JOHASfNË» CALYIJN. Kerk- en Schoolnieuws. Ofiiciëele Berichten. Verantwoording van Liefdegaven. Pastorie-bouw Rilland. het Oude Testament was er sprake van vrede. Aaron moest reeds den zegen op de gemeente leggen met deze woorden. De Heere zegene u en behoede u. De Heere doe zijn aangezicht over u lichten en zij u genadig. De Heere ver- heffe z\jn aangezicht over u en geve u vrede. Hoe heerlik is de zegen des vredesAller eerst vrede met God. Door de zonde is die vrede verstoord. Wij hebben nu geen vrede bij God van nature. Geen rusten in God. Geen gemeen schap met God. De goddeloozen, zegt mijn God, hebben geenen vrede. Zoo sprak reeds Jesaja. Veeleer is er onruster is vreeze, bange vreeze voor God. Er is een wegvluchten van God, in plaats van een liefelijke omgang met God. Wij staan niet tot God op voet van vrede, maar van oorlog. Er is strijd tegen Godeen haat en afkeer van God. Het bedenken des vleesches is vijandschap tegen God, want het onderwerpt zich der wet Gods niet, want het kan ook niet. Maar als we door Christus met God verzoend zijn, als we gerechtvaardigd zjjn uit het geloof, dan hebben we vrede met God. Dan staan we in Zijn heilige gunst. Dan vindt ons hart rust in Hem. Dan komt er een kinderlijk vertrou wen tot God, dat alles goeds van den Vader verwacht en in elke aangelegenheid tot Hem de toevlucht neemt. Dan leeren we kennen die rust der ziel in God en in Zijne beloften, waar in de vloek der wet ons niet treft, hoewel we ons schuldig kennen aan al Gods geboden, waarbij de tegenspoeden des levens ons niet doen wanhopen, al wordt het ook donker ron dom ons. Dan weten we in den strijd van de overwinning ons verzekerd, en in droefheid kennen we troost. In meerdere of in mindere mate leeren we dat verstaan. De zonde heeft scheiding gemaakt tusschen God en den mensch. God toornt op den zon daar en de zondaar haat God. Maar als er vrede komt tusschen God en den mensch, wordt alles anders. God legt zijn toorn af en de mensch zijn haat. De scheiding is weggenomen en een liefelijke eenheid en vriendschap ontstaan. Dan wordt gekend de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat. R. Hamming. (Uittreksel uit het werk van Prof. Doumerque) door Ds. R. K. te H. V. Te Bourges, waar Jan vertoefde van 1528 tot 1531, zou h(j uit het oogpunt der religie eene schrede voorwaarts doen. Vel© buiten- landsche studenten, vooral uit Duitscnland, brachten mee de denkbeelden van Luther. De zeer geleerde en zeer godvruchtige Melchior Wolmar, een Zwitser uit Rothweil en in vollen zin Lutheraan, dien Jan reeds te Orleans had ontmoet, leerde hem te Bourges grieksch. Zijn huis was de school van eenige jonge lieden van goeden huize en van groote ver wachting, want zijn pensionaat, te Orleans op gericht, verplaatste hij in 1530 naar Bourges. Er is nooit iemand gevonden als Wolmar, die een grooter aantal gelijk het behoort opgeleid heeft. Aan hem heeft Calvijn in 1546 opge dragen zijn commentaar op II. Corinthe. De opdracht bevat niets omtrent de geestelijke banden aan zijn meester, hoewel hunne vriend schap voor hun leven was. Zij betuigt: ik „had geene rust, zoolang er voor het nage-" „slacht geen bewijs van mijne dankbaarheid „bestondIn 1558 eene lang begeerde ont moeting van beidenWolmar kwam naar Genève enkel om Calvijn te zien en om met eigen oogen te aanschouwen den zegen Gods over de kerk van Genève. Ten huize van Wolmar leerde Jan stellig kennen een tienjarigen knaap, die de aandacht trok door zijne fijne en teere gestalte 1 Theodorus Beza, zijn toekomstigen vriend en opvolger. Beza werd geboren 1519 uit een rijk en aan zienlijk, hoewel niet adellijk geslacht van Bourgogne. Door zijn oom werd hij aan Wol mar ter opvoeding toebetrouwd in 1528. Als man had hij eene schoone gestaltezijn gelaat was fijn en zachtzijn geest levendig en vaar dig, ontwikkeld door de studie der talenuit muntend in dichtkunst in het Fransch en La tijn daarbij bezittende eenige kennis