FEUILLETON.
Gods weg Is in het Heiligdom
De familie van Houten
Littooij.
VARIA.
8)
(Wordt vervolgd.)
door P E K A H.
Ieder, die haar
was hij in de
Verschrikt zagen van Houten en zijne vrouw
dit aan, en dadelijk werd een der arbeiders
naar den geneesheer gezonden, die ook oogen-
alikkelijk mee kwam.
„Ik heb dit verwacht/ zeide deze, „en reeds
eerder had ik dit zelfs verwacht, maar dit is
voor mij het bewijs, dat alle hoop op behoud
van uw kind vervlogen is. Het gansche lichaam
is inwendig zeer zwaar gekneusd. Van daar
die vreeseljjke piju, en dat aanhoudend kreu
nen. Het was voor uw kind beter geweest, in
dien het bewusteloos gebleven was. Waar
schijnlijk herhaalt zich dit verschijnsel bij de
minste beweging, of wanneer zij spreken wil.
Doch het zal nu met haar leven niet lang
meer duren.
En hij had goed gezien. Reeds den volgen
den morgen was Anna overleden.
Toch waren de ouders dankbaar, dat Anna
vóór haren dood haar bewustzijn weer gekre
gen had. Wel hadden zij hun kind den Heere
opgedragen en had van Houten in zijn bidden
voor haar geloovig durven pleiten op de vaste
en onwankelbare beloften van Gods verbond
wel had hare moeder gesproken „Heere Gy
gaaft ons dit kind, alleen aan U wil ik het
ook weer geven”maar zij hadden toch nu
nog met Anna zelfkunnen spreken, en niet alleen
voor haar, maar ook met haar kunnen bidden
En Anna zij zelf had ook nog aan hare
De Strijd.
De strijd op staatkundig gebied gaat, zoo-
als ieder weet, meer dan ooit over de hoofden
der volksvertegenwoordigers henen tégen het
Ministerie, byname tegen den eersten Minister,
Dr. A. Kuyper. Waarom meer dan weleer tégen
het Ministerie Omdat het, doordat het eene
meerderheid heeft van anti-vryzinnigen, in
Tweede en Eerste Kamer, de christelijke
levensbeschouwing realiseeren kan en wil, in
en door de wetten, die het gaf of in ontwerp aan
biedt. De vrijzinnigen hebben, door de wetten,
die zij aanboden en aangenomen zagen, op
het terrein van het sociale, het staatkundige
en kerkelijke leven de christelijke grondslagen
ondermijnd, en helaas met al wat in hen
is wenschen zjj daarmee voort te gaan. Zij
ontchristelijken ons land en volk. Want den
Christus dien zij van het publiek terrein ban
nen, en, zooals prof, van der Vlugt in de
Tweede Kamer zeide, in de binnenkamer eeren,
is nog niet eens de Christus der Schriften,
maar den gemoderniseerden den Christus hun
ner phantasie. Iemand dus, die niet in wer
kelijkheid bestaat. Goden eeren, die niet in
werkelijkheid bestaan, is satansdienst zegt ons
het woord des Heeren. Weet gij niet zoo
luidt het dat zij, die de afgoden offeren,
den duivelen offeren.
II.
Teleurstelling en beproeving.
„Ach, kind! antwoordde de moeder, „wij zijn
niet zonder zorg daarover. De docter vreest er
voor. Ge ligt hier nu al van af gisterenmid
dag, en gedurende al dien tijd zjjt ge bewus
teloos gebleven. Het was voor ons zoo treurig,
dat ge zelf van niets af wist. Wij konden dus
ook in ’t geheel niet met u spreken. Maar wij
hebben gebeden, Anna Wij hebben den Heere
gevraagd, dat Hy u weer beter maken zou, en
ge weet wel, niet waar dat by God alle din
gen mogelyk zyn. Hoe gevoelt ge u nu, Anna
„Ik heb vreeseljjk pyn in myn borst/ ant
woordde zjj. „Ook myn hoofd doet mjj zoo erg
zeer. Ik kan my in ’t geheel niet bewegen,
en
Doch hier hield zy op eens op te spreken,
wyl een breede bloedstroom haar uit den mond
vloeide, en de lakens rood kleurde.
te drijven. Zult gij gij voor Baal twisten, zult
gij hem verlossen Hebt gjj zulk een god die
zichzelven niet kan wreken, die niet tegen een
gering sterveling is opgewassen Zult gij hem
moeten uitredden Dan is hij minder dan een
menschenkind, niet waard den naam van God
te dragen. Zult gij, Israëlieten, voor Baal twisten,
gij kinderen van Abraham, gij besnedenen, die
Gode toebehoort? Verpletterende vraag.
