één ruk aan de banden, die hem binden en hij is verloren. Hij ligt aan den rand des atgronds. Wie kan hem nog redden Wie nu nog Satan's raad verbreken en verijdelen In Petrus is geen kracht, geen wil meer. Welk een Zaligmaker is Jezus; Hij alleen kan dit doen. En orn dit te kun nen, staat Hij daar als Petrus Borg en Middelaarvan allen verlaten, allen tot een smaad en tot een ergernis, voor wien een iegelijk, zelfs deze Petrus, het aange zicht verbergt. Romeinen 5 610). »En de Heere, zich omkeerende, zag Petrus aan en Petrus werd indachtig het woord des Heereu." Petrus van Jezus gezocht en gevonden in deze ure. Ziedaar vrije genade. Deze kan wel ervaren worden, maar wie vermag in woorden te brengen de kracht en de zoetheid harer werking Die blik van Jezus verbrijzelt en ver breekt, maar richt te gelijk op. Zij doet den discipel dieper en smartelijker dan iets zijn schuld gevoelenmaar is tegelijk een allerkrachtigste aankondiging van schuld vergeving. De Heere leidt den discipel tot Zijn Woord. Het afgaan daarvan was zijn val geweest, in het terugkeeren tot hetzelve was zijn opstanding. Dat Woord hield in zijn zonde en oor deel, maar ook Jezus' genade Immers, het zeide dat de Borg niet opgehouden had voor hem te bidden. Met welk een nederbuigende en teedere liefde drukt de Ontfermer deze aamechtige ziel den staf der vertroosting in de rech terhand, haar kracht instortende om dien aan te nemen. En nu gaat een bange nacht volgen. »En Petrus, naar buiten gaande, weende bitterlijk." Het waren niet de tranen van schrik en ontzetting als op Sinaï, maar de zoo onuitsprekelijk bittere tranen, die een iedere ziele weent, welke aan het zondige, het God onteerende, het Jezus doodende, harer zonden en harer natuur is ontdekt. Hoe hee!t hij geklaagd als de dichter in Psalm 51 6, hoe heeft hij geworsteld met die woorden van vs. 915 uit dat zelfde lied. Hoe heeft hij zich aange klaagd als de verloren zoon, dat hij niet meer waard was 's Heeren discipel te zijn. Hoe heeft hij de psalmist leeren verstaan in Psalm 22 15, 16 en 20. Hoe heeft hij behoefte gevoeld aan dien worstelenden Borg in Gethsémané, met wien hij niet waken kon, dat Die nu met hem waakte. En toen heeft hij ook zoo onuitspreke lijk zalig ervaren wat Psalm 22 6 be lijdt. Zoo is dan Satan's raadslag vernietigd, Petrus' gedachten hebben geheel ge faald, maar de genaderaad des Heeren Heeren is bevestigd geworden. En nu Lezer, ook wij zijn voortdurend en bij toeneming van dezelfde gevaren, dezelfde verzoekingen omringd als Petrus. Laten wij ons dan toch houden aan het Woord des Heeren, laten wij dicht bij Jezus blijven. Laten wij van den Heere begeeren, dat Hij ons houde en hoede, opdat de wereld niet over ons heersche door de zwakheid van ons zeil zuchtige vleesch en door de verdorvenheid van ons eigen hart. Breng dan bij dat bidden niet uw per soon of eere of zaligheid in rekening, maar pleit als Daniël op 's Heeren naam. Daniël 9 19. Kerkelijke Berio'iteu. Het heeft den Heere behaagd te letten op het gebed der kerken, en Hij die niet alleen alle dingen onderhoudt en regeert, maar ook in alle dingen medewerkt, in alles Zijn hand heeft, zoodat alleen door Zijn gedurig kracht instorten ons lichaam kan werken, onze geest kan denken en onze wil kan willen, Hij heeft het daar heen geleid, dat de partij van ongeloof en revolutie in haar invloed op 's lands zaken is gefnuikt. Hebben wij gebeden, laat er nu ook dankzegging zijn in de samenkomsten der kerken op den a. s. rustdag. Kwam ons gebed uit de diepte der be nauwdheid, niet zoo zeer vanwege de onder drukking, maar meer om onze eigen ongerechtigheden en schuld, laten de goedertierenheden des Heeren ons nog meer verootmoedigen. En zoo wij zingen, laat het dan zijn »de lofzang is in stilheid tot 11, o God! in Zionen U zal de ge lofte betaald worden." Laat er toch in het dankgebed der Gemeente niets zijn van dat stembusrumoer, waarvan wij de laatste dagen moe werden. Laat ons ook waken tegen scliepselver- gooding. Wij erkennen dankbaar de gave der uitnemende mannen, welke de Heere ons schonk, en als