zouden gezegd hebben, of het hadden moeten zeggen. De vraag is echter niet, wat gaf onze vaderen aanleiding tot hun beschouwing, maar de vraag is of onze Belijdenis in dit stuk naar den Woorde Gods is. Wij meenen bewezen te hebben dat deze vraag toestemmend moet beantwoord. Onze Briefschrijvers bewijzen niets. Dan lezen wij een vraag: waarop een ontboezeming volgt uit welke blijkt wat al reden tot danken deze Bestuurders der Classis Middelburg hebben, over den heden- daagschen toestand der kerk. Liever hadden wij op dié vraag een rechtstreeks antwoord gezien. Zoo'n gemoedelijke ontboezeming k a n op twee erlei wijze opgevat, en b e w ij s t zoo weinig. Doch wij moeten het er mede doen. In onze kerk" wat zouden de schrijvers hier onder »kerk" verstaan? Dit doet hier veel af. Bedoelen zij er mede het genootscha p, dan zou wat er hier van gezegd wordt, zoo voor iedere tastbare en kenbare onwaarheidzijn, dat weerlegging overbodig is. Immers om maar iets te herinneren, van het andere in deze ontboezeming genoemde spreken, wij maar niet eens, hoe kan men van het genootschap zeggen dat er Gods woord de volle raad Gods het eeuwig Evangelie naar de Gereformeerden belijdenis overvloedig wordt gepredikt Ieder weet toch dat er 300 vacaturen zijn, dat de overgroote meerderheid van predi kanten, stellig twee derden, geheel of in meerdere of mindere mate met de Belijdenis gebroken heeft, dat er allerlei wind van leer heerscht, en dat eerst in den laatsten tijd, voornamelijk door den arbeid van Dr Kuyper, onder de predikanten de gereformeerde theologie weer bekend is geworden. Liefst willen wij maar aannemen dat deze Heeren hier met »onze kerk" bedoelen, óf de kerk van Middelburg óf ieder .hunner zijn eigen Kerk. Hoewel deze opvatting in hun kader en in dit schrijven weinig past. Is dan zóó genomen, hun ontboezeming waar; en is dan in dezelfde bewezen dat de onderscheiding van art 29 nu niet meer van toepassing is Wij willen dit een volgende maal zien. Kerkelijke Mededeelingen. Door 's Heeren gunst over Zijn volk is thans ook de Reformatie in de kerk van Utrecht aangevangen. De Utrechtsche Kerkbode meldt daarvan het volgende 9In de vergadering van den Algemeenen Kerkeraad van Woensdag 23 Maart moest in behandeling komen de missive van het »Prov. Kerkbestuur van Utrecht, waarbij kennis gegeven werd van de schorsing »voor zes maanden, over 13 leden van »den Kerkeraad uitgesproken. »De Praeses liet het stuk voorlezen, en gaf daarbij kennis van eene missive, door »eenige ouderlingen ingezonden, waarin *deze hun diepe droefheid en verontwaar diging uitspraken over hetgeen door de 9 aanklagers en de Synodale Besturen in dezen gedaan was. »Br. Pukkink kwam nu oogenblikkelijk »met het voorstel, dat de Kerkeraad aan »het Provinc. Kerkbestuur het volgende »zou antwoorden »»De Algemeene Kerkeraad der Nederd. »Herv. Gemeente te Utrecht, kennis ogenomen hebbende van het vonnis, door »het Provinciaal Kerkbestuur van Utrecht uitgesproken over dertien leden van dezen 9 Kerkeraad 9 overtuigd dat dit vonnis niet is overeen komstig het Woord van God en zich alzoo geplaatst ziende tusschen 9 de keuze, om óf de beslissing van genoemd 9 bestuur te eerbiedigen en te erkennen, 9 of die beslissing te verwerpen in gehoor zaamheid aan dien Koning, die ook aan »deze dertien broeders hunne ambten »toebetrouwde 9 besluit aan de uitspraak van het Prov. 9 Kerkbestuur geen gevolg te geven, en »zoo na als vóór 1 April de gevonnisde broeders in hun ambt te blijven erkennen »hen toe te laten in zijne samenkomsten »en vergaderingen, hen het evangelie te laten bedienen, de gemeente te laten 9 weiden en de armen te laten verzorgen, v even als of er geen vonnis bestond." »De Praeses, Ds. Verhoeff, zette nu de 9kroon op de gruwelijke dwingelandij, die reeds lang door meer dan een voorzitter »in den kerkeraad is uitgeoefend. Hij verklaarde, over de missive van het Prov. 9 Kerkbestuur ganschelijk geene discussie »te kunnen toelaten. Toen de Praeses, aangemoedigd en gesteund door de meerderheid