Ze BLAD
Van Week tot Week
HEEREN-BAAI
Vraagt Uw Winkelier 'rt pakje D*E
MUZIEKNIEUWS
WESTKAPELLE. Bij gunstig weer zal
de Muziekver. „O. K. K'\ directeur dhr.
P. de Rooy Zaterdagavond om 7.30 uur
een concert geven.
Programma
1 „Souvenir d'Anvers", Marche A. Ellegiers
2 „Berthe", Valse j. Andant
3 „Les deux Bavards"
(Caprice voor 2 Bugles) j. Martin.
4 „Fantasie Concordia" Th Blanken
5 „Mise Amy", (foxtrot) A. Ellegiers
Pauze
6 „Konefa jubileummarsch" J. Groot
7 „Grootmoeders Vertellingen"
Fantasie L. Vermaelen
8 „Good Night", Valse Boston
L. Wood arr. P. de Rooy.
9 „Der treue Husar",Frantzen,arr. P. de Rooy
WEGELING'S NIEUWSBLAD VAN VRIJDAG 2 MET 1930 No. 17.
BINNENLAND. p
Radio. Eerst pays en vreê. Dan ver
langen naar het aparte, afscheiding
Het dakaanzicht: begraafplaatsachtig
Ieder een vierde? En de anderen*'
Nog meer gegadigden. De vermiste
gouden penhouder. Een buitenlandseh
of een Hollandsch abuis? Niet afge
zonden of in den oven? Zenuwach
tigheid. De Zaandamsche millioenen-
schat. Procedeerende erfna'men.
Plechtige opening van de nieuwe sluis
te IJmuiden.
Er zijn (en er komen telkens weer opnieuw)
een heele massa prachtige dingen in de wereld
speciaal op het gebied der uitvindinglen.
Als er iets nieuws uitgevonden is, dan is dat
nieuwe, hoe fraai en bruikbaar het ook moge
zijn, nog maar niet zoo dadelijk gemeen goed.
't Is in vele gevallen een kwestie van financi-
eelen aard, waardoor het in den regel nogal
eenigen tijd duurt voor een nieuwe uitvinding
ingeburgerd is. De radio bijvoorbeeld. Nog
slechts weinige jaren geleden was in vele plaat
sen van ons land de gelukkige bezitter van een
radio-ontvangtoestel een unicum. En thans?
Er zijn maar weinig gemeenten van eenige
betaekenis waar de antennes niet prijken op
de daken. Het woord „prijken" is wat al te
fnooi. Geven die vele en velerlei antennes aan
het dakaanzicht der gebouwen niet iets be
graafplaatsachtigs? Zoolang de radiobezitter nog
uitzondering was ging alles, de uitzending be
treffende nog in pays en vreê. Maar kennis
geeft behoefte en aangezien die behoefte voor
elk individu of voor elke partij of groep ver
schillend kan zijn, kwam met de toename van
het aantal radioliefhebbers van velerlei pluim
age., de behoefte aan het aparte, afscheiding.
En tegenwoordig behoeven we maar een cou
rant 't doet er niet toe welke op te ne-
taen om herinnerd te worden aan het reit, dat
ook de vrede om den aether danig verstoord
is. dat het strijd is dus. Nu is, we wezen er
al meer op, nu is de verdeeling van den zend
tijd niet iets van particulieren aard, de hooge
regeering heeft er zich mee te bemoeien. En
zoo konden We de vorige week lezen, dat in
een ministerraad de verdeeling van den zend
tijd ter sprake gebracht was en dat in dien mi
nisterraad het plan besproken was aan elk der
groote omroeipvereenigingen (A.V.R.O. K.R.O.,
N.C.RV. en de V.A.R.A.) ieder een vierde van
den zendtijd te geven. Aangezien nog heden
tem dage een geheel slechts uit vier vierdd
deelen bestaat, 'mag uit hetgeen dan in den mi
nisterraad besproken zou zijn, geconcludeerd
worden, dat de niet genoemde omroepvereeni-
gingen er wat men noemt bekaaid afkwamen.
