Lezing van Dr. L. H. Wagenaar
Kerk- en Schoolnieuws.
Ofticiëele Berichten.
Verantwoording van Liefdegaven.
BOEKBEOORDKELING.
Christendom en Opvoeding, door Prof.
Mr. A. Anbma, Prof. Dr. H. Bavinck,
Dr. A. Kuijpeb Je., Dr. J. C. de Mooe,
Ds. P. A. E. Sillevis Smitt, Prof. Dr.
J. Wol^jee. Baarn, Hollandia Druk
kerij. Prys
INGEZONDEN STUKKEN.
de Heer JAGOB CORRÉ Sr.,
P. BLOK
SoUBUES.
Woensdag 6 Januari, 's aronds 8 ure,
Kleine Zaal Schuttershof
Toegangskaarten in de Zaal verkrijgbaar.
Gereserveerde f O,®6, niet gereserveerde f 0,10.
als ge gaat bij den weg; dat het niet gepast
zou zyn den'.kring van uw huisgezin of te
midden uwer magen en vrienden. Integendeel
is dit ook zeer nuttig en noodig.
Maar in het midden des Tempels is het toch
de beste plaats. In het midden des Tempels.
Van welken Tempel? De Israëliet zou hebben
geantwoord; den.Tempel te Jeruzalem. Daar
kwam oud-Israël samen om te gedenken.
Maar die Tempel verging. En een andere
Tempel verrees. Een Tempel niet van hout of
steen, maar van levende steenen. Die Tempel
is de saamvergadering van 's Heeren volk.
En met dit volk moet ge nu opgaan om te
gedenken. In het midden des Tempels, in het
midden van Gods volk, daar gedenken wy, wat
God deed en wat wy hebben gedaan.
Waarom is in het midden des Tempels de
beste plaats om te gedenken
Vooreerst is de Tempel de plaats, waar de
Heere bijzonderlijk Zyn tegenwoordigheid doet
gevoelen. Waar Zyn volk te zamen komt, daar
vergadert Hy in het midden, en daar geschiedt
de gedachtenisviering naar den regel Zyns
Woords. Het Woord geeft daar leiding aan
onze gedachten.
Voorts, gedachtenis vierende in het midden
des Tempels, komen wy samen met de broe
deren, verkeeren wy in het midden der heiligen.
Dan wordt het een gemeenschappelijk werk.
Op een gewonen verjaardag blijft ge ook niet
gaarne alleen, maar ge herdenkt uw geboorte
dag liefst in het gezelschap van vrienden en
magen.
Verder is de gedachtenisviering in het mid
den des tempels ook een gedachtenisviering
voor het aangezicht van degenen, die God niet
in erkentenis houden. De wereld bespeurt er
weinig van, indien ge in de binnenkamer en
in uw huiselyken kring gedachtenis viert van
de daden des Heeren. Ook hier maakt de open
baring naar buiten indruk en macht. Het is
goed, dat de wereld u op ziet gaan naar het
midden des Tempels. Als er dan door de wereld
gevraagd wordt: waar gaan deze menschen
dezen avond toch heen dan moet het ant
woord zynzy gaan op in het midden des
Tempels om te gedenken. Zoo zal uw geden
ken der wereld tot een getuigenis zyn.
En eindelijk als wy de weldadigheid des
Heeren gedenken in het midden des Tempels,
dan geschiedt dit op een heilige wijze. Gij
zondert er immers opzettelijk een ure voor af.
Ge doet het niet terloops, tusschen allerlei
bezigheden en beslommeringen in, maar gij
zet er u rustig voor neder. Het is een ure van
afzonderingeen ure aan den Heere gewijd.
Daarom is het ook een heilige ure.
Zij er aan den laatsten avond van dit jaar
onder ons volk een gedenken, een dan een
gedenken in de gemeenschap der heiligen.
Er is veel te gedenken. Ons persoonlijk, hui
selijk, kerkelijk, maatschappelijk, staatkundig
leven geeft stoffe genoeg. En zy het geden
ken onzer ziele ons tot verootmoediging en
Gode tot eere. En zy de slotsom van bet
geloovige hartde Heere heeftalles welgemaakt.
Lam an.
BEROEPEN
te Terneuzen ds. A. S. Schaafsma, cand. te
Ten Boer.
te Fynaartcand. H. A. Monnik te Amsterdam.
en dergelijke zondaren bekeering noodig hadden
dat zou wel waar zyn. Maar brave menschen
En zy was immers een bij uitnemend
heid brave vrouw. Wie wist iets van haar te
zeggen? Had zy niet altijd onberispelijk ge
leefd? Was zij niet altijd goed geweest voor de
armen, die bij haar aanklopten Had zij zelfs
ook haar man niet menigmaal gewaarschuwd
Wat verbeeldde zich Bart wel?
