Tu5
WEGELING'S NIEUWSBLAD VAN WOENS DAG 24 DECEMBER 1930 No. 51.
KERSTAVOND VAN DEN VOGELAAR.
(Vervolg van pag. '4 2e Blad).
Voortaan bleef het gelui wonen bij de vlij-
tigen en het kind groeide op tot een ge
zonde deern. Later ging ze iederen dag naar
school met de kinderen van den boer, dwars
door de bloeiende landstreek in den zomer, in
herfst en winter, langs de doorweekie kleipa-
d^n. En steeds krachtiger.... en fleuriger
werd het arbeiderskinddat opgroeide lot
een pronk der landouwe.
Was het s.wonder, dat spoedig Berend, de
zoon van Jan Dreyers, zijn pogen sloeg op
die bloeiende deernen het „paartje" de
trots was van de wederzijdsche ouders?.,..
Dat was nu juist tien jaar geleden, dat
Teun en Berber ter bruiloft gingen, ter gele
genheid van het huwelijk van h^in dochter
met Berend, die evenals zijn vader en schoon
vader ook boerenarbeider was.
Trotsch waren Teun en zijn vrouw op hun
beide „kinderen" die een gelukkig huwe
lijk tegemoet gingen. Zeker, ook zij zouden
moeten ploeteren in hun levenmaar ge
zond waren ze en sterk
Totdrie jaar later in veertien dagefn
die vreeselijke ziektede Spaansehe Griep
de beide krachtige, jonge menschem opeischte
en onverzorgd achterliet hun kleine lieveling.
't Klimophuisje ontsloot op advies van den
dokter zijn deur nog vóór den droeven sterf
dagen zoo werd daar bij Teun en Berber
het derde Mariekenu als kleinkind, ge
legd in beur wiegje voor het raam.
Nog in hetzelfde jaar had Teun zijn dienst
als boerenarbeider opgezegd: het landwerk was
hem te zwaar geworden.
Door voorspraak van zijn patroon was hij
feJnkkig aangesteld als molenaar van den
polder en sedert woonde hij met zijn vrouw
en kleinkind in het primitieve, maar toch zoo
gezellige huisje op het molenerf, terzij van
de ringvaart.
't Gaf geen ruim bestaan, zijn nieuwe werk
kring. 't Molenaarsbaantje was als nevenbe
trekking bedoeld. Van nu af aan werd Teun
vogelaar en trachtte hij met de vangst van het
trekwild zijn inkomen eenigermate te vwgroe
ten. Eigenaardig beroep. Leuk, die verzameling
opgezette vogels: kievitten, kemphanen, pluvie
ren, enz. Aan deze vogels was aan de onder
zijde een houten pen gestoken, waarmede ze
in het weiland konden worden geplant.
Maar behalve deze doode collectie bezat de
oude ook een paar levende kievitten in een
kooi, welke hij bij zijn fügelersbedrijf noodig
had. 't Was een heele toer die beestjes door
te winteren met levend voedsel en gehakt
vleeschafval.
Zoo trok de oude dan in den vangtijd van
het trekwild, wanneer hij niet behoefde te
„malen", met zijn roeibootje tusschen de wijde
velden door en schouwde hij de lucht en
gansch de omgeving af, om de juiste plek uit
te kiezen temidden van die laaggelegen lan
den, poelen en plassen voor zijn schüle (is.
sch uiltent).
Was éénmaal het eenvoudige schuildoek op
gezet, dan werd het groote slagnet op het land
U«itfefekspreid. Hiernaast werden de opgezette
vogels in de weide geplant en de beide levende
kievitten op hun ring geplaatst, vanwaar touw
tjes liepen naar de tent, 'zoodat ze met een
rukje aan het koord begonnen te f ajdderon.
Ook het groote net werd vanuit de sdhüle
bediend en kon pijlsnel overgeslagen worden
over al die lokvogels.
Waren al de voorbereidselen getroffen, dan
nam Teun achter zijn tentje plaats en zocht
hij met zijn flikkeroogjes de lucht af, of hij
ook in de verte enkele koppels pluvieren zag
naderen.
Niet zoodra ontwaarde hij een „wolkje" of
hij nam z'n beenen fluitje en bootste precies
het geroep der pluvieren na Dan naderde de
koppel en steeds dringender lokte de fluiter
lichter zijn .schuiltent. Toteindelijk de
vogels neerstreken te midden van de opgezette
«oortgrfiooten enhet verraderlijke net
oversloeg.
Moordend bedrijfmaar noodzake ijk voor
den arme, die somwijlen een vrij goeden dag
had, als er til rijke pluvieren werden, verkocht.
