Geboorte-Bekendmakingen,
Me- en
Huwelijkskaarten,
en Rouwbrieven
De uilverkoren Meren wedergeboren.
De uitverkoren kinderen wedergeboren.
A. D. LITTOOIJ Az.,
Het verleenen van het Doctoraat aan de
Theologische School.
Kerk- en Schoolnieuws.
Verantwoording van Liefdegaven.
Ofticiëele Berichten.
BOEKBEOORDEELING.
Christelijke Jongelingsvereeniging
„Herman Faukeel".
Advertentiën,
Een leer NIET overeenkomende met
ANDERE Schriftwaarheden,
Ds. A. H. DIERMAHSE.
JPJR1JS 55 CENT..
EISCH DES VERBONDS? f 1,10.
EISCH DES DOOPS?
A. VAN ZIJL,
worden in den kortst mogelU-
ken tyd geleverd door
StoomdrukkerijMiddelburg.
schen werken en bidden. Wie biddend en
wachtend op den zegen des Heeren werkt, doet
z\jn arbeid met rust en kalmte. Hy jaagt en
draaft niet evenals degene, die den Heere niet
kent en falies grijpen', wil, wat hy maar kan
grypen. Hij heeft niet die knagende zorgen
en kwellingen, gelijk de mensch, die meent:
alles moetikomen door myn eigen hand en
werk,' door eigen kracht en vlijt. Zulk_een
levensbeschouwing'maakt den mensch tot een
armen" slaaf.
De geloovige daarentegen arbeidt met vlijt
en getrouwheid, maar hij is er diep van over
tuigd, dat h:jjj[toch slechts uit de hand des
Heeren leeft.
Lezer, God geve u zóó uw werk te beginnen,
dan zal "de Heere uw vlijt zegenen en uit ge-
nade^uwen arbeid'kroonen.
gTDoch^ niet alleen in het natuurlijke, ook in
het geestelijke behooren wy op den Heere te
wachten.'-rWachten op". zyn! Heiligen Geest.
Wachten op zyn genade. Wachten op zijn
bevelen, om diepte doen.
Hf Diep treurig is het, als gij alleen het na
tuurlijke van den Heere vraagt en verwacht.
Als gij in uw gebed [alleen., .denkt aan het
lichaam" en niet aan (f de ziel; alleen het oog
hebt op tijdelijke welvaart, en uw eeuwig
welzijn veronachtzaamtzoo gij, biddende tot
God, slechts over u zeiven bekommerd zyt, en
niet over de eere van 's Heeren heiligen Naam.
In dien weg kunt ge niet waarlijk gezegend
zijn. De fgroote [[voorwaarde van alle waar
achtig geluk is, het^ houden der inzettingen en
geboden Gods. Zoek eerst het Koninkrijk
Gods en alle [andere [dingen zullen u toege
worpen worden. Wees nóg zoo voorspoedig in
uw werk vergader u vele goederen maar als
de Heere in den komenden zomer,*[te midden
van uw arbeid, u eens opriep,"om voor zyn
rechterstoel te verschijnen, wat dan Dan
ontvalt gij aan al het goed, dat ge u met
zooveel arbeids[[ vergaderd hebt, en gy daalt
arm en ledig in het graf. Onder al uw bezit
tingen zult ge niets vinden, dat in den dood
u kan troosten. Zonder Jezus als Borg voor
uw schuld, zinkt gij dan in jammer en ellende
voor eeuwig weg.
Doch ook al zoudt gy altijd gezond zijn
en met voorspoed uw werk mogen doen, zonder
de vreeze Gods is er geen waarachtig geluk,
geen rust en vrede, ook niet ten aanzien van
het tijdelijk goed. De godzaligheid is tot alle
dingen nut, ook ten opzichte van ons aardsche
leven.
Alleen zoo gij tot Gods eere leert leven, leeft
ge ook waarlijk tot uw welzijn. God schenke
u genade, opdat heel uw leven in alles zy en
steeds meer worde, een wachten op den[Heere.
«Allen, die U verwachten", zegt de dichter,
„zullen niet beschaamd worden". Zij zullen
niet beschaamd wordennooit en in niets.
J. P. Tazblaar.
Na de geweldige beroering die de Synode
van Arnhem met hare gevolgen in onze Ker
ken had veroorzaakt, hadden de Kerken voor
alle dingen rust noodig, voor zoover dat mo
gelijk was zonder het besef van waarheid en
werkelijkheid te laten ondergaan onder de be-
zinking van de troebele wateren.
Daarom is het alleszins verklaarbaar, dat vóór
de Synode van 1905 zooveel mogelijk gezwegen
werd over de opleiding tot den dienst des
Woords.
