Het dikonaat.
en hun roeping erkenden, om ook dezen te
helpen.
Het is nu ruim 50 jaar geleden, dat de
aandacht van zekeren Dr. Guggenbühl in
Zwitserland op een dwergachtigen, idioot,
•een z. g. n. cretin viel, die, voor een kruis
geknield, zijn Pater noster" prevelde. Onze
dokter kon den indruk, dien deze aanblik
op hem maakte, niet vergeten en zoo was
de stoot gegeven tot den arbeid der liefde,
die sedert aan duizenden idioten gewijd
werd. Hij opende op den Abendberg bij
Interlaken een gesticht, dat weldra wijd
en zijd vermaard was en bezoekers uit alle
oorden der wereld tot zich trok.
Onder de hooge bezoeksters van den
Abendberg behoorde destijds ook onze
Koningin. Reeds waren enkele mannen hier
te lande (Dr. C. E. van Koetsveld, Ds.
Brouwer Stark en van den Heuvel) door
den arbeid van Guggenbühl opgewekt, iets
voor de idioten te doen, en zoo kwam het
.hun in menig opzicht zeer goed te stade,
dat de Koningin persoonlijk van dien ar
beid kennis nam.
Aanvankelijk werd een dagschool voor
idioten in den Haag opgerichtlater ver
anderde deze school in een dag- en kost
school, maar steeds, althans tegenwoordig,
worden alleen kinderen opgenomen, die
nog voor ontwikkeling vatbaar zijn, ach
terlijke kinderen, zoodat in ons vaderland
van een eigenlijk Idiotengesticht tot dusver
geen sprake was.
De bekende idiotenvriend, Dr. Sengel-
man, maakt de opmerking, dat hetgeen in
Nederland voor de idioten geschiedt, slechts
een droppel aan den emmer is, terwijl hij,
zeker met het oog op onze spreekwoorde
lijke bedaardheid, ondeugend er bijvoegt,
dat het tijdbestek, verloopen sedert van
Koetsveld voor het eerst zijn stem ten be
hoeve der idioten deed hooren, toch zeker
lang genoeg is, om het volk van Neder
land bij zijn roeping, tegenover deze onge-
lukkigen in zijn midden te bepalen.
Intusschen zal thans, zoo de Heere wil,
een Idiotengesticht verrijzen.
De stoot hiertoe werd gegeven door Dr.
W. van den Bergh, die door het lezen
van het bekende werkje Doove Bloesems"
op de gedachte kwam, de idioten te helpen.
Aanvankelijk had men de oprichting van
een gesticht op het ooglater meende
men zich tot een School met den Bijbel
voor idiotenkinderen te moeten bepalen.
De nu fungeerende commissie, door de
diaconieën van Ned. Geref. Kerken in Gel
derland uitgenoodigd de zaak tot stand te
brengen, vat haar taak in den eerstge-
noemden zin op, zoodat D. V. een gesticht
geopend wordt voor kinderen, zoowel als
voor volwassenenvoor dezulken, die voor
ontwikkeling vatbaar zijn, zoowel als voor
hen, die het niet zijn. In het gesticht is
dus vanzelf de school begrepen.
In de nabijheid van „Veldwijk" ligt een
landgoed, ,,'s Heeren Loo" genaamd. Dit
landgoed, omgeven door dennenbosschen,
gelegen in de onmiddellijke nabijheid der
Zuiderzee, scheen der Oommissie uitstekend
geschikt om tot een toevluchtsoord voor
idioten te worden ingericht Het werd aange
kocht. Reeds thans komen uit alle oorden
des lands aanvragen om opneming tot ons.
En zoo komen wij dan tot U, om U
deze zaak aan het hart te leggen en aan
te bevelen in den gebede. Mocht Gij U,
op het voetspoor van onzen Heiland, ook
tot deze ellendigen willen nederbuigen.
Het Schriftwoord, aan het hoofd dezer
regelen geplaatst, geeft ons vrijheid niet
alleen, maar dringt ons te vragen voor
hen, die, ofschoon doorgaans niet stom in
letterlijken zin, voor zich zei ven toch niet
vragen kunnen.
De bijdragen, die op de circulaire, ver
leden jaar verzonden, volgden, bedroegen
gezamenlijk de som van c. a. f 2700. Daar
voor nogmaals onzen dank. Thans, nu de
zaak wordt aangevat, is echter zeer veel
noodig. Het landgoed is aangekocht voor
de som van f 15000, terwijl voor noodzake
lijke veranderingen en voor exploitatie-kos
ten bovendien geen geringe uitgaven ver-
eischt worden.
Openbare zich dan ook in deze zaak
barmhartigheid en milddadigheid om Jezns'
wille. Mocht voor »'s Heeren Loo" veel
gebeds opgaan tot den Troon der Genade
en ontvange des Heeren Naam alleen de
eere
Het Bestuur van het Gesticht tot Opvoe
ding en Verpleging van Idioten
s Heeren Loo"
Ds. J. C. va» Schelven, Voorz., Dieren.
