Johannes de Dooper. x. Alsnu wordt door den Voorzitter aan de orde gesteld de verdere behandeling der Concept-regeling van het beroepingswerk, waarmede de vergadering th n vorderde tot aan art. 11. Na de gebruikelijke omvraag sluit de Voorz. den Kerkeraad en draagt een der Br. Ouderlingen op voor te gaan in dankgebed. Het Bestuur der Vereeniging //de Kerkelijke Kas" te Middelburg maakt aan de leden bekend, dat de Jaarvergadering D. V. zal gehouden worden op Wo nst/ag 2(1 Maart a. s., des avonds te zeven uren, in de Noorderkerk. Ds. P. J. W. Klaarhamer hoopt, daartoe door het Bestuur uitgenoodigd, deze vergadering te leiden. Een uur vóór den aanvang der vergadering (dus van zes uren at') ligt de rekening en verantwoor ding van den boekhouder over het afgeloopen jaar ter inzage voor de leden der Vereeniging. Leden der Vereeniging zijn allen, die volgens de regelen, bij huishoudelijk reglement vastgesteld, aan het bestuur bewijzen, dat zij tot het doel der Vereeniging willen medewerken. Het doel der Vereeniging is uitsluitend *de be vordering van de belangen der Nederduitsche Ge reformeerden te Middelburg, door het verleenen van stoffelijke hulp." Noch met armenzorg, noch met geestelijke zaken of belangen laat zich de vereeniging in. Hebben de Diakenen of Opzieners der Nederd. Geref Kérk voor de uitoefening hunner Diensten behoefte aan roerend of onroerend goed, dan tracht onze vereeniging hun dit te verschaffen, zonder eenig het minste recht hoe ook genaamd, om zich te mengen in de genoemde aangelegen heden der kerk. Mochten dus de leden der Vereeniging inlich tingen begeeren omtrent armenzorg of andere kerkelijke aangelegenheden, dan moeten zij zich wenden tot Men kerkeraad der Nederd. Geref. Kerk, aangezien het Bestuur der Vereeniging deze niet kan verschaffen. Het Bestuur meent, dat het noodig is, dit nog eens in een officieel stuk in het officieel orgaan der Vereeniging te herinneren. Het zal jwel niet noodig zijn de leden der Ver eeniging tot getrouw opkomen ter vergadering aan te sporen. Immers een gereformeerd christen, die belijdt, dat de Heere de God des hemels èn der aarde is, weet, dat deze belijdenis medebrengt, dat hij zijn God ook in aardsche zaken behoort te dienen, terwijl die bekentenis hem tevens oprecht belang doet stellen in de tijdelijke weldaden des Heeren. Het agendum voor deze Jaarvergadering is als volgt a) opening met gebed b) voorlezing van de presentielijst: c) vaststelling van de notulen der vorige alge- meene vergadering d) korte mededeeling van de ingekomen stuk ken, die behandeld worden in punt k; e) het jaarverslag van het bestuur over het ver- loopen dienstjaar van 1 Januari tot 31 December; het jaarverslag van de commissie van contróle over het sedert de laatste Jaarvergadering verloo- pen jaar; g) de door het bestuur voorloopig opgemaakte en later vast te stellen begrooting voor het vol gend dienstjaar li) de benoeming door den Voorzitter van een stembureau i) de benoeming van een bestuurslid en van een plaatsvervanger j) de benoeming van de leden voor de commissie van contróle k) de benoeming van plaatsvervangers voor de leden van deze commissie; l) opmerkingen, vragen of voorstellen van stem gerechtigde leden; m) leziug der korte notulen; n) sluiting der vergadering met gebed. Namens het bestuur der Vereeniging voornoemd A. B. Crucq, Voorzitter. C. Verhage, Secretaris. Van de Classes. (Slot van het verslag der vergadering van 5 dezer.) Door den ijvèrigen Actuarius der Classen, Broe der A. B. Crucq, die van het begin der reformatie af de Classes zoovele en goede diensten bewezen heeft, was het verzoek ingediend, om niet opnieuw gecontinueerd te worden. Zijne bij klimmenden leeftijd zwakker wordende gezondheid en zijne vele werkzaamheden ook voor de Kerk van Mid delburg noodzaken hem, te