Wat wel niet de bedoeling van den minister
raad geweest zal zijn. Verwacht zon zeker
mogen Worden, .dat bij een verdeeling als hier
boven aangegeven, de met een kwart van den
totalen zendtijd bedeelde kleinere omroepver-
eenigingen een deel van het hare zouden heb
ben afgestaan. Edoch in het begin van deze
week werd gemeld, dat er de vorige week in de
fninisterraad geen beslissing omtrent de ver
deeling van den zendtijd gevallen is. De mo
gelijkheid zou kunnen bestaan, dat we de be
slissing gevallen was, maarniet in den mi
nisterraad. Intussohen heeft den minister van
Waterstaat nog weer een telegram bereikt van
#e V.L.R.A. die opkomt voor de belangen van
de liberale omroepvereeniging, die ook eeni
gen zendtijd verlangt, 't Is te hopen, dat de
minister of ministerraad inderdaad binnen af
zienbaren lijd een oplossing van het zendtijdpro
bleem zullen vinden. En, voor hoe lang zal
die oplossing kunnen gelden, wanneer het aan
tal gegadigden (in casu de omroepvereenigin,-
gen nog voortdurend toeneemt, terwijl elk van
deze Wenscht of eischt, dat haar recht gedaan
zal worden? Leentjebuur, spelen is 'n miserabel
ding, dat dikwijls op onaangenaamheden uit
loopt. Het blijkt nu weer uit het geval met den
gouden penhouder., 't Betreft hier natuurlijk
geen gewonen penhouder, maar een van histo
rische waarde, n.l. de penhouder, een gouden,
Waarmee het verdrag van Locarno* inder ij l
door de daartoe gerechtigde heeren Werd ondi r-
teekend. Wat ons land nu met dien penhouder
te maken heeft, en waarom 't ook de Haagsche
recherche is, die ijverig meehelpt om het ver
loren gegane ding op tie sporen. Om te eenvou
dige rtden, dat de penhouder in kwestie door
het gemeentebestuur van Looamo geleend werd
aan het Comité van de Vredes- en Volkembonds-
tentoonstelling welke in Februari in 'de resi
dentie werd gehouden. Nu moet de penhouder
Wel afgezonden zijn, maar niet ontvangen en
men heeft bij hef uitpakken niet bemerkt, dal
er een van de opgegeven voorwerpen ontbrak.
(Het comité had namelijk nog andere <hngen
in bruikleen gekregen). De mogelijkheid werd
aangenomen, dat men te Locarno den penhou
der wel op de douaneverklaring had gemeld,
maar dat men vergeten had het ding ook mee
te zenden. En dan werd ook de mogelijkheid
onder tl et oog gezien, dat de penhouder bij het
uitpakken in het pakpapier was blijven zitten
en tenslotte met dat pakpapier in den oven
van de centrale verwarming was terecht geko-
fcien. Wie moeten er hier maar het zwijgen
toedoen zoolang niet is opgehelderd of we
inzake den verdwenen penhouder te maken
hebben met een buitenlandschen of een Hol-
Landsehe (laten we zeggen) „onhandigheid".