van de wijsbegeerte en de rechtsgeleerdheid. Jan moet te Bourges (en te Orleans) reeds beslist gereformeerd zijn geweest. Bij de lessen der rechtsgeleerdheid bestudeerde hij gedurig de H. Schriften. „De geschiedenis vermeldt, „dat Calvijn dikwijls te Lignieres kwam predi- „kendat de heer hem gaarne hoorde en „daarop grooten prijs stelde. Hij zeide, dat „hij hem liever hoorde dan al die monniken, „die hem niets nieuws vertelden. Hij liet zich „niet inpalmen door de ketterij van Calvijn, „die daarvoor nog niet openlijk uitkwam, maar „hij bewonderde in hem de gemakkelijkheid, „waarmee hij sprak. Het is in dit eene over levering geworden, dat Calvijn in eene graan schuur bij de rivier gepredikt heeft. Maar „in dit geval is de overlevering niet overeen komstig de waarheid, want toen hij te Lignières „predikte, deed hjj dit in de kerk en in den „gewonen preekstoel evenals de andere katho lieke predikers", schreef in 1692 een deken van het kapittel van Lignières. Den 26sten Mei 1531 stierf Jans vader Gérard Calvijn. Jan was tegenwoordig te Noyon. Had hij naar 's vaders believen de theologische studiën laten varen voor die in de rechten, sedert ging hij zich toeleggen op de letterkunde. Man van de balie werd hij nietafkeerig was hij van strijd. Toch heeft hij later gedurig te strijden gehadging zelfs vaak aanvallend te werk, geroepen door God in het strijdperk der Reformatie. Hij ging naar Parijs, waar hjj zeer vermoeid aankwam. Nauwelijks kon hij een voet buitenshuis zetten. Dit belette hem niet, dat hij de vier volgende dagen zijne vrienden ging bezoeken. Van alle zjjden werd hem logies aangeboden. „Vele vertrekken waren te mijner beschik king, indien ik ze had willen huren, en vele „waren mij door mijne vrienden aangeboden, „indien ik van hunne diensten had willen „gebruik maken". Ondertusschen hield hij aan zijne vriendschap met zijne kameraden te Orleans, met Daniël, Duchemin e. a. Stahelin getuigt van zijn vriend schappelijk hart, dat het bijna angstig, nauw gezet was in het vervullen van zijne groote en kleine plichten „hij let zelfs op een groet." Uit zijne brieven blijkt, hoe hij zich aantrok elk verzuim en nalatigheid in de vriendschap ja, hij overdreef de beteekenis van het niet antwoorden of het verschuiven van een ant woord. Tot Viret, (later was het,) een van de mannen, die hem het best kenden, zei hij eens „gij kent de teederheid, of liever de weekheid „van mijn hart." In den studentenwijk, in het college Fortet vestigde hij zich om de lessen van Danès te kunnen volgen. Wie was Danès De groote Danè3hij onderwees Latijn, Grieksch, He- breeuwsch, wiskunde, geneeskunde en theologie al spelende. Een zijner ambtgenooten was Vatable, een picardier. Onder leiding van Danès zette Jan voort zijne studie van het Grieksch. Vatable wijdde hem in in de geheimen van het Hebreeuwsch. Reeds April 1530 veroordeelde de Sorbonne het college, waar Danès en Vatable doceerden. Einde 1533 behaalde de partij des lichts van het college de overwinning. Sterk verdacht van ketterij, zochten zij hunne gevoelens niet meer te verbergen. Vatable, Danès e. a. woon den openlijk de predikatiën in de nabijheid van het Louvre bij. De arm© Le Picard, even knie van Beda, riep uit„Wij hebben afgedaan. „Niemand komt mij meer hooren. Ik heb „slechts eenige oude vrouwen overgehouden. „Al de mannen gaan naar het Louvre." Wel is waar, later vielen Vatable en Danès terug. Doch te laatJan Calvijn had onuitwischbare indrukken verkregen 1 In dezen tijd 1532 liet Jan Calvijn zijn eerste werk drukken zijn Latjjnschen com mentaar op de verhandeling van Seneca over de zachtmoedigheid, („de dementia.") Dit is het eenige stuk, dat hij ooit over de letterkunde geschreven heeft. Deze commentaar is meer dan een schoon stuk eens humanisten. Hjj doet een welsprekend beroep op de zachtmoe digheid des konings, en het is tegelijk een krachtig getuigenis tegen de volstrekte, onbe perkte oppermacht des konings. Er staat