Die voor hem twist zal nog dezen morgen ge
dood worden.
Hier is eene andere woordschikking mogelyk
nl. dezedie voor hem twist, zal gedood worden.
Wacht) tot morgen, indien hij een god is, zal hij
voor zichzelven strijden. Joas treedt op gelijk
het betaamt, den dood dreigend aan wie voor
Baal zal optreden. Heb geduld en zie of Baal
waarlyk een God is. Dan toch zal zyn wraak
reeds morgen den dag myn zoon treffen, en ’t
kwaad zal hem duur te staan komen.
En om Baal nog meer ten toon te stellen,
noemt hy zyn zoon Jerubbaal d.i. Baal zal
met hem twisten. Want waar deze god mach
teloos is zich te wreken, daar is iedere dag
levens van Jerubbaal, een aanklacht tegen de
aanhangers van den valschen god, en een ge
tuigenis voor de waarheid van Jehovah.
Baal zal twisten. De volksmenigte druipt
beschaamd af. Hun geweten heeft gesproken
Joas heeft gelyk. Een god moet voor zichzelven
twisten. Zy wachten een dag vergeefs.
Geen wraak treft Gideon, geen pijl doodt hem
geen pest pijnigt zyn lichaam geen doodsangst
foltert zyne ziel. De wrake blijft uit. En al
wachten zy al de dagen van Gideons leven,
nimmer wordt dat gericht voltrokken. Want
schande voor Israel hoewel er zijn die góden
genaamd en als góden geëerd worden, nochtans
heeft het maar éénen God, Jehovah, de Ik zal zyn,
die Ik zyn zal. De eeuwige, die geen tyd kent
de Almachtige, die ongewroken Baals altaren
neerwerpt, gelyk Hy eenmaal zonder tegen
spreken van eenig schepsel, de macht van Satan
en van alle goddeloozen voor eeuwig verbreekt.
Zw. Hoek.
by de Ger. kerk, overleden was.
vernam, was verbaasd. Wel
laatste dagen een weinig ongesteld geweest,
zoodat hy verleden Vrijdag aan de gemeente
te Hollandsehe veld bericht zond, dat hy er
van afzag om in haar midden den volgenden
Zondag het woord te bedienen, maar dienzelf
den namiddag was hy nog in zyn tuin ge
weest. Niemand kon vermoeden, dat de dood
zoo naby zou zyn. ’s Avonds te negen uur
echter lag hy reeds bewusteloos neder, sedert
dat oogenblik heeft hy geen woord meer kunnen
spreken en den v Igenden morgen te negen
uur was hy reeds overleden.
Naar de meening van den doctor is het eten
van rhabarber de middelyke oorzaak van zyn
dood geweest, wyl de door hem daarvoor ge
bruikte plant vergiftigde bestanddeelen be
vatte. Doch hoe het ook zy de tyding van zyn
heengaan bracht algemeene ontroering en leert
ook ons, hoe noodig het is, dat wjj ten allen
tyde bereid moeten zijn.
Ds. Tangsma was in 1901 als candidaat naar
Oldeboorn gekomen, hy heeft aldus slechts ruim
drie jaar de gemeente kunnen dienen, maar
hy had in dien korten tyd eene goede plaats
in ’t hart van zyn volk. Door zyn kalm en waar
dig optreden had hy achting verworven ook
by de overige bevolking. Zelf vroeger onder
wijzer geweest zy'nde had hy een warm hart
voor het christelijk onderwijs en het werkte
goed, dat hy en de Herv. predikant van Ak-
krum samen in Augustus den boer opgingen
om te collecteeren voor de school.
