II
I
Verantwoording van Liefdegaven.
Dr. A. Kuyper Jr. De Band des Verbonds.
Ofliciëele Berichten.
s.
BOEKBEOORDEELING
Laman.
Ps. 48 4, 5 en 6.
r
t
t
Dankzegging.
Nazang: Ps. 103 1.
ling en de bevordering
lid of als Corporatie”.
De Gereformeerde kerken van Middelburg
berichten bij dezen, dat de provinciale synode
der Geref. kerken dit jaar zal gehouden worden
D. V. den 6en Juni in de Hofpleinkerk te
Middelburg.
Punten voor het agendum worden ingewaeht
vóór of op den 16eu Mei bij den Scriba van de
Geref. kerk B.
e
Vlissingen (B). Opbrengst der Stuiversvereeni-
ging tot 22 Feb. 1906 f 24 271/ï, tot 22 Maart
f 22.25, tot 7 April f 21.30.
Namens den Kerkeraad,
P. G. Laebnobb, Scriba.
t
INGEZONDEN STUKKEN.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
l
j
1
e
s
r
t
t
1
t
r
t
e
u
i,
s
e
d
1
t
s
i.
d
Christelijke Jongeliugsvereeniging
„Herman Faukeel”.
Vergadert Woensdag 25 April, des avonds
8 uur in de Consistorie der Gasthuiskerk.
Bijbelinleiding.
Kerkgeschiedenis Bonifacius.
Bestuursverkiezing.
Trouwe opkomst dringend verzocht
Volgens het Utr. Dagbl. zou dr. Visscher
ten zijnen huize een samenkomst gehad hebben
met dr. A. Kuyper Sr. en ds. Gewin, wat in
verband werd gebracht met de oprichting van
den hierboven genoemden Bond. Op de verga
dering werd naar de waarheid ervan gevraagd,
en door dr. V. geantwoord „dat dr. Kuyper in
Utrecht was gekomen voor dezelfde oorzaak
als waarvoor hij in het land kwam, om een
van sprekers medische collega’s te raadplegen.”
van het toetreden als
dbn Hartigh
Doch die afgewekenen staan daar in de ge
schiedenis onzer gemeente als waarschuwende
voorbeelden. Mogen de kleinen met de groo-
ten, de jongen met de ouden, wandelen in de
vreeze des Heeren, en uitblinken in heiligen
wandel en godzaligheid. Dan wordt ook de
gemeente des Heeren te Appelscha gesteld tot
een naam, en tot een lof, en tot een teeken
dat in eeuwigheid niet wordt uitgeroeid.
Gemeente van Appelscha 1 Gedenk Uwer
voorgangeren, die het woord Gods gesproken
hebben, en volg hun geloof na, aanschouwende
de uitkomst hunner wandeling. Ze zijn heen
gegaan, de tientallen, de honderdtallen, die in
het midden dezes tempels God gedankt hebben
voor zijne weldadenom nu in den volmaakten
tempel Gods, in het nieuwe Jeruzalem zonder
wanklank eeuwig Hem te danken. Nietwaar
we hooren ze de citerspelers, spelende op
hunne citers en zingende het gezang van
Mozes en het lied des LamsEn onder hen
uwe voorgangers, die u Gods Woord gesproken
hebbenEn onder hen uwe ouders, uwe
kinderen, uwe bloedverwanten, die hun geloof
nagevolgd hebben God geve dat wij eenmaal
met hen in den volmaakten Godstempel Gods
weldadigheid mogen gedenken 1
Doch zoolang we hier nog zijn, zjj het onze
betuiging: „De Heere is mjjn sterkte en mijn
schild, op Hem heeft mijn hart vertrouwd, en
Voor de Homoeopathische apotheek van ds.
Ingwersen is ingekomen
Uit Grijpskerke door ds. Koopmans van ver
schillende personen f 11,00. Uit St. Laurens
van f3,20.
d. L. f 1,00. Uit
Schelven f 21,00.
God en zijn volk bestaat. Onder dit opschrift
zou veel meer mogen en moeten besproken
worden dan de toeeigening der zaligheid door
het bondsvolk minstens toch ook de totstand
brenging en verwerving des heils door den
God des Verbonds.
Belooft de titel dus meer, dan we ontvangen,
wat we ontvangen mag met dankbaarheid en
waardeering worden aanvaard, ook al zal niet
ieder onderdeel door allen met volkomen in
stemming worden gelezen.
Het is voor de gemeente des Heeren van
het hoogste belang, dat ze op eenvoudige wijze
in alle stukken der leer worde onderwezen
maar voor de zuivere ontwikkeling van het
leven des geloofs is het bovenal noodzakelijk,
dat ze een klaar en schriftuurlijk inzicht heeft
in die waarheden, welke de toepassing der
zaligheid betreffen.
