WEGELING'S NIEUWSBLAD VAN VRIJDAG 22 NOVEMBER 1929 No. 47. HET WIJSGEERIGE KONIJN. Een konijn, dat den geheelen dag langs vel- d i en wegen gezworven had., zat des. avonds tvn uurtje uil te blazen. Veel had hij gezien ei vee' ook had hij dus te denken. In een bosch had hij een stuk boomschors gevonden e even 'ator was hij over een boomstronk ge struikeld. Deze beide dingen spoelden hem hu dooi' nel hoofd. Op een bankje in een deir la eu had hij erder een waaiertje gezien, waar t v u r kinderen mede gespec'd hadden, die het ding later vergaten mee te nemen. In de duinen had hij een das gevonden, daar was bij vreesdij! van geschrokken, want hij dacht dat het iets gevaarlijks was. Dan had hij nog een heel gek ding gezien, een priem, een ding waar hij niet bang voor was, rtfaar waaraan hij zich juist bezeerd had, zoodat hij achtera! be greep dal het veel gevaarlijker dan de das ge weest was En een kopje had hij gevonden, dat ergens in de duinen door iemand verloren was. En wat denk je nu wel, dat het konijn over deze dingen bij elkaar fantaseerde. Luister Hij dacht, dat er een zware storm geweest was want anders zouden de stronken en stukken schors van de hoornen maar niet zoo. over de wegen liggen. Het konijn wist niet dut er ook houthakkers bestaan, zie je. Door dien storm hadden vele mensehen iets verloren; zoo was bijvoorbeeld de waaier uit do handen van een kind gewaaid en de das zou ook wel van iemands hals gerukt zijn. Het kopje, dacht hij, zou gevlucht zijn, want het konijn meende dat het kopje een levend voorwerp was omdat hij het zag rollen. Wat er echter met den priem aan de hand was, daar kon het konijn niets van begrijpen. En daarom zit het ook zoo on- noozel naar boven te staren, net als of de priemen uit de lucht komen vallen. Zoo'n wijsgeerig konijn ook. EEN MANTELPAK. Een royaal en sportief mantelpak, zeer ge schikt voor wande'ingen of voor bezoeken aan de sportvelden. Hei iasje is zeer aardig door de bijzondere sluiting en de afwerking der zoomen. Va'uurlijk zal men bij dit mantelpak een exti a warme jumper moeten dragen. De rok heeft een flinken plooi in het front. Een leuk effect is verkregen door. loos beleg sel op den rok aan te brengen, waardoor de indruk \erkicgen wordt, dat de afwerking van de pandzoomen bij het jasje doorloopt. Het model is niet tnoei'ijk. Het jasje valt als het ware vanzelf. Mei de schouders of de mou wen zal men zeker geen last hebben, vooral niet als men van te voren het palroon eens goed op het figuur past. zoodat men van even tueel e afwijkingen i;p de hoogte is. De zakken zitten zeer laag. men kan die naar verkiezing loo s of echt maken. Het knippa roon voor dit mantelpakje kan men aan onze bureaux bestellen onder no. 146 in de maten 42, 44, 43 en 48. Prijs 55 cents. teer. dat het moeders hart van louter dank baarheid doet overvloeien. Hoe kweekt men de liefde van kinderen tot elkaar? Het is loo moeilijk dil te zeggen. Als wij de kinderen van dit plaatje nog eens konden zien als zij eenmaal 12 en 13 jaar zijn en dage lijks met elkaar kibbelen, zouden wij het niet kunnen gelooven dat zij vroeger zóó geweest zijn. En nog erger soms, als zij eenmaal vol wassen zijn en het met elkaar niet kunnen vinden. ZUSJES EN BROERTJES. Zij. die maar één I indje hebben, welen eigen lijk niet half wn' het oudergeluk beteekent. Daar zijn minstei's twee kindertjes voor noodig Zie op ons plaatje, hoe het kleine meisje haar broertje even een kusje koml brengen. Een lief