De Poëzie van het Boerenland. de zorgen van de meesteres in het witte huis. record van een russischen roofmoordenaar. Toenemende kleurenblindheid ibi mm&mmmstmmk Stralende zon golvend koren rijpen de vruchten helroode papaver... In bloe men- en vruchtenrijkdom is de aarde ge huld... Hoort, hoe de zeisen zingen! Van het Westen uit worden de velden een voor een rijp; die rijpheid trekt verder, schrede na fchrede verder door het boerenland. De boer slaat dat voorttrekken gade en wacht zijn beurt af! Het lied van de ar beid klinkt uit verre verten, het lied van de plicht dat is een pakkend lied maaier en maaister, binders en andere hulpkrach ten. „Ping-pong ping-pong ping-pong „klinken de hamers op de zeisen, die niet icherp genoeg zijn... Het klinkt als het tin gelen van de klokken, dat door den wind naar het Oosten wordt gedragen... Oogst! De inwoners van verschillende dorpen staan hier broederlijk vereend op de velden, tot aan de taftdeft bewapend Ime-t landbouwwerktuigen. Met bloemen zijn de sikkels en zeisen versierd, met bloemen omkransd zijn harken en vorken #n kransen van stroo dragen de meiskens! Zoo wordt in verschillende deelen van Europa de oogsttijd ingeluid: een schot kraakt! Door twee voorrijders gestuurd, zet een bonte optocht zich in beweging! Een oude oogstwagen, die over de ongelijke stee- nen hobbelt, krakend en ratelend, zoodat de oude boerinnen op de houten banken wel knikpoppetjes lijken, zóó schudden hun hoofden heen en weer... Bruine, aarden "kruiken hebben ze bij zich en groote heng selmanden, tot teeken, dat zij in de oogst- weken de mannen en vrouwen, die maaien, .voorzien moeten van spijzen en drank. 'Achter den wagen loopen de maaiers... De zeisen en sikkels zijn scherp: de oogst kan beginnen! De wind blaast in het oude boe- renvaan. De jongste maaier en de jongste maaister loopen er naast. Daarop volgen de schoolkinderen, de hark over den schouder, de jonge boerinnen en boerenmeiden met schoofbanden en tenslotte de tros van boe ren en knechten. Soms ook rijdt de pacht heer mee... dan is het extra-feestelijk! Naar het groote roggenveld rijdt de stoet Het einde van den weg, waar het bosch in akkers overgaat, lijkt alles wel vloeibaar j goud! De avondzon zinkt er achter de kim- tne... De menschen uit de dorpen staan er bij In vroome aandacht Een der boeren onder- f>ekt het graan, wendt zich dan tot de an- ereni „Het koren is rijp. Het snijden kan eginnen!" Uit de maaiers treedt er nu een naar vo ren en zegt: j Bet bloed, de vrijheid en de eer Drie dirigen, die door d'eeuw'gen tijd Ons heilig zijn, doch evenzeer De aren, die mijn sikkel snijdt! Dan maait hij de eerste schoof! Op hem volgt een der meisjes, dat zegt: Een schoof helpt uit den nood; Geeft arbeid ons en brood! waarbij zij dan eveneens een bundel koren neermaait! Want de oogstzegen woont ln de afgesneden aren! Ieder moet eraan deelnemen, boeren en boerinnen, maaiers en maaisters, schovenblndsters en andere oogsters Allen grijpen zij naar de halmen en ver sieren er hun landbouwwerktuigen mee. Zoo gaan zij terug, naar de dorpen. Den volgenden morgen, in alle vroegte begint 't oogsten! Ernstig en plechtig, zooals de aar de dat eischt, ieder een koning op eigen akker! Want de boer is een koning. Zijn stam boom is ouder, dan die van alle vorsten ter wereld; van den beginne af aan was hij heer én dienaar tegelijk. De boer is de „eeuwige mensch" zijn vroomheid is ou&E, dftü die van kloosters en kerken, zijn Op den terugweg,.., zorg voor de aarde is die van de eeuwig heid, zijn bloed is ouder, dan dat van de oudste adel, zijn grond ouder dan die van d6 wereldheerschers... Zijn kracht en liefde zijn voor de aarde bestemd. In het boerenvolk ligt de kracht van het volk besloten. Er was eens een tijd, waarin het woord „boer" geen goeden klank had, waarin de landman het begrip vertegenwoordigde van een ongevormd, dom mensch, dat gemak kelijk te bedriegen is. Thans heeft men de boeren weer recht laten wedervaren. Het boerenvolk is ook immers verlost van zijn isolement. De ste deling is de boeren nader gekomen, de boer do stedelingen. Achting en eerbied voor beiderlei prestaties schept een samenwer king,-die het heele geheim vormt van een bloeiende welvaart. Wat zouden de stedelingen zonder boeren zijn? In den riddertijd waren de boeren 't slachtoffer van het lijfeigenschap. Het handen, die de zorg voor het dagelljksch brood kennen.... maakte de eerste dienaars van het volk tot slaven. Dat bracht nood en ondermijnde de vaderlandsche geest. Toen kwamen de boe ren vrij. Het volk kan leven, als de boer leeft! Als de boer er niet was, hadden wij geen brood. Zaaien en oogsten, worden en vergaan dat zijn de polen, waartusschen zich het boerenleven, jaar na jaar, afspeelt. De na tuur regelt het werk