Kerk- en Schoolnieuws. Afscheid Koster de Jongh. Officiëele Berichten. den als publieke wachters voor de zuiverheid der belijdenis. School en kerken moeten op elkander invloed! uitoefenen. Beiden moeten gecombineerd met eerbiediging van ieders rechten. De|vraag is z.i. kunnen we met het uitgangspunt van het concept meegaan En dan is zijn oordeel, ziende op art. 1, dat h\j gerust aan de discussie kan deelnemen, afge dacht van de formuleering en den inhoud van meerdere artikelen. Ds. Breukelaar (rapporteur der Commissie) vereenigt zich met het door prof. Kuyper ge sprokene. Ook dat is het standpunt van de commissie. Voorts beantwoordt hij prof. Noordt- zy. De commissie oordeelt, dat deze materie op deze Synode dient afgedaan te worden, zoo, dat deze zaak voor de toekomst afdoende is geregeld. Hij verdedigt het ingediende nieuwe concept. Hij wenscht de souvereiniteit der School in eigen kring streng te eerbiedigen. Over het wetenschappelijke moeten de kerken niet oordeelen. Dat moet aan de School zelf blijven. Doch iets anders is de vraag of nu dat wetenschappelijk onderwijs geschikt is met het oog op de vorming van aanstaande Die naren des Woords. Dan hebben de Kerken zeer zeker weer recht van spreken. Ds. W. H. Gispen Jr. (mede-lid der commis sie) acht na de tot dusver gehouden discussie de commissie gezuiverd van den blaam op haar gelegd in de pers, alsof de commissie met de beginselen gesold zou hebben. Voorts heeft hij 't woord van br. Fernhout met leedwezen aangehoord. Volgens dezen zou den we kunnen volstaan met enkele artikelen maar dan zouden we onze eere als kerken weg werpen. Nauwkeurige lezing bewijst z. i. dat de commissie getracht heeft zooveel mogelijk aan alle theoretische bezwaren te gemoet te komen# Ds. Doorn zegtEr is verband tusschen de kerken en de Theol. fae. Dat verband kan z.i. nauwer gelegd. Sommigen nu achten dan men bezig is dat verband te nauw te leggen. Hij ziet dat nog niet in. Ook hy oordeelt, dat niet alleen bij de examens, maar ook reeds bij de opleiding dient gewaakt. Ds. v. Schelven oordeelt, dat al wat geldt van de kerk van Christus, niet kan worden over gebracht op de kerk als instituut. Het kan ge beuren dat een kerk als instituut de leugen wil handhaven. Tusschen die twee dient,dus nauwkeurig onderscheiden te worden. Prof. Lindeboom legt er nadruk op, dat af doening van de verbandskwestie met de Theol. Fac. niet beteekent: afdoening van de Oplei dingskwestie. Voor hem schuilt de beteekenis van het rapport in dat woord ^geschiktheid En als hij zich nu voorstelt, dat die geschikt heid niet anders beteekent dan rechtzinnig, vroom, karaktervormend, dan hebben de kerken toch niet genoeg. In die geschiktheid ligt z. i. alles wat de kerken noodig hebben voor de op leiding. En dus behoort daartoe ook het we tenschappelijke want ook die wetenschappe lijke opleiding wordt door de kerken geëischt voor haar Dienaren. Er dient echter z. i. ook in het contract op genomen te worden, dat de candidaten der V. U. het recht hebben tot de kerkelijke examens te worden toegelaten. Na deze algemeene beraadslagingen gaat de Synode er toe over de Concept-regeling arti- kelsgewijze te behandelen. Achtereenvolgens worden goedgekeurd: het opschrift en de art. 1 en 2, waarop deze zitting gesloten wordt. 7e ZITTING. Vrijdag 28 Augustus. Nadat de vergadering op gebruikelijke wijze geopend is, rapporteert prof. Honig over het rapport van de deputaten voor de Zending, en stelt de volgende conclusies voor: 1. Deputaten voor de Zending hartelijk dank te zeggen voor hunnen gewaardeerden en veel- omvattenden arbeid en voor het nauwkeurige en volledige rapport, door hen ingediend 2. Het uitgebrachte rapport goed te keuren en het zegel te hechten aan den arbeid der Deputaten, voor zoover die goedkeuring nog niet mocht zyn verleend 3. De Deputaten voor de Zending te dé- chargeeren 4. Aan de nieuw te benoemen Deputaten voor de Zending op te dragen voor de verdere uitgave van het Zendingsblad te zorgen 5. Aan ds. H. Dijkstra, dr. J. Hania en ds. W. Breukelaar machtiging te verleenen de loopende zaken der Zending