tafereeltje uit het dage'.ijksche leven, hon derd maal gezien, maar toch zoo schoon en Onbegrijpelijk soms dat het zoo loopen kan. Hoe weinig kinderen hebben een werkelijk slechten aard? Zijn zij niet bijna altijd even lief en zacht, ook voor elkaar, als zij nog zoo heel jong zijn, pas twee of drie jaar. Vanwaar dan soms die plotselinge en hevige verandering? Wij gelooven, dat dit aan het voorbeeld der ouders te danken is. Als de kinderen nog zoo erg klein zijn, zooals op dit plaatje bijv. zijn zij eigenlijk zelfstandiger dan later. Zij zijn nog zoo zeer met zich zelf bezig, dat zij geen tijd hebben op vader en moeder te letten. En zij geven zich zooals zij zijn reine, lieve wezen tjes, in hun reinheid oneindig boven den vol wassen mensch verheven. Met de jaren komen echter ook de kwade eigenschappen. Broertje dat het eerst zoo leuk vond door zijn ouder zusje aangehaa'd te wor den, gaat eigen eischen stellen. Zij moet meer en vlugger komen eischt de kleine dwingeland. Zusje is niet meer zoo naïef als vroeger. Be halve haar lieve broertje heeft zij andere be langen, de pop, haar wagentje, en misschien reeds een vriendin. En langzamerhand komen de kibbelpartijen, eerst onbeduidend en zeld zaam, maar later menigvuldiger en heviger. En langzamerhand verdwijnt die hartelijkheid die er eerst tusschen broertje en zusje was om plaats Ie maken voor onhartelijkheid. Tenzij vader en moeder hun ouderplicht voorbeeldig verstaan. Het is onze eerste taak een kind zoo lang mogelijk kind te. doen blij ven. D.w.z. zoo lang mogelijk.het onschuldige en reine In het zieltje te bewaren eu te behoe den. Zij mogen niet zoo snel leeren wat kib belen is, ruw(5 woorden moeten zij niet begrij- n. Voor zij zes of zeven jaar zijn hebben zij genoeg gezelschap aan elkaar en is het niet DE GOOCHELAAR Graag gezien *is steeds de man, Die bijzondere dingen kan. Is c feest" dan wil men pret, Alles wordt aan 't werk gezet Goochelen is een 'kunst apart, "t Leeren valt ons vaak wel hard, noodig dat zij mei vreemde en misschien min der, aardige kinderen omgaan. Hoe langer zij in dien toestand blijven, hoe edeler menschen zij zullen worden. Kibbelende ouders krijgen kibbelende kinde ren. Weert dus steeds het getwist uit uw huis. Slik maar eens iets in, dat hindert niet, terwille der kinderen desnoods alleen, maar laten de woorden van verontwaardiging niet telkens in tomelooze vaart over uw lippen vloeien. Wie zoo handelt zal merken dat het bezit van meer dan één kind hot huisgezin pas gelukkig en gezellig maakt. Kinderen, die nooit haast kib belen of vechten, zijn geen wonderen, heusch men kan ze kweeken, als men maar wil. WEER OF GEEN WEER Meisjes, die dagelijks een tocht over straat moeten maken naar kantoor of werkplaats, weer óf geen weer, kunnen iets leeren van het hoedje, dat wij hier beschrijven zullen. Het is van vilt, geheel doorstikt bij wijze van garneering. De rand is zeer klein, eigenlijk de moeite niet waard. Dit is bij vilthoeden noodzakelijk, aangezien in een grooten rand het regenwater blijft staan. Let maar op de heeren, die zoo nu en dan even voorover gaan staan om hun hoed „leeg te laten loopen". Juist het feit dat regenwater in de randen der hoeden blijft staan is de oorzaak geweest, dat de rand vrijwel geheel verdwenen is uit de mode der dameshoeden. Hij zal ook wel nooit meer terug komen, al zeggen sommige spot ters dat elke mode na verloop van, tijd terug keert. De bloem, die als versiering in het front van den