Het was dan ook niet verwacht, dat de Sy
node zelve een gedeelte daarvan weer aan de
orde zou stellen, gelijk geschied is toen zy de
deputaten benoemde om een nieuwe (concept)
regeling voor te stellen voor verband met de Theol.
Fac. der F. U.
Maar toch was daarvoor alleszins reden. Het
bestaande verband was niet veel zeggend. En
het was slechts voorloopig aanvaard. En toch
had het sinds 1891 alzoo dienst gedaan. Reden
te over voor de Synode om op grond van die
motieven te besluiten, gelijk zy deed. Wanneer
zij meende dat de pogingen voor het zoeken
van eenheid van opleiding vooreerst niet her
haald moesten worden, dan was het zaak dat
verband naar de eischen van zulk een verband
zelve te regelen.
En naar den maatstaf van die eischen zal
dan ook het concept beoordeeld moeten worden.
Maar op gelijksoortige gronden zou dan ook
overwogen moeten worden, of voor de Theol.
School van de Kerken zelve gedaan wordt wat
noodig is. Acht de Synode het in de tegen
woordige omstandigheden het meest gewenscht
hare eigene school zelfstandig te houden, dan
dient voor haren bloei het noodige bezorgd
te worden.
Dat nu daaromtrent door de Synode geen
maatregelen genomen zijn is ook te verklaren,
omdat haar oog 't meest gericht was op de
zaken die 't meest in 't oog vielen, n.l. een
voorloopig verbanddat nu reeds 16 jaren duurt.
Zóó alleen kunnen wij ons de geboorte dezer
Deputaten Commissie voor stéllenzonder dat er
eenige nevenbedoeling verondersteld behoefde te
worden. En dit doen wy ook.
Maar dat neemt niet weg, dat de gedachten
nu ook door den loop der historie weer als
van zelf geleid worden naar de Theol. School,
die dus in haar zelfstandig voortbestaan is be
vestigd, en dat wy de vraag stellenwat er te
haren opzichte dient gedaan te wordenopdat zij
met haren tijd meeleve en niet in een min waar
dige positie kome. Wy mogen niet veronderstel
len, dat onze Kerken dit zouden willen.
En dan zeiden wy reeds dat de benoeming
van een 5den hoogleeraar ons noodzakelijk
voorkomt, en wy voegen er thans aan toe dat
de Theol. School ook gebruik zal moeten maken
van haar recht om den graad van Doctor in
de Heilige Godgeleerdheid toe te kennen.
Ook in vroegere jaren is daar sprake van
geweest. Het laatst op de Synode der Chr.
Geref. Kerk gehouden te Rotterdam in 1885.
Het punt was daar gebracht door de Pro
vinciale Synode van Gelderland omdat één
der Geldersehe Predikanten den wensch uit
gesproken had, het doctoraalexamen aan de
Theol. School af te leggen, en «omdat de
titel van Dr. alleen te halen was aan Inrich
tingen die geheel in 't verkeerde spoor zyn,
en waarheen niemand onzer zyne kinderen
zenden moest."
Allereerst werd toen by monde van Ds. A.
Brummelkamp Jr. over dat voorstel het advies
uitgebracht van de curatoren, en bevatte het
volgende
Het curatorium oordeelt, in overleg met
de Docenten, dat de Theol. School het recht
heeft titels te verleenen, maar meent noch-
thans op de aanstaande Synode te moeten
uitspreken, dat de tyd nog niet gekomen is
om dat recht uit te oefenen. Dat advies be
rust op de overweging dat er tweëerlei Docto
raat in de Gereformeerde Kerken bestaat, of
althans bestaan kan.
Het eerste is het kerkelijk Doctoraat, dat
naar Art. 18 der Dordtsche Kerkorde, door
de Leeraren aan de Theol. School bekleed
wordt, en een ambt is, wèl te onderscheiden
van het tweede Doctoraat, dat een zuiver
wetenschappelijke graad is, waarvan hier alleen
sprake wezen kan, omdat het eerste Docto
raat tevens de opdracht in zich sluit, om de
a. s. Dienaren des Woords op te leiden, en
deze toch ook door de voorstanders van den
Doctorstitel onder ons allen voor de Leeraren
aan de school begeerd wordt. Van dien Doc
torstitel als wetensehappelyken graad in de
Theologie, gelooft het Curatorium dat de Kerk
bevoegd is hem te verleenende Kerk uitslui
tend, en niet de Staat, of eenige maatschappe
lijke of geleerde corporatie. Immers de Theo
logie als wetenschap is de dochter der Kerk
niet omgekeerd. De Theologie immers is de
stelselmatige wetenschappelijke uiteenzetting
van de geopenbaarde waarheid, welke door
God aan de gemeente ter prediking en hand
having is toevertrouwdderhalve een weten
schap uit het geloof geboren en alleen op
geloovig gebied bestaanbaar, maar overigens
een wetenschap gelyk iedere andere met een
eigen terrein, eigen wetten, rechten, en be
voegdheden.
