Voor Jon ff en Oud )NS JEUGDVERHAAL .iMWii; DE AVONTUREN VAN ROBBIE CRUSOË WEGELING'S NIEUWSBLAD VAN VRIJDAG 4 OCTOBER 1929 No. 40. CORRIE IN DEN MOESTUIN. Corrle was een meisje, dat' eigenlijk niet vee' »wend was. Zoo zijn er tegenwoordig nog il meer, zullen jullie zeggen, en dat is ook Corrie woonde eersieps in ©en groole ad. Om haar school te hereiken moest zij s ochtends meer dan een half uur in de tram tten, en dan nog een paar minuutjes loopen. 9n haar huis naar de tram en van de tram ar school. Om even over acht uun ging zj us reeds de deur uit, in het middaguur bleei over en des avonds was het bijna vijf uur Sr zij weer thuis was. Dan kon zij een oogen- ikje rusten en met moeder pra.en. Om zes ur eten en danhuiswerk. Tot tien uur l)e dikwijls. Ja, Corrie was dikwijls hel geluk- gste als zij des avonds eenmaal in beo lag. Het enkele uurtje, dat~zij .zoo nu en dan wel ens over had, als het huiswerk meeviel bijv. jrd gevuld met pianolessen. Van een spel f spelletjes kwam niets. Alleen des Zondags Zaterdagsmiddags na .vier uur, dan kon doen wat zij wilde. AT zóu» haar huiswerk 4 klaar geweest zijn, dan toch moest zij het nafgedaan laten liggen, want vader gedoogde jet, dat zij des Zondag^ werkte. En bij den dag had hij ook den. Zaterdagmiddag en md gevoegd. Nu, dat mocht Corrie ook wel ebben, hoor, want zij was op het einde der eek meestal heel erg moe. De hoofdzaak was, zie je, dat Corrie niet oo buitengewoon goed leeren kon. Zij had lel moeite om de lessen er in te krijgen en steeddg aan sommige vakken wel twee maal oveel lyd als andere kinderen. Talen niet, at ging prachdg. maar hoofdzakelijk het re- enem de aardrijkskunde, de geschiedenis en il die andere vakken. Boeh. dat was Cor- nachl merrie. Zij kon een. ganschen avond pfën turen op haar atlas om de namen der ^reenigde S'a en van, Noord-AmeiT a te lee- Als zij dan den vo'genden morgen op- fond wis! zij het niet meer Geen wonder da' de Zaterdag ern de Zondag tj Corrie hoog in eere s'onden. Za'erdags- nds mocht zij wat later oob'ijven dan ge- •oon'ijkr Dan g!ng zij met vader en moeder •n mmMe of wa' do^r de straten van de ad dwalen, heer'ijk. Winkels zPn soms éven wr de markt waar al ijd wat te dóen was. Ier en daar had moeder een boodschap noo- e en als vader eens -een heel erg goeden ii had viel haar nog wel eens een kleine rr-assing ten deel. Tot plo'seling in hrt leven van Corrie een weMige verandering intrad. Zij '.was bijna ertien iaar en het leeren was haar den laat- en 'lid hoe langer hoe zwaarder gevallen. a r Het gebeurde wel, dat zij des avonds zoo moe was. dat zij in bed den slaap niet vinden kon. De oij ers rn jaar al en spookten dan door haai hool'd en zij moest er maar steeds aan blijven denken. E ndelijk, eindelijk kwam de slaap, maar in plaats dat zij er door verkwikte scheen het wel of ook de slaap haar nog ver moeide. Des morgens had zij hoofdpijn, bijna eiken dag. Haar gezichtje werd wit, zij at slecht, werd zenuwachtig en huilde om de geringste aanleiding Zij was niet meer blij als zij ln den namiddag thuis kwam. Waarom ook zou zij blij zijn. Zij zag er tegen op, dat zij weer eten moest en daarna1 huiswerk maken. Eiken avond op nieuw. En eiken avond duurde het langer. Vroeger was zij nog wel eens om kwart over negen of om half tien klaar. Maar nu werd het vaak half elf en dan stuurde vader haar opeens naar bed. zonder dat zij met het werk klaar wasEn den volgenden dag een standje van den leeraar. O, er waren meisjes genoeg op school, die ook nooit haar huiswerk, afhadden. Die schenen zich daar niets van aan te trekken. Maar Corrie vond het verschrik kelijk. Zoo kwam zij op een Vrijdagmiddag thuis, 't Was bijna vijf uur. Maar dadelijk merkte zij <lat er thuis iets gaande was. In de gang hoorde zij al een druk gepraat en een diepe, zware mannenstem dreunde door het heele huis en telkens hoorde zij haar moeder lachen. Vader was er zeker nog niet Nieuwsgierig en een beetje zenuwachtig, «oo- als zij altijd was, opende Corrie de kamerdeur. Er was bezoek. Midden in de kamer stond een man, neen, maar. het leek wel een reus uit het circus, Con% zelf was ook groot, bijna net zoo groot als haar vader, maar zoo'n kolossalen man had zij nog nooit gezien. En een stem. Bij elk woord, dat hij sprak leek het wel of er een kanon werd afgeschoten, zoo iwaar dreunden zijn woorden door de kamer. De man had niet gemerkt, dat iemand de kamerdeur geopend had, maar hij zag aan da blikken van Corrie's moeder, dat er achter hem iets was. Hij draaide zich om en schoot meteen in een lach. Hé, wat lachte die man prettig. Zoo gul en rond, dat Je onwillekeurig mee moest lachen. „Hallo, nicht, how are your „GoedM stamelde Corrie, die er niet aan gewend was, dat de menschen haar in het Engelsch