B. E. FERDINANDUS,
Onder de vlag van - -
- - - - Jan Pz. Coen,
door I. PENNING,
HILARY DE GETROUWE,
van E. E. GREEN.
INGEZONDEN.
Verantwoording van Liefdegaven.
Bibliotheek voor Hoofd en Hart.
Catalogus.
Vraagt
den
P r ij s
per jaargang
(Oct-Oct.)
P. Quist Pzn.
L.
Kerk- en Schoolnieuws.
Littooij.
Officiëele Berichten.
BOEKBEOORDE ELING.
zijn leven woonde,
Vaderlandsche
dan niet by
(Wordt vervolgd.)
c
ien
mr
len
Iet
sen
Iet
ige
be-
die
en
mr
Vlissingen B. Opbrengst Stuiversvereeniging
in October f 19,80.
Namens den Kerkeraad,
P. G. Labbnobs, Scriba.
r
s
a
r
a
t
t
I). A. DAAMEN.
Itaever. Rotterdam.
het
en-
ijjn
uit
ing
in
on-
bel
en
En
>ze
est
an
>’n
:ht
nt
ch
sn,
re
er
de
id
jk
ze
jn
re
m
m
f-
s-
af
ir
k
n
Bjj den uitgever J. H. Bos te Kampen zal
eene tweede herziene en vermeerderde druk
verschijnen van
Dr. H. Baviuck, Gereformeerde Dogmatiek.
De uitgave zal geschieden in royaal formaat
in drie jaar compleet zijn en 15 cent per vel
druks van 16 pag. kosten.
:an
De
'en
ide
ter
tte
.art
i.
de
nie
en,
on-
Donderdagavond had in de Koepelkerk, te
Amsterdam, een zeer druk bezochte samen
komst plaats met het oog op de 19e Zendings-
conferentie.
Als sprekers traden op ds. Posthumus Meyes,
Koudekerk?., 1 Nov. 1905. Alhier is tot Her
der en Leeraar beroepen Ds. U. Ubbens Pred.
te Silvolde.
Geve de Heere hem licht en wijsheid om een
besluit te nemen dat Hem welbehagelijk is.
Namens den Kerkeraad,
P. Boone, Scriba.
De School met den Bijbel.
Dit weekblad door Christelijke onderwijs
mannen geredigeerd, verdient alle aanbeveling
vanwege den belangrijken inhoud. Onderwij
zers behoeven natuurlijk deze aanbeveling niet.
Maar schoolbesturen, die kennis van zaken
begeeren te verkrijgen, en ontwikkelde belang
stellenden in het onderwijs en de opvoeding
der jeugd, zullen geen spijt hebben, als ze zich
eens op dit blad hebben geabonneerd. De
artikelenreeks o. a. van A. J. over de Paeda-
gogiek verdient allen eerbied en groote waar-
deering.
Bibliotheek
voor
voor
voor
Leerrede over Open b. 2: 12—17
door G. Wisse Jk. V. D. M. te Leiden.
M. de Red.
Sedert mijn laatste opgaaf voor de Hom
Apotheek van Ds. Ingwersen mocht ik ont
vangen van
TWEETAL
te Vlissingen (B)ds. J. J. Berends te Maas
land en ds. G. F. Kerkhof
te Souburg.
BEROEPEN
te ’s Gravenmoer ds. Aalders te Dussen
te Ouderkerk a.d. IJsselds. R. Loman te Gel-
dermalsen
te Duurswoude (cl. Heerenveen)T. Hoekstra
cand. te Urk
te Koudekerkeds. U. Ubbens te Silvolde.
BEDANKT
Axel (A): ds. v. d. Vegte te Dirkshorn;
Sauwerd ds. Veldman van Garrelsmeer
Grand-Rapidsds. Jongsma van Mid-
delstum.
(Buiten verantwoordelijkheid van de redactie.)
Goes, 24 Oct. 1905.
haast mjj om u die terug te
„Maar heeft de omroeper er
geroepen, dat die brieventasch bij hèm bezorgd
moest worden viel de heer Sallis hem in de
rede.
„Wel zeker, mijnheerdat riep hjj er ook
bij,“ antwoordde Herman, „doch ik heb hem
gevraagd, wien de taseh toebehoorde, en toen
heeft hij mij uw naam genoemd, en ik heb
mij nu gehaast u uw eigendom terug te bren
gen?
„Ja, ja, ik begrjjp het wel*, antwoordde de
heer Sallis, het hoofd schuddende. Dat is een
voudig te doen om de belooning. Zeker zjjt ge
zoo’n schooier, die niet uit het beginsel van
eerlijkheid het gevondene terug brengt, maar
omdat ge wel kunt begrijpen, dat ge de bank
biljetten toch niet kunt uitgeven wijl al de
Nommers er van reeds bij de politie bekend
zijn?