Hier vooral komt het er op aan, dat we de
Schriften zullen weten. Onkunde op dit gebied
is de moeder van veel ellende geweest. En
daarom verdient het toejuiching, indien de
orde des heils op eenvoudige, duidelijke wijze
wordt uiteengezet en met aandacht gelezen.
Doch hoeveel er over dit onderwerp ook reeds
geschreven en gesproken is, toch is de behan
deling er van geen gemakkelijk werk en zul
len de inzichten op enkele punten wel blijven
verschillen.
Zoo dunkt mij de behandeling van de recht
vaardiging vóór de roeping niet gelukkig, al
is de reden niet moeilijk te gissen, waarom
de schrijver zulks heeft gedaan. Daar heeft,de
eeuwige rechtvaardigmaking* schuld aan. De
rechtvaardigmaking door het geloof is hier uit
zijn verband gelicht, en aangebracht aan de
rechtvaardigmaking in het eeuwig besluit.
Dit gaat toch niet aan. In dit boek is de
rechtvaardigmaking des zondaars door het ge
loof de zaak, waar het op aankomtde eeuwige
rechtvaardigmaking kon hier slechts ter loops
worden besproken. De schrijver doet juist om
gekeerd en offert de hoofdzaak aan de bijzaak
op. Dit draagt niet bjj tot verheldering van
inzicht bij de lezers. In de orde des heils mag
de orde niet worden verbroken ook al had
men niet ten doel een wetenschappelijke uit
eenzetting te geven.
We achten dit bepaald jammer. Want èn
om zijn eenvoud, èn om zijn klaarheid, èn om
zijn degelijkheid in vele opzichten, zou het
wenscheljjk zijn, dat dit boek vele lezers vond.
Ook is het jammer, dat de schrijver er niet
toe is kunnen komen om enkele onderdeelen,
waarover indertijd al gehandeld is, op een
andere wijze te behandelen, zonder daarom
zjjn overtuiging te verloochenen. Iemand, die
wit zwart noemt uit vrees voor de ongunst der
menschen, verdient geen achting. Men moet
den moed van zijn overtuiging hebben.
Maar vooral waar het teedere puntjes betreft,
kan men niet te schuchter de pen hanteeren.
Het zou ons spijten, indien het vele goede en
uitnemende, ’t welk dit boek bevat, om enkele
betwistbare gedeelten werd ter zijde gelegd.
Een volk, dat zulk een boek met smaak leest
en in zich opneemt; dat er voedsel in vindt
niet alleen voor het verstand, maar ook voor
het hart; staat op geen laag geestelijk peil.
Ook de uitvoering verdient allen lof. Wij
wenschen dit boek vele lezers, die het uit
nemende dankbaar waardeeren, en het min of
meer betwistbare aanmerken als een bewijs,
dat wij nog maar ten deele kennen, en dat
wjj onder de verlichting des Geestes nog maar
dieper hebben door te dringen in den zin en
de meening van Gods Woord.
door ds. G. H. Toebes, de somma
Uit Kloetinge van Wed. v.
Zierikzee door Mej. J. van
Uit Axel van P. de B. f 1,00.
Met dankzegging,
P. Quist Bzn.
ik ben geholpendies springt mjjn hart van
vreugde, en ik zal Hem met mjjn gezang
loven. De Heere is hunlieder sterkte en Hjj
is de sterkheid der verlossingen Zijns Gezalf
den*. En die betuiging worde gevolgd door
de bede: „Verlos Uw volk en zegen Uwe erve,
en weid hen en verhef hen tot in eeuwigheid
En als dan straks ook wij hier Gods raad
zullen hebben uitgediendin de plaats der
vaderen de zonen zullen staanen ook in
hunne dagen de Heere Zijne gemeente zege
nen zaldan zij, gelijk het nu onze
ontboezeming is, ook dan de taal van hun hart
„O Godwij gedenken Uwer weldadigheid
in ’t midden Uws tempels Amen.
W. Kirchner. Amsterdam.
Onder dezen titel vat de schrijver een reeks
van beschouwingen samen over de genadewel-
daden, die uit het Verbond der Genade aan
Gods kinderen ten goede komen, m.a.w. over
wat wij meer gewoon zijn te noemen de orde
of keten des heils, ook wel de toepassing der
zaligheid.
De uitdrukking „band des Verbonds* is ont
leend aan Ezechiël 2037 Ik zal u onder de
roede doen doorgaan en Ik zal u brengen
onder den band des Verbonds.