Tot die bevoegdheden behoort het recht om
te beoordeelen, wie al of niet blyk heeft ge
geven thuis te zyn op haar gebied, aan wien
dus de eigenlijk gezegde wetenschappelijke
graad kan worden uitgereikt, die hem tot des
kundige verheft.
Deze graad is alzoo de ijk, de stempel, de
ridderslag op wetenschappelijk godgeleerd ge
bied en het Forum, de rechtbank, die namens
de Kerk dezen graad moet toewijzen, is de
Theol. School. Niet rechtstreeks wijst de Kerk
hem toe, omdat zy geen wetenschappelijke
inrichting als zoodanig is, maar predikster der
waarheidmaar door hare Theol. School, die
uit haar zelve geboren, en daarom het wettig
orgaan is, waardoor zy in dezen handelt.
Door overwegingen die uitgedrukt werden,
als voortkomende uit bescheidenheid, lieten
zij zich echter leiden, om te adviseeren nog
niet van dat recht gebruik te maken.
De hoogleeraren, als praeadviseurs, stemden
met het uitgebrachte rapport in. Een van hen
echter niet met de conclusie om van het recht
nog geen gebruik te maken.
En de Synode nam het volgende voorstel
aan: «De Synode, erkennende het recht der
Kerk om door hare Theol. School den Doc
torstitel te verleenen, is nog niet ryp om over
de wenschelykheid der toepassing zich uit te
spreken".
Nu onthouden wij ons wijl het ons om her
innering der historie hier te doen is ofschoon
slechts noode, om eenige opmerkingen te ma
ken over de bewering dat in het beding een
spik splinter nieuw beginsel werd uitgesproken.
Duidelijk blijkt echter dat reeds lang de
bedoeling geweest is, dat ook de Theol. School
den bedoelden graad zal toekennen.
En waarom zou het ook niet?
Zelfs wie meenen, dat het alleen een recht
der School is, kunnen niet anders dan daar
voor zyn, tenzy zy voor die school het goede
niet zouden willen.
By de aanvaarding der school is o.m. uit
gesproken, dat zy, met het doel van opleiding,
tot taak zal hebben, de wetenschappelijke
beoefening der Theologie. Maar dan toch zeker
zoo grondig en volledig mogelijk, zoodat er
onder hare leerlingen zullen zyn, die den graad
van Doctor waardig zyn.
En ook waar de School het recht heeft can-
didaatsexamen af te nemen, en de bewijzen er
zyn, dat daarby geen critiek over hare exa
mens geschuwd behoeft te worden, waarom
zou haar werk bij het candidaats-examen ge
stuit worden.
En verder, waar het gedurig blykt voor te
komen, dat er van hare leerlingen zyn, die
gaarne zoover mogelijk door haar geleid wor
den, om toegerust te zijn voor de roeping, die
zij straks verwachten mogen, daar is het voor
School en studenten alleszins noodig, dat de
Theol. School eindelijk van haar recht gebruik
make.
Het is nu 23 jaar geleden, sinds men oor
deelde nog wat te moeten wachten om zich uit
te spreken over de vraag of gebruik maken
van dat recht gewenscht is.
En dat is te verklaren.
Sinds de volgende Synode 1888 is de zaak
der Opleiding gedurig in haar geheel aan de
orde geweest. En daarby gedurig op eene wijze,
dat niet getoond werd de lust om den bloei
der Theol. School sterk te bevorderen.
Maar nu is het wachten toch zeker lang ge
noeg geweest.
En waar nu blijkens het ingediende concept
de bedoeling is om eenerzyds het verband met
de Theol. Fac. der V. U. te regelen, daar is
zeker ook wel de tyd gekomen om aan de Sy
node voor te stellen, dat zy maatregelen neme
om te zorgen dat door de Theol. School de
graad, van Doctor in de heilige Godgeleerdheid
kan toegekend worden. V.
{De Wachter.)
TWEETAL
te Dinteloord: ds. H. Meulink te Meliskerke;
ds. A. L. Ruys te Montfoort.
te Exmorra ds. U. Buwalda te Bellingwolde
ds. H. van Dijk te Gaast.
te Garrelsweerds. S. Groeneveld te Winsum
dr. J. Ridderbos te Oosterend.
BEROEPEN
te Alblasserdam dr. J. Ridderbos te Oosterend
te Pernis: ds. J. van Haeringen te Hoek van
Holland
te Zevenhovencand. E. C. van de Laan te
Wildervank
te Silvolde-Gendringen ds. F. Buurma te Wil-
sum.