gaven Gods hebben wij hen lief, maar den Heere alleen de eere. Neêrland's Staat en Neêrland's Zion hebben jaren lang als Petrus in Kajafas' zaal geroepen: »ik ken den mensch niet," schrikkelijkis er tegen den Heere gezondigd, ver en diep vielen wij van Hem en Zijn Woord af, en nu de Heere nochtans naar ons omziet, en Zijn Woord ons weer indach tig maakt, o laat onze dank niet zijn een hoogklinkend lied, maar laat het zijn een ootmoedig wederkeeren tot Wet en Getui genis Mocht vooral de kerk haar priesterlijke en profetische roeping in staat en maat schappij weer verstaan en beoefenen. Te Zaamslag worden Zondag a. s. zoo de Heere wil, de Opzieners en Diakenen der Nederd. Geref. kerk bevestigd door Ds. Wolf van Axel. Deze vergaderen daarna als kerkeraad, om hun kerk uit het verband met het Genootschap los te maken. Naast de Gereformeerde kerk zal zich dan ook hier wel een scheurmakende Genootschaps- kerk vormen, die de goederen der kerk aan zich trekt, en zoo zal dus ook hier wel de Gereformeerde kerk, doleerende moeten optreden. Doe de Heere haar nochtans groeien en bloeien als een lelie onder de doornen. Ook te Grijpskerke mag verwacht worden, dat de werking der Reformatie weldra tot een openlijk breken met het Genootschap zal leiden. Tot tweemalen is een uitvoerig schrijven aan den kerkeraad verzonden met dringend vermaan en verzoek, om tot reformatie dezer kerk over te gaan in gehoorzaamheid aan het Woord, aanvangende met het breken met ongeloof en revolutie. Op beide stukken kwam telkens een uitvoerig antwoord in, waarvan de korte inhoud was, dat de kerkeraad weigerde. Het gereformeerde overblijfsel der histo rische kerk kan noch mas? hierin berusten. Zoo zullen de geloovigen dan ook hier wel moeten doen, wat den ambtsdragers betaam de, waar wat zij weigeren te doen Doe de Heere het den Broederen wel gelukken. Zoo gaat het werk en de werking der Reformatie steeds voort. Het blijkt dat de beweging die in 1886 zoo gansch ongedacht aanving en door niemand op dat oogenblik tijdig geacht werd, hoe langs zoo wijder om zich grijpt. Mocht zij ook eveneens in diepte winnen, zeker was het een won derlijke inval van Ds. v Ronkel om een boekje uit te geven dat tot titel had Nabetrachting op de hedendaagsche kerke lijke crisisImmers aan de nabetrachting begint de dominé als de preek uit is, maar niet aan 't eind van zijn inleiding. Toch liggen nog altijd bijna zes zevenden der Nederd. Geref. kerken in de banden en onder het juk van het Genootschap neder, terwijl in bijna alle ontkomene kerken een grooter of kleiner deel harer leden nog steeds weigert, onder 's Konings Woord en scepter zich te buigen, of zelfs zich van de kerk gaat afscheiden om deel eener scheurmakende vergadering te worden. Het een met het ander is uiterst smar telijk. Te smartelijker omdat het de droeve vrucht is der jaren lange ontrouw en zelf zucht van het Gereformeerde volk. Mocht dit tot verootmoedigingen tot gebedswor- steling, maar ook tot een ernstig en lief derijk roepen en vermanen der dwalenden, leiden. In een buitengewone Classisvergadering der gecombineerde Classis Rotterdam is besloten, om onderzoek te doen naar de bekwaamheid en geschiktheid van den Weled. Heer A. O. Schaafsma tot het leeraarsambt in eene Gereformeerde kerk. Yalt dit examen gunstig uit dan zal de Classis het op ZEd. uitgebrachte beroep naar Kralingen approbeeren. Het schijnt dus ook dat de Classis Rotterdam van oordeel is dat Broeders die door een of andere vergadering van Ge reformeerden tot predikant zijn gesteld, daarom nog niet Bedienaar des Woords in een gereformeerde Kerk kunnen zijn. De kerken van Zuidwolde, Wetsinge Sauwert, Nijkerk, Aalten, Leiderdorp, Maassluis, zijn door verschillende recht banken in 't ongelijk gesteld tegenover het Genootschap. Hebben zij nu ook in der daad ongelijk is het nu bewezen dat haar rechtsopvatting niet zuiver is Zeker niet. Vooreerst toch, er zijn nog hoogere rechtbanken ten andere is het een lang niet ongewoon feit, dat die hoogere recht-

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1888 | | pagina 3