„Om hen bij het leven te houden
in den honger,"
Kerkelijke onderzoeking óók van een Oefe
naar moet geschieden voor de volle Classis.
Hoogst waarschijnlijk zal dus de verga
dering niet op één dag afloopen.
De vergadering wordt gehouden in het
bekende lokaal in de Spanjaardstraat E 69.
Mochten de behoeften van deze samen
komst der Kerken met de belangen dezer
Kerken op den aanstaanden rustdag ook
bij de oefening der gebeden in de samen
komsten der Gemeenten voor den Heere
gedacht worden met sterk pleiten, kon het
zijn, op Zijn Verbond en beloften. Lulcas
11 9, 10.
1 Koningen 17816.
Dit doet de Heere. Alle eeuwen en alle
geslachten van Gods volk getuigen daarvan.
En toch beginnen wij meestal in dagen
van hongersnood met aan de waarheid van
dit Woord Gods te twijfelen.
Gelooven is zulk een eenvoudige daad.
Zij schijnt zoo licht. En toch juist als het
noodig is, blijkt zij zóó zwaar, dat zij onze
kracht te boven gaat, en zij alleen in Gods
kracht volvoerbaar is.
Hoe dit een en ander zoo komt, kan
wel eenigermate duidelijk worden uit het
hier boven aangegeven schriftgedeelte.
De weg, dien de Heere met Zijn Elia
hield en waarin Hij de weduwe deed wan
delen, was een donkere weg en gansch
niet naar het vleesch.
Denk toch eensdeze moedige, krach
tige, vurige ijveraar voor de eere en de
rechten des Heeren, moet op Gods bevel
eerst zich verbergen en daarna het land
verlaten, en dat in een tijd waarin zijn
ernstige en „aangrijpende prediking meer
dan ooit noodig seheen, en meer dan ooit
vruchten mocht doen verwachten. Want
de hand des Heeren was zwaar over het
ongehoorzame volk.
En als ware dit nog niet genoeg, nu
zegt de Heere, dat Hij hem zai doen on
derhouden door een vreemde weduwe, welke
ten einde raad besloten heeft de laatste
handvol meel en de laatste druppels olie
met haar zoon te deelen en dan te sterven.
Een vreemde een iveduioeeene
bijna stervende van den honger heeft het
bevel des Heeren aangewezen om den groo-
ten Godsmanden Israëlietden kracht
vollen man te onderhouden, nadat de beek
was uitgedroogd en de raven geen dienst
meer konden doen.
Wat dunkt u, gaat dit niet tegen alle
denken en willen en menschelijk gevoelen
in Eiscbt deze weg niet zelfkruisiging en
O O O
dooding, volkomen overgave aan de ge-
dachten en den wil des Heeren
Denk eens, wat moest de wereld er van
zeggen De laatste bete van een ster
vende weduwe en van haar bijna verbongerd
kind te nemen en welk een daad voor
die vreemde vrouw om zulks te doen
Waren er dan geen weduwen in Israël?
ja, er waren er zelfs vele.
Gewis, die zaak is alleen mogelijk voor
den man, die zich óók tot zulk een weg
»de geroepene des Heerenweet. Het hart,
dat tot zulk een weg bereid is, moet wel
van den Heere overtuigd zijn dat dit de
weg is dien de Heere aanwees, en voor welks
uitkomst de Heere instaat en verant
woordelijk is.
Om in zulke wegen te kunnen wande
len- is het noodig te kennen de wijsheid
van Gods gedachten en de aanbiddelijkheid
van al Zijne wegen. Daartoe is het noodig
geheel knecht des Heeren te zijnniet
ingewikkeld te willen worden in de hande
lingen van den leeftocht. Daartoe moet
de overwinning (zij 't ook maar voor een
tijd), behaald zijn op de begeerlijkheid
der oogen en des vleesches en op de
grootschheid des levens. Daartoe moet
verstaan en beoefend worden, dat voedsel
en dekking niet is om in ons het ver
doemelijke schepsel te onderhouden, maar
mede om den knecht des Heeren in ons
bekwaam te maken tot 's Heeren dienst.
Zie, dit zijn altemaal geestelijke zaken,
welke niet gevonden worden bij een mensch
uit een vrouw geboren, maar alleen bij
hen die uit God geboren zijn.
Daarom is het ook kenmerkendeen
daardoor zóó troostelijke genade, indien het
den Heere behaagt ons in donkere en
zware wegen te leiden, al zijn ze dan ook
niet altijd zóó donker en moeielijk, en zoo
Hij ons bekwaam maakt, om daarin
ootmoedig en blijmoedig met onzen God
te wandelen.
De rijke jongeling weigerde het wee-
nende, hij kon het nietLevi de tollenaar
{Luk. 15 28) vermocht het te doem
Evenwel indien men eenmaal in een weg
van hongersnood wandelt, dan is Gods
knecht niet zonder staf noch zonder licht.
