Van onder de golven -
Vanuit de lucht
Het onderzeesche
wapen.
Hoe het gevaar uit
de lucht bestreden
wordt.
Een der nieuwe, Brit sche onderzee-kruisers.
frankrijk heeft de meeste en de grootste
•nderzeeërs. Ook Duitschland heeft
weer duikbooten.
Luchtdoel artillerie, een beweeglijk, werk
zaam wapen.
Met meetapparaten, schijnwerpers en
„flaks" tegen het vliegtuig.
VAN onder de golven vanuit
de luchtde twee zijden,
vanwaar het gevaar het
meest dreigend is, wanneer
eventüeele conflicten moch
ten ontaarden in een worste
ling der volkeren.
Zeventien jaar geleden
werd er plechtig het voornemen opgevat
elkaar niet meer te bestrijden. Uit de Duit
sche wateren verdwenen de onderzeeërs en
nieuwe mochten er niet meer gebouwd
worden, volgens het Verdrag van Versail
les. Maar, de Duitsche U-booten verhuis
den naar andere landen, waar zfj werden
Ingelijfd bij het overschot van de
.vloot.
Doch in die zeventien jaar is de wereld
niets wijzer geworden. Vergeten is het oor
logsbeeld, vergeten is de rampzalige dood
van honderden, op een langzaam kante
lend schip, gemmd door een onderzeeër,
gescheurd door de explosie van een torpe
do, door aoo'n onzichtbaar monster gelan-
.ceerd. Vergeten zijn de hartverscheurende
kreten der zwemmende en half verdrinken
de opvarenden, dobberend op een stuk
wrakhout, meegesleurd soms door de zui
ging van het plotseling onder water schie
tende zeekasteel
Weer is de wereld vól duikbooten, vól
ler dan ooft het geval is geweest. Duikboo
ten zijn het niet meer: onderzee-kruisers
tfcoemt men deze schepen zeer terecht.
Want de afmetingen zijn in die tusschen-
gelegen jaren zóó opgevoerd, dat het vol
ledige kruisers zijn, die onder de golven
duiken om arglistig den vijand te nade
ren!
Ook Duitschland kreeg door het vloot-
yerdrag met Engeland weer het recht .duik
booten te bouwen en reeds op 29 Juni van
dit jaar liep de eerste Duitsche onderzeeër
van stapel. Sindsdien nam het aantal on
derzeeërs bij onze Oostelijke naburen gere
geld toe. Engeland is het dat steeds weer
op iedere vlootconferentie aandrong op af
schaffing van het onderzeesche wapen. Zélf
gaf Engeland het voorbeeld, door in de
hoop de andere zeemachten voor zijn mee
ning te kunnen winnen eenigen tijd den
bouw van onderzeeërs stop te zetten, zoo
dat dit land ten opzichte van Frankrijk in
aantal en moderniteit van dit wapen ach
ter raakte! Eerst sinds de beslissende mis
lukking van de Britsche vlootpolitiek op de
vlootconferentie te Washington tracht En
geland die voorsprong in te halen, die de
andere geallieerden verkregen hebben.
Niet de grootste zeemacht, Engeland, die
in 1914 nog met 76 onderzeeërs aan de spits
stond, doch Frankrijk met 97 grootP onder
zeeërs heeft de meeste duikbooten. Met 84
in gebruik genomen onderzeeërs volgt Ame
rika op de tweede plaats, om den weg vrij
te maken voor Italië als derde met 62 duik
booten; Japan bezit er thans 57, Engeland
oogenblikkelijk slechts... 51 ètuks! Daar
alle staten nog steeds onderzeeërs blijven
bouwen, zal Engeland voorloöpig dien ach
terstand moeten accepteeren. Maar niet al
leen wat betreft het aantal is Engeland in
deft achterstand geraakt! De meesten der
thans nog in gebruik zijnde onderzeeërs
zijn nog uit den wereldoorlog overgeble
ven of werden in de allereerste na-oorlogs
jaren gebouwd; zij zijn dus niet meer „mo
dern" te noemen! Daarbij komt nog, dat
enkele experimenten totaal mislukten. Zoo
ging het bv. niet de groote onderzee-krui
sers en de slechts door Engeland be-
Eroefde O-Monitoren, drie schepen, die
ij een waterverplaatsing van 1600 tori be
wapend waten met een 30.5 c.M. kanon óf
met een vliegtuigloods. Een dezer booten
zonk na een aanvaring. De tweede boot
ging tijdens een oefeningsvaart plotseling
met de heele bemanning in de diepte en
de derde boot werd tenslotte gesloöpt!