F. Kortlang J.Ezn, Secretaris-Directeur, Velp.
E. van Aken, PenningmeesterHarderwijk.
W. van Wijl and, Nijkerk.
W. te Gussinklo, Aalten.
Ds. E. Eisma, Bennekom.
M. J. Chevallier, Ermelo.
Ds. P. C. Koster, Velp.
Het gesticht zal D. V. in Januari 1891
worden geopend.
Dr. G. H. J. W. J. Geesink zal, D. V.,
het ambt van buitengewoon hoogleeraar
in de faculteit der H. Godgeleerdheid aan
de Vrije Universiteit aanvaarden Vrijdag
19 Septemher a. s., met het houden van
eene rede in de Schotsche Zendingskerk
des namiddags om 2 uur.
In de Gereformeerde Bijdragen wordt met
recht gewezen op het zorgwekkende van
het verschijnsel, dat sommige kerken, die
den weg der reformatie insloegen, zich in
zake de roeping van hare diakonie willen
bepalen tot hen, die met de reformatie mee
gaan.
Dit verschijnsel is zorgwekkend. Het is
niet tegen te spreken, dat de diakonie bij
beperkte inkomsten soms zelfs groote moeite
heeft, om waarlijk genoegzame hulpe te
bieden aan hen, die medegaan met de re
formatie, en dat zij door de beperktheid
dier middelen schier niemand buiten dien
kring helpen kan, ja zelfs door gebrek aan
genoegzame en ontwikkelde krachten weinig
kennis kan nemen van de toestanden en
nooden van de ellendigen der maatschappij
doch al is dit zoo, en al kan beperking
door gebrek aan middelen en krachten
geboden zijn, het is toch een zeer groot
verschil of de diakonie verklaart»ik kan
niet, wat ik moet of welmijn taak
reikt niet verder dan de armen, die de
reformatie der kerk liefhebben tegenover
de andere heb ik geen roeping."
Tot de laatste uitspraak toch laat de
diakonie zich niet brengen door Gods
Woord, maar door eigen willekeur. Gods
Woord eischt van den Christen, en dus
ook van de Gemeente, de liefde tot den
naaste. In de daad van den barmhartigen
Samaritaan houdt onze Heere Christus ons
de taak der barmhartigheid voor oogen.
Het Woord Gods wijst niet alleen het wel
doen aan de huisgenooten des geloofs,
meer zijn, Sion wordt zoo niet openbaar,
maar versteening, verschrompeling, verdor
ring volgt. En niemand zal haar meer
begeeren, omdat zij ook waarlijk niets is
boven de tollenaars en de heidenen. Indien
»gij goed doet dengenen, die u goed doen,
»wat dank hebt gij? want ook de zondaars
»doen hetzelfde. En indien gij leent den-
genen, van wien gij hoopt weder te ont-
vangen, wat dank hebt gij want ook de
zondaars leenen den zondaren, opdat zij
»evengelijk weder mogen ontvangen. En
indien gij uwe broeders alleen groet, wat
doet gg boven andereu Doen ook de
tollenaars niet alzoo Geeft dengene, die
»iets van u bidt, en keert u niet af van
maar ook aan allen als onze roeping aan.
En het formulier van bevestiging legt ook
op onze diakenen den plicht om weldadig
heid te doen aan alle menschen
De Gemeente van Christus heeft eene
roeping tegenover de geheele wereld, en
wie die roeping, ook op het gebied der
diakonie afsnijdt, die brengt de kerk eene
wonde toe, waaraan zij dood moet bloeden.
De taak der kerk op aarde is haar in he
geheele menschelijke geslacht aangewezen»
In dat geslacht als Gemeente van Christu8
haar God te dienen, dat is juist de betee-
kenis van het leven dier kerk op aarde.
Het kerkelijk ambt is dan ook niet slechts
het ambt voor de kerk, maar ook het ambt
van de kerk het orgaan, waardoor niet
slechts haar lichaam wordt gediend, maar
waardoor zij zich ook naar buiten open
baart, en waardoor haar lichaam zelve
dient in het midden der wereld.
Wordt door de kerken, die reformatie
zoeken, de roeping der diakonie tegenover
alle ellendigen opgegeven, dan is daarmee
aan de reformatie der kerken de doodsteek
gegevendan zijn de wateren afgedamd
en big ft er straks slechts een stilstaande
poel over. Tobben en zuchten is zoo erg
niet, maar wie tot zijne ziel gaat zeggen
x> neem rust," die hoort zich uit den hemel
toeroepen: >gg dwaas!"
Wanneer toch de diakonie hare roeping
tegenover alle ellendigen loslaat, zoo zal
ook de gemeente weldra gerust worden, en
het zal niet tot opheffing van haar leven
in den dienst des Heeren komen. Naar
Gods rechtvaardig oordeel zal hare barm
hartigheid wegkwijnen en er zal in het
einde voor haar eigen" armen geen hulpe
dengene, die van u leenen wildoet wel
dengenen, die u haten. Hebt uwe vijanden
lief, en doet goed, en leent, zonder iets
weder te hopen en uw loon zal groot
»zgn, en gg zult kinderen zijn des Aller-
»hoogsten, want Hg is goedertieren over
ondankbaren en boozen. Weest dan barm-