B(j deze woorden sprongen Herman de tra
nen in de oogen, en wilde hjj iets zeggen, doch
de woorden bleven hem in de keel steken.
Intusschen echter had de heer Sallis den
inhoud van de brieventasch nagezien en ge
heel in orde bevonden.
Aan de Geref. Ziekenverpleging te Am-
Am sterdam is door Mevrouw V. ,E. aan de
commissie voor de meubileering, de som van
f 1000 geschonken, voor verandering der lift.
De heer C. Haspels, onderwijzer aan de
school voor L. en M. U. L. O. te Vlaardingen,
is als zoodanig benoemd aan de Geref. School
te Goes, hoofd de heer De Hoogh.
Tweetal te Vlissingen (B) Ds. J. J. Berends
te Maasland en Ds. G. F. Kerkhof te Souburg
(alphabetisch gesteld).
Namens den Kerkeraad,
P. G. Labbnobs, Scriba.
De Zendingscommissie te Oost-Souburg
f 2,50, Geref. Jonged. Ver. Goes f 2,50, uit
Krabbendjjke van A. A. A.fl,J. v. L. fl,
Ds. J. de K. f 1,-, Ds. J. S. f 1,-, G. K.
f 1,-, C. P. V. f 1,-, J. V. f 1,-, P. v. H.
f 0,25 Gez. N. f 1,—.
Dat sedert mijn laatste opgaaf, niets meer
volgde had verschillende redenen.
Ik hoop dat thans de broederen uit de Geref.
Kerken hunne gaven niet zullen inhouden, doch
mij zullen verblijden door een ruime toezen
ding van giften.
IJVUCHTIJiraEJIf voor
passagiers en goederen naar
Canada, Amerika, Oost- en
West-Indië, verstrekt
VLASMARKT, MIDDELBURG.
Sub.-Agent der firma Hooijman en Schuur
man, Amsterdam.
Christelijke Jongelingsvereeniging „Herman
Faukeel” vergadert Woensdag 8 November
des avonds 8 uur in de Consistorie der
Gasthuiskerk.
Bijbelinleiding Jacobus I.
Geschiedenis.
Het laatste deel uit den vorigen jaar
gang:
is voor nieuwe inteekenaars, evenals alle
vroegere uitgaven in deze „Bibliotheek”,
ook onder de voor hen geldende, buiten
gewoon voordeelige voorwaarden te be
komen.
Het eerste deel van den nieuwen (vijf
den) jaargang is verschenen onder den
titel van
Een bijzonder boeiend, historisch ver
haal uit den tijd der „Onoverwinnelijke
Vloot”, van meer dan 350 bladzijden.
Na des voormiddags te zijn bevestigd
door den vroegeren leeraar, ds. F. Rispens,
thans te Oenkerk, met een leerrede over 2 Tim.
4 2, aanvaardde Zondag jl. ds. F. Bruinsma,
van Beetgum gekomen, zijn dienstwerk bij de
Ger. Kerk te Suawoude, met een predikatie
over 2 Cor. 44.
Donderdag overleed te De Bildt, waar
hij den laatsten tijd van
ds. G. de Braai.
Ds. de Braai studeerde aan de Theologische
School te Kampen. In 1870 werd hjj eandidaat.
Den 8en. Januari 1871 daaraanvolgende werd
hy in den dienst des Woords bij de Geref.
Kerk te Dinteloord bevestigd.
Achtereenvolgens diende hij nu de Kerken
te Apeldoorn (1873-’8O), Sliedrecht (1880-’82),
Dinteloord (tweede maal1882-84), Kralingen
(1884-’91) en Oosterbeek (1891-2 Febr. ’96).
Op 1 September 1904 ging zjjn emeritaat in.
Ds. G. van Wageningen, predikant der
Geref. Kerk te Ureterp publiceert het vol
gende
„Het z(j bekend, dat ik de besluiten van de
Synode der „Geref. Kerkenniet aannemen
kan, dewijl zij de protesten tegen een vreemde
leer niet aanneemt en de Gereformeerde Con
fessie heeft veranderd. Derhalve houd ik haar
voor afgescheiden van de Gereformeerde Kerk?
Bjj de Hooge Regeering is aangifte ge
daan van het {ontstaan van twee nieuwe ge
meenten, nl. de Gereformeerde Kerk te Maasdijk
(gem. Naaldwijk), classis ’s Gravenhage, en de
Geref. Kerk te Oude en Nieuwe Bildtzjjl (gem.