Toch geloof ik, dat deze titel voor dit boek
meer welluidend dan. volkomen juist is. Hij
is te ruim voor een inhoud, die alleen handelt
over de weldaden des Verbonds. De „band des
Verbonds* is aanduiding van de religieuze be
trekking in haar geheel, zooals ze tusschen
en Ik zal u
7
Het voorloopige comité van de Nationale
Vereeniging tot overneming van het Geref.
Gymnasium te Kampen doet de navolgende op
roep
Geachte Redactie.
Wil de goedheid hebben een plaats in te
ruimen voor onderstaand schrijven. Bjj voorbaat
daarvoor dank.
De kerkeraad der geref. kerk van Middel
burg C gevoelt zich gedrongen op te komen
tegen een ingezonden stuk, opgenomen in ’t
Zeeuwsch Kerkblad van 30 Maart j.l Hjj zou
daarop niet zjjn ingegaan, indien hjj niet zelf
rechtstreeks daarin betrokken was.
In genoemd stuk toch komt voor de uit
spraak, dat de ineensmelting van de 3 groepen
der geref. kerk alhier is afgestuit op den eisch,
dat dr. Wagenaar meer tractement moest heb
ben dan de beide andere Dienaren. Een der-
geljjke uitspraak komt den kerkeraad in ieder
geval laakbaar voor. Bovendien verliest de
schrjjver van ’t artikel ten eenenmale uit ’t oog,
dat dr. Wagenaar hierin niets te eischen had.
’t Waren toch niet de drie Dienaren, die
onderhandelden over de ineensmelting, maar
de 3 kerkeraden. i). Nu verklaarde bjj de laatst
gehouden samensprekingen over de ineensmel
ting de kerkeraad der geref. kerk alhier C,
dat hjj zich gebonden achtte, de wettig aange
gane overeenkomst tusschen hem en zjjn Dienaar
eerljjk en oprecht na te komen. Door ’t nemen
van een besluit, waardoor zjjn Dienaar ge
dwongen zou worden afstand te doen van een
belangrijk deel zjjner inkomsten, welke hem
in zjjn beroepsbrief waren toegezegd, zou de
kerkeraad zich schuldig maken aan woord
breuk. 2)
De kerkeraad oordeelde daarom in betrek
king tot ’t honorarium der Dienaren, dat ’t
bedrag voor allen behoorde gelijkgemaakt te
worden, maar, zooals het in dergeljjke gevallen
die een volkskerk tot einddoel heeft en niet
de Geref. Kerk met de handhaving barer be
lijdenis. Hoe nu tot een goede oplossing te
komen Door franchement de werkelijkheid
te aanvaarden, en te komen tot eerlijke deeling
en scheiding opdat ook de Gereformeerden zich
onbelemmerd zich zullen kunnen zetten aan de
reconstructie van de Geref. Kerk, aan den twee
den tempelbouw. Maar thans is de tijd nog
niet gekomen om politiek op te treden. De toe
stand in de N. H. K. is verre van rooskleurig.
Deels zjjn ze gebracht onder de narcose der
confessionoele mystificatie, deels zonder eenigen
band. Het moet ons niet gaan om een kerk
A, B of 0, maar om de ééne GerefKerk. Wjj
moeten ons organiseeren om een macht te vor
men van beteekenis. Gauw zal het niet gaan,
maar daarom niet versagen, en optrekken onder
de oude wapenspreuk„God en mjjn recht.””
„Aan alle leden en belangstellenden.
Zoo de Heere wil, zal een vergadering van
leden en belangstellenden gehouden worden
Woensdag 25 April precies ten 1 ure, te
Utrbcht, in het gebouw „Irene”, Keystraat (de
tram, die van Centraal-station afrijdt, loopt er
vlak langs).
Wie kan, kome zelf tot deze grondleggende,
voor de toekomst zeer gewichtige, vergadering.
Wie zelf niet kan komen, arbeide mede om te
bewerken dat een of meer broederen namens
allen gaan en de Vereeniging helpen stichten.
Daartoe is een samenkomst en voorloopige
organisatie van de leden ter plaatse aan te
bevelen.
Op die samenkomst kan dan ook worden
besproken het Ontwerp der Statuten van de
Vereeniging. Dit ontwerp, evenals het de vorige
week uit de Acte der Gen. Synode" te Utrecht
medegedeelde Ontwerp-Coniraci, moet door de
a. s. Vergadering worden behandeld, om te
komen tot vaststelling van Statuten, en van
een opdracht tot overneming van het Gymna
sium.