Maar over 't algemeen waren de verdiensten
van den fügéler karig, wanneer hij dagen aan
een met 'leege handen terugkeerde. Zoo b'eëf
er toch de armoe wonen in het huisje op het
molenerf.
't Was Kerstmis geworden. En weer des
morgens vroeg, toen ouwe Teun in zijn bootje
stapte, om naar de wijde velden te varen, een
tocht al naar gelang van meer of minder gun-
stigeu zeilwind. van twee drie uur, vóór
hij bij de eerste boerderij was aangeland. Zoo
ongeveer tegen zes uur in den avond kon de
oude meestal terug zijn in de kleine woning
bp het molenerfeen enkele maal met
tegenwind werd het half zeven
Nuop Kertsavond. stond het armoe-
huisje verlaten. Opoe en Marieke waren tegen
zes uur van huis gegaan in den ruwen, bulde
renden winteravond. Jong wat een weer.
Maar Marieke wilde toch zoo graag naar het
Kerstfeest. Regelmatig had zij de Zondags-
schooi bezocht en de juffrouw had ook haar
beloofd het feest te mogen meevieren, waar de
groote Kerstboom zou flonkeren, met zijn
honderden kaarsjes.
Als Opoe het heur kleinkind niet al dagen
van te voren toegezegd had, om mee te gaan
met Marieke, dan zou ze stellig thuis zijn ge
blevenzóó bulderde de storm buiten. Een
angstgevoel ken niet onderdrukken; miar I
toch.... ze zou gaan, terwille van heur lief
kleindochtertje.
Het koffielichtje liet ze laag branden en de
sleutel werd, na de deur gesloten te hebben
buiten in den hoek van de vensterbank gelegd,
het vaste plaatsje, waar Teun hem zou vinden
bij zijn thuiskomst. En tegen een uur of acht,
half negen zouden ze immers wel weer thuis
zijn
o
't W!as prachtig die flikkerende groote boom,
waaronder op een tafel al de cadeautjes lagen
voor de zingende kleinen. De juffrouw vertelde
van het „Kindeke in de kribbe" en daarna
hield ze de aandacht gevangen met zoo'n echt
boeiend Kerstverhaal. De kinderkas zaten te
luisteren met open mond.
't Orgel speelde heel indrukwekkend; het
kinderkoortje zong onder leiding van den
dorpsonderwijzer lieve Kerstliederen en daarna
wenden de geschenken uitgedeeld. Marieke was
in de wolken. Telkens weer moest Ze kijken
naar dien hel flonkerenden boom, volbeladen
met allerlei kralen en sterren, sinaasappels en
allerlei glinsterende versieringen. En toen ze
tenslotte ook heur cadeautje ontving eene
prachtige handwerkdoos, kende haar geluk geen
grenzen.
Buiten bulderde maar steeds de storm, met
steeds heviger vlagen en stooten.
Oude Berber kon haar gedachten maar niet
bepalen bij de Kerstvertellingen de zan
gerige liedjes van de kinderen ze klonken
haar in de ooren als droeve zangen. En telkens
als daar weer van die donderende windvlagen
buiten loeiden, dan dacht ze aan Teun haar
oude. Wlat 'n tocht in zoo'n verschrikkelijker
storm.
En maar steeds weer beklemde haar zoo'n
vreemd gevoel van groot en angst over een droef
gebeuren.
Toen Berber en Marieke om ruim half negen
doornat aankwamen op het molenerf, brandde
het koffielichtje nog voor het raam.
Maarde deur was gesloten en de sleutel
lag nog op dezelfde plaats in de vensterbank.
Dan ontsloot de oude Berber de deur
ontstak de ouderwetsche hanglampkeek
stroef naar de ouden rieten leunstoel bij de
kachelen schreide bitter.
Marieke bekeek haar prachtig geschenk van
den Kerstboom
's Morgens, toen de storm uitgeloeïd was en
de zon lichtte over het nog rumoerige meer,
vond men het -bootje drijven bij den rietzoom
langs den oever. Maar oude Teun zat niet meer
aan de riemen.
Terwijl daar in den stormachtigen avond de
dorpsbewoners in de kerk plechtig hadden
geZöngen„Vrede op aarde, in de menschen
pen welbehagen", had zich daar ginds op
het bruisende meer ver van huls, een drama
afgespeeld een geweldigen strijd van een
mensch tegen 'de woedende elementen.
Ook voor oude Teun hadden op het donkere
water tijdens den srorm de Kerstklokken geluiid.
(Nadruk1 verboden).