in geschreven„het was wel vermetel van Plu- „tarchus, dat hij schreef: het is moeielijk een „raad te geven aan hen, die regeeren. „Zij denken, dat het volstrekt niet konink- „lijk is te leven volgens de voorschriften der „rede, en zij doen de ware majesteit des ko- „nings bestaan in eene toomelooze losbandig heid. De zachtmoedigheid is het waarlijk „mensch zijn. Het is eene deugd van helden, „zonder welke de vorsten niet kunnen bevelen. „De vorst kan even als een wild dier dooden „en vermoorden. Maar dan regeert hij niet, „maar handelt als een roover. En een roover „heeft zooveel vijanden als er menschen zijn. „Regeeren doet een vorst, die niet alleen be- „velen in zijn eigen belang geeft; maar in „het belang zijner onderdanendie de herder „van zijn volk is." In den tijd van Frans I, tegenover de gevulde gevangenissen en de vlammende brandstapels schreef aldus de letter kundige student. Niet alleen als liberaal openbaarde hij zich in dit werk, ook als tegen stander van de stoïcynsche zedenleer en wijs begeerte hij, die zijn leven lang van stoïcisme beschuldigd werd. Dit alleen. Hij stelde tegen over de stoïcynsche ongevoeligheid de christe lijke gevoeligheid als ware menschelijkheid. „De stoïcyners verwerpen de barmhartigheid „als eene ziekte der ziel. De hartstochten, „omdat zij den vrede der ziel verstoren, zijn „altijd slecht. Daarom is de barmhartigheid „eene ondeugd." Maar hij antwoordde: „de „barmhartigheid is eene deugdde mensch „kan niet goed zijn, als hij niet barmhartig „is. Niet te kunnen weenen is eene ondeugd." In het groot© boek, de Institutie, verdedigde hij later, de smarten des levens gekend heb bende, nog deze christelijke deugd. En de le gende is, dat h\j koud en ongevoelig was. Is die legende de waarheid DRIETAL te Delftds. L. Kuiper te Enkhuizen ds. W. W. Smitt te Assen ds. J. L. Schouten te Watergraafs meer. BEROEPEN te Zwartsluisds. G. Verrij te Giessen Oudkerk te Bussum ds. H. Kajan te Huizen te Silvolde Gendringen Cand. Kruger, te Am sterdam. BEDANKT voor Heerenveen ds. G. Wisse te Driebergen voor den Helderds. T. Ferwerda te Monni kendam voor Uithuizermeedends. M. Elzinga te Grootegast voor Gees: ds. L. H. Duin te Uelsen. Ds. M. Schuurman, die het beroep naar 's Gravenhage aannam, nam afscheid van zijne gemeente te Kampen naar aanleiding van de woorden uit Hand. 20 32. De heer A. S. J. Dekker, te Goes, le verde een pijporgel in de Geref. Kerk te Zout kamp. Het orgel verwierf allen lof. Haamstede26 Juli 1909. In den loop der vorige week werd de Geref. Jongelings-Ver- eeniging te Haamstede in kennis gesteld, dat haar Voorzitter, de WelEerw. Heer ds. R. Koolstra eene roeping heeft ontvangen van de Geref. Kerk te Hoek. De innige wensch en bede van heel de ver- eeniging is, dat ds. Koolstra bij ons blijve, tot rijken zegen en bloei derzelve. God verblijde haar. Geref. Jon gel.-Vereen. „Vreest God." Ter Neuzen, 26 Juli 1909. Bedankt voor het beroep naar Ter Neuzen door den WelEerw. Heer ds. Joh. Jansen te Burum (Fr). De Kerkeraad stelde het navolgende tweetal (alphabetisch) Ds. W. F. van Dam, 's Gravendeel Ds. B. v. d. Werf, Harlingen. Namens den Kerkeraad, J. J. de Jagbb, Scriba. Haamstede27 Juli 1909. Onze geachte Leeraar de WelEerw. Heer ds. R. Koolstra heeft eene roeping ontvangen van de Geref. Kerk te Hoek. De Koning der Kerk geve Zijnen dienstknecht door leiding en voorlich ting des Geestes eene Gode welbehagelijke keuze te mogen doen. Namens den Kerkeraad, J. C. Vis, Scriba. KORTE NOTULEN der classis Goes, 15 Juli 1909. I. Ds. K. Oussoren opent de vergadering op de gebruikelijke wijze. II. Van alle Kerken zijn de primi-afgev. aanwezig behalve van de Kerk van Nieuwdorp, wier sec.