onder de Heidenen en Mohammedanen te behandelen, totdat de benoemde Deputaten hebben vergaderd Overeenkomstig deze conclusies besluit de Synode. De Synode benoemt de professoren Bavinck, Geesink, Kuyper, Noordtzij en ds. Dijkstra voor de examinatie ten behoeve der zending, en als Deputaten voor de zending uit Groningen ds. Scholten, Friesland (N. G.) ds. v. d. Munnik, Friesland (Z. G.) ds. v. Andel, Drente ds. Dijk stra, Gelderland ds. Renkema, Utrecht ds. v. Andel, N. Holland ds. Breukelaar, Z. Holland (N. G.) ds. Rudolph, Z. Holland (Z. G.) ds. van Haeringen, Zeeland dr. Wagenaar, N. Brabant en Limburg ds. Mulder. Ds. H. Hoekstra zal op verzoek der Synode aanblijven voor de redactie van Eet Zendingsblad. Prof. Bouman rapporteert in zake punt M. 3 van het agendum, inhoudende een bezwaar schrift van br. B. e. a. te R. Na breede bespreking en toelichting van hetgeen in dit bezwaarschrift tegen het besluit van Rotterdams Kerkeraad A tot ineensmelting der plaatselijke kerk wordt ingebracht, werden overeenkomstig het praeadvies de volgende conclusies genomen De Generale Synode overwegende, dat de bezwaarde broeders geen enkelen wezenlijken grond aanvoeren waarom de stemming van de leden den gemeente inzake de ineensmelting geëischt wordt, maar dat zij daarentegen bij de ontwikkeling van haar gevoelen niet vrij zijn van de Independentistische dwaling Overwegende, dat het wel eisch is van het Geref. kerkrecht, dat de leden der gemeente medewerken in alle zaken die met het leven der gemeente in het nauwst verband staan, maar dat die medewerking niet juist gelegen is in het uitbrengen van hun stem, en dat de beslissing en de verantwoordelijkheid behoort bij den kerkeraad Overwegende, dat in de zaak der ineensmel ting te Rotterdam geen enkel beginsel van het Geref. Kerkrecht is geschonden dat de Kerke raad van Rotterdam A niet in strijd gehan deld heeft met de bepalingen omtrent de ineen smelting van de Synodes van 1892 e. v.dat hij herhaaldelijk het gevoelen van de leden der gemeente heeft trachten te vernemen en hun gelegenheid gegeven heeft zich uit te spreken en getracht heeft de bezwaren zooveel mogelijk weg te nemen of de ongeldigheid daarvan aan te toonen; Spreekt uit dat zij geen reden vindt om het besluit van Z.-Holland (Z.) te vernietigen en de bezwaarde broeders ernstig vermaant hun onrechtmatigen eisch te laten varen en zich bij het besluit van den Kerkeraad inzake de ineensmelting neer te leggen, en dat van dit besluit kennis zal gegeven wor den aan de bezwaarde broeders en aan den Kerkeraad van Rotterdam A. Na afhandeling van dit rapport wordt de artikelsgewijze behandeling van de „concept regeling van het Verband tusschen de Geref. Kerken en de Theolog. Faculteit der Vrije Universiteit" voortgezet. Aan de orde komt Art. 3 van genoemd concept, handelende over de benoeming der Hoogleeraren en het zeggenschap, dat volgens genoemd concept aan de kerken zou worden toegekend. De commissie van praeadvies was in zake dit artikel niet eenstemmig. Een meerderheid wil bij benoeming van Hoogleeraren aan de Theolog. Faculteit der Kerken niet alleen laten oordeelen over leer en levenmaar ook over de geschiktheid van den Hoogleeraar om mede te werken tot opleiding voor den dienst des Woords in de Gereformeerde Kerken. Ds. Fern hout dient een voorstel in om wat gezegd wordt in alinea 1 aangaande het oordeel der Kerken over de geschiktheid te schrappen, en voorts te schrappen in volgende alineas wat uit aanneming van zijn eerste voorstel voort vloeit. Zeer in den breede wordt gedurende enkele uren over deze gewichtige zaak het woord gevoerd door tal van broederen. Eindelijk wordt het voorstel van ds. Fernhout in stemming gebracht en verworpen. Een voorstel van de minderheid van de Commissie van praeadvies (prof. Rutgers, ds. Klaarhamer e. a.), bedoelende alinea 68 van art. 3 aldus te lezen: „Vereenigt dit college zich echter niet met het oordeel der deputaten, en kan het inge brachte bezwaar door overleg niet worden weg genomen, dan zal over de geschiktheid tot het geven van Academisch onderwijs, in het alge meen