»Ik ellendig menschWie zal mij verlos
sen uit het lichaam dezes doods zulk
een troostvolle ver zekering en onderpand
dat hij in Christus sterven der zonde gestor
ven is en van de zonde vrijgemaakt is, en
hij nu met Christus opgewekt zijnde en
Gode dienstbaar gemaakt zijnde, zijn vrucht
heeft tot heiligmaking, en het einde het
eeuwige leven. Row. 6 22. Geestelijk en
ligchamelijk wordt de kracht van Zijn
vergiffenis in hen geopenbaard, zoodat zij
eenmaal als heilige en verheerlijkte kinde
ren en erfgenamen onder de uitverkorenen
voor Gods aangezicht zullen worden ge
steld. Ef 2 47.
Nu is het sterven dat komt niet meer
een betalen voor de zonde maar een door
gaan tot het eeuwige leven. Nu zal dit
sterfelijke de onsterfelijkheid aandoen en
dit verderfelijke de onverderfelijkheid en
dan zal de j uichtoon worden gehoord de
dood is verslonden tot overwinning".
Zoo is dan in deze Opstanding de grond
en het bewijs van ons geloof. Ware Chris
tus niet opgewekt, ijdel zou de prediking
en ijdel zou ook uw geloof zijn.
Zoo is dan deze Opstanding Christi uit
den doode tot heerlijkheid des Vaders.
Immers daarin blinkt zijn getrouwheid en
waarheid en rechtvaardigheid uitin de
zelve wordt zijn eeuwige kracht en wijs
heid zoowel als zijn heerlijke genade en
barmhartigheid geopenbaard. O, mochten
wij deze deugden Gods dan erkennen met
ons hart, roemen met onzen mond, en eeren
in onze werken opdat gel ijker wijs Chris
tus uit de dooden opgewekt is tot heerlijk
heid des Vaders, alzoo ook wij in nieuwig
heid des levens wandelen mogen. Rom. 6 4
Zoo is dan in de opstanding van Chris
tus een krachtige troost voor al Zijn volk,
als zijnde de zekerheid des geloofs dat zij
gerechtvaardigd zijn, de vastigheid hunner
zalige hope der opstanding en des levens,
de grond en bron eener hemelsche vreugde
en blijdschap, het bewijs hunner bevredi-
diging met God driemaalheilig.
Dit heerlijk paaschevangelie kan echter
niet gepredikt, zonder dat het ons met
ernst vermaant om Christus opstanding
meer en meer gelijkvormig te worden.
Immers indien gij dan met Christus op
gewekt zijt, zoo zoekt de dingen die boven
zijn, waar Christus is". Col. 3 1 en 2.
Zijn volk heeft in een nieuw leven, in
een nieuwe gehoorzaamheid met Hem te
wandelen. Afgezonderd van de doode we
reld en hare werken, moeten zij zich be-
toonen levende leden van Zijn lichaam, in
hetwelk de kracht zijner opstanding werkt
en openbaar wordt.
Mocht de waarheid van het heerlijk
paaschevangelie in haar vrijmakende en
levendmakende kracht nog eens recht klaar
aan ons en aan 's Heeren Zion ook in dit
land worden geopenbaard.
Och dat het den Heere behagen mocht
ook door de aanstaande paaschpredikrag
aan zijn volk nieuwe genade te schenken,
om in de aangevangen reformatie voort te
gaan, opdat Christus Kerk weder zich
openbaarde als het levendgemaakte lichaam
van dit opgewekte en verheerlijkte Hoofd.
Kerkelijke Mededeelingyen.
Om orde en rust te bewaren zijn tegen
woordig de wachters op de muren van het
Synodale genootschap voortdurend in de
weer. Niet om de eere Gods, niet om de
onderhouding der ware religie, niet om te
bevorderen den goeden loop der ware leer,
niet om de handhaving van het recht der
kerken, niet om de schriftuurlijke bedie
ning van het ambt is het dezen mannen
te doen, maar alleen om orde en rust in
het genootschap. En blijkbaar kan die
naar hune meening alleen bewaard blijven,
zoo de alleenheerschappij der dominees
volgens de reglementen wordt in stand
gehouden.
Voor de meesten dezer orde- en rustlie-
vende mannen is het dan ook een kwestie
van zelfverdediging. Immers zij weten
opperbest, dat als de kerken met hun
kerkeraden vrij worden van de banden der
hiërarchie, en zich weer Kunnen gedragen
naar het Woord des Heeren, het dan uit
is met de leervrijkeid of liever losbandig
heid in leer en bestuur.
Dan zal de belijdenis weer maat
staf voor leer en leven worden en weer
eenig accoord van kerkelijke gemeenschap
zijn.
Dit nu moet tot eiken prijs voorkomen.
