ver waarde te beoordeelen, ongenoegen, omdat hunne bijzondere denkbeelden, wen- schen en vooroordeelen beleedigd worden. Belioedzaamlie d te dezen is vooral noodig in den aanvang eener nieuwe kerkelijke organisatie, die reeds handen vol werk en veel gelegenheid tot berispen geeft"! De grootste misleiding evenwel was de inlassehing van het bekende art. 11. Gelijk het woordje Christelijk in art. 23 der schoolwet van 1857 moest dienen om de natie te doen geloven dat liet bleef >bij het oude, werd ook in art. 11 de handhaving der leer voorgeschreven. Maar wie moesten die leer handhaven Tal van mannen die, in meer of mindere mate met die leer hadden gebroken De bedoeling was dan ook wel degelijk om leervrijheid toe te laten. In 1816 reeds antwoordde de Commissaris-Generaal aan de doleerende Classis van Amsterdam het Synode wordt thans niet geroepen om leerstellige geschillen te beslissen, maar »öm de Kerk te besturen." Wat dunkt U nu, zou het revolutie zijn tegen zulk een organisatie in te gaan of liever die geheel af te werpen En zou het niet veeleer schuldige tekort koming zijn in het volbrengen zijner plich ten, indien een Leeraar of Opziener deze zaken en toestanden tot schade der Kak en tot one ere van den Koning der Kerk laat bestaan Kerkolij o Mededeeliiijjen. Drietal. Ned. Geret. K°rk (Doleerend) te Zwartsluis, Ds. Fernhout te Tzum, Klomp te 's Graveland en Bouwman te de Meern. Voor velen zal het zeker nog wel niet duidelijk zijn, wat er eigenlijk op 8 Maart 11. is geschied. Wij zullen het daarom nog eens herhalen. Op gemelden datum heeft de kerkeraad besloten, dat deze Hervormde Kerk van Middelburg,tellende 12655 doop leden, niet langer zou blijven in het ver band met het Nederlandsch Hervormde Kerk genootschap, en dat deze Midddelburg- sche gemeente nu voortaan niet meer bestuurd zal worden naar de Synodale reglementen, maar naar de belijdenis, dat is naar Gods Woord en naar de daarop gegronde en daarmede overeenstemmende Dordsche Kerkenorde. Maar, zal men vragen, zijn wij dan nu afgescheidenVolstrekt niet. Om afgeschei denen te worden wij hechten aan dit woord nietgelijk zoovele doeneen onaunstigen zin zouden wij ons moeten aansluiten bij het genootschap van onze Christelijk Gerefor meerde Broeders. Hierop hebben wij geen plan. Het eenige wat geschied is, is dit, dat deze gemeente niet meer wandelt in het gezelschap van al die gemeenten in ons land welke noch de oppermacht der Synode en de geldig heid harer reglementen erkennen. Maar, vraagt men wellicht, waarom preekt gij dan niet in de Kerkgebouwen? Eenvoudig omdat onze kerkvoogdij het met de Synode blijft houden, en meent redenen en recht te hebben, het bedoelde kerkeraadsbesluit niet te mogen erkennen. Zij houdt nu daarom voor een Uwer Leeraren de kerkgebouwen gesloten, en laat die gebruiken voor de ontkenning der Waarheid of voor een ten deele prediker der Waarheid. Daarbij heeft ook de ker keraad voor het tegenwoordige afgezien van het handhaven zijner rechten, hoewel daarvan geen afstand doende. Maar, zegt gij, waarom gaan dan de andere predikanten en sommige ouderlin gen niet mede in deze zaak Natuurlijk omdat zij in zake de regeering der kerk niet onvoorwaardelijk buigen voor Gods Woord. Sommigen willen niet, anderen zeggen, dat zij met het oog op de om standigheden niet kunnen, enkelen durven niet of het ontbreekt hun waarlijk aan licht in deze dingen, terwijl de kerkeraad niemand dwingen kan, noch mag. De Middelburgsche gemeente gaat nu met haren Ileere naar rechts en laat de Synode links liggen. Ieder, die nu toch nog met de Besturen en de Reglementen meegaat, scheidt zichzelf hierdoor af van de Kak. Hij zij dan predikant of ouder ling of diaken of gewoon lid. In een volgend nummer willen wij eens zien, of deze daad kan gedaan worden, zooals zij gedaan is. De tijd nadert wederom, dat velen weer zoogenaamd belijdenis zullen doen. Hoe dit iemand, die het ernstig meent, in deze dagen van beroering en verwarring doen kan, doen kan in handen van mannen, die zonder daarover tot verootmoediging en schuldbelijden te komen, zich openlijk stellen tegen Gods Woord, en 's