Lang heeft hjj niet mogen arbeiden, maar
vruchteloos is het niet geweest naar ik geloof
oud is hy niet geworden, maar drie en dertig
jaar, doch zyn naam zal in gezegend aanden
ken blyven. Dit zy voor den vader, aan wien
in hem het eenigst kind ontnomen werd, eene
verzachting in het lyden en Hy, die dezen
jeugdigen arbeider heeft weggenomen, gedenke
de gemeenteen geve aan ieder het voorrecht
om te werken, zoolang het dag is, en de nacht
komt, waarin niemand werken kan.
Bouma.
ons in het strijdperk, want de oud-liberalen
worden dientengevolge momenteel verlost van
hunne vrees voor ’t socialisme, en ieder van
hen heeft daarenboven dientengevolge meer
dan anders den man van zyne keus. Tegen
over die allen moet dus by eerste stemming
de meerderheid worden verkregenwant komt
de vryzinnig-democraat met onzen candidaat in
herstemming, dan voegen de sociaal-democraten
(een enkele uitzondering daargelaten) zich als
één man by de vrjjzinnig-democraten, wyl dezen
hun, zooals de sociaal-democraat Bimmel deze
week te Middelburg in de vergadering in het
Schuttershof opmerkte, veel nader staan, dan
de anti-revolutionairen.
Dat doen zjj, niettegenstaande dit Ministerie
in deze vier jaren veel meer voor de werklie
den deed gerekend ook met de ontwerpen
die gereed liggen dan de liberalisten in de
70 jaren dat zy aan het bewind waren, hebben
gedaan.
Dat doen zy, gelyk wy begrijpen kunnen,
omdat zy als wy erkennen en gevoelen, dat
de stryd gaat om de dieper liggende beginse
len. Hun stryd tegen het kapitaal is maar
een klein deel van hun stryd, hy behoort tot
den stryd tegen het Evangelie van onzen
Heere Jezus Christus.
’t Is daarom meer dan ooit onze roeping, om
Jezus wil, alle gevoeligheden op zjjde te zetten,
de gelederen te sluiten en met gebed en een
yver, die de zaak waarom het gaat vraagt,
werkzaam te zyn, totdat de stryd gestreden is,
en Hy, die alles regeert, ons Zjjnen raad en
weg kennen doet.
Mogen de ontfermingen Gods over ons land
en volk, dat zyne zegeningen verbeurde, nog
groot en vele zyn
Over het lijden der kinderen Gods.
Het boek Job vooral brengt ons leering en
onderwyzing aangaande het lyden (lees het
mooie boek van ds. Renkema.)
Wy hebben gezien in ons voorgaand schrij
ven dat het niet aangaat al het lyden als
openbaring van Gods straffende gerechtigheid
te beschouwen. Voor het kind des Heeren is
de kastijding of beproeving een lyden ter
eere Gods.
Tot op den huidigen dag is veler meening
dat het lyden der vromen een persoonlijke af
rekening is over persoonlijke zonden. Hierin
bestond immers ook de fout van Jobs drie
vrienden, die zyn lyden uit de leer der weder
vergelding verklaren wilde. Daartegen verde
digt zich Job met alle kracht en God geeft
hun ook ongelyk door van Job te werkjaren
dat hy was „oprecht en vroom, godvreezende
en wijkende van het kwaad. Dit wil niet zeggen
dat Job zonder zonde was, maar Job was toch
iemand die deel had aan Gods genade en aan
de gerechtigheid des geloofs en die dat in een
leven van heiligmaking en godzaligheid open
baarde hy meende zyn godsdienst in oprecht
heid met de liefde zyns harten. Van straf in
rechterlijken zin kon dus geen sprake zyn.
In zyn Goël en Borg was hy rechtvaardig
voor God.
Daarby was hy zich ook niet van grove af
wijkingen bewust, mystieke zelfaanklacht vindt
ge dan ook niet by hem.
Hoe menigmaal gebeurt het een kind van
God niet, dat hy, hoewel overtuigd van de op
rechtheid van zijn godsdienst, straks in lyden
gedompeld, door God er in zyne ziel opmerk
zaam opgemaakt wordt, dat er iets was dat
losgelaten moest worden, karakter- en lieve
lingszonden, die bestreden moesten worden.