en ook met het oog op de opleiding tot den Dienst des Woords, de finale beslissing staan aan de daartoe aangewezen colleges van de Vrije Universiteit, en over de getrouwheid aan de Gereformeerde Belijdenis in leer en leven zal de finale beslissing staan aan de Generale Synode der Gereformeerde Kerken", wordt daarna ook verworpen. Art. 3 zelf, gelijk het wordt voorgesteld door de meerderheid van de commissie van praead vies, zal later aan stemming worden onder worpen. Dr. Keizer leest het rapport inzake de corres pondentie met buitenlandsche kerken. De be handeling zal later worden voortgezet. De zittingen der Synode worden tot Woens dag a. s. door den praeses gesloten. 8e ZITTING. Woensdag 2 Sept. Rapport inzake het Synodaal archief. De Kerkeraad van Amsterdam en inzonderheid br. Van Loon worden dank gezegd en gecontinu eerd, terwijl maatregelen zullen genomen worden om het archief brandvrij te bewaren. Wordt behandeld een schrijven van de Kerk van Den Briel naar aanleiding van de Synodale beslissing inzake het Kerkgebouw aldaar. Het genomen besluit wordt zóó gewijzigd dat (tot een bedrag van f 1000,jaarlijks f 100,be nevens voor eens een som van f 300,(voor de noodige reparaties) aan de kerk van Den Briel zal uitbetaald worden. Met betrekking tot de kerk van Kootwijk wordt bepaald dat dit Synodejaar de steun blijft zooals hij nu bepaald is. Ingevolge het voorstel van de Part. Synode van Overijsel zullen alle Kerken opgewekt worden om voor hare Diaconiën te handelen overeenkomstig het advies gegeven inzake de Kinderwetten. De praeses stelt aan de orde de voortzetting van de concept-regeling inzake het verband tusschen de kerken en de Theol. Facult. aan de Vrije Universiteit. Ds. Breukelaar deelt mede, dat, opdat nog een eenstemmige beslissing zou kunnen genomen worden, door ds. Breukelaar, prof. Rutgers, prof. Kuyper en ds Van Schel ven eenige amendementen worden voorgesteld de voorstellers hopen dat zich de minderheid en de meerderheid van de vorige week daar mede zullen kunnen vereenigen. Besloten wordt de behandeling hiervan enkele uren uit te stellen. Alsnu wordt behandeld het rapport inzake de voorstellen tot benoeming van een vijfden professor aan de Theol. School te Kampen. De conclusie der commissie van praeadvies luidt aldusDe commissie, overwegende a. dat het onderwijs aan de Theologische School zeer bevredigende resultaten heeft en mitsdien uit den aard van het onderwijs de noodzakelijkheid der benoeming van een vijfden hoogleeraar niet blijkt overwegende, dat de benoeming van een vijfden Hoogleer aar zou zijn het in 't leven roepen van een vijfde leerstoel aan de Theologische School besluit, aan uwe Synode te adviseeren de voorstel len tot de benoeming van een vijfden Hoog leeraar niet aan te nemen. De conclusie wordt door de Synode zonder eenige discussie met algemeene stemmen aan genomen. Nog rapporteert ds. Smitt over de voor stellen, om aan de Theol. School het recht toe te kennen, om den graad van Docter in de H. Godgeleerdheid te verleenen. De volgende Conclusie wordt voorgesteld De Commissie overwegende, dat de urgentie dezer zaak in de Kerken niet leeft dat daargelaten de vraag of de Kerken aan de Theol. School het recht kunnen toekennen om den doctoralen graad te verleenen dat om redenen van practischen aard de toekenning van het promotie-recht niet ge- wenscht is adviseert de Synode: het voorstel dienaangaande niet aan te nemen. Prof. Lindeboom, die het met de voorge stelde conclusie niet eens is, geeft schriftelijke verantwoording van zyn afwijkend gevoelen en verzocht opname daarvan in de Acta der Synode. Overeenkomstig het praeadvies wordt daarna zonder discussie besloten. Eindelijk rapporteert ds. Smitt nog over punt C van het agendumnameljjk over het voorstel van de Classis Dokkum, om voortaan geen andere leerlingen toe te laten tot de Theol. School of de Theol. Facult. dan die öf eindexamen van het gymnasium öf Staats examen gedaan hebben. De commissie van praeadvies van oordeel, lo. dat de zaak waarover 't hier gaat, in de kerken niet urgent is 2o. dat het niet raadzaam is