Men onderscheidt tegenwoordig drie
groepen: le. Onderzeeërs voor de kustver
dediging (tot maximaal 600 ton); 2e. Vollë-
zee-duikbooten, die tot 1000 ton inhoud me
ten en onderzee-kruisers als derde soort, die
deze tonnage nog voorbijstreven. Het Duit
sche Vlootbouwprogramma omvat twee boo
ten van 750 ton, die reeds van stapel ge-
loopen zijn, en voorts 20 vari 250 ton en
6 van 5Ö0 ton. Dat zijn dtis hoofdzakelijk
onderzeeërs voor de kustverdediging; In
de andere staten is dit type ook vertegen
woordigd, hoewel men zich daar heel veel
bezighoudt met den bouw van onderzee
kruisers. Japan bezit op het oogenblik de
meeste onderzee-kruisers en Amerika
bouwt sedert 1924 uitsluitend nog maar dit
type. Engeland heeft een onderzee-kruiser
van 2425 ton gebouwd zonder de serie voort
te zetten; deze groote schepen met een ton
nage van 1500, 2000 of meer schijnen boven
water de meeste voördeelen te bieden, zoo
dat zij hun eigenlijke doel voorbijstreven!
De grootste onderzeekruiser is echter weer
Fransch: de „Surcouf", die een waterver
plaatsing van 2880 ton heeft boven water
en die ondergedoken 4300 ton water ver
plaatst! Of deze onderzee-kruiser zich zal
handhaven, staat nog niet vast. Amerika,
Luchtdoelkanon op marsch in moeilijk terrein. Hier is het kanon op een rijdend
onderstel gemonteerd en wordt door een vrachtauto met de bedieningsmanschap
pen getrokken.
dat drie kruisers bezat van bijna dezelfde
afmetingen (2710 ton) is weer teruggekeerd
tot cle afmeting 15002000 ton watcfver
plaatsing. Evenals Engeland en Japan!
Frankrijk heeft in die maat reeds meer
dan 30 schepen!
Alle onderzeeërs zijn voorzien van tor^
pedo-lanceerbuizen, met een maximum van
14 stuks, zooals bij de „Surcouf". Het aan
tal torpedo's, dat aan boord is, bedraagt $1
naar gelang cle afmetingen van de boot 10
36 stuks. Bovendien dragen alle onder
zeeërs boven de 600 ton artillerie; op de
volle zee-duikbooten meestal 10 centime-
ter-stukken, alsmede llichtdoelarfillerie van
klein kaliber. De reus „Surcouf" heeft, be
halve kleinere kalibers* twee 20 c.M. stuk
ken aan boord; bovendien voert dit schip
een vliegtuig mee. Andere booten zijn weer
uitgerust als mijnen-legger! Hier staat En
geland aan de spits; Engeland heeft de
eènige Onderzeesche mijnenlegger op sta
pel staah, die 120 mijnen kan meevoeren!
Alle zeemachten hebben onderzeeërs;
Rusland ongeveer 40, Zweden 15, Spanje 13,
Lettland 10, Noorwegen en Chili ieder 9,
Denemarken 8, Griekenland 6; enz. Neder
land heeft er circa dertig. Doch in alle
landen wordt er nog voortgebouwd aan dit
wai&en.
Zonder onderzeeërs is geen goede vloot
denkbaar. Iets anders zou het natuurlijk
zijn, wanneer een internationaal verdrag
alle onderzeeërs verbood en liet sloopen.
Maar dat is een lange, moeilijke en haast
ondenkbare weg. Evenals het afschaffen
van den oorlog zélve.
De grootste vijanden van de onderzeeërs
zijn alweer de vliegtuigen. Zij vliegen bo
ven het zee-oppervlak en zien de onder
zeeërs, wanneer deze niet tè diep gedoken
zijfi, al héél spoedig! Trouwens, de vlieg
tuigen zijn niet alleen gevaarlijk voor cle
onderzeeërs, doch de door deze reuzenvo
gels geworpen bommen vormen het groot
ste gevaar van een eventueelen oorlog! Een
tweede vereischte voor de veiligheid van
een land is dus de luchtdoelartillerie, het
luchtafweergeschut en de organisatie en
uitrusting van de dit geschut bedienende
troepen!
Ook in dit opzicht geven onze Oostelijke
naburen, van ouds een militair-technisch
land van erkende bevoegdheid, weer inte
ressante dingen te zien. De aldaar opge
richte afdeelingen luchtdoelartillerie,
„Flaks" (de naam „Flak" is afgeleid van
„Flugzeug-Abwehr-Kanonen")genaamd,
een haam, die wij kortheidshalve zullen
aanhouden, zijn tot in de perfectie georga
niseerd en vóórzien van alle benoodigde
apparaten, om met vrucht het luchtgevaar
Een luchtafwesrkanon ter bescherming
voetstuk geplaatst met 360 g
van een stellingdoel; het is op een vast
raden bewegingsmogelijkheid.
te bestrijden eft af te weftden. Tot deze toe
stellen behooren, luisterapparaten, meetap
paraten, radioapparaten, schijnwerpers,
vooral in voldoende hoeveelheid, enz.
