milde gevers te maken, die straks kun geld ook over hadden voor allerlei anderen arbeid m 't koninkrijk Gods. Ook dit zullen we niet ver bergen voor onze kinderen, opdat ze in de voetstappen der vaderen treden mogen, wanneer ze groot geworden zijn. En nu is er nog een derde wonder, dat we echter niet moeten vertellen aan'tnavolgend geslacht. Er zijn tot heden nog Christen-ouders, zelfs in de Geref. Kerken, die hun kinderen zenden naar de Staats- en niet naar de Vrije School. Natuurlijk, waar geen Christelijke School is, of niet in de buurt is, kan men zijn kinderen er ook niet heen zenden. Maar er zijn plaatsen, waar er best een kon wezen, en zelfs waar er een is, en toch denkt men er niet aan de Openbare School een scheidsbrief te geven. Ach, zegt men, dat roepen om een Christe lijke School is ook meer schijn dan wezen. Zooveel verschil maakt dat niet uit. 't Is net, dat er gebeden en uit den Bijbel verteld en een Christelijk versje gezongen wordt. Maar rekenen is rekenen, en schrijven is schrijven, en lezen is lezen. Twee-maal-twee is op de Christelyke School vier en op de Openbare geen vijf. tls het geld en de drukte niet waard. Ei zoo, zou 't waar zyn Rekenen is rekenen. GoedWelnu, aardap pelen zijn aardappelen. Maar is het u hetzelfde, hoe ge aardappelen eet? Ik heb liefst aardappelen, waar 't zout goed ingekookt is. Gij zeker ookMaar de beste huismoeder begaat wel eens een fout, en ver geet wel eens zout in de aardappelen te doen. Is u dit naar den zin Hoort dat zoo Nu doet ge er voor een keer maar wat zout b ij dat kan voor een enkele maal. Maar zou 't u morgen en overmorgen nog bevallen Een huismoeder begaat soms nog erger flater, en doet inplaats van zout Soda in het eten, want zout en soda gelijken wel wat op elkaar. Wel moge het u bekomen! Ge zult er vandaag niet van sterven, maar als het dag op dag en week aan week gebeurt, zou het, dunkt mij, zoo gunstig niet werken. Pas dit nu toe op de Schoolopvoeding van uw kind. Aardappelen met zout er i n gekookt, er door gekookt, tot in de kruimels toe, dat is het Christelijk Onderwijs, doortrokken als het is van het Zout des Evangelies; niet slechts dat oogenblik, wanneer er uit den Bijbel verteld wordt, maar heel den dag door, zes jaar lang, en soms nog meer. Aardappelen zonder zout, dat is het, wat de opvoeding in de Openbare School moest wezen, volgens de wet; neutraal, lauw, smakeloos, kleurloos, goed noch kwaad koud noch heet. Wat zou dat hinderen, zegt men Die onder wijzer, waar mijn kind bij leert, is een brave, deugdzame, fatsoenlijke man, niet godsdienstig, maar ook niet vijandig. Zekerzoo is het. Een man zonder zout! Wat zou dat hinderen? Myn kinderen gaan naar de kerk, naar de zondagschool, naar de catechisatie, ik ga ze zelf in 't goede voor. Is dit niet genoeg Ik vraag op mijn beurtLust ge eiken dag aardappelen zonder zout er in gekookt, maar op een hoopje gelegd naast uw bord? Bovendien, de Openbare School moest geven aardappelen zonder zout, maar ze g e e f t aardappelen met Soda, zoo niet erger, er in en dan kwam er natuurlijk niets meer van. Vandaar dat ik er in berustte door te zeggen dat zij het dan zelfmaar weten moest. Zij heeft want zij is eigenzinnig, die gift ook ge- gegeven. Nu moet ge me verstaan, prediker het was een afscheidsgiftomdat zy later niet meer in de gelegenheid was iets aan de kerk te geven. Doch nu is het veranderd. Nu ver trekken wy niet, want ik durf niet tegen „het Opperwezen" ingaan. Dusjadus „O, ik begryp U, van der Schraapgij wilt dus de vijfentwintig gulden, die Uw vrouw aan de kerk gegeven heeftterug hebben." „Juist, prediker, goed begrepen". „Maar ge begrijpt toch wel, van der Schraap, dat dat niet gaat. Dat is eenmaal gegeven." „Maar prediker! ge begrijpt het toch nog niet goed. Wij blyven nu hier. Dus de rede waarom zij dat geld gaf, is vervallen. Zij is daarenboven dan nu ook weer wel eens in de gelegenheid om dat op een andere wyze goed te maken. En dan komt er nog bij, de schade van die vyffcig gulden, wordt dan op een eer lijke manier tot de helft teruggebracht. En eigenlijk het is ook mijn geld." „Uw geld, van der Schraap Hebt gij dat dan