der predikanten, bleef bij >deze schrikkelijke verklaring, waardoor 9 den Kerkeraad gewelddadig alle gelegen heid zou benomen worden, om zelfs een 9 woord te spreken over het godonteerend 9 vonnis over 13 zijner leden geveld nam »een der broeders, onder de vreeselijke opschudding, die er in de vergadering heerschte, en onder woeste pogingen van »de synodalen om hem het spreken te 9 beletten, het woord, om de volgende 9verklaring af te leggen: Namens de door het Prov. Kerkbe stuur van Utrecht gevonniste broederen, 9 verklaar ik, nu de praeses dezer verga- 9 dering zelfs weigert, den broederen gele genheid te geven, om een vonnis, dat 9 tegen het Woord van God en de eere »van den Koning der Kerke indruischt, »voor niet geldig te verklaren, dat het »ons niet geoorloofd is langer te vergade ren onder eene organisatie, die zulke zonden medebrengt. Weshalve zij allen oproepen, opdat onze ziele zich niet 9verder bezondige, deze plaats met ons te overlaten, en deze vergadering voort te 9 zetten ten huize van Br. Ouderling »H. van Dijk. Onze hulpe is in den Naam »des Heeren, Die den hemel en de aarde gemaakt heeft." »De vergadering is daarop voortgezet »ten huize van Br. v. Dijk. In die vergadering ten huize van den Heer v. Dijk werd o. a. besloten het von nis van het Provinciaal Kerkbestuur alg niet gegrond op Gods Woord ter zijde te leggen en de gevonniste BB. te blijven erkennen in hunne ambten en verder het Synodale juk voor de Kerk van Utrecht af te werpen, de Dordtsche Kerkenorde weer in werking te laten treden, en de vroegeren naam van Nederduitsche Gere formeerde Kerk weer aan te nemen. Ook de kerk van Vrouwepolder is uitgetreden. In de vaste overtuiging dat hij naar Gods Woord en naar zijn heilige ambtsbeloften niet anders handelen mocht, heeft de kerkeraad Maandagavond met eenparige stemmen het besluit genomen onder biddend opzien tot den Heere om krachtens hetzelfde recht, waarmede in de 16e eeuw de Pauselijke hiërarchie werd afgeworpen, en de Kerkeraad geacht wordt in 1816 de Synodale organisatie te heb ben aanvaard, thans de Synodale hiërarchie af te werpenen om voor de geheele Hervormde Gemeente van Vrouwepol der aan de Synodale organisatie alle kracht en geldigheid te ontnemen, en de Dordtsche Kerkenorde in te voeren, na tuurlijk met die wijzigingen welke door den veranderden staatkundigen toestand van zelf zijn ontstaan. Daar Ds. Peters in de reformatie der kerken niet medegaat, treedt Ds. Klaar hamer als consulent der gemeente van Vrouwepolder op. Ge va de de Heere dat hier het werk der reformatie kalm moge aangevangen en voortgezet worden, tot eere Zijns grooten Naams en tot zegen der gemeente. Onlangs kwam bij den Kerkeraad van Ritthem een schrijven van gemeenteleden in, waarbij die kerkeraad verzocht werd het werk der Reformatie voor hare kerk ter hand te nemen. De Voorz. weigerde dit schrijven in behandeling te nemen als zijnde revolutionair. Hoe goed zou het toch zijn als de Clas- sikale heeren, eens den volke wilden bekend maken wat revolutie is. Het is echter zeker gemakkelijker dit niet te doen, en maar eenvoudig voort te gaan, met aanwending van hun oogenblikkelijke macht. Ook zou het niet ondienstig zijn indien die heeren presidenten van Kerkeraden eens wilden aantoonen, volgens welk arti kel uit hun reglementen zij het recht bezitten, om eigenmachtig uit te maken wat in een kerkeraad zal worden behan deld en wat niet. Men moet wel willens blind zijn, indien men niet ziet, dat de kerk overgeleverd is aan de willekeur der predikanten. Uit Gerkes klooster wordt dd. 22 Maart het volgende bericht De heer A. Middelkoop, candidaat in de heilige godgeleerdheid, welke tot herder en leeraar dezer gemeente beroepen is en deze beroeping heeft aangenomen, is heden na een examen door en van wege de classis Dockum der Ned. Gereformeerde kerken, welke de Dordtsche kerkorde van 1618 en '19 hebben aanvaard, daarin bij gestaan door broeders buiten deze classis

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1887 | | pagina 3