hoed prijkt, is geheel op het vilt ge naaid. Dit om te voorkomen dat zij door regen of wind verfomfaaid wordt. Meisjes, die een hoedje voor dagelijksch gebruik gaan koopen of maken, zullen goed doen op de eigenschap pen van het hier beschreven voorbeeld te let ten. Een hoed voor „weer of geen weer" be hoeft niet in de eerste plaats mooi te zijn, maar moet voor alles degelijk en practisch zijn. Wie dit vergeet zal telkens opnieuw teleur gesteld worden. EEN AFSPRAAKJE. Wie lacht daar? Hebt U nog nooit een afspraakje gemaakt? Zelfs niet met een vriendin? O, zoo, dat 'meen den wij ook en wij wilden reeds zeggen: maak het uw grootje wijs. Een afspraakje hebben wij allemaal wel eens of weieens gehad, maar het gekke is, dat het bij al die afspraakjes vaak steeds om hetzelfde plaatsje gaat Bij dit of dat park, of op dit of dat plein, in die laan of bij dat gebouw. Zoo zijn er in de steden en dorpen van ons land ettelijke plaatsen, die ai een paar Maar als rneri het eenmaal kan, Is men de gezochte man. Kijk ons plaatje slechls een» aan, Hoe daar ieder stil blijft staan, Voor den jongen goochelaar. Hem dankt men de pret, nietwaar? eeuwen lang als plaats van samenkomst voor vrienden en vriendinnen gelden. Het nare van dergelijke afspraakjes 1» echter, dat hel zoo heel erg in het oog loopt Soms gaat men geheel onverdiend „over den tong' en soms waant men U verloofd of getrouwd zonder dat het waar is. Waartoe dit alles? Kan men geen afspraakje maken zonder op straat te moeten „schilderen". Iedereen merkl het ook direat als men voor niet» wacht, Wij meenen dat het nog wel mogelijk is, el kaar te ontmoeten op een andere wijze en ook, dat zoo'n afspraakje misschien een heel enkele maal maar niet als regel gemotiveerd is. Bij fatsoenlijke menschen kan er o.i. tcteh geen. bezwaar tegen bestaan elkaar thuis af te halen of althans een minder „geheimzinnige" (leej „opvallende") manier uit te denken. VOOR JONGE MOEDERS. De hier afgebeelde japon is speciaal ontwor pen voor de bezits'tèrs van een baby. Het pi troon is ter extra verduidelijking ook nog eens plat geteekend en afgedrukt. De sluiting van het bovenstuk is heel prae- tisch. Een gansche rij knoopen loopt van he-: midden van den linkerschouder to-t vlak boveti de taille. Al deze knoopen kunnen worden losgemaakt. Verder is het japonnetje zeer fraai en smaak vol afgewerkt, zoodafe^ien het gaarne zal dra gen bij het afleggen2 Van bezoeken of bij het ontvangen van bezoek, De klokrok heeft niet zoo'n overdreven aantal klokplooien maar valt nochtans zeer ruim en mooi. Het geheel is een degelijk en goed sluitend kleedinggtük. De garneering is gevonden door een laag kraagje en een paar typische, móóie manchet ten; Een knippatroon van deze japon kan men aan onze bureaux bestellen onder Tio. 145, in de maten 42, 44, 46 en 48. Prijs 55 cent». LEVENSWIJSHEID. Het gezond menschenverstand is voor den geest, wat het geweten voor het hart is. Menigeen spreekt van ondankbaarheid, al leen om daardoor te toonen dat hij wel een* een weldaad bewezen heeft. Men begjnt met vergiffenis te verwerven ea eindigt, met zich gerechtvaardigd te achten. De hand, die moeilijk geeft,.vindt ook mod lijk den weg tot het hart. Door onzen omgang met anderen moeten en ook wij beter worden. Niet allen zijn vrij, die met hun ketemefl spotten. De ouderdom komt met gebreken. Dat niet zoo erg als dat vele gebreken tok in den ouderdom.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1929 | | pagina 10