den door Dok kum aangegeven weg in te slaan stelt aan de Synode voor het voorstel Dokkum, met waardeering van de goede bedoeling waarmee de classe haar voorstel deed, niet aan te nemen. Dienovereenkomstig besluit na eenige dis cussie de Synode. Dr. van Lonkhuizen doet eenige mededeelin- gen aangaande zyn reis naar Buenos Ayeros en zijn arbeid aldaarhy beveelt de Z. Amer. Kerken in Argentinië ten zeerste aan in de sympathie van de kerken alhier. Op de vraag, of hy niet te vroeg is terug gekomen, meent hjj ontkennend te moeten antwoorden. Zyn arbeid in Argetinië was scho len en kerken te stichten. Voorzoover dit nu kon, is dit geschied. Thans moet er voortgebouwd worden. Dat was niet myn werk. Thans moeten er scholen komen, opdat de jeugd bewaard worde by de waarheid, by het kerkelijke leven, by den nationalen eenvoud. Krachtige, flinke, Christelijke onderwijzers zyn daar nu nog eer en meer noodig dan predikanten. Nogmaals beveelt dr. Van Lonk huizen den arbeid in Argetinië by de kerken alhier aan. De voorgestelde conclusies zullen na de pauze in stemming gebracht worden. Hierna wordt pauze gehouden. DRIETAL te Hilversum Ads. A. van Andel te Heeren veen. ds. Th. Oegema te Hooge- veen. ds. G. H. A. van der Vegte te Urk. te Garrelsweerds. T. J. Hagen te Ridderkerk ds. F. ten Hoor teUithuizer- mede ds. R. W. Huizing te Kou dekerk. TWEETAL te Nieuwendam ds. A. Taal te Krimpen aan de Lek. ds. K. Oussoren te Baarland. AANGENOMEN naar Vianends. W. L. Milo te Warns. BEROEPEN te Hilversumds. A. v. Andel te Heerenveen. te Langerakds. J. B. Netelenbos te Oost- kapelle. te Sprangds. G. P. Oberman te Lunteren. te Leksmondds. J. J. Steinhart te Schoon hoven B. Ds. Van Loon van Koudekerke, die Zon dagavond het Woord bediende in Kerk A te Middelburg, was de tolk van den kerkeraad, en in hem van heel de gemeente, toen hy een hartelijk woord van afscheid sprak tot den koster, den heer S. de Jongh en diens echt- genoote, die na 25-jarige trouwe en nauwge zette dienstvervulling, als zoodanig ontslag aangevraagd en verkregen hadden, en dien avond voor het laatst het kosterschap waarna men. Met een kort woord werd de nieuw be noemde koster, de heer C. Adriaanse, by de gemeente ingeleid. Gelyk uit achterstaande advertentie blykt, blijft broeder de Jongh zich beleefd aanbevelen als lykdienaar. De heer G. Midevaine, die ook vroeger deze functie reeds bekleedde, is benoemd tot koster in Kerk B te Middelburg, in plaats van den heer C. Adriaanse, die, gelyk boven ver meld is, het Kosterschap in Kerk A aanvaardde. J.l. Woensdagavond werd in de Geref. kerk te Serooskerke het nieuwe orgel in gebruik genomen. Ds. S. de Jager sprak de talrijk aan wezigen toe naar aanleiding van 2 Kon. 3 15. „En het geschiedde dat de speelman op de snaren speelde, dat de hand des Heeren op hem kwam." ZEw. wees op het nut van de muziek in het algemeen en in het bijzonder bij de godsdienstoefeningen. Het orgel, dat boven den kansel op een ruim doxaal geplaatst is, kan een sieraad van het kerkgebouw ge noemd worden. De begeleiding van de gezon gen psalmen werd door den Orgelfabrikant, den heer M. Vermeulen uit Woerden, verdien stelijk uitgevoerd. De heeren H. J. Versluys en P. Melis zullen als organist optreden. Na des morgens te zyn bevestigd door ds. J. Diemer, van Oldehove, met eene leerrede over Jesaja 62 6 en 7, deed Zondag jl. ds. C. Diemer, van Bergentheim overgekomen, zyne intrede te Pynacker—Nootdorp, met eene pre dikatie over Psalm 133. Zondag j. 1. deed de candidaat E. van der Laan zyn intrede te Wyckel en Balk, met eene predikatie over 2 Corinthe 4 7. Als bevesti ger was des morgens opgetreden ds. J. Tonc- kes, van Langeslag, die tot tekst had Jesaja 62 6 en 7. CLASSIS MIDDELBURG. Vacatuurbeurten Westkapelle. 4 Oct. oud. Oostkapelle. 11 ds. v. d. Hoorn. 18 oud. Koudekerke. 25 ds. Kerkhof. 1 Nov. oud. Meliskerke. 8 ds. v. d. Hoorn. 15 oud. Vlissingen A. 22 ds. Pol. 29 oud. Middelburg A. 6 Dec. ds. v. d. Hoorn. 13 oud. Middelburg A. 20 ds. Netelenbos. 27 oud. Oost- en West Souburg.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1908 | | pagina 3