Dit een en ander deelde zy ook haren man
mee, doch deze antwoordde daarop niets. Voor
eerst, omdat by zelf niet wist, wat hy hierop
antwoorden moest, en ten andere, omdat hy
innerlijk geloofde, dat zijne vrouw ook wel waar
lijk bekeering noodig had.
En wat haar verzoek betrof; naar huis te
mogen vervoerd worden, hierin kon Tiemens
niet toestemmen, omdat de docter gezegd had,
dat hy zelf wel zou waarschuwen wanneer die
vervoering zonder schadelijke gevolgen zou kun
nen plaats hebben, en hy den vorigen dag nog
gezegd had, dat dit zeker nog wel een week
zou aanhouden.
Een paar dagen later vinden we op een avond
Tiemens en Bart met zyn vrouw bij het bed
van de zieke. De pijn was weer toegenomen
en nu en dan was zy ook weer bewusteloos.
Toch was zy minder woelig dan te voren in
kaar bewusteloozen toestand. Zy ijlde wel, doch
te Langerak en te Opperdoes en te Kielwin-
deweercand. M. A. v. Pernis te Scherpenisse.
AANGENOMEN
naar Aalsmeerds. J. Fokkinga'te Medemblik.
naar Bergambachtds. G. v. Setten te Bussum.
Terneuzen, 28 December 1908Beroepen te
Terneuzen, Ds. A. S. Schaafsma te Ten Boer.
Namens den Kerkeraad,
J. J. de Jagee, - Scriba.
Vlissingen B. Br. Diakenen berichten met
hartelyben dank, dat de extra collecte voor
eene Kerstgave aan de armen heeft opgebracht
de somma van f 68,03Vs.
Namens Diakenen,
J. van dee Hoeven, Scriba.
De titel en de inhoud van dit boek dekken
elkander niet. 't Begrip Christendom is veel te
ruim, en doet denken, dat de opvoeding wordt
behandeld naar de opvattingen der verschil
lende Christelijke richtingen. Prof. Bavinck in
zyn schitterend voorwoord „Christendom en
Opvoeding" beperkt echter dit begrip en zegt,
wat wy in dit boek eronder te verstaan hebben,
als hy schrijft„het Christendom, zooals het
zich historisch in de Gereformeerde religie ont
wikkeld heeft." Deze inleiding van Prof. Ba
vinck is een magistraal stukeigenlijk 't
mooiste van heel het boek. Hy verdedigt het
goed recht van het Christendom om invloed
uit te oefenen op de opvoeding van het kind,
gelyk dit dan ook vanzelf reeds ten deele ge
schiedt. Drie punten ontwikkelt hy, om te
doen uitkomen, hoe het Christendom het best
in staat is de opvoeding in goede sporen te
leiden. Allereerst stelt het Christendom in de
gelegenheid en geeft het een middel aan de
hand om de opvoeding godsdienstig-zedelijk
te doen zyn. Bovendien kan het Christendom
aan de opvoeding geven een rijken schat van
een ineensluiten de, harmoniale wereld- en levens
beschouwing. En ten derde is het Christendom
in staat aan de opvoeding een centrum te geven,
en eenheid te brengen in haar velerlei werk
zaamheid.
Na dit schitterend pleidooi van het nood
zakelijk verband tusschen de Christelijke Re
ligie en de opvoeding, wordt in 5 opstellen
het algemeene thema in den breede uitgewerkt.
Dr. A. Kuyper Jr. te Vlissingen schrijft over
de opvoeding in het huisgezin dr. J. Woltjer,
prof. aan de V. U. heeft het over de opvoe
ding door de schoolde opvoeding door de
kerk wordt behandeld door ds. Sillevis Smitt
te Rotterdamen nadat dr. de Moor te Den
Haag heeft uiteengezet de beteekenis van de
kunst voor de opvoeding, sluit Mr. Anema,
omdat hare stem veel zwakker geworden was,
was voor de omstanders byna alles wat zy in
haar ijlen sprak, onverstaanbaar. Nu en dan
zuchtte zy diep. Hare ademhaling was moeielyk.
Tiemens vreesde, dat de dood nu naby was,
en Bart en zyn vrouw vreesden dit ook.
Ook nu weer bad Bart op verzoek van Tie
mens voor de zieke, en nauwelijks nog had hy
„amen* gezegd, of zy opende de oogen en vroeg
met angstigen blik:
„Waar ben ik toch Och, help my hier van
daan Ik zal hier stikken 1"
Haar man boog zich over haar heen en zeide
haar, dat zy nog altijd by Bart Romkes in huis
was, en zich maar heel stil moest houden.
„Ben ik dan waarlijk hier nog?" vroeg zy.