GEKLEEDE JAPON VOOR OUDERE DAMES.
Voor deze japon geldt ongeveer heizelfde als
voor het voorgaande model. Het is eveneens
een hoogst modern maaksel, zéér chique.
Eigenaardig, dat men blijkbaar weer neiging
beigint te vertoonen voor den bolero; onge
twijfeld heeft deze dracht steeds een vlug en
jeugdig effect.
De rok is in dit geval eveneens tamelijk
wijd en vooral de voorbaan heeft diepe klok-
plooien, die sterk uitspringen. De strakke taille
en de rok worden vereenigd door een soort
verbreede ceintuur, die de slanke lijn van het
bovenstuk accentueert.
De mouwen zijn ook ditmaal trompetvormig
en vormen één geheel met het bolerojakje, dat
op beide schouders kleine opnaai^els heeft
om de noodige ruimte over de borst te ver
krijgen.
Een knippatroon kan besteld worden aan
onze bureaux onder no. 326 voor de maten 42,
44, 46 en 48. Kosten 55 cents.
GEKLEEDE JAPON VOOR JONGE DAMES.
W X
"Wij geven d'itmaal een afbeelding van een
zeer chique gekleede japon. Het zelf maken
ervan zal aan de dames ongetwijfeld hooge
eisohen stellen, doch daar tegenover staat de
wetenschap, dat men Zich een japon heeft aan
geschaft, die aan de hoogste eischen van den
tegenwoordigen mode voldoet.
Het hier gegeven model is typisch Parijsch
en is ontleend aan een der bekendste moderne
mod e-tijd schri f l en
Ook wat de stof betreft sluit het zich aan
aan wat de huidige mode voorschrijft. Leest
men niet in deze dagen in de aanbiedingefn
van de groote modehuizen: „Wlie chique is...
en jong.... draagt nu zwart?" Vroeger was don
kere kleeding voor de dames een teek en, dat
zij zich niet meer rangschikken onder de cate
gorie „jonge dames". Tegenwoordig is dat ten
eenenmale niet meer het geval. Ook de jonk
heid tooit zich nu in zwart en het effect is....
prachtig. De mode-koningen blijken dat heel
iuist ingezien te hebben: juist door het con
trast, dat er nu geschapen wordt tusschen de
frischheid. de bloei, de soepe'heid der draag
ster eenerzijds en de gedek'heid der moderne
kleuren anderzijds geeft aan de hedendaagsche
japonnen dat verrassende cacheten
verjonet. Het tegenovergestelde resuUaat dus
van wat men er, oppervlakkig gezien, van zou
deinken.
Dorhalve- „Wie chique isen iong.
draaft nu zwart".
De japon onzer afbeelding va]t in de eerste
plaats op. doorda' do rok tameüik wijd blijkt
te zijn: hij val' name'ijk in klokpiooien uit,
waarvan er een vijftal in de voorbaan zijn.
De taille heeft eenige ruimte vooral niet
te véél hetgeen in de hand wordt gewerkt
door kleine opnaaise's op b°ide schouders.
De mouwen zijn van een buitengewoon mo
del: h.et boven eed eet' e valt in den vorm van
een trompet over den strakken onderarm en
is lanvs den eheboog sierlijk gegarneerd Piet
een rij knoopies.
Voor dit moderne japonnetje komen uit den
laard allereerst de moderne sfoffen in aan
merking-#crepe satin of rrene soupl^ in do
eerste pTaa's. en vervolgens crepe tailleur of
crpoe-de-chine.
F<m knipnatmon kan bes*e7d worden aan
ouzo buroanx ondpr no 32" "oor de maten 42,
44 4g pry 4* Koeten 5f> e^n's
'N SNOEPFRTJ VOOR DE FEESTDAGEN.
v;Ptwas»r9 'n cnopnerii'j'* beknort foch
ook bü pen knusso-n w'nteravond9 Zoo'n frezel-
lig knabbeltie bü den "haard U dacht toch
niet. dat de hé éren daar tegenwoordig afkee-
rig van zij"absoluut niet. Vroeger haalde
het sterkere geslacht er den neus voor op.
Maar nu? Wij garandeeren, dat wanneer de
vrouw des huizes vin navolc?e*jd reeept gekrolk
tnaakt, zij in den „pa! er familias" een trouw
afnemer zal vinden.
Zij neme 1 pond goede stroop, pond bol er,
I1/2 pond bruine suiker en 2 dL. wat r, bene-
felns 'n snuifje wijnsteen.
Alle ingrediënten, behalve de wijns een, wor
den in een pan gedaan en snel aan den kook
gebracht. Dan wordt de wijnsteen toegevoegd,
welke eerst in 'n weinig waier is opgelost.