Doch by anderen gebeurt dit niet.
Soms doordien ze althans in dat opzicht nog
blind zyn, soms omdat het lyden eene andere
bedoeling had. By Job nu hoort ge die zelf
aanklacht ook niet. Wel doorzocht hy zyn
vroeger leven of er wellicht iets was, waaruit
hy deze bezoeking verklaren kon, doch hy
wyl zy met hun gansche hart geloofden het
woord der Schrift„Hij doet smart aan en Hij
verbindtHij doorwondt en Zijne handen heden*.
Toen Anna begraven was sprak de vrouw
van van Houten tot haren man„Ik ben zeer
bedroefd en had gehoopt dat de Heere ons op
onze smeekingen ons kind zou hebben laten
behouden. Doch de Heere heeft het anders
gewild, en onder Zyn wil, wil ik mjj buigen.
Gods weg is in het Heiligdom*.
„En omdat Gods weg in het Heiligdom is,
daarom is ook Gods weg volmaakt*, vulde van
Houten aan.
Het voorstel inzake art. 13 door de Classis
Walcheren aangenomen, luidt in zyn geheel, en
verbeterd van redactiefouten die inslopen aldus
„De voorstellen der Dep. Synodi inzake Eme
riti Predikanten enz. onder dankbetuiging voor
den gedanen arbeid, niet aan te nemen
lo. omdat zjj voor Predikanten, die in hun
jeugd buiten dienst moeten komen (of die de
Heere uit het leven wegneemt) én in be
trekking tot hen én tot hunne weduwen en
weezen, gansch onaannemelijk zyn
2o. omdat zy, de Predikanten, die een betrek-
kelyken ouderdom hebben bereikt, feitdijk bin
den, te blyven op de plaats waar zy zyn, al is
het ook (zooals gebeurt) dat het voor de Kerk,
die zy dienen en voor hen wenscheljjk kan
zyn neg eenigen tyd elders te arbeiden
3o. omdat zjj vele Kerken en Classes in
groote finantieele moeilijkheden zullen brengen
en de hulp, die zjj andere Kerken moeten bie
den, in de praktijk tot een zedelyken dwang
doen worden
4o. omdat de idee van Art. 13 gerealiseerd
kan worden, gewijzigd, naar de geheel andere
omstandigheden van dezen tjjd, wanneer de
Kerken in Synode vergaderd slechts hare hulp
wilden verleenen (teneinde niemand te dwin
gen) om, door Deputaten, de Kerken te vragen
of zy bereid zjjn eene onderlinge kas voor deze
behoefte te creëeren, en alzoo elkander te hel
pen, dus gemeenschappelijk in dezen nood te
voorzien. Littooij.
Hoe onverwacht.
Hoe onverwacht komt soms de dood. Ver
leden Zaterdag verbreidde zich door het dorp
Oldeboorn de mare dat ds. Tangsma, predikant
ouders kunnen zeggen, dat zjj niet bevreesd
was om te sterven en op kinderlijke wjjze had
zy haar ouders meegedeeld, dat zy haar ver
trouwen stelde op de liefde van Jezus, den
grooten kindervriend, van wien hare ouders
baar zoo dikwyls hadden gesproken, en tot
wien zy haar geleid hadden.
Veel kon Anna niet spreken, wjjl ook dit
hare pyn vermeerderde, doch alles wat zjj zeide
was even kinderlyk eenvoudig.
Het laat zich begrijpen, hoe dit verlies van
Houten en zyne vrouw smartelijk aandeed, en
diep neerdruktemaar toch kan gezegd wor
den van hen, dat deze zware beproeving door
beiden kalm en geduldig werd gedragen.
Bovenal den troost, dien zy hadden in het za
lig afsterven van hun kind, was balsem in de
wonde, die hen geslagen was.
Opmerkelijk was vooral onder deze omstan
digheden ook weer de onderworpenheid van
van Houten. Hy was nu zoo gansch anders
gestemd dan vroeger, toen dergelijke smarte
lijke verliezen hem troffen, en duideljjk bleek
ook nu den heilzamen invloed, dien zyne
vrouw op hem uitoefende.