In elk gevat zal het verdwijnen van den pen
houder- een reliquie van Looamo, wel geen
„casus belli" zijn al, is het begrijpelijk, dat de
verdwijning of de ahsensie van het historische
stuk eenige mensahen wat nerveus gemaakt
heeft. Waarom schrijven de heeren gedelegeer
den, als ze dan eindelijk na lang praten tot
een overeenkomst gekomen zijn ook niet met
een dood gewonen penhouder, inplaats van met
zoo'n tot het verkrijgen van historische betee
kenis aangewezen gouden ding, dat net als zoo
vele dingen van historische waarde toch, zij
het na eeuwen misschien, in handen van parti
culiere verzamelaars komt
De Zaandamsche millioenengraverij trekt niet
alleen in ons land maar ook blijkens een Ber-
lijnsch correspondent van het „Hbld." meldt,
ook in het buitenland, met name in Duitsch-
land en Oostenrijk. De Berlijnsahe helderzien
de (dame, die de ligging van het (voormalige)
gebouw heeft aangegeven( waaronder „de schal"
verborgen zou zijn) deze dame heet madame
Sylvia. Bedoelde correspondent is op kondschap
uitgegaan bij genoemde dame een Oost en -
rijksche gravin, echtgenoot evan een generaal
van het oude Oostenrijksche Hongaarsche le
ger. Zooals het „Hbld." meldt, zou omstreeks
1700 Ie Zaandam een generaal van Duitsch
origine overleden zijn, die als zeeroover een
fortuin had vergaard. Hij stierf zonder wettige
erfgenamen. Pas honderd jaar na zijn dood wer
den de familieleden van den generaal de Wei-
benom ontdekt en die moeten nu (in aantal
aangegroeid tot 1200) al bijna anderhalf eeuw
pnocedeeren tegen den Nederlandschen Slaat
aan wien in 1700 een deel van de erfenis was
overgegaan. Wat er nu te Zaandam begraven
moet liggen, zou tot de nalatenschap van den
generaal behooren. 't Zal bij het zoeken in
Zaandam een zaak van volhouden zijn. En waar
sommigen nerveus geworden zijn in Den Haag
en elders vanwege den vermisten gouden pen
houder, daar is het zeker aan te nemen, dat
ook de „millioenenscihait" in den Zaandam-
sehen bodem eenigszins op de zenuwen van de
belanghebbenden werkt.
Dinsdagmiddag had de plechtige opening
plaats van de nieuwe sluis te IJmuiden, onder
buitengewoon groote belangstelling. H.M. de
Koningin, Z.K.H. Prins Hendrik en H.K.H.
Prinses Juliana gingen te Amsterdam aan land
(van het prachtige mailschip de „Johan van
Oldenbarnevelt" van de Stoomvaart Mij. „Ne
derland", behalve de Kon. Familie was een
groot aantal gasten aan boord. Voor de Ko
ningin Waren een der luxe hutten, de rooksalon
en de schrijfsalon eerste klasse gereserveerd.
Onder het daverend gejuich en hoerageroep
naderde de mailboot de sluis te IJmuiden. Hel
was een indrukwekkend gezicht, die trotsche
stoomer met de vele en hooge gasten. De be
langstelling was ook hier enorm'. Reeds te Am
sterdam manouvreerden in den lucht een vijf
tal escadrille vliegtuigen uit Soesterberg. Ge
durende de reis naar IJmuiden werd door
den minister van waterstaat de ter gelegen!-
fheid van de opening de sluis toegekenjde-
Koninklijke onderscheidingen, uitgereikt. Aan
boord van de „Joh. v. Oldenbarnevelt" werd
doorminister Reymer een plechtige rede uit
gesproken, gericht in de eerste plaats tot H.M.
de Koningin. In zijn rede zeide de minister,
dat het plechtig oogenblik was aangebroken,
Waarop een arbeid van ongeveer vijftien jaar
bekroond ging worden. Hij wees er o.m. op,
dat het meer een halve eeuw geleden was, dat
Koning Willem III op officieele wijze den
nieuwen toegang uit zee naar Amsterdam open
de de doorgraving van Holland op zij'n
smalst. De minister vestigde er ook de aan
dacht op, dat de nieuwe sluis, de grootste ter
wereld is, haar Schutkolkoppervlakte bedraagt
twee H.A. Zelfs het Panama-kanaal biedt geen
groote schutgelegenheid. De minister deed
voorts uitkomen, dat bet grootsche werk tot
stand gekomien is door en onder leiding van
ingenieurs van Rijkswaterstaat. H.M. de Ko
ningin, den minister beantwoordende, bracht
hulde aan de bekwaamheid en bpt vernuft van
de ingenieurs en de aannemers en velen die
aan de volvoering van het grootsche werk heb
ben bijgedragen.