Bildt), classis Hallum.
geopend zijn, en de wagens rollen zoo zwaar
en luid door de straten en het werkvolk gaat
met klinkenden tred in zijn daagsche plunje
voorbij, dan hebt ge veel noodig om in de
rechte stemming te komen, gelijk dat ’s Zon
dags zoo gemakkelijk gaat.
Waarom houden de menschen toch geen
dankdag meer, ’t Best wordt die dag nog
onderhouden in onze Gereformeerde kerken,
ofschoon ook daar de deelneming niet algemeen
en volkomen is.
Als de Heere toch eens één dag van het
jaar geen tijd en lust had om ons te zegenen,
gelijk sommigen geen gelegenheid en genegen
heid hebben om Hem één dag te danken, waar
moest het op dien éénen dag met ons heen
Het is gemakkelijk genoeg om tot den he
mel te roepen GeefGeefmaar die hemel
wil ook van ons wel eens iets ontvangen. En
nu zijn er menschen, die zeggenik kan God
toch wel danken, al zwaai ik den hamer, of
al sta ik achter den toonbankmaar dat is
het gewone liedje van hen, die God willen
dienen op hun eigen manier.
Het is waar, we moeten met de toestanden
rekening houden, zooals ze zijn. Een feit is,
dat de groote massa geen dankdag meer houdt,
en daardoor komt men als Christen wel eens
voor lastige gevallen te staan.
Maar het is toch goed, dat als we rekenen,
we dan minder met de toestanden, dan wel
met Gods wil en wenschen rekenen. Hjj stelt
prijs op onzen dank. En al kunnen we Hem
achter den toonbank danken, er zijn nu een
maal aan den godsdienst ook vormen verbon
den, en de kerkedienst is naar zijn ordinantie
het middelpunt van ons godsdienstig leven.
Vormendienst zonder godsdienst is waarde
loos, maar godsdienst zonder vormen loopt ook
uit op niéts en ijdelheid. Menschen, die hun
kerkgang doen in den tempel der natuur, zijn
ons nu juist niet de idealen van vroomheid.
Ware Godsvrucht verlangt naar de gemeen
schap der heiligen en komt gaarne ter plaatse,
waar het volk vergadert. God wordt meer
verheerlijkt, wanneer zjjn lof wordt gezongen
door een groote schare, dan door iedere stem
apart. Het loflied des hemels is ook niet het
zingen van één voor één, maar het wordt aan
geheven door als een stemme veler wateren.
Sommigen vreezen, dat onze dank- en bid
dagen langzamerhand wel zullen inkrimpen
tot dank- en bidavonden. Maar dat behoeft
toch niet. Indien de groote kern, die tot he
den trouw bleef, pal bljjft staan, en de lauwen
en tragen warm en wakker worden, dan krij
gen we in dezen nieuwerwetschen tjjd onze
ouderwetsche dankdagen terug. In de nieuw
modische huizen vindt ge tegenwoordig wel
oudmodische, antieke meubelen, en ze staan er
goed.
Daarom past een antieke bid- en dankdag
ook nog zeer goed in onze moderne levenswijs.
We moeten het verleden niet loslaten. In dat
stoere, soliede, van vroeger ligt ook heden
onze kracht. Beroemen we ons niet alleen op
der vaderen naam, maar volgen we ook der
vaderen daad. Laman.
Toen Herman dit gehoord had, liep hjj den
omroeper na, en zeide: „Ga maar niet ver
der, en roep maar niet langer, vriendIk heb
die brieventasch gevonden. Zeg mjj maar, waar
ik ze terugbezorgen moet?
De omroeper had hier eerst weinig lust in,
en zeide dat de brieventasch bjj hem bezorgd
moest worden. Herman daarentegen gevoelde
weinig lust om de brieventasch van huis te
halen, en die den omroeper ter hand te stellen.
Intusschen was echter (ook Herman’s vader
daar bjj gekomen, en nu liet de omroeper van
zjjne bedreigingen niets meer hooren en zeide
„Als ge dan toch de brieventasch zelf terug
wilt brengen, dan moet ge zjjn bjj den heer
Sallis in de Oosterstraat?
Haastig spoedde zich Herman nu naar huis
om de brieventasch, en toen met deze even
haastig naar de Oosterstraat, waar in een groot
deftig huis, de heer Sallis woonde, en waar hjj
na aangescheld te hebben, aan de oude dienst
bode vroeg om „mijnheer* te mogen spreken,
terwjjl bjj er nog bjjvoegde dat hij een drin
gende boodschap had.
Terwjjl de oude keukenmeid de lange mar
meren gang door slofte, stond Herman in de
ruime vestibule te wachten. Spoedig verscheen
echter de heer Sallis en Herman sprak op be
leefden toon: „Mjjnheer door u is een brieven
tasch verloren. Deze heb ik gevonden, en ik
Onder den titel„De Brief aan Pergamus”
gaf Ds. W. eene leerrede in het licht, geheel
geput uit het boven aangegevene Schriftwoord.