gegeven?" „Wel neen, predikermaar mijne vrouw heeft geen geld, dus moet zij dit op een of andere wijze gekookt. Als ik mij niet bedrieg, neemt Soda goed af. Zeker, dat deen ze, die aardappelen met soda, die uw kind eiken dag krygt op de Openbare School, ze nemen goed af, langzaam maar gestadig. Ze nemen goed af de vreeze voor God en de onderdanigheid aan de men- schen. Ze nemen goed af die begrippen, waar mee een Christen-ouder zyn kind zoo graag groot ziet worden. Ze nemen goed af die heil zame indrukken, die een vrome vader en moeder met zooveel vreugde in het kinderhart bespeurt. Dat doen ze, langzaam maar zeker. Zes jaar lang. Dag in dag uit. Een Hollandsche vrouw kookt anders ryst dan een Javaansche. De eerste maakt ze zoet met suiker, de ander heet met peper. Dat zyn beide zoo gewend. Zoo voedt ook een geloovig onderwijzer an ders op dan een ongeloovige; een die God vreest anders dan een, die God niet vreest. De een werkt met zout, de andere met soda; de een opbouwend, de ander afbrekend. Ach, dat men dit toch voelde Ouders, geeft uw kinderen, de kinderen, die ge voor God moet bewaren, geeft ze aardappe len met zout, niet er by, maar er in! Wie 't niet doet, vergiftigt ze, en wordt een zielemoorder van zijn eigen kroost. Zegt dat voort, Christen-ouders Dit is geen beeldspraak meer Dit is ernst! Vreeselijke ernst K. L. UIT DE PERS. Hoe in Frankryk in naam der Vryheid door den Revolutiegeest de ware wijsheid wordt onderdrukt, blijkt uit de volgende stellingen, onlangs in een druk gelezen blad gepubli ceerd Over de wijsheid van onderwijs, lo. Het recht der ouders bestaat niet. 2o. Er bestaat slechts een recht der kinderën op de waarheid. 3o. Alleen de Staat heeft het recht en den plicht de waarheid aan de kinderen te onderwijzen. 4o. Het onderwys is djui de uitsluitende roe ping van den Staat. De vrijheid van onderwys is een tegenstrijdigheid en onzin. Vele Protestanten ii Frankryk zien nog maar niet in, hoezeer ;de tegenwoordige be wegingen aldaar ook hdnne vrijheid bedreigen. Kardinaal Sario, nu paus Pius X, is van zeer eenvoudige afkomst. Volgens sommige bladen was zijn vader i een werkman. Sarto beteekentkleermaker, snijder. Zijn voorgan ger Leo XIII was een iraaf van ouden adel. De Synode der Ned. Eerv. Kerk. De classi- cale vergadering van Leiden had voorgesteld, om, zij het ook met wjjziging, tot de Dordt- sche Kerkenordening tefug te keeren. De con clusie is, om dit voorstal af te wijzen. Alzoo geschiedt met algemeene stemmen op ééne na, die van den Heer E. B. Gunning. Zesentwintig leden van d& classicale Vergade ring van Briélle stellen voor, dat worde be paald, dat sociaal-demokraten geen ambt in de kerk kunnen bekleeden, en zelfs nietleden der kerk kunnen zyn. ]Qe rapporteerende com missie acht, o.m. dat de Synode het aan het geweten van ieder moet overlaten, of hij gods dienstig is of niet, en concludeert tot afwij zing. Deze conclusie wordt met algemeene stemmen aangenomen. Alsmede zijn de voor- Denkt ge dan, dat Uwe vrouw die vijfen twintig gulden gestolen heeft?" „Neen, meen dat niet; maar maar ja ziet tl, prediker! ik denk ik wil maar zeggen dat dat „Ja, ja, van der Schraap; wat gij zeggen wilt, weet ik nietmaar ik wil maar zeg gen, dat gij die vijfentwintig gulden, die Uwe vrouw gegeven heeftnatuurlijk niet kunt krygen. En ik vind het ook verschrikkelijk, dat ge zóó over Uwe vrouw spreekt. Ik heb niet geweten van wie die gift was, maar de kerk kan het best gebruiken, en ik zal er met Uwe vrouw eens over spreken. Maar gij moest U schamen om zóó te spreken. Ge zijt een man van meer dan tachtig jaren, en ge weet geen raad met de interest van Uw groot ka pitaal. Straks komt de dood, en dan neemt ge niets mee. Foei, foeihoe durft ge toch zoo handelen. Weet ge wel, van der Schraap, dat de geldgierigheid een wortel is van alle kwaad „Ja, prediker, dat weet ik wel, doch ik ben niet gierig, maar ik heb een goed overleg en ben er niet voor om geld te verkwisten. Ik ben zuinig, en dat mag wel? Maar ik be merk, dat ge boos wordt, prediker! en daar om ga ik weg." „Neen," hernam de leeraar, ik word niet boos, maar dit meende ik U eens te moeten