Heeren knechten helpen vervolgen om hun ge hoorzaamheid aan dat Woord, is ons een raadsel. Laat men toch niet tot deze zoo uiterst gewichtige daad overgaan, alleen omdat men nu eenmaal den leeftijd heeft en om dat nu toch het aannemingspakje klaar ligt. Is 'er toch geen andere reden, dan komt men met een leugen in de rechterhand voor God. Die belijdenis doet, die legt getuigenis af met van een histoiisch geloof, maar van het zaligmakend geloof. Die doet zulks om dat 2 Cor. 4 13 op hem of op haar van toepassing is. De Opzieners der gemeente nemen be lijdenis af, omdat gij uwe begeerte hebt te kennen gegeven, dat gij aan dès Heeren heilig Avondmaal wildet aangaan, omdat dit het sacrament der voeding is voor levendgeinaakte zielen. Die waarlijk belijdenis wenschen te doen, kunnen dit voor het teg nwoordige niet doen. Ook moeten wij nog waarschuwen tegen het beantwoorden van de 3 zoogenaamde belij denisvraag. Daarin wordt geëischt belofte van gehoorzaamheid aan de verord. der Nederl. Herv. Kerk, d. i. men belooft te zullen gehoorzamen aan de reglementen van het antichristelijke Genootschap. Vroeger kon men in zijn onwetendheid antwoorden doch nu met meer. Die nu nog op die vraag ja" zegt of knikt, die belijdt niet, maar die verloochent den eenigen Heere en Za- ligmaker der Kerk. Dezulken worden aeen lid der Kerk aan deze plaats, (en zullen ook als zoodanig nimmer worden aange merkt, tenzij zij openlijk die belofte her roepen hebben), maar worden lid van een zekere Synodale afdeeling te Middelburg. In deze dagen waarin zoo menigeen vraagt, waar vergadert nu toch de Kerk, herinneren wij nog eens aan wat wij reeds elders aantoonden, dat daar de Kerk te vinden is, waar men zich in alles aanstelt naar het Woord Godsverwerpende alle dingen die daar tegen zijnhoudende J zus Christus voor het, eenrqe Iloofd. Zie uw geloofsbelijdenis art. 29. Natuurlijk niet daar waar men dit zegt en het niet doety maar daar waar men het zegt en doet. En zoo kan men ook de valsche knech ten van de echte onderscheiden, als men let op Saul en David. Beide zondigen en overtreden de geboden. Maar bij Saul is dit fegel en bij David een tijdelijk onder liggen onder de wet. des vleesches; als Saul nog de wet houdt, doet hij dit zoo hij het beste wil en kanmaar David doet het onvoorwaardelijk en naar de letterSaul is altijd bezich zich zelf te redden en te ver ontschuldigen en om door allerlei lievig heden de gunst des volks te zoeken, maar heeft David gezondigd dan komt er een Psalm 51 vol van openlijke boete eit. schuldbelijden, dan gaat hij op het zonde en schande bankje en komt God aan zijn recht en zijn eere. De tegenstanders der reformatie hebben enkele kenmerkende eigenschappen; o. a. ook deze, dat zij de voorstanders derzelve trachten te schaden in hun inkomen. Te Amsterdam gingen de Classikale dominees daarin voorop. Dienstbodenbehangers, smeden, winkeliers, enz die naar de lo kalen" gingen werden eenvoudig afgedankt, om er lieden van de Synodale fractie voor in de plaats te nemen Elders volgt men dit voorbeeld. Dit is zeker een heel dui delijk en overtuigend middel om zijn te genstander diens ongelijk aan te toonen, en te doen zien hoe het om de waarheid en de eere Gods en het heil der zielen te doen is. Opmerking verdient ook nog, dat de Roomsche Kerk steeds hetzelfde middel tot bekeering der haar wederstrevenden ge bruikt heeft. Eerst kwam zij een Christen- mensch zijn vrijheid berooven, dan nam zij zijn goederen, en was hij dan zoo verstokt om nog niet te buigen onder de hiërarchie, dan moest hem het leven worden ontnomen. Aan dit laatste zijn wij nog niet toe. De beide eersten worden echter druk in prac- tijk gebracht, evenals in de dagen van den uitgang nu 50 jaren geleden, hoewel, thans nog niet in die mate als toen. Oox*x*espoudentio. De Uitgever bericht dat no. 3 geheel is uitverkocht en dus niet meer aan de nieuwe inteekenaren kan worden toege zonden. Mochten er eenigen van de lezers zoo.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsche kerkbode, weekblad gewijd aan de belangen der gereformeerde kerken/ Zeeuwsch kerkblad | 1887 | | pagina 3