verzoeken om ont heffing van een taak, waaraan voor en na elke Classesvergadering zooveel arbeid is verbonden. Hoewel slechts noode, kan de Classe toch niet anders, dan dezen Broeder om zoo geldige redenen zijn verzoek toestaan. Het zou stuitende onbil lijkheid zijn tegenover hem, om deze last nog langer hem op te leggen. De Voorzitter zegt hem namens de vergadering hartelijk dank voor de vele en zeer gewaardeerde diensten door hem als actuarius aan deze Classen bewezen. Op voorstel van den prseses wordt met gemeen foedvinden Broeder A. Dingemanse van Middelburg enoemd tot actuarius voor 1890. Ds. Klaarhamer en Ouderling C. H. de Wage- maker worden aangewezen, om het archief aer Classis benevens wat verder onder berusting van den actuarius is na te zien, en bij accoord bevinding hiervan den aftredenden broeder acte te verleenen, en het archief benevens de overige stukken aan den nieuwen actuarius over te dragen, en van hun handeling rapport uit te brengen op de volgende Classis vergad eri n g. Hierna werden de volgende Deputaten voor de verschillende zaken benoemdvoor de kerkvisitatie in 1890 Ds J. Hulsebos, secundus Ds J. H. M. G. Wolf, en Ds F. W. J. Wolf, secundus Ds P. J. W. Klaarhamer. Voor de nog niet ontkomen kerken in de Classes IJzendijke de kerkeraad van Axel; voor die in de Classes Zierikzee de kerkeraad van Tholenvoor die in de Classes Goes de kerkeraad van Middelburg; voor die in de Classes Middel burg deels de kerkeraad van Serooskerke en deels die van Middelburg. Voor de examina en beroepingen Ds P. J. W. Klaarhamer met ouderling A. B. Criicq. Voor een evenlueele onderzoeking naar de bevoegdheid van onbekende Broeders, om als Dienaar des Woords of als Oefenaar in deze Classe dienst te doen, de kerkeraadvan Vlissingen voor de kerken aan deze zijde der Schelde en voor die over de Schelde de kerkeraad van Axel. (Ingeval dus een kerkeraad niet weet of een broerier de bedoelde bevoegdheid heeft, informeert hij daarnaar bij een der aangewezen kerkeraden zie art. 14 der provisi- oneele Regeling.) Voor de beoordeeling en goed keuring der aanvrage om ondersteuning uit liet Fonds voor hulpbehoevende Kerken, de kerkeraad van Axel voor de kerken over de Schelde, voor alle overige kerken de kerkeraad van Serooskerke. Om de eerstvolgende Classikale samenkomst te dienen van advies Qiutrent de middelen tot uitvoe ring van het beslot ene in zake art. 13 en 19 D. K. O. Ds J. H. M. G. Wolf, Ds P. J. W. Klaarhamer met de Ouderlingen A.Dingemanse en P. Melis Azn. Voor liet schrijven aan de nog niet ontkomen kerken worden de Deputaten gecontinueerd, evenzoo die voor de hulpv er eeniging van het Britsch èn Buitenlandsch Bijbelgenootschap, evenzoo die voor evenlueele ond- rhandclingen over hereëmging met de Christel. Gereformeerden en met de Oud-Gerefor meerden. Voor het oproepen eener buitengewone vergadering de kerkeraad van Vlissingen. Voor liet oproepen lot de eerstvolgende samenkomst de kerkeraad van Gapinge. Van de vele ingekomen vragen en voorstellen konden alleen de volgende behandeld worden en moesten de overige aangehouden tot een vol gende samenkomst. a. Vraag der kerken van Vrouwenpolder en Gapinge. De Classe, gehoord hebbende de ver schillende inlichtingen, is van oordeel: datDs. J, H. M. G. Wolf is de Dienaar des Woords van de kerk te Serooskerkedat dezer kerlc het recht niet kan worden ontzegd om de combinatie op te zeggendat de tegenwoordige dienst op den duur te zwaar is voor één Dienaar dat het in het belang der drie kerken moet worden geacht, zoo de combinatie wordt ontbondenen dat aan de billijkheid voldaan, is zoo de combinatie wordt opgezegd tegen 1 November 1890. b. Op voorstel van Serooskerke spreekt de Classe uit, dat zij het zeer wenschelijk en noodig acht, dat er eenparigheid besta bij alle kerken in de