stellen tot wijziging der reglementen, ten einde het optreden van vrouwen in godsdienstoefe ningen te voorkomen, verworpen. Cyfers zyn gewoonlijk dor, maar ook soms welsprekendZoo de volgendeDe eerste Augustus collecte bracht op f 41.000. Een te genstander schreef toen smalend, dat dit een stooter (121/2 cent) per hoofd was vooriederen petitionarisde tweede collectie bedroeg f72.000, de hoogste was die van 1886 f 107.309.51. Toen kwam er eene daling, in 1895 bedroeg zij f 76000, doch zij is weer ryzende en bedroeg ten vorigen jare f 87.000 In al de 24 jaren te zamen is gecollecteerd f 2.057.926.69. Er zyn thans 700 scholen met den Bijbel. De gebou wen vertegenwoordigen eene waarde van f 7.000.000. Op die scholen zijn 112000 kinderen, onder wezen door 2200 onderwijzers en onderwijze ressen. Deze scholen vorderen een jaarlyksche uit gave zonder de rijkssubsidie van f 1.680.740. De rijkssubsidie bedraagt jaarlyks f 560.580. Het thans bestaande aantal scholen, namelyk 700, moet nog minstens tot 1000 klimmen, om in de dringendste nooden te voorzien. Ds. C. de Bruijn van Kabaniroe op Soemba, een onzer zendelingen is 26 Juni in het va derland aangekomen, om met zyn gade na tienjarigen arbeid eenigen tijd rust te genie ten. Vooral de gezondheidstoestand van Mevr. de Bruyn maakte dit verlof dringend nood zakelijk. De toestand is thans bevredigend. Kort voor zyn vertrek van Soemba was ds. de Bruyn zelf zeer ernstig ongesteld. Omtrent het zendingswerk op Soemba is Br. de Bruin vol moed. Den 4den dezer overleed in byna zeven en tachtigjarigen ouderdom Berthold Jacob Lintelo baron de Geer van Jutfaas. Als geleerde, hjj was lange iaren hoogleeraar in de Rechtsge leerdheid te Utrecht, verwierf hij grooten naam, als Christen-edelman is hy by ons Ge reformeerd volk gekend en geliefd, hoewel hy in later jaren niet meer zoo vooraan in de gelederen werd gezien. Eenigen tijd vertegen woordigde hy Sliedrecht in de Tweede Kamer. In den schoolstrijd was hy een der uitnemend- ste voorvechters en leidslieden. Hij was een der medevoorstellers van het volkspetitionne ment in 1878. Steeds vond men den eenvou- digen man bereid, om gratis te adviseeren vooral in de zaken van school en kerk. Een voudig en godsdienstig was zyne levenswijze. In de kerk werd hij des Zondags weinig ge mist. Ongedwongen in voorkomen en omgang werd professor de Geer in Utrecht door oud en jong gekend en geacht. Door het Bestuur van 's Heeren Loo wordt weldra te Ermelo eene stichting geopend Zee en Woud geheeten, waar verwaarloosde jon gens zullen worden opgevoed. Hiervoor is steun noodig, dien men door kleine maande- ljjksche of driemaandelijksche bijdragen wacht te verkrijgen. Die werkzaamheid is in Vlissin- gen reeds begonneu onder leiding van Mej. A. G. Verton als vertegenwoordigster. Deputaten der Generale Synode voor de Zending hebben met het oog op de behoeften van de Generale kas in de naaste toekomst om eene extra-collecte voor de Zending ver zocht, zoo mogelijk te houden den 13 Septem ber a. s. zeggen, en nu schijnt het dat ge de waarheid niet wilt hooren Doch van der Schraap luisterde niet meer. Hij trok zyn pet weer op de ooren, stond op, en vertrok. Den volgenden dag echter kwam van der Schraap weer terug. Binnengekomen zijnde sprak hij met nog meer bevende stem, dan hy gewoon was: „Prediker! ik heb gezondigd: ik ben een zondaar ik ben schuldig. Ja, ja ik ben schuldig. Is er nog vergeving voor my „Wel zeker, van der Schaaap," was 't ant woord. „Er is voor zondaren vergeving, mits zy hunne zonden belyden en laten". „Maar ik heb zwaar gezondigd, prediker! Is er dus voor my wel vergeving Ik durf het niet hopen. Zeg het my eens goed, pre diker Ja, van der Schraapals ge uwe zonden voor God belijdt, en ze U van harte leed zijn, en ernstig vergeving zoekt, dan kunt ge die verkrijgen. Dat heeft de Heere ons in Zijn Woord duidelijk gezegd" „Maar ik ben zoo gejaagd; o zoo gejaagd. Ge moet toch nooit aan mijne vrouw vertel len, dat ik U om die vijfentwintig gulden gevraagd heb. Och, wat ben ik gejaagd. Ik moet hier weg. Ik moet weg (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1903 | | pagina 3