AANGENOMEN
naar Noordwyk aan Zeeds. N. H. Koers te
Den Helder.
BEDANKT
voor Lioessensds. J. Sybrandy te Krabben-
dijke
voor Rhynsburgds. S. Oudkerk te Kralingen.
Ds. J. M. Mulder van 's Hertogenbosch
is benoemd tot geestelijk verzorger aan de stich
ting tot Christelijke verzorging van krankzin
nigen «Dennenoord" te Zuidlaren.
Ds. J. Langhout, van Drogeham, is in
den ouderdom van ruim 59 jaren den 22 dezer
overleden. Hy was reeds sedert lang lijdende
aan een maagkwaal.
Do heer H. W. Nieuwhuis slaagde voor
het cand. examen in de Theol. Faculteit aan
de Yrye Universiteit.
CONTRIBUTIE ten behoeve der Theol.
School, verzameld door den Collectant
van Kerk A, dhr. F. J. van Ditmars.
W. Hubregtse f3.S. de Jongh fl.Mej.
M. Adriaanse f2,50. G. H. Vertregt f2,50.
A. de Fouw f 1.E. Helder f 1.F. P.
Dhuy f 2.— A. D. Littooy Az. f 1,50. C. J. Hon-
dius f 2,50. Ds. A. Littooy f 3.— J. 't Hart f 1.—
I. A. Po uwer f 1.W. A. de Ryeke f2,50
P. C van Dijk Sr. fl.B. Schoonaard fl.
Wede. Hanse f 1.C. Cornelisse Mz. f2,50.
C. Willemse f 1.P. Sanderse f 1.K. Hou
terman f 1.P. Remyn f 1.A. de Nood f 1.
J. Kabboord f 1.Wede. Huissoon fl.
C. v. d. Kleyn f 1.J. M. v. d. Woestyne f 1.
W. de Rycke f0,50. L. Sehuman f 1.H. van
Driel f 0,50. C. Coumou f 1.Mej. J. M. Min
derhout f2,50. M. de Regt f 1.— Wede. J. P.
Meijer f2,50. Paul Sanderse fl.C. Corne
lisse Cz. fl.G. Wisse fl.C. Hubregtse
f3.J. Langebeeke fl.J. v. d. Kleyn fl.
Mej. A. Gideonse f 1.Mr. L. van Andel f 5.
W. B. Kroeze fl.J. A. Vertregt f2,50.
CLASSIS AXEL.
De Classis zal D.V. vergaderen Donderdag
30 April ten KH/j ure, in de Geref. Kerk te
Terneuzen.
Stukken s.v.p. vóór 15 April aan onderge-
teekenden.
Namens den Raad der roepende
Kerk van Axel B,
Ds. R. v. d. Kamp, Praeses.
H. Smies, Scriba.
Axel, 24 Maart 1908.
By den Uitgever G. J. A. Ruts te Utrecht
zal verschijnen: „Christendom en Maatschappij",
een serie brochures over maatschappelijke vraag
stukken, onder redactie van dr. H. Visscher,
Hoogleeraar te Utrecht en Mr. P. A. Diepen
horst, Hoogleeraar te Amsterdam.
Reeds is medewerking toegezegd door prof.
Mr. A. Anema, prof. dr. H. Bavinck, prof. dr. P.
D. Chantepie de la Saussaye, prof. mr. D. P. D.
Fabius, prof. dr. W. Geesink, mr. J. W. H. M.
van Idsinga, prof. dr. A. Kuyper Sr., prof. dr.
H. H. Kuyper, dr. J. R. Slotemaker de Bruine,
dr. D. Schermers, mr. dr. J. Schokking, prof.
dr. S. D. van Veen, dr. J. Th. de Visser, enz.
Het eerste nummer zal 1 Mei verschijnen.
Men kan nu reeds het uitvoerig prospectus
vragen, dat verdere mededeelingen en opgaven
der te behandelen onderwerpen bevat.
Gewone Vergadering D. V. Woensdag 1
April 1908, des avonds 8 uur, in de Consis
torie der Gasthuiskerk.
Onderwerp
Kerkelijk Toezicht.
V erschenen:
door
Van denzelfden schrijver verscheen mede
In De Bazuin no. 28 zegt Prof. Noordtzij:
Ds. D. redeneert scherplet op de puntjes
en zoekt in alles de H. Schrift te laten heerschen.
Worde ook dit deeltje {2é) door velen met
die aandacht gelezen die het inderdaad verdient
Alom verkrijgbaar Boekhandel
Papestraat 8, Den Haag.