Hjj gaat niet over de tekstwoorden heenhjj
handelt niet naar aanleiding van dien brief;
maar hjj spreekt er uit, omdat hjj eerst tot de
volle diepte van den rjjken inhoud is doorge
drongen. Deze preek laat zich aangenaam en
met stichting lezen. Zjj is eene gezonde
geestelijke spijze, waardoor verstand en hart
gevoed worden, en die in stille genieting, naar
meer doet verlangen. Dat verlangen „naar
meer” zal dan ook wel de oorzaak zjjn, dat
moeiljjk de gedachte kan worden onderdrukt
Waarom is de schrijver niet begonnen met den
eersten brief om zoo achtereenvolgens alle zeven
te behandelen Dan toch zou een aardig
bundeltje vervolgstoffen geleverd zjjn, die, vooral
in vacante kerken, van uitnemenden dienst
konden zjjn. Die zeven brieven behooren bij
elkander en vormen tezamen één schoon ge
heel. De schrijver getuigt dan ook zelf„lie-
feljjk als het zevengesternte in den duisteren
nacht, is voor de gemeente aller eeuwen de
bundel der zeven zendbrieven uit de openba
ring van Johannes in den nacht des Ijjdens en
des strjjdens hier op aarde*. Juist omdat het
leven van Gods kerk zoo rijk geschakeerd is,
ware het eigenaardig en doeltreffend, schoon
en leerzaam geweest, als, aan de hand dier
zeven brieven, het beeld en wezen der kerke
Gods op zevenvoudige wjjze door hem geteekend
was. Wat reden mag er toch zjjn om de
schittering van slechts één ster uit dat zeven
gesternte te doen zien Geldt dan alleen van
dezen derden uit de rjj der zeven„Lees en
herlees dezen brief, bewaar hem als een gou
den kleinood onder uwe schatten, draag hem,
o bruid des Heeren, als een liefelijk aanden
ken aan uwen Bruidegom op het hart” Im
mers neenOok de andere zes brieven zjjn
zoo schoon en rjjk van inhoud. De kostelijke
behandeling van dezen derden brief doet met
verlangen naar die der anderen uitzien. Jam
mer, dat waar de vlucht meestal zoo hoog is,
schrijver soms zoo plotseling naar de laagte
afdaalt. Van het hoog-gestemde, zoo hier en
daar in eens tot het plat-vloersche. Dat is
wel wat stuitendDe schildering is anders
zoo levendig en frisch, vaak zelfs bepaald
schoon, ’t Is of men in het oude Pergamus
omdoolt en aanschouwer is van den toenmali-
gen bloei en luister dier stad. Men ziet als
’t ware Satan zitten op zijn troon, zóó zjjn
scepter zwaaiend dat er plaats is voor de
vraagIs dan mogeljjk de regeermacht ver
deeld tusschen Christus en Satan Men ge
voelt onder het lezen wat het zegt een „Anti
pas* te zjjn, wien de wereld het niet vergeven
kan, dat hjj alles voor Christus opeischt. De
beschrijving van Balaam’s verfoeilijke leer, door
de Nicolaïeten met vrucht te Pergamus voor
gedragen, is indrukwekkend en heeft veel te
zeggen tot „al Gods vromen*, die vaak aan
aanvechtingen bloot staan. „Zielvertroostend*
is dan ook het slot van dezen brief. Door
strjjd tot overwinningTe eten van het manna
dat verborgen is! Te ontvangen een witten
keur- of lotsteenEn op dien witten keur
steen te hebben een nieuwen naam Die nieuwe
naamwat zegt hjj onuitsprekelijk veelwat
maakt hjj rjjk en bljjDoor allen veroordeeld,
maar vrijgesproken door God O, zalige triomf
Zjj de lezing van deze Leerrede nog in uit-
gebreiden kring tot rjjken zegen
N. P. Littooij.
van Zandvoort, dr. L. H. Wagenaar, van Mid
delburg en dr. W. J. M. Engelberts, van Am
sterdam.
Ds. Posthumus Meyes sprak over de lauw
heid en de onverschilligheid, die in het werk
der zending valt waar te nemen en spoorde
aan tot ijver en volharding:
Dr. Wagenaar betoogde, dat het werk der
zending geen liefhebberij moet zjjn, maar moet
voortspruiten uit het waarachtige leven des
geloofs.
Dr. Engelberts had tot onderwerp voor zijn
rede gekozen, „de staf en zegen* en voerde
daarin aan, dat zendelingen en zendingsvrien
den in verband met elkander moeten werken.
O
L
3
1
Hoofd j
VHakt/