Dan de deksel op de pan, doorkoken, deksel er
af en de wanden van de pan afstrijken met een
klein in koud water gedoopt borsteltje. Dan
weer koken, zoolang, tot een druppel van de
specie, in koud water geworpen, een hard bal
letje vormt. Dan uitgieten in een geo ind blik;
is de specie eenigszins afgekoeld, dan teekent
in en er met een mes vierkanjes in. Is de specie
door en door koud, dan kan het b'ik gekeerd
worden en de inhoud in vierkantjes gebroken
worden. Opbewaren in luchtdicht afgesloten
bus: eventueel pakt men elke toffee in een
stukje waspapier
GEKLEEDE JURK VOOR JONGE MEISJES
uoli
,v'f
JV.33W
79 tab
r
Een lieve jurk, voor „gelegenheden", en der
halve van een chique stofje.
Het bovenstuk heeft een voorpand, dat naar
de halsopening in een punt toeloopt. De zij pan
den sluiten zich daaraan met een weinig ruim
te aan, verkregen door opnaaisels op beide
schouders.
Het rokje heeft een stolpplooi in hlet front
en klokt overigens eenigszins; het is aan den
bovenkant aan een soort heupstuk bevestigd,
dat in punten is uitgesneden. Op de manchetten
aardige patjes met een ruche. Knippatroon no.
327 voor leeftijd 12 jaar kan aan onze bu
reaux besteld worden. Kosten 55 cents.
HANDWERK-RETÏCULE.
"Wij hebben den koristen dag alweer gehad
hoe vlug gaat de tijd toch voorbij maar
wij kunnen nog volop genieten van de lange
gezellige knusse winteravonden. Wat 'n véél
huiselijker sfeer is er dan overal, wat ts de
huiselijke haard dan véél meer dan andere hèt
middelpunt van het gezinsleven, 's Zomers
gemiet oud en jong zooveel mogelijk van de
buitenlucht en vooral in midzomertijd brengt;
men zelfs de avonden liefst bui'enshuis door.
Maar 's wintersdan komen al'e vogel
tjes héél vroeg naar het nestje gevlogen en zijn
blij, dat zij daar Beschutting kunnen vinden
tegen de felle koudevereenigt het gezin
zich eendrachtig om den gezellig knappemn-
den haard.
De heeren der scheppingoch, die la
ten zich dan hun sigaar of pijp wèl smaken,
laten zich bedienen en genieten van een lui
..dolce far niente" De vrouw' des huizes ech
ter wellicht ook de dochter of docht;®*®
des huizes zijn ijverig bezig ook al nemen de
huiselijke pb'cMen of piirii'jes haar niet meer
in beslag. Zij handwerken. De een borduurt,
de ander haakt. aPen beijveren zich, het
noodige te doen voor de verfraaiing van eigen
of andrrman's interieur, of garderobe.
Ook wij willen het onze daar oe bijdragen
en geven daarom nevenstaand he' model van
een alleraardigste èn prac ische reticule, die
uitnemend ge^chik' is om den verschillenden
hainidwrrk-ingrediênten een veilige p'aats te
verschaffen.
De afmetingen van deze re icule zijn breed
te aan den onderkant 45 cM„ hoogte 35 cM.,
ruimte genoeg derhalve. Men heef' er voor
noodig: 1 el stevig cretonne van 75 eM. breed,
7/8 el voering (satinet of iets dergehjks), even
eens 75 cM breed, twee hou'en latjes 30 cM.
lang en 3 cM. breed.
Mon knipt eerst een stuk cretonne van 75
cM. bij 50 cM. en twee s'rooken 1 el lang en
9 cM. brned: hovend;en een stuk voering van
ruim 1 el lang en 50 cM. breed.
Verbolgensmaar is hri noodig, dat wij
dr*n dames verdere aanwijzingen geven? Zij,
dip t zich voor inter^sseeren, zijn van zelf
s^r^kend ha^di* mri de naald, en voor hen
is onz~ "fbee'ding a't'eszins voMoende, zou
den Wij zeggen, te me°r, waar de afmetingen
van pen en ander gegeven zijn.
Het nraoMsohe van deze reticule is voor
namelijk dat de zijkan'en s'echts voor de helft
aan elkaar gehecht zijn, zoodat men steeds
gemakkelijk bij den inhoud kan. Voor verliezen
behoeft men niet bevreesd te zijn; eventueel
kan men veiligheidshalve nog een pa<ur druk
knoopjes aan weerszijden aanbrengen.