende vertroosting. Vergete daar
om geen zuchtende ziel temidden van 's levens
raadselen den blik te richteu naar Golgotha.
Dan zal gewisselijk het .waarom" des onge-
loofs verstommen.
(De Wachter.) G. Doekes.
TWEETAL
te Axel B ds. Chr. Bruins te Hendrik Ido
Ambacht
ds. A. Schippers te Maasdijk.
BEROEPEN
te Beetgumds. J. H. Binnema te Arum
te Terneuzen ds. B. v. Werff te Harlingen
te Vijfhuizen (Haarlemmermeer)ds. J. W.
v. d. Bosch te Noord-Seharwoude
te Drogehamds. J. IJ. Tiemersma te Marken.
AANGENOMEN
naar Silvolde-GendringenCand. J. Krügerte
's Hage
naar Tienhoven Cand. Brussaard te Dordrecht.
BEDANKT
voor Emmer-Compascuum ds. K. v. d. Veen te
Knype
voor De Biltds. J. Schoonhoven te Scherpenzeel
voor Oosterend en HijlaardCand. J. C. Brus
saard te Dordrecht.
VACATUURBEURTEN GAPINGE.
10 Oct. ds. Scheel e.
24 ds. Koopmans.
7 Nov. ds. Pol.
21 ds. de Jager.
5 Dec. ds. Netelenbos.
19 ds. Kuyper.
Ds. H. Meulink.
Ter Neuzen, 1 Aug. Heden werd alhier be
roepen de WelEerw. Heer ds. B. v. d. Werff
te Harlingen.
Namens den Kerkeraad,
J. J. de Jager, Scriba.
Tholen3 Augustus 1909. Het was voor de
Meisjesvereeniging der Geref. Kerk van Tholen
„Wees een zegen" een plechtige en roerende
avond, waar zij hare geliefde Presidente
Mevrouw Lammertsma voor de laatste keer in
haar midden had. Veel verliezen wij in
haar, daar zjj zich altjjd bereid en vol liefde
daarvoor verklaarde, waar zij niet alleen voor
lichamelijke belangen zich ten doel stelde, maar
ook wees zij ons op onze geestelijke belangen.
Stelle de Heere, waar zij elders geroepen wordt,
haar ook daar tot rijken zegen. Ook bracht zij
een woord van dank toe aan onze leden en wees
er op hoe zij altijd met grooten ijver zijn werk
zaam geweest, en dikwijls voor vele moeilijk
heden stonden. Zij toonde aan, dat het schei
den hier moeilijk valt, maar sprak de wensch
uit dat wij eenmaal elkander hopen weer
te zien waar van scheiden nooit geen sprake
zal zijn. Ook sprak de Vice-Presidente een
woord aan hare geliefde Presidente toe, en
wenschte haar uit naam van hare Vereeniging
Gods onmisbaren zegen toe. De Heere mocht
in dit alles weer zoo boven bidden en danken
wel met ons doen, want de ledige plaats
werd vervuld door een andere Presidente.
Geve de Heere ook haar uit Zijne volheid hare
bekwaamheid. Door de vereeniging werd onze
geliefde Presidente toegezongen Ps. 121 vers 4.
Blijve J® Heere, die ons in alles beweldadigd
heeft, met Zijne groote liefde ons verder nabij.
Namens het bestuur
der Geref Meisjesvereen. „Wees een Zegen"
N. A. Dbueloo, Secretaresse.
VERSLAG van de Vergadering der
Classis Tholen op 28 Juli 1909.
I. De Dienaar der roepende kerk van Bergen
op Zoom, ds. A. H. van der Kooi, opent de
vergadering. H\j laat zingen Ps. 103 8, leest
Ps. 84 en gaat voor in gebed.
II. Uit de lastbrieven blijkt dat alle kerken
der classe wettig vertegenwoordigd zijn. Een
kerk zond in plaats van een ouderling een
diaken, aan wien zitting en recht van keur
stem wordt verleend. Eén kerk heeft een in
structie.
III. Het moderamen wordt aldus samenge
steld ds J. Sybrandy, praeses, ds. A. H. van der
Kooi, scriba, ds. J. H. Lammertsma, assessor.
IV. De praeses verwelkomt de vertegen woor-
digers van de kerk van Goes, ds. R. J. van der
Veen en ouderling C. Oranje, ter vergadering
uitgenoodigd ingevolge besluit der Part. Sy
node van 8 Juni 1909.