Uit alle oorden des lands komen dageljjks
leden zich aanmeldenook Corporaties, zooals
Kerkeraden en Comité’s tot steun van de Theol.
School.
De leden en de Corporaties gelieven deze
openlijke mededeelingen en deze oproeping tot
de vergadering te beschouwen als ook aan
ieder hunner in ’t bizonder gericht.
Tot deze eerste vergadering hebben toegang
aUe leden en alle belangstellendenstemrecht
hebben allen, die als lid zijn toegetreden of
nog tjjdens de vergadering toetreden.
Allen vrienden en vriendinnen verzoeken
we nogmaals, zonder uitstel, ter plaatse en in
de omgeving met allen jjver en kracht te
arbeiden tot het opwekken van de belangstel-
1
t
r
gebruikelijk en oorbaar is, gelijkgemaakt aan
de hoogsteopdat niemand daardoor schade
zou Ijjden. 3) Zoo heeft men gehandeld in
vele andere kerken. 4)
En bleek ’t nu, wat volstrekt niet uitge
maakt is, dat op dit oogenblik eene dergeljjke
regeling in Middelburg onuitvoerbaar is, dan
stelt hjj voor, gezamenlijk ernstig te overleg
gen, op welke wjjze deze moeilijkheid te over
winnen ware, maar natuurlijk in dier voege,
dat niemand in zjjn wettig recht gekrenkt zou
worden.
Twee kerkeraden toonden zich in beginsel
hiertoe bereid, de derde bleef vasthouden aan
den eisch, dat onmiddelljjk na de ineensmel
ting, de tractementen moesten gelijkgemaakt
worden. 5)
Zoo braken de onderhandelingen af.
De Kerkeraad voornoemd,
Namens hem,
G. H. db Wagbmakbb, Wd. pr.
C. Verb age, Scr.
Middelburg, 12, April 1906.
Nu het woord tot ons als Redactie wordt
gericht, veroorloven wij ons enkele aantee-
keningen te maken op het schrijven van den
Eerw. kerkeraad Middelburg (C).
x) Dit is volkomen juist. Het geheele
overleg en de geheele correspondentie ge
schiedde uitsluitend door de drie kerkeraden.
Het was daarom „laakbaar”, dat in een inge
zonden stuk in de „Zuider-Kerkbode* werd
gezegd, dat door ds. Littoojj dit is voorgesteld,
en wel „ten bate van ds. Bouma en zich zelf”.
Ook kan uit de officieel gewisselde stukken
bewezen worden, dat de samensprekingen zjjn
opgezegd en mitsdien hebben opgehouden,
omdat de kerkeraden A en B van meetaf bjj
het algemeen maken van alles, dus ook van
het arbeidsveld, den eisch stelden om ook de
inkomsten der dienaren van stonde aan geljjk
te maken.
2) Van dwingen is nooit sprake geweest.
Het spreekt van zelf, dat de ineensmelting
alleen bjj onderling overleg en goedvinden,
ook van de dienaren, moet plaats hebbende
toestand toch van al de dienaren wordt een
geheel andere dan die bjj de beroeping was,
door en bjj de ineensmelting. Immers, de
kerken van 650, van 700 en van 1800 zielen
maken dan één arbeidsveld uit. Daarenboven
behoort de ineensmelting naar het Bjjbelsch
beginsel, naar het beginsel der geljjkheid te
geschieden.
3) Gelijkmaking van meetaf naar het hoog
ste bedrag stelde geen der drie kerkeraden
voor. Twee van de drie oordeelden dat het
ook niet kon, wjjl de inkomsten het niet toe
laten, en er voor de andere nooden schade door
zou worden aangericht.
4) Maar niet in alle. Te Serooskerke ten
minste nieten deze ineensmeltingsacte is
door alle kerken der Classis goedgekeurd.
s) Volgens de gewisselde stukken, stelden
de kerkeraden van A en B beide de gelijk
making voor, aanstonds na de ineensmelting.
Wel werd van den kant van den kerkeraad
van B het voorstel gedaan om de traktemen
ten geljjk en op eene voor Middelburg goede
hoogte te brengen en voor den dienaar, die
geen pastorie en vrjjdom van belasting heeft,
een ruime som daarvoor uit te trekken, en
het bljjkt niet uit de officiëele stukken, dat de
kerkeraad van A zich hierbij niet wilde neer
leggen.
Wil de Kerkeraad den weg van Kerk B op,
dat hjj dan de afgebroken correspondentie
heropene. De Rbdactib.
I
e
e
i
0
0
1
i
i.
i
t
i
i
i
i
i
e
i
r
e
i
i
i
i
i
i
i
i
i
i
i
i
i.
i,
r
r
0
0
e
i