toelating tot het H. Avondmaal- en dat naar haar gevoelen niemand tot dit sacrament moet worden toegelaten, dan op belijdenis van het zaligmakend geloof; dat het meest geschikt zal zijn zoo de kerkeraad eerst naar inhoud en grond dier belijdenis ernstig en nauwkeurig onderzoek instelle en dat hij daarna, indien hij vrijheid vond om dit toe te staan, aan het betrokken gemeente lid vergunne, om in een eerstvolgende openbare samenkomst der gemeente na de bediening des Woords openbare belijdenis van zijn geloof te doen, opdat hierdoor de Gemeente moge hooren en oordeelen dat hij een waax'dig dischgenoot zij en dat eindelijk door de Opzieners en Dienax*en met alle kracht de gansch onschriftuurlijke meening moet besti'ijden, alsof men door deze openbax-e belijdenis lid der kerk werd; zulk een opvatting- hoort thuis in een genootsclxap maar niet in de kerk. c, Op voorstel van Middelburg wordt goedge vonden a om voortaan zes gewone samenkomsten der Classes per jaar te houden en b om Classi- kaal uitvoering te geven aan art. 13 en 19 D. K. O., met bepaling, dat niet alleen aan studenten in de theologie maar ook aan die in de rechten en de geneeskunde hulp kan worden verstrekt. Deputaten worden benoemd om de Classes om trent de uitvoering te adviseeren. d. Axel en Zaamslag vragen vermindei'ing van quotum öf vrijstelling van het bijwonen der wintersamenkomsten. De Classes hebben bezwaar dit te verleenen. Daar er echter op andex-e wijze verlichting in de onkosten voor deze kei-ken, aan 't opkomen ter vergaaei'ing vex-bonden, kan wor den aangebracht, nemen zij haar vragen terug. (Dezelfde vraag is beantwoord op de Synode van Middelburg 1581. Het was de 71e vi-aag onder de particularia. Zij kwam zoo wij ons niet vergissen, uit //Oost-Vlaanderen.") Te ruim 10 uren sloot de Voorzitter met dank gebed deze samenkomst. Namens de Classis, A. B. CRUCQ, Actuarius». Wij zijn met onze overdenking gekomen tot Lukas 3 7. Johannes sprak tot de scharen, maar meer bijzonder was toch zyn woord gericht tot hen, die door hun komen tot hem tot dit harde woord, deze ernstige bestraffing aanleiding gaven. In Matlheus 3 7 lezen wij, dat Johan nes, diende dat vele farizeën en saddu— ceën tot zijn doop wilden kooien, hem meer bepaald met deze woorden aansprak en bestrafte in aller tegenwoordigheid. o Hij volgde hierin den regel, welken Pau- lus later" ook aan Timotheus voorschreef in 1 Timotheus 5 20. Hiertoe was redeu. Immers het gold de bestraffing, de veroordeeling van een kwaad, dat wel meer bepaald door de fa rizeën en saddueeën werd voortgeplant, dat in hen zich het sterkst openbaarde, dab door hen als het ware vertegenwoordigd werd, doch dat toch ook geheel de toen— 'malige kerk had aangetast, dat in alle standen en onder allerlei menschen was- doorgedrongen. Schrikkelijke verwoestingen waren in kerk en staat, in het godsdienstig en zede lijk leven des volks aangericht door de leer dier beide sekten of partijen. Dat farizeïsme èn saddueeïsme stond do echte bekeering meer dan iets anders in den weg. Het maakte middellijkerwijze duizenden voor de werking des Woords en alzoo voor de ware bekeering onvatbaar- Het waren juist die twee machtige rich tingen in 't godsdienstige en staatkundige, welke zich steeds beslister en heftiger tegen het koninkrijk der hemelen en tegen den Koning des hemels en der aarde stelden, ja dien Koning en Zijn heerschappij ver-- wierpen, lasterden en met klimmenden haat bestreden. Ér was dus reden voor Johannes, om dit kwaad krachtig, zonder sparen en open lijk aan te tasten. Dit lag op zijn weg en behoorde tot zijn werk. Hij was wegbereider; een baan in de wildernis moest hij maken. Maar dan kon hu deze welig tierendo woekerplanten, die, Hare overal voortkrui-

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1890 | | pagina 2