„O, wat droomde ik benauwd. Ik meende, dat
ik in een afgrond geslingerd werd. Ik wilde
ontvluchtenmaar een monsterachtig persoon
hield my tegen. Hy legde zyn zware hand my
op de borst eu hield my tegen ©nzeide: „Hier
is aan ontkoming niet te denken." Toen werd
ik verschrikt wakker. O, hoe benauwd was dat
Zoo sprak de zieke en viel toen weer in een
onrustige sluimering, die telkens weer door
benauwende droomen afgebroken werd.
(Wordt vervolgd.)
prof. aan de V. U. het boek met een opstel
over de overheid en de opvoeding.
Vele handen maken licht werk, en vooral
als het bekwame mannen zyn, die de handen
ineenslaan. Er wordt dan ook veel goeds ge
geven, al wordt door den een wel eens herhaald
wat reeds door een ander was gezegd.
Dr. Kuyper begint met de religieuse opvoe
ding te verdedigen. Vooral belangrijk is de
bestrijding der moderne opvoeding. Dat alle
christen-ouders dit toch eens lezenNiet min
der schoon is zyn uiteenzetting van de roeping
van het huisgezin zelf in de opvoeding; er
moet heerschen een Christelijke levenstoon, maar
ook behooren de kinderen opzettelijkin zekeren
zinstelselmatig, te worden onderwezen. Me
nige wenk wordt gegeven, die behartiging ver
dient. Er wordt door de ouders nog zooveel
nagelaten wat noodzakelijk geschieden moest.
Prof. Woltjer Sr. (een man van het vak
handelt over de opvoeding door de school. In
een kort bestek van 40 blz. zet Prof. W. het
Geref. standpunt uiteen, en verdedigt opnieuw
het goed recht van Christelijk onderwijsmaar
ook geeft de prof. zyn gedachten hoe de school
opvoeden moet en 't doel, dat de school moet
beoogen. Bedoeld wordt hier de lagere school.
Door den titel„opvoeding door de kerk"
beperkt ds. Sillevis Smitt zyn onderwerp, en
laat dan rusten wat invloed de kerk b.v. moet
uitoefenen op de opvoeding in 't huisgezin en
op de school. Niet alleen ouders, maar ook
predikanten en kerkeraadsleden mogen wel
eens naar de woorden van ds. Smitt luisteren,
't Valt niet te ontkennen, dat er veel meer
gedacht wordt aan en gedaan wordt voor de
opvoeding door de school, dan door de kerk
en terecht merkt toch ds. Smitt op, dat achter
den schoolstrijd de kerkstrijd ligt. Op dit terrein
is behoefte aan reformatie en saamwerking.
„Opvoeding en kunst" is het onderwerp dat
dr. de Moor bespreekt; en gaat na het ver
band tusschen de onopzettelijke opvoeding en het
voortbrengen van de kunsten daarna tusschen
de opzettelijke opvoeding en het genieten van de
kunst. Hier geschiedt waarlijk geen overbodig
werk, en op uitnemende wijze worden wy hier
ingelicht. Dr. de Moor opent de oogen voor
't noodzakelijke, om ook dit terrein dienstbaar
te maken aan de eere Gods. Aan het einde
van zyn leerrryk betoog wyst dr. de M. op den
eisch der Schrift, dat wy tot alle goed werk
volmaaktelyk moeten zyn toegerusttot de
volmaaktheid behoort echter ook de heerschappij
over de schepping in den ruimsten zin des
woords; en 't is de kunst vooral, die ons een
profetie geeft van en zoo ons geloof versterkt
in het eenmaal bereiken van die volmaaktheid.
Ten slotte handelt prof. Anema over „de
overheid en de opvoeding" ook al van belang
in onze dagen nu het gezag steeds grooter
wordt over vermeerdering en uitbreiding der
overheidsbemoeiing, 't Spreekt vanzelf, dat h er
van volledigheid geen sprake iser zyn nog
vele vragen, die men beantwoord zou willen
zien. Toch wordt men ingeleid in vele zaken,
die moeten geweten. In de staatstaak inzake
de opvoeding acht prof. A. aanwezig een rechts-,
een beschermend en een plaatsvervangend
element.
't Algemeen oordeel over dit boek mag dus
gunstig zyn, en zonder voorbehoud kunnen
wy het aanbevelen. „Het Christelijk Huisgezin"
van Prof. Bavinck voor eenige maanden ver
schenen, en „Christendom en Opvoeding" van
deze 6 heeren zyn een winst voor onze Chris
telijke lektuur. 't Mooie is ook nog, dat, hoe
wel de schrijvers geleerde mannen zyn, toch
geen „geleerdheid" ons aangeboden wordt.