aanspraken. Schuchter legde zij haar slanke handje in de ui'gestoken groote man nenhand, die dadelijk haar handje omspande m geweldig begon te schudden, zoodat Corrie op haar beenen stond te trillen,... „Wel, wel, nichtje, dat Is lang geleden dat Ik jou gezien heb, Tsjonge, nog-en-toe, wat een tijd. Maar je ziet er patent uit hoor, een beetje wit zou ik zeggen, maar dat is zoo erg niet...'' Corrie probeerde haar hand terug te trek ken, maar die werd nog steeds hevig geschud. Zij wist niet hoe zij het had. Zij kende den vreemden man heelemaal niet en begreep niet, dat zij zijn nicht was. Gelukkig bracht moeder gauw uitkomst Weet je niet, wie dat Is Corrie? zei zij. Neen, moes, antwoordde Corrie, die ein delijk haar hand weer vrijkreeg. Dat kan Zij ook niet weten, dreunde d« zware stem weer door de kamer, want toen Ik wegging was zij nog niet eens een half Jaar oud. Nou, ik zal het je ecggen: Ik ben Je oom, Raaf, broer van Je moeder, regelrecht uit Texas naar hier gekomen.... weet ja 't nou? Corrie1! mondje ging open van verbazing. Ach zoo. dat was haar oom uit Amerika, waar moeder wel eens van sprak. HIJ was ala Jongen zoo'n weergalooze deugniet geweest, dat vader nu nog wel eens een strak gezicht trok ala moeder het over hem had Dadelijk herinnerde Corrle zich, dat hjj als jongen eens zijn zooveel oudere zusje aan haar bed had vastgebonden, zoodal tij des morgens niet op kon s'aan. Lachend vroeg ze: Was U dan die Jongen die moeder aan haar bed gebonden heeft..,. (Wordt vervolgd). HET SNEL-VERKEER. ciö.4 In Üt&éc' tijd van druk verkeer, Ziet men 't vaak en telkens weer, Dat een kind reeds als een man, Met een auto -rijden kan. Maar toch zelden gaat 't zoo goed, Als hier de kleine Wim het doet. En toch heeft hij dezen wagen., Nog niet langer dan drie dagen. 't Is een kwestie van talent En dat heeft die kleine vent. Als hij groot is, dan misschien, Vliegt hij met een vliegmachien. 8. i .0 Ivy vond Willie .Woensdag een aardigen jongen. „Willie ia zoo dik geworden, om dat hij altijd zoo veel gelachen heeft," 2ei de zeeman. „Ik geloof," zei Ivy, „dat het eerder komt, omdat hjj—altijd zoo veel gegeten heeft." Toen aam Ivy een stuk lint en ond het om Polly's nek. Ohgeluk- :g echter gleed ze uit óp het natte zand en zat op den grond, voor ze t wist. Willis Woensdag en Freddy Vrij* -3 konden haast niet meer van het -en, maar Topwy riepï „O, kijk ■V waar Ivy op zit f" Willie Woensdag had stukken deeg neergelegd om er brooden van te bakken en toen Ivy opstond, zag zij, dat zij bovenop een stuk deeg was terecht gekomen. „'t Is maar goed, dat het deeg niet aan mijn rok vastgeplakt is", riep ze uit. „Je denkt alleen aan jezelf!" riep Willie, „zie je niet, dat je een van mijn brooden vernield hebtj?" „Het deeg is nog wel te gebrui ken," antwoordde Ivy. „Het eenige, wat je hebt tc doen, is een gat in het midden te maken en er een grooten krans van te bakken". Oplossing vorige Kruiswoord-raadsel Vakjes naast elkaar (horizontale): 1. Uil; 3. Iep; 5. aas; 7, re; 0. in; 10. Laken; 11. as. 12. ar; 14. urn; 16. Kat; 17. uit. Vakjei onder elkaar (verticale): 1. Uur; 1 La; 3. li; 4. pen; 6. akker; 8. els; 0. Ina. 11. aak; 13. rat; 14. *t; 15. nu. DE VOGELBAK. Annie wijst naar een fontein, En vraagt „Bep, wat zou dat zjjn?" „Wel", zegt Bep, „vraag jij dat nogr 'n Vogel bak, dat zie je toch." „Ha", dacht Annie, ,,/dacht je dat? Neen hoor, 't is een vogelbaxL Vogelbak is glad verkeerd, Heb je 't niet op school geleerd?" Maar als ik het zeggen moet: De meisjes hebben 't beiden goed Bak of bad maakt geen verschil, 't Is maar hoe men 't noemen wil. VOOR EN UIT DE ZAKENWERELD. Wijs mij de firma, waar alle employé'» er in zijn opgevoed, welwillend over de kian- ten te denken, zoodat, wanneer ze over hem spreken, dit in beleefde termen geschiedt en ik kan veilig voor die firma een snel en durend sucoes voorspellen, zoolang de politiek van kracht blijft. Laat uw klant merken, dat ge persoonlijk belang in hem stelt een werkelijk persoon lijk belang, dat niet uitsluitend wordt gemeten naar zijn orders en naar zijn guldens en ge zult in ruil zijn gehechtheid en werkeijjken steun ontvangen, die een zaak opbouwen. Persoonlijkheid vormt den grondtoon voor ieder zakelijk object. Meer dan dat, zij is het kardinale element in iedere onderneming. Men schen, niet geld, zijn de beslissende factoren in commercieele en industrieele ondernemingen. Een crediteur weet, dat gij om crediet vraagt, omdat ge het noodig hebt. Htj verwacht niet, dat aw balans een groot turpi as aan kasmid delen zal aanwijzen ala flat zoo was, zoudt ge hem niet noodig hebben. Al wat hjj vraagt ia te weten hoe gfj ar voor ataat weitas kina h$ en gft éunm anraen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1929 | | pagina 5