Hij heeft de beloften des Heeren, en
deze zijn een schijnende lamp en een staf
der sterkte en der vertroosting. Zij doen
het licht rijzen in de duisternis, en schen
ken aan stervenden de hope des levens
zij bevatten kostelijken troost voor het
ellendige volk, want zij getuigen van een
God die kanomdat Hij souverein en al
machtig is in Hemel en op aarde, en die
wilomdat Hij vrijwillig liefheeft en met
ontferming bewogen is, en die zal omdat
Hij de onveranderlijke en getrouwe is.
Bij Hem zijn uitkomsten tegen den dood,
en Zijne uitkomsten zijn volkomen.
Doch alleen een geloof, dat door de
liefde gehoorzaamt, smaakt den troost en
ervaart de sterkte van 's Heeren beloften en
zal zich in hun vervulling eenmaal verblijden.
Wil een ziel aan 's Heeren beloften iets
hebben, dan moet zij alle andere steunsels
loslaten en verwerpen, en al haar sterkte
en zekerheid hierin zoeken dat de Roepende
en Belovende getrouw is, dat Hij het ook
doen zal.
Dwaasheid," zegt 't natuurlijk hart en
verstand van 1 Koningen 17 14 God
delijke wijsheid," zegt 't van den H. Geest
gewerkte geloof.
En dit laatste is tot op heden onver-
ande lijk door de uitkomst gerechtvaardigd.
Een ontelbare schare is er al de eeuwen
door geweest, waarvan elk hoofd voor hoofd
leefde voor zich en de zijnen uit de bijna
ledige kruik en flesch, en bovendien nog
barmhartigheid bewees aan den wees en
de weduwe en den vreemdeling.
En deze wondere trouwbetooning Gods
is niet enkel geschied in den vorm van
1 Koningen 17, neen maar op duizender
lei wijzen, ook in de zaken van verstand
of hart. Ja, heel de triumfeerende Kerke
Gods die eenmaal aan Jezus' rechterhand
zal staan, bestaat eenig en alleen uit zulken,
die hun ziel bij 't leven niet konden houden.
Aan welk een wonderdoenden God heb
ben zij die gelooven zich toevertrouwd
In den honger houdt Hij hen bij 't leven,
in de duisternis doet Hij hen veilig wan
delen, als zij wandelen in het midden der
benauwdheden maakt Bij hen levend.
Mogen Zijne wegen bij den aanvang
ook duister zijn, bij den voortgang worden
zij licht en steeds lichter, en bij de uit
komst zijn zij zalig en heerlijk.
Rotsvast is het Woord, dat uit Zijn
mond is uitgegaan. Het is een on wan-
O O
kelbare pleitgrond en grond der hope
voor allen, die door Hem geroepen zijn,
en dat Woord van Hem ontvingen.
Elke van God verstandig gemaakte ziel
bouwt daarop in voorzichtige wijsheid
haar huis, en heeft dan van slagregen,,
noch stormwind, noch van den hooggaan-
den vloed iets te vreezen.
in dezen Jehova en in Zijn Woord
alleen is Sion's roem en sterkte.
En gij, mijn Lezer, moogt gij u ver
blijden met de blijdschap Zijns volks, en
moogt gij u beroemen met zijn erfdeel
25
Men kan zich in sommige kringen maar
niet begrijpen, hoe toch de Nederduitsche-
Gereformeerden kunnen beweren, dat voor
geheel de Nederd. Geref. Kerk, bijv. van
Vlissingen of van Middelburg of van Am
sterdam het juk van het Genootschap is
afgeworpen.
Hoe kunnen toch een stuk of wat man
nen dat doen voor eenige honderden of
duizenden
Hoe kunnen zij volhouden dit werkelijk
gedaan te hebben, daar zij toch zien, dat
van de honderden soms slechts tientallen
en van de duizenden meestal slechts enkele
kondertallen zich bij hen voegen, en naar
hen hooren
Indien nu die nieuw benoemde ouder
lingen waarlijk macht hebben, of gelooven
macht te hebben, waarom gebruiken zy
die dan niet en snijden alle niet mede-
gaande leden af
Wij willen trachten op die vragen een
antwoord te geven. Misschien gelukt het
ons hierdoor voor enkelen een bezwaar weg
te ruimen.
De eerste vraag is niet doordacht. Im
mers dat kan men ook vragen met het oog
op den Gemeenteraad, en ook met het oog
op hen bij wie de wetgevende macht berust.
Dat ziet men telkens gebeuren, dat enke
len voor zeer velen of voor allen beslissen,
eenvoudig omdat zij daartoe het recllt hebben.
Zij hebben daartoe het recht krachtens het
ambt dat zij dragen.
Men moet dus niet vragenhoe kunnen