Ook voor den eenvoudige is by eenige inspan
ning schier alles verstaanbaar. Koopt nu dit
boek eens en leest het. J. D. Wielenga.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Geachte Redactie l
Met het oog op den ietwat gepeperden staart
van ds. Kerkhofs stukske zy my nog eenmaal
plaatsruimte voor een kort woord gegund.
Gold het de meerdere of mindere correctheid
van notulen of een min juist rapport, binnen
vier muren uitgebracht, dan had onze broeder
volkomen gelyk. Dat hoort binnen te blijven.
Maar „persverslagen' en „notulen* zyn geen
synoniemen. De notulen worden op eene vol
gende vergadering beoordeeld en vastgesteld.
Doch een persverslag is heel iets anders. Daarin
worden de zaken publiek aan de lezers mede
gedeeld. Wat in een dergelijk verslag staat, is
buiten de muren gebracht. Dit heeft mijn ge
achte collega blijkbaar over het hoofd gezien.
Nu viel in het joDgste persverslag van Wal-
cherens classis geheel ten onrechte sprake van
de veranderde houding onzer elassis, zonder
voorbehoud en niet eens als mededeelirig in
een rapport.
Hier was dus rectificatie noodig voor de le
zers, aan wie de onjuiste mededeeling was voor
gelegd. En de schrijver van bedoeld verslag,
broeder Netelenbos, was dan ook, op mijn ver
zoek, aanstonds bereid, de lezers beter in te
lichten. Later heeft hy tot mijn leedwezen deze
belofte teruggenomen, omdat het z. i. een „mee-
ningsverschil" gold. Vandaar, dat ondergetee-
kende als toen aan de lezers het misverstand
meedeelde en rectificatie gaf.
Zulk een misverstand in een persverslag bi-
hoort ook publiek te worden weggenomen. Daar
over kan moeilijk verschil rijzen. Wel kan er
verschil van opinie zyn bij de vraag, wie dit
doen zal. Het lijkt my de aangewezen weg toe,
dat de schrijver van het persverslag dit na be
hoorlijke inlichting op zich neemt. En dienover
eenkomstig heb ik dan ook gehandeld.
Is ds. Kerkhof van oordeel, dat dergelijke
zaken binnen de muren moeten blijven, dan
moet hy uiteraard zich tegen de gewoonte ver
klaren, om door persverslagen een en ander
buiten de muren te brengen.
Met dank voor^de opname van deze regelen,
Uw dw. dnr. in Chr.
G. Doxkbi.
Nieuwdorp, 25vDec. 1908.
Advertentlën.
Heden overleed, jalleen steunende op
de gerechtigheid van Christus, onze ge
liefde echtgenoot, vader, behuwd- en
grootvader,
in leven ouderling bij de Geref. Gemeente
en Commissaris van den Polder Wal
cheren, in den ouderdom van 69 jaar en
9 maanden.
Allen, die den overledene gekend
hebben, zullen beseffen wat wy aan hem
verliezen.
De familie
Wed. J. CORRÉ—Lous.
S. WISSE—Coeeé.
W. WISSE.
J. CORRÉ Je.
S. CORRÉ—Cobe*.
J. DE VISSERCoeeiè.
G. DE VISSER.
Aagtekerke, 28 December 1908.
Grypskerke.
Aagtekerke.
Allen vrienden zy des Heeren zegen rijkelyk
geschonken, van het begintot, zoo het wezen
mag, het einde van 1909.
Ds. H. W. LAMAN.
's Heeren onmisbaren zegen, zoo stoffelijk
als geestelijk, aan familie, collega's ,ën kennis
sen voor 1909 toegewenscht.
Ds. G. DE JAGER
en Echtgenoot».
Bruinisse, 31 Dec. 1908.
P. A
'8 Heeren besten zegen Joegewenseht aan
Vrienden en Begunstigers met den aanvang
van het jaar.
B. PLUIJMERS,
In Confecties, Souburg.
A. D. LITTOOIJ Az., drukker-uitgever,
wenscht den lezers een jaar ry'k aan zegenin
gen, zoowel geestelijke als stoffelijke.
Vrienden en Begunstigers by de intrede van
het nieuwe jaar hartelijk gelukgewenscht en
Gods onmisbaren zagen toegebeden.
S. DE JONGH,
Lykdienaar en rustend Koster.
Middelburg, 31 December 1908.
Onze geachte Begunstigers en Vrienden
worden by dezen met de intrede van 1909
veel Heil en Zegen toegewenscht.
Zich voorts weder beleefd by U aanbevelend
als Schoenmaker en Lykdienaar.
C. ADRIAANSE,
Koster Geref. Kerk A.
Middelburg, 31 December 1908.
op Kerkelyk-Historisch terrein,