der handen. De na tuur is de opperste chef van den landman. Groei en verrotting hangen van haar af. Met de natuur is de boer verbonden, als een moeder met haar kind. De drukste tijd van het boeren jaar is thans aangebroken. Hoop is het levens evangelie van den boer. Hij hoopt van vandaag op morgen, hij hoopt van jaar tot jaar, hij hoopt tot zijn laatste ademtocht. En deze hoop heeft de boer sterk gemaakt, heeft hem de macht gegeven om met vlijt en volharding alles te bereiken, wat het volk noodig heeft: brood en leven! Doch ondanks alle hoop laten de zorgen de boe ren nooit los. En als alles gelukkig achter den rug is, heeft hij al weer zorgen voor het volgend jaar. In arbeid en zorgen ver loopt het boeren leven. Vandaag begint de oogst, morgen rijden zij dien binnen. En d&n? Dan gaan al wéér ploeg en egge over de stoppelvelden en akkers, dan drijft weer tusschen hemel en aarde het rhyth- me van de melodie: „Zoolang de aarde hé- staat... zullen niet ophouden 't^ zaaien en oogsten... Als de zon ondergaat, eindigt het werk op het land pas... als de zon opgaat begint het reeds,., maar de «flle wagens rijden een lust voor 't oog trotsch het dorp binnen! Onlangs heeft de vrouw van den Ameri- kaanschen presid. Roosevelt door de radio gesproken en den toehoorders wat van haar zorgen en haar taak als huisvrouw en meesteres van het Witte Huis verteld. Da radioluisteraars in de Vereenigde Staten kregen toen te hooren dat het beroemde „Witte Huis" reeds 117 jaar oud is en dat het in orde houden van de vertrekken een verantwoordelijke en moeilijke taak is. De muren zijn op vele plaatsen afgebrokkeld, zoodat de tapijten bijna voortdurend gere pareerd moeten worden. Ook licht- en wa terleidingen worden steeds weer onder zocht, en om de twee jaar wordt de voor gevel van het Witte Huis opnieuw geverfd. Het zal voor de huisvrouwen een zekera troost zijn, dat ook Mrs. Roosevelt van da ratten en muizen heeft te lijden. Want de ze plaaggeesten hebben in het Witte Huis, zooals zijn meesteres vertelt, een vroolijk leventje, en men maakt voortdurend jacht op hen. Pas kort geleden, vertelde de presi dentsvrouw, hebben twee harer vrouwelijke gasten bij het ontbijt voor een goed door voede rat de vlucht genomen, en zijn ont steld van de eerste verdieping naar da tweede geloopen. De strijd tegen het onge- dirte wordt in het Witte Huis hardnek kig doorgevoerd, neemt echter veel tijd en geld in beslag. Tien moorden in drie maanden. Tien moorden binnen drie maanden, zie daar het record van den roofmoordenaar Pawel Kotranow. Hij sloeg al zijn slacht offers dood met een bijl en het motief was in alle gevallen roof, waarbij de dader iede re keer slechts zeer kleine sommen kreeg. Kotranow, die bekend heeft, zal zich bin nenkort wegens tienvoudigen moord voor het gerecht moeten verantwoorden. Zijn slachtoffers waren een man, diens vrouw en twee kinderen in Pilna in Januari, een vrouw en haar buurman in dezelfde maand in Gorki, een man en twee vrouwen in Bo gorotsk en een huurkoetsier in Moskou. ENGELAND. De professor der psychologie aan de uni versiteit te Edinburgh, Dr. James Prever, heeft door systematische onderzoekingen van leerlingen van Engelsche volksscholen vastgesteld, dat van elke tien één aan kleu renblindheid lijdt. Volgens opgaven van den professor beteekent dit een 100 percentage toename van de kleurenblindheid sedert de laatste hierover ingestelde onderzoekin gen. „Dit verschijnsel kan tragische gevolgen hebben", verklaarde de professor. „Want deze schoolkinderen zijn aanstaande be stuurders van auto's op onze wegen. Het is zeker een niet luchtig op te nemen zaak, dat van de 120 jonge menschen 12 niet in staat zijn, bij verkeerssignalen rood van groen te onderscheiden, Een middel tegen kleurenblindheid bestaat nog niet. Brillen hiervoor hebben verwisseling van andere kleuren tengevolge." Voor zoover de wetenschap tot nog toe kon vaststellen, wordt kleurenblindheid meer van den vader dan van de moeder overgeërfd. Ook zijn er minder gevallen van kleurenblindheid onder vrouwen, NIEUWE VONDSTEN UIT HET STEENEN TIJDPERK. Men heeft kort geleden in een steengroe ve in de gemeente van Kottenheim, aan den weg Mayen-Kottenheim, interessante dingen gevonden. Hierbij werden bij op graving resten van beenderen, stukken van aardewerk en oude steenen werktuigen uit het steenen tijdperk gevonden, benevens twee bolwoningen, die een interessant do cument vormen van de vroegere kolonisa tie geschiedenis van dit district. Het lands- museum te Bonn heeft nu onderzoekingen ingesteld, en zal nog meer opgravingen la ten doen, waarbij met zekerheid op het te voorschijn komen van andere vondsten uit het eteenen tijdperk gerekend wordt.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1935 | | pagina 6