-afgev. ter vergadering is, terwijl van de kerken van ?s Gravenpolder en Wemeldinge als secundus-afgev. een diaken ter classisverg. is gekomen. Na gehoorde toelichting ont vangen deze diakenen keurstem. III. Het moderamen wordt als volgt gecon stitueerd: ds. Postema, praeses, ds. Aalders, scriba, ds. Koelewijn, assessor. De notulen der vorige vergadering gelezen en goedgekeurd. IV. Ingekomen een mededeeling van de classis Bolsward dat ds. B. van de Geref. Kerk te W. is losgemaakt. V. De afgevaardigden brengen rapport uit van het door hunne Kerkeraden beslotene aan gaande het voorstel ritus en liturgie. De Ker ken bleken er grootendeels mee in te stemmen, doch om practische redenen het nog niet in alle deelen te kunnen uitvoeren. VI. Ds. v. d. Veen rapporteert van de provinciale synode. Op een viertal punten wordt vooral de aandacht der Kerken gevestigd lo. dat de finantie der Theol. School achter uit gaan, zoodat versterking van finantieele kracht noodig is. 2o. dat op de volgende classis-vergaderiDg de Kerken hebben op te geven hun minima- bijdragen voor de zending. 3o. dat de Kerken hun dienaar des Woords een Zondag aan de Kerk van Poortvliet zullen afstaan, als een verzoek dienaangaande van Poortvliet komt. 4o. dat de Kerken, die nog niet gecollecteerd hebben voor Rilland, opgewekt worden het alsnog te doen. Het rapport wordt onder dankzegging goed gekeurd. VII. De vacatuurdiensten worden geregeld Borsele ds. Postema ds. v. d. Veen. Driewegen ds. Doekes ds. Koelewijn 's Gravenp. ds. v. d. Veen ds. Aalders. Wemeldinge ds. Koelewijn. Yerseke ds. Doekes. VHI. Besloten wordt dit jaar geen kerk visitatie te houden. IX. Benoemingen van deputaten voor kerkvisitatie D.D. v. d» Veen, Doekes, sec. Aalders; voor examina D.D. Koelewijn en Postema voor approbatie van beroepingen de kerken Goes en Nieuwdorp voor emeritaatsgelden ds. Postema classicale correspondent: ds. v. d. Veen; penningmeester ds. Koelewijn correspondent Theol. Schoolds. Doekes voor regeling van vacatuurbeurtends. Aal ders voor inning der collecten V. U.ds. Postema voor de zendingds. Doekes, sec. ds. v. d. Veen. X. De boeken van den classicalen penning meester en van den deputaat voor emeritaats gelden worden nagezien en in orde bevonden. XI. Aan ds. Oussoren, die zijn beroep naar Opperdoes aannam, wordt acte van ontslag gegeven. Als consulent wordt voor Baarland aange wezen ds. v. d. Veen, voor 's Gravenpolder ds. Postema, voor Driewegen ds. Doekes. Ds. Van der Veen zal bij 't afscheid van ds. Oussoren op den 22sten Aug. de classis ver tegenwoordigen. XII. Rondvraag naar art. 41 K.O. heeft plaats. XIII. De korte notulen worden goedgekeurd. XIV. De praeses sluit de vergadering. Namens de classis, J. Koelewijn, Assessor. De broeders te Rilland werden wederom ver blijd en zjjn dankbaar voor de toezending van collecten en wel vande Geref. Kerk Axel A f 21,045, idem Baarland f 15,255, idem Goes f 60,175, idem Heinkenszand f 15,745, idem Ier- seke f 9,81, idem Middelburg A f 7,50, idem St. Laurens f 10,20, idem Veere f 13,25, idem Wissenkerke (N.-B.) f 1,idem Zaamslag B f 18,08. Het eerst zijn de circulaires voor pastorie- bouw verzonden aan de kerken in de classis Zierikzee. Met verlangen wordt uit die classe nog eenig bericht tegemoet gezien van Brou wershaven, Bruinisse, Geersdijk, Kamperland, Oosterland en Scharendijke. Kerken, die nog niet collecteerden, verblijdt, indien mogelijk, spoedig Rilland's Kerk, door uw milde blijken van broederlijke liefde, opdat na niet al te langen tijd een dienaar van onzen Koning ook de wacht betrekke bij de poort van Zeeland. De classis-deputaat ad hoc Ds. J. H. Lammebtsma. Tholen, 27 Juli 1909. CORRESPONDENTIE. B. K. H. te Sch. Beschouwt het dan dat het geheele jaar 1909 door U betaald is, dus disponeer ik met Januari a. s. niet. DE UITGEVER. Het verslag van de classis Tholen ontvingen we te laat om in dit nummer te plaatsen. RED. De Geref. Jongel. Vereeniging „Herman Faukeel" te Middelburg, vergadert iederen Zondagavond om 8 i/s uur in de Consistorie kamer der Gasthuiskerk aldaar. Geref. jongelingen boven de 16 jaar zullen allen hartelijk welkom zijn.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1909 | | pagina 3