Éven gaan onze gedachten terug naar cle
jaren van de wereldoorlog... Een donkere
nacht... en stilte alom over het bedreigde
boerenland! Geen lichtje in de boerderijen.
Alles is uitgestorven, gevlucht... Want in
de lucht loert dood en verderf... In de ver
te zoemt een motor! Schijnwerpers flitsen
opeens en zoeken de lucht af... vereenigen
zich op één punt! In het donker flitsen de
mondingsvuren van de afweerbatterijen,
dorideren de schoten; granaten spatten kra
kend uiteen... met een slierende, laaiende
brandwimpel suist een vijandelijk vlieg
tuig omlaag, slaat te pletter een steek
vlam sist omhoog: benzinetank ontploft!
De Flaks en de hulpwapenen hebben hun
plicht gedaan..."
Toen de wereldoorlog b&gon, waren de
mannen op den grond zich niet bewust
van de gevaren, die uit de lucht dreigden,
langzaam aan kwamen er afweerkanon-
nen: ballon-afweerkanonnen noemde men
die nog. Maar naarmate de maanden ver
streken kwam er lijn in de organisatie der
Flaks. In 1917 bezat Duitschland reeds meer
clan 200 Flakkorpsen met 400 officieren en
7000 man! Zij deden hun werk tusschen
Armentières en de Kanaalkust, in Vlaande
ren dus. Richtapparaten en projectielen wa
ren toen nog lang niet voldoende geperfec
tioneerd! Met veel munit.ieverbruik werd 'n
minimum aan treffers behaald! Doch men
bereikte ermee, dat de vijandelijke vliegtui
gen, om beveiligd te zijn tegen de projectie
len, hooger gingen vliegen, waardoor de
trefkans der omlaaggeworpen bommen sterk
verkleind werd! Machinegeweervuur van
uit de vliegtuigen werd geheel onmogelijk
gemaakt door cle Flaks.
De bij de Flaks behoorende hulpappara
ten zijn ware wonderen van techniek»
Daar hebben we in de eerste plaats de
schijnwerpers, die een werkingsstraal heb
ben van 5000 M. Meetapparaat, luisterap
paraat en schijnwerpers, kunnen nevel,
zware bewolking en duisternis tot in de
perfectie ovenvinnen. Het commando-toe
stel is het grootste technische wonder! Het
bepaalt zelfstandig de schietelementen:
hoogte, breedtespreiding, afstand, en
brengt deze met behulp van een electrische
kabel naar de verschillende stukken over,
waar zij op de manier van een telegraaf-
machine door middel van signaallampen
en teekens zichtbaar worden. De bedie
ning behoeft de stukken dan slechts vol
gens die gegevens te richten. Het laden
wordt de kahonniers vergemakkelijkt door
spéciale afvüurmachine's. De tijd tusschen
vuurbevel en schot wordt geschat op 8 tot
11 seconden bij een goed-geoefende bedie
ning. Desondanks blijft het luchtdoel een
grillig mikpunt! De beweging heeft daar
n.l. plaats iri drie dimensies, hetgeen een
en ander zeer bemoeilijkt voor dé lucht
doelartilleristen. Men kan slechts treffen,
als men een stuk met groote beweeglijk
heid heeft, dat volkomen'in staat is, iede
re, zij het ook nóg zoo onverwachte bewe
ging te volgen! Men moet de vuursnelheid
naar believen kunnen vergrooten of ver
kleinen. Maar do inslaande kracht van de
projectielen komt er hiérbij veel miilder
op aan. De hoofdzaak is, dat het projectiel
in de buurt van het te treffen luchtdoel
ontploft. Vliegtuigen zijn geen gepantserde
tanksj zij worden door kleinkaliber-projec-
tielen (2047 m.M.) en scherven van de
grootkalibers (75105 mM.) al doorboord en
zeer zeker buiten gevecht gesteld, wanneer
gewichtige deelen getroffen worden, de be
manning, de motor, de benzinetanks of
spandraden b.v.
Flakkanohnier zijn betöekent niet op een
rustige, ongevaarlijke post in het akker
land te staan. Flaks hooren juist in rje
voorste strijdlinie, om aanvaller of verde
diger tegen diepteaanvallen van vijande
lijke vliegeniers te beveiligen. Flaks tre
den achter ter front, in het achterland,
juist dón op, wanneer alle andere merische-
iijke wezens onder de bommenhagel van vij
andelijke vliegtuigen in de kelders of on
derkomens zijn gekropen. Flakknnii«+ii>r
zijn beteekent geen zenuwen tonnen, mist
wonneer het gevaar het grootst geworden
is!