Wel waren beiden diep bedroefd, en ween
den ze menigmaal lang over het gemis, maar
toch werd geen murmureering van hen ge-
loord, en werden ze beiden wonderlijk door
God gesterkt onder deze zware beproeving,
Het is satan om het even hoe hij ons van
den eenigen waren God aftrekt, als het hem
maar gelukken mag, bereikt hij zyn doel, dan
toch blyven wjj in zijne macht, in zyn bezit
en in zijn leven. Als wy ons hart en leven
en ons vertrouwen aan iets of iemand buiten
God in Christus geven, dan staat het vast dat
wy hem dienen.
De afval van het ware christendom gaat,
naar wjj in de Openbaring van Johannes le
zen, zóó door, dat het ten langen leste een
zelfbewust eeren en dienen van den satan
worden zal. De afvalligen zullen, als hjj in
den tempel Gods als een god zitten zal, zeggen
dat hy God is.
De afval zal dus een vreeseljjk einde heb
ben. In navolging van den Gekruisigde op
Golgotha mogen wjj wel biddenVader, ver
geef het hun, want zy, de vrijzinnigen, weten
niet wat zy doen.
Maar bidden en werken moet samengaan.
Mitsdien is het onze dure en heilige roeping
in eenheid en met al wat in ons is en ons
ten dienste staat het Ministerie te steunen,
waartegen den stryd wordt aangebonden, ja dat
men den voet wil lichten, omdat het den
heilloozen stroom keeren en de aloude chris
telijke fondamenten weer versterken wil. De
stryd bij de aanstaande stembus heeft dus eene
ontzaggelijk groote beteekenis. Van de rich
ting waarin de stemmen nitgebracht worden,
hangt o zooveel af voor de toekomst van ons
land en volk op staatkundig, kerkelyk en
maatschappelijk gebied.
Zorgen de kiezers niet dat er eene meerder
heid van volksvertegenwoordigers in de goede
richting blijft, dan wordt aan het herstellen
van en bouwen op de christelijke grondslagen
weer een einde gemaakt, en door het libera
lisme en socialisme wordt dan verwoest wat
hersteld werd, en de privilegiën van het onge
loof, die tjjden aaneen reeds zoo vele waren,
worden dan by vernieuwing vermenigvulddigd.
Aan eene herstelling van de theologische
faculteit aan ’s lands academiën en aan zooveel
meer wordt dan niet meer gedachten dus
kan dan niet meer verwezenlijkt worden wat
in dezen vele hervormden terecht begeerden en
waarvoor het huidige Ministerie zijn steun heeft
toegezegd. Zjj loopen dan veeleer gevaar dat de
privilegiën, waarin zjj deelen, en waar naar de
Minister van Binn. Zaken geen hand uitstak,
maar die hij, door benoemingen, in waarde
deed toenemen, zullen verminderd en ten slotte,
geljjk in Frankrijk, ontnomen worden. Dit
laatste toch ligt op de lyn van de vrijzinnigen
en socialisten.
Hoe vjjandig zy de Kerken Gods en den
dienst naar Zyn Woord zyn, komt, als
zjj het uit berekening niet verbergen en
den witten das niet aandoen, steeds meer
en feller uit. Geen wonder, want zy weten, dat
de Bjjbelsche Christenen hunne principieele
tegenstanders zyn. Het liberalisme, hoe ook in
fractiën verdeeld, stoelt desalniettemin op eenen
wortel en leeft uit één beginsel, dat der revo-
utie, waar tegen Mr. Groen van Prinsterer
reeds stelde het Evangelie en zyn belijders.
De eenheid dier fractiën zal by de a. s. ver
kiezingen wel uitkomen. Tégen het Christelijk
Ministerie is, onder allerlei voorwendsel, zoo
goed als reeds aller leus.
Dat de socialisten niet van meetaf meegaan
met de vrijzinnigen en dezen niet met genen
is volstrekt niet in het voordeel van ons die
tot de Christelijke partijen behooren. Veeleer
romt daardoor de laatste man van hen tegen
I
OF
-«-«-swr»»*-