H.M. Wees er op, dat na de vOftbofing van
de verbreed in g en verdieping van het Noord-
wekanaal Amsterdam over een weg naar zee zal
H^sehiVV^n. die voor geen enkel ter werefd
onderdoet. H.M. besloot met' den wensch, dat
het onenen der sluisdeur voor Amsterdam een
nienw tiidnerlc van bloei en welvaart zou
be teekenen. De rede van H.M. werd 'langdurig
toegejuicht. Het overhalen van een handle
door H.M.. de Koningin was het sein voor hel
openen van de deur van de sluis en daarna voer
het eerste zeekasteel de „Johan van Olden
barnevelt" door de sluis zeewaarts. Door het
lossen van 35 kanonschoten werd van Hr. Ms.
Mijnenlegger „Medusa" het militair saluut ge
bracht. In Amsterdam zoowel als te IJmuiden
heerschte een echte feeststemming, verhoogd
door de aanwezigheid 'van wapperende vlaggen
en 'wimpels. En zoo heeft Amsterdam zijn nieu
wen, grootsten uitweg naar zee, aanvankelijk
voltooid in 1876 thans door de nieuwe sluis in
den waren zin des woords zien vervolmaken:
de grootste sluis ter wereld. Moge zij in ruime
mate A'dam's bloei en welvaart bevorderen.
Nederland kan trotsch zijn op wat daar te
IJmuiden tot stand is gebracht.
BU ITENLAND.
Belastingverlaging in Frankrijk". Een
bedrag van 1800 millioen francs. Be
zuiniging onder de archi-millonairsl
£n Amerika, o.a. Rockefeller. Een
verhoudingskwestie. Onvoldoende
werkzaamheid van het Fransche
Roode Kruis inzake de leniging van
den nood in Zuid-Frankrijk. De re
geering neemt poolshoogte. Devloot-
i conferentie. Tevredenheid in Enge
land' Japan en Amerika. Een eind
aan den bewapeningswedijver. Vijf
nieuwe oorlogsschepen voor Italië te
Wlater gelaten. Mussolini's meening
over den oorlog: oorlog kan nood
zakelijk en gerechtvaardigd zijn. De
toestand in Britsoh-ïndië.
Aan het eind van de vorige week" heeft de
Fnansche kamer, na een nachtelijke zitting,
die negen uur duurde, de voorstellen tot be
lastingverlaging aangenomen. Door het aan
nemen van die voorstellen wordt dé belasting
die op het Fransche volk tot nog toe heeft
gedrukt, met een bedrag van achttien honderd
millioen francs verminderd. Dat is toch geen
peuleschilletje. Zeker, wij Nederlanders heb
ben vermoedelijk geen flauw besef van de
kapitale sommen waarom het bij de begrooting
van een land als Frankrijk gaat en het bedrag
van achttienhonderd millioen lijkt misschien
gnooter dan het werkelijk is, wanneer men
de verhouding tusschen de Nederlandsche en
de Fransche begrootingen in aanmerking
neemt. Maar toch, in de thans aangenomen
verlaging mag Wel de afspiegeling gezien wor
den van den gunstigen financieelen toestand,
waarin het huidige Frankrijk zich ondanks
alle krachten uit de na-oorlogsche jaren mag
verheugen. En er is van Fransche zijde heel
wat gejammerd. Met het oog op de hierbe-
doelde belastingverlaging zou men geneigd zijn
te veronderstellen, dat althans in Frankrijk
het parool nu niet langer behoeft te rijn; zui
nigheid en aldoor maar zuinigheid. Wat na
tuurlijk niet zeggen wil dat de Frahsche
regeering die nu aan het bewind Is of die welke
te avond of te morgen tot regeeren geroepen
zou kunnen worden, het geld maar met handen
vol zullen wegsmijten. Welke regeering daar