V. De notulen der vorige vergadering wor
den door ds. van der Kooi gelezen en door de
vergadering na kleine correctie goedgekeurd.
VI. De Deputaat voor art. 13 doet rekening en
verantwoording over 't gehouden beheer in
't gepasseerde halfjaar. Hij ontving f 497,52 en
gaf uit f 413,375, zoodat het batig saldo bedraagt
f84,145. De broeders J. Geluk en G. Vette
werden aangewezen om de boeken na te zien,
die alles in de beste orde bevinden.
VII. Ingekomen stukken
a. Verzoek van Depp. voor den arbeid in
Rijn-Pruisen om steun. De afgevaardigden
der kerken wordt aanbevolen voor dat doel een
collecte te houden of een jaarlijksche contri
butie af te staan.
b. Missive van de classis Bolsward in zake
de losmaking van ds. B. van de kerk van W.
Met betuiging van leedwezen voor kennisge
ving aangenomen.
c. Missive van de classis Harderwijk, aan
gaande ds. v. d. Z. te P. Wordt met bljjdsehap
voor kennisgeving aangenomen.
d. Schrijven van ds. J. M. te G. betreffende
de uitvoering van art. 13. Dit schrijven zal
in de namiddagvergadering worden behandeld.
e. Schrijven van Depp. Syn. voor het onder
zoek naar den finantieelen toestand van de ker
ken dezer classe. Komt ter sprake bij punt XIc
van het agendum.
f. Acte van ontslag van ds. J. H. Lammertsma
van de Kerkeraad van Tholen met verzoek om
acte van ontslag van de classis. Zal worden be
handeld onder punt VIII van het agendum.
VIII. Rapporten.
A. Van Kerkvisitatores. Hun rapporten lok
ken leerzame bespreking uit. Er is in het clas-
sicaal-kerkelijk leven van het laatste jaar veel,
wat tot dank stemt aan den Heere, maar ook
blijft nog zooveel over, dat ge-reformeerd dient
te worden.
Poortvliet ontvangt op haar verzoek ds. de
Bruijn tot consulent en ds. Dekkers wordt aan
gewezen als consulent voor Tholen.
B. Van Deputaten voor Rilland. De ont
vangsten zijn aldus
a. in eigen kring werd in 't verloopen kwar
taal voor pastoriebouw bijeengebracht f 104,46°
b. uir de kerken buiten de classe kwam in
dat tijdsbestek in f 172,06.
In plaats van ds. Lammertsma, die de classe
zal verlaten, wordt, nadat hem hartelijk dank
is betuigd voor de diensten, deze kleine kerk
bewezen, als deputaat benoemd ds. van der Kooi.
C. Van Deputaten voor herziening van het
„Huish. Regl.". Zij zijn met hun concept ge
reed en zullen dit laten circuleeren bij de ver
schillende kerken.
IX. Pauze. Vereffening van geldelijke zaken.
X. Aan ds. van der Veen, die eerst nog
met het oog op eenige mogelijk nog te be
handelen zaken advies had gegeven, wordt ver
gund de vergadering te verlaten. De praeses
dankt hem namens de classe voor zijn tegen
woordigheid en zijn zeer gewaardeerde adviezen.
XI. Ds. van der Kooi rapporteert namens Depp,
class, ter Part. Synode van 8 Juni 1909. Met
't oog op den toestand in deze classe werd door
de Synode besloten krachtigen steun te bieden,
hierin bestaande
a. dat vier kerken op hare beurt de class,
vergaderingen zullen bijwonen en desgevraagd
de classe met advies zullen dienen
b. dat ingeval de classe hulp in den pre
dikdienst van Poortvliet noodig acht, de Prov.
Syn. de aanvraag ten zeerste ondersteunt en
adviseert, deze aanzoeken bij de Kerken van
Zeeland in te willigen
c. dat een commissie van drie broeders(Bouma,
Laman en v. d. Veen) de finantieële draagkracht
der classe zal onderzoeken en naar bevind van
zaken zal handelen in betrekking tot den finan
tieelen steun door de classe aangevraagd
d. dat aan de kerken, die nog niet voor
Rilland's pastorie-bouw collecteerden, verzocht
zal worden, alsnog eene collecte te
houden.
Aangaande Xla besluit de classe bij de uit-
noodiging deze kerken een breed agendum toe
te zenden.