Spot, smaad, laster, verdachtmaking,
vervolging, benadeeling in het dagelijksch
brood, kwelling van armen en weduwen,
zietdaar de weinig begeerlijke middelen
waarvan men zich bediend om zijn zaak
tegen de Gereformeerden op te honden.
Het zij zoo. Wij willen niet wederschel-
den en ook niet dreigen,'maar stellen het
in handen van Hem die rechtvaardig oor
deelt, en die, dit gevoelt thans elk kind
des Heeren, hoe langs zoo meer, al deze
dingen als een louterende kastijding over
ons brengt. Komen wij toch voor den
Heere met dit alles, en zien wij op ons
zelf en de jaren die achter ons liggen,
dan moeten wij zwijgen, want Hij doet
enkel recht.
Dit neemt niet weg dat wij om 's Heeren
wil en om zijns volks wil, moeten blijven
opkomen tegen het onrecht dat men ons
aandoet.
Zoo is het onrecht, indien men, gelijk te
Vrouwepolder, zonder vorm van proces
eenvoudig de gemeente met zijn wettigen
kerkeraad en kerkvoogden, buiten haar
eigen goed sluit.
Allerminst de Classikale Heeren die aan
dit heldenstuk deelnamen, hebben hiertoe
het recht.
Zij hebben met het kerkegoed van welke
gemeente ook niets te maken.
Natuurlijk dat de wettige beheerders
van het goed der gemeente, niet wilden
komen vragen om het gebruik van hun
goed aan mannen, met wie zij ook krach
tens het besluit van hun kerkeraad niets
van doen hebben.
Onbegrijpelijk mag het voor het minst
heeten, dat het hoofd der politie deze
beheerschers niet heeft beveiligd in hun
beheer tegen de daden der Classikale
heeren.
Het was zeker wel een waardige den
dienaar des Woords passende houding van
de heeren Rijnders, Boomer en Peter, om
de kerkdeuren met sloten en kettingen te
laten sluiten, opdat de gemeente toch niet
onder eene kerkorde, die met de belijdenis
en Gods Woord overeenkomt, den Heere
der Gemeente in haar eigen bedehuis zou
kunnen aanroepen.
Door 's Heeren groote goedheid waren
de lieden van Vrouwepolder wijzer dan
deze predikanten, en lieten zij zich om
dit dwaas vertoon niet tot verzet prikke
len.
Men heeft in een schuur de gemeente
vergaderd. Dit zal ook voortaan geschie
den, totdat deze kerksluiters vrijwillig of
op andere wijze der gemeente het gebruik
van haar eigen bedehuis zullen hebben
terug gegeven. Geve de Heere maar zijn
goedkeuring te ervaren, dan zal het in
een schuur met den Heere beter zijn, dan
in kerkgebouwen waar de Heere met zijn
gemeente niet saamkomen kan, omdat zij
er Hem niet gehoorzaamt.
Dit gehoorzaamheid aan den Heere en Zijn
Woord heeft ook de kerkeraad van Seroos-
kerke (Walcheren) voor zijne gemeente
het juk der Synodale organisatie afgewor
pen en de Kerkenorde van Dordt aange
nomen. Dit besluit werd in wettige ver
gadering met zeven tegen een stem
genomen. Helaas, dat die ééne tegenstemmer
de predikant moest zijnDit is diep
smartelijk. Tot voor korten tijd mocht
men zoo geheel andere verwachting van
Ds. Peter koesteren. Gave de Heere dat
zijn hart nog omgewend werde, om trouw
te blijven aan Zijn Woord en Zijn volk.
Hoe zou zich hierover èn kerkeraad èn
gemeente verblijden met al de getrouwe
belijders op ons eiland.
Moge ook deze aangevangen reformatie
gelukkig voortgaan tot 's Heeren eere en
tot opbouw zijner Kerk.
Bij den kerkeraad van St. Laurens en
Brigdamme was uit de gemeente een
schrijven ingekomen, verzoekende dat deze
raad der Kerk het werk der reformatie
zou ter hand nemen. De voorzitter wei
gerde echter dit schrijven in behandeling
te nemen.
Ook bij den Kerkeraad van Koudekerke
was een schrijven uit de gemeente inge
komen, om te verzoeken dat hij het werk
der reformatie zou opvatten.
De voorzitter van dezen kerkeraad oor
deelde terecht dat dit behandeld kon en
moest worden.
Na ernstige discussie werd met zeven
tegen twee stemmen besloten afwijzend te
antwoorden.
Slechts twee ouderlingen stemden hier
voor. De Heere sterke hen om nu zon
der hun mede opzieners naar hun belofte,
bij de aanvaarding van hun ambt ge
daan, te handelen.
Hij doe ook daar zjjn werk op Zijn tijd»
Wjj vernemen nog dat de kerkeraads-