of elders doet of deed dit ooit? Maar we be
doelen alleen, dat de Fransche regeering zich
blijkbaar wel zal kunnen roeren, vanwege de
ruimte in geld. En dat zal eiken Franschman
zeker aangenaam zijn. Van zuinigheid en be
zuiniging gesproken. Dezer dagen vonden we
in een der bladen het bericht, dat eenigszins
ironisch bekend gemaakt wend, dat de multi-
millionair John. D. Rockefeller Sr. zich heeft
aangesloten bij eenige andere Amerikanen, die
in de tegenwoordige benarde omstandigheden
bezuinigen. Rockefeller zou nu, naar ver
luidt geen geldstukje ter waarde van een Hol-
landsch kwartje aan kinderen weggeven, maar
slechts nikkelen munt, waarvan er twee in
een kwartje gaan. Is het eigenlijk niet te be
grijpen, dat men ook in die kringen der archi-
millionairs over benarde omstandigheden kan
en gaat spreken? 't Is maar weer een kwestie
van yerhoudingen. Wanneer bijvoorbeeld ie-
fnand,, die nog (heel vooraan) aan zijn eerste
millioen bezig is zijn inkomen met laten we
zeggen jh.onderd gulden ziet verminderen, kan
hij daardoor aan de grens van de „benarde
omstandigheden" komen of die zelfs die grens
al overschrijden./En wie weet hebben die
archi-millionairs als Rockefeller in den laat-
sten tijd wel eens eenige ^millioenen" verlo
ren, wat voor hen, percentsgewijs misschien
al even erg is als de honderd gulden van den
ÈiHmen stakker, die nog het eerste millioen
tracht vol te krijgen. Intusschen, hongerlij
den kal de heer Rockefeller voorloopig nog wel
niet.
Het moge Frankrijk dan in den laatsten tijd
op financieel gebied naar den vleeze gaan,
toch komen er klachten, die er op wijzen, dat
het zelfs In een land waar de regeering zich
roeren kan, nog niet in alle opzichten couleur
de rose is. Er komen namelijk minder prettige
berichten uit Zuid-Frankrijk, dat, zooals men
weet reeds eenigen tijd geleden door waters
nood geteisterd werd. Uit die berichten fnoet
blijken, dat het er ondanks de groote offer
vaardigheid ten behoeve van de vele noodlij
denden voor die menschen nog maar weinig
tot stand gekomen is en dat tengevolge van.
de onbekwaamheid van het Fransche Roode
Kruis* de hulpverleening ongelooflijk traag gaat.
Gemeld wordt ook en het verwijt komt van
een vertrouwensman der ongelukkigen, die op
onderzoek is uitgeweest, dat politiek en gods
dienst een rol zouden spelen bij de verdeeling
voor de noodlijdenden geofferde gelden. De
algemeene secretaris van het Roode Kruis zou
hebben toegegeven dat de zaak (de hulpverlee
ning) hem boven 't hooffi gegroeid is en dat
ECHTE PRIESCHE
20- 50 ct. per ons
men nog steeds naar de beste methoden koekt
om de menschen te helpen. Van verschillende
zijden wordt op ingrijpen door de regeering
aangedrongen, indien het niet tot ingrijpen
komt, zou men voor een schandaal vreezen.
Van regeeringswege is men er inderdaad op uit
getrokken om eens poolshoogte te nemen. Wat
blijkens de berichten dan ook har3 noodig moet
zijn. We herinneren nogmaals aan het woord
van Mussolini, door hem gesproken, toen me
nige offervaardige hand uit parliculier Initia
tief zich uitstrekte om de door de aardbevin
gen getroffen Italianen te helpen: „daarvoor
zal de regeering zorgen".