Aangaande Xlb vraagt de classe voor Poort
vliet bjj de andere kerken in Zeeland hulp in
den predikdienst, opdat deze kerk geregeld om
de 14 dagen bediend kan worden. De regeling
wordt opgedragen aan den consulent ds. de
Bruijn.
Aangaande XIc is bericht ingekomen dat de
aangevraagde steun voor art. 13 zal worden
verleend met vermindering van f 100.
In verband hiermee wordt het schrijven be
handeld van ds. J. M. te G., en zal van het
beslotene hem bericht als antwoord worden toe
gezonden door den Dep. voor art. 13.
Voor de buitengewone Part. Synode, die in
't najaar gehouden staat te worden ter behar
tiging van de „eigen Zending", besluit de classe
dezelfde personen af te vaardigen en daarvan
mededeeling te doen aan de betrokken ouder
lingen, die niet ter vergadering tegenwoor
dig zijn.
XII. Aan Oud-Vosmeer's verzoek om verla
ging van haar quotum voor art. 13 wordt eenigs-
zins tegemoet gekomen. Het aandeel van elke
kerk in de classicale bijdrage voor hulpbetoon
bij emeriteering wordt aldus vastgesteld Anna
Jacobapolder 17 pCt., Bergen op Zoom 17 pCt.,
Krabbendijke 17 pCt., Oud-Vosmeer 15 pCt.,
Tholen 13 pCt., Poortvliet 11 pCt., Rilland 10 pCt.
XIII. Bij de rondvraag naar art. 4, deelt Tho
len mede dat haren Leeraar 8 Aug. 's avonds
te 7 ure, afscheid denkt te nemen en noodigt
de Kerken der classe uit hierbij zich door een
deputaat te doen vertegenwoordigen.
Aangewezen wordt ds. de Bruijn.
Tholen begeert spoedig weer een dienaar, en
de classe verleent de vrijheid zoo spoedig mo
gelijk tot beroepen over te gaan.
XIV. Benoemingen. De classis deputeerde
voor
Correspondent: ds. A. H. van der Kooi.
Quaestor: ds. A. Dekkers.
Archief-bewarende kerk: Tholen.
Hulpbehoevende kerkends. A. H. van der
Kooi en ouderl. Rübsaam te Bergen-op-Zoom.
KerkvisitatieD.D. J. A. de Bruijn en A.
Dekkers, primi. D.D. A. H. v. d. Kooi en J.
Sybrandy, sec.
Deputaat art. 13ds. J. Sybrandy.
Zendingds. J. Sybrandy.
Regeling van de examinaD.D. A. Dekkers
en A. H. v. d. Kooi.
Approbatie van attestende kerken Bergen-
op-Zoom en Oud-Vossemeer.
Correspondent voor de Theol. Schoolds. J.
Sybrandy.
Het innen van verschillende collecten D.D.
J. A. de Bruijn en A. Dekkers.
Voor hulpbeh. krankz., idioten, enz. diaken
J. Wisse te Anna Jacobapolder.
Het persverslag van de class, vergaderingen
ds. J. Sybrandy.
XV. De kerk van Rilland vraagt vier va
cature-beurten aan, die aldus zijn geregeld
8 Augustus ds. Sybrandy, 5 September, ds. van
der Kooi, 26 September ds. Dekkers, 10 October
ds. de Bruijn.
XVI. Als roepende kerk voor de volgende
vergadering wordt Krabbendijke aangewezen.
XVII. Aan ds. Lammertsma wordt namens
de classe acte van ontslag uitgereikt bij zijn ver
trek naar de kerk van Axel A. De praeses
dankt hem voor den arbeid in de classe ver
richt en spreekt hem een hartelijk woord van
vaarwel toe, dat door ds. Lammertsma wordt
beantwoord.
XVIII. De Praeses sluit de vergadering met
dank aan den Heere.
Op last der classis,
J. H. Lammertsma.
Tholen, 28 Juli 1909.
BOEKBEOORDEELING.
In eens geplaatst voor aflevering XIII van
dit werk, kan natuurlijk ook alleen geoordeeld
over wat in dit stuk gegeven wordt. De hier
beschreven periode loopt over de 19e eeuw tot
1830. Het lijkt een goed inzicht te kunnen ge
ven in de ontwikkeling der Nederlandsche
letteren en voor wie belang stelt in wat onze
schrijvers en dichters geven, kan het van veel
nut zijn, zich dit boek aan te schaffen en te
lezen. Bouma.
Deze lezing is duidelijk, degelijk en schoon.