Over het algemeen zijn de mogendheden die
te Londen ter conferentie kwamen nogal te
vreden over de bereikte resultaten. Uit den
aard der zaak heeft die tevredenheid vooral
(zooal niet uitsluitend) betrekking op de drie
mogendheden, die het dan met elkaar tot een
acooord hebben gebracht Amerika, Japan en
Engeland zijn met het bereiken wat in hun
schik, 't Is weliswaar, zooals Mac Donald on
langs ook gezegd heeft, slechts een begin, wat
er gedaan werd, maar, en dit heeft Mac Donald
niet gezegd, maar misschien wel bedoeld, een
goed begin is het halve werk. Zelfs de Fran-
schen en de Italianen zijn volgens hem* naar
huis gegaan met het gevoel, dat bij verdere
onderhandelingen een overeenkomst moet wor
den bereikt. Volgens den Japanschen minister
van Buitenlandsche Zaken hebben Japan, Ame
rika en Engeland na de herhaalde mislukkingen
der Laatste jaren definitief al hun verschillen
bijgelegd. Het verdrag van Londen maakt voor
den duur van zijn geldigheid aan allen wed
ijver in den vlootbouw een eind. De vraag is
maar hoe lang die geldigheidsduur van het Lon-
densche accoord het 'zal uithouden en hoe
lang Frankrijk en Italië, die in eenige opzich
ten buiten de bereikte resultaten zijn gebleven,
dus niet alles mee onderteekend hebben
zich zoo zullen gedragen dat zij geen (of niet
al te veel) aanstoot geven. Ook in Italië mag
men dan van meening zijn, dat bij volgende
onderhandelingen het reeds eerder verlangde
resultaat dus overeenstemming tusschen de
vijf mogendheden bereikt zal worden, maar
voorloopig breidt Italië zijn vloot nog uit, wat
blijkt uit het feit, dat in Italië eenige dagen
geleden nog vijf nieuwe oorlogsschepen te
water gelaten zijn; vier kruisers en een duik
boot. Dit flyijst in elk geval nog niet op Ont
wapening.
Te Rome is een bloemlezing verschenen van
de redevoeringen welke Mussolini gehouden
heeft in de vier jaren, dat door hem de porte
feuilles van oorlog, marine en luchtvaart wor
den beheerd. In de inleiding wordt o.m. iets
gezegd over Mussolini's meening ten opzichte
van de mogelijkheid, dat oorlog noodzakelijk
kan zijn. In sommige gevallen acht Mussolini
den Qorlog noodzakelijk, in andere gerecht
vaardigd. De schrijver van de inleiding zegt
verder o.m.: hoe beter een staat bereid is zich
te verdedigen, hoe waarschijnlijker het is, dat
niemand hem zal durven aanvallen, terwijl een
staat, die ontwapend is of schijnt, het voor
werp wordt van algemeene begeerte en daar
door ook wordt oorzaak, aanleiding of' voór-
wendsel tot oorlog. Mac Donald denkt er toch
anders over.
Hij toch heeft in zijn bovenbedoelde radio
rede o.m. er op gewezen, dat de volken gedu
rende generaties geloofd hebben, dat zij zich
door het besteden van hooge bedragen aan de
bewapening, konden beveiligen tegen den oorlog
en dat elke generatie haar beurt in dit vertrou
wen verkeerd wordt voorgelicht. Dat klopt niet
geheel met elkaar.
't Gaat in Britsch-Indië werkelijk minder
goed en meer en meer begint men ziah te
Londen rekenschap te geven van het feit, dat
de toetand ernstig is. Er hebben op verschil
lende punten bloedige botsingen plaats gehad.
Gemeld wordt ook, dat er inzake deelneming
aan de actie van Gandhi verschil van meening
bestaat tusschen het Mohammedaansche en het
Hindoesche deel van de bevolking. Tot de aèlie
van de aanhangers van Gandhi behoort ook 't
overgaan tot den boycot van uitheemsche goe
deren. In enkele plaatsen zou die boycot reeds
begonnen zijn.