kinderkopjes 2e BLAD Van Week tot Week met mooi,dik haar BURGELIJKE STAND WEGELING'S NIEUWSBLAD VAN VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1929 No. 38. BINNENLAND. Na vier jaar „zitten" weer in vrijheid. De sluiting der Staten Generaal. De Haagsche moordzaak. Opdracht om te zwijgen. Een levensgevaarlijke ge meenteraad in het Noorden, Verla ging van posttarieven. Alastrim. Wie de besmetting binnenbracht. Ook in de residentie een geval. De gouverneur van Curacao naar Nederland. Er zijn over het onderwerp Onschuldig Ver oordeeld heel wat boeken geschreven, vooral in Frankrijk, boeken, waarvan misschien wel de meeste in meerdere of mindere mate het karakter van de sensatie roman in optima forma hadden. Desniettemin hebben de Fran- sche schrijvers het altijd noodig gehad uit hun ne fantasie te putten om hunne werken sa men te stellen. Men herinnere zich o.a, maar de bekende Dreyvus-affaire, voor welke de belangstelling zich verre buiten de Fransche grenzen openbaarde. En ook uit andere lan den zouden voorbeelden zijn aan te halen, dat Vrouwe Justitia zich kan vergissen, al of niet gevolg van valsche voorlichting of valsche verklaringen. Thans heeft ons land zijn twee onschuldig veroordeelden, althans op onjuis te verklaringen veroordeelden. Men zal zich het möordgêygi te Giessen-Nieuwkerk herin neren, Waarover we eenige maanden geleden de bijzonderheden van nu ruim zes jaar terug meedeelden. De beiden veroordeelden Klunder en Teunissen hebben ongeveer vier jaar in de gevangenis doorgebracht en steeds hun on schuld volgehouden. Reeds in het vorige jaar werd een re visie-verzoek ingediend, doch dit werd afgewezen. In April van dit jaar is we derom een revisie-verzoek aanhangig gemaakt. Dit werd in Juni door den Hoogen Raad be handeld. Deze verwees de zaak naar het Ge rechtshof te Amsterdam, dat het einde der vorige week uitspraak gedaan heeft in dien zin, dat de beide gevangenen zijn vrijgelaten. De voortzetting van het revisie-onderzoek heeft Maandag j.l. plaats gehad. Men kan zich ver diepen in de vraag, hoe twee menschen zich moeten gevoelen, die na ongeveer vier jaar ge zeten te hebben met nog plus minus elf jaar tegoed, zich gevoeld moeten hebben toen ze de kerkerdeuren weer aan den buitenkant zagen en weer als vrije menschen de wereld konden inkijken. Amsterdams bevolking heef t zich niet onbetuigd gelaten en heeft op geest driftige wij'ze uiting gegeven aan zijn vol doening.' De vorige week Zaterdagmiddag heeft de plechtige sluiting van de beide kamers der Staten Generaal plaats gehad door den heer Ruys de Beerenbrouck, in opdracht van H.M. de Koningin en namens Haar betuigde hij zijn dlank aan de kamers voor den betoonden ijver en toewijding aan 's Lands belangen. De meeste dames en heeren blijven zitten, in het nieuwe Parlement. Degenen, die er niet in zullen wederkeeren zijn vermoedelijk heenge gaan met de dankbare gedachte, dat ze hun aandeel gehad hebben in de behartiging van 's Lands belangen, ieder naar zijn beste Weten en naar zijn vermogen. En althans is de nieuwe wetgevende periode weer aangevangen omtrent het welslagen waarvan de meeningen alsnog uit elkaar loopen, zoowel als over den levensduur van het Kabinet. Om nu nog weer eens naar de criminaliteit af te dwalen, die itoch zoo'n groote plaats inneemt in de hedendaagsche maatschappij en dus in de kolommen der diverse bladen, de Haagsche moordzaak is, op het oogenblikdat we dit schrijven tenminste nog niet veed ver der. wat de nog vereischte opheldering be treft tenminste. Men zou kunnen zeggen: d« behandeling van zoo'n zaak is zeer eenvou dig, maar dat is een leekenoordeel. De erva ring van de laatste jaren vooral heeft ge leerd, dat dergelijke gevallen maanden en maan den lang kunnen loopen en zelfs ai is men er van overtuigd, dat een verdachte te vens een schuldige is, er valt dikwijls zooveel uit te pluizen voor de eigenlijke behandeling, dat het publiek ongeduldig wordt. Zoo ook in het Haagsche geval. Vooral ook in verband met het feit, dat de groote Pers weinig los laat. vermoedelijk omdat zij weinig weet, En, dit heeft zijn reden. De poliüc heeft namelijk opdracht gekregen van de Justitie om te zwij gen. Daarvoor zal ze wel hare redeneiï heb ben, maar juist de geheimzinnigheid is een reden te meer voor het publiek nog ongedul diger. nog nieuwsgieriger te worden, dat spreekt. Enfin, dat houdt er de belangstelling in. De tijd, waarin de Vroede Vaderen eener gemeente broederlijk, als zonen van hetzelf de huis eendrachtig bij elkaar zaten om gezamenlijk de belangen der burgerij of wat ze daarvoor hielden te bespreken is, zoo hij er al ooit geweest is, thans toch zeker al lang voorbij. Zeker, de dames en heeren zitten nog wel eens, als in een knus „onder onsje" bij elkaar, maar er zijn helaas in ons land voor beelden genoeg, waaruit kan blijken, dat er naar gestreefd wordt een imitatie van een Poolschen Landdag te leveren. Overigens schijnt het samenzijn om de gemeentelijke gnoene tafel nogal ongevaarlijk. Maar toch niet overal. Uit een bericht in de „Maasb." zou men kunnen opmaken, dat men zelfs om de groene tafel niet overal „safe" meef is. Bedoeld bericht in de „Maasb." komt hier op neer, dat door een communistisch raadslid ha een der Groningsche plattelandsgemeenten AFDOEND MIDDEL. De politiecommissaris Van die groote stad Parijs Geneest zijn dronken stadgenooten Op een zeer bijzond're wijs. Als er weer een opgebracht is, Die wat ruim „de hoogte" heeft, En politie, die hem oppikt Heel wat werk en moeite geeft, Wordt hij, 't kon een „zij" ook wezen, In 't spektakel, dat hij maakt, Niet gestoord, hij mag zijn gang gaan, Tot hij buiten kennis raakt. Voor 't zoover is, ieder weet dat Doet de dronken man of vrouw, Soms heel vreemde, zotte 'dingen: Wijsheid is dan in de kan. De politie slaat hem gade Houdt zich met haar toestel klaar Filmt den dronkaard, die ten slotte Uitgeput zakt in elkaar. De politie brengt hem binnen In een kamer, donker, stil, Waar den tijd zij rustig afwacht, Dat hij weer ontwaken wil. Op 't moment, dat hij de oogen Opslaat, om zich henen kijkt, Valt zijn oog op 't doek, dat voor hem, Met zijn eigen beeltnis prijkt. Eerst nieuwsgierig kijkt de drinker, Die geheel weer nuchter is. Naar de film, die voor hem afdraait, En, schrikt van zichzelf gewis, Schrik gaat dra tot walging over. „Hoe heb ik dat kunnen doen. Nooit zal mij dat weer gebeuren. Voortaan hou ik mijn fatsoen". En, zoo groot moet d'indruk wezen, Dat de man al daad'lijk zweert: „Zoo iets zal 'k niet meer beleven". 't Drinken is hem afgeleerd. FOREST. een motie is ingediend om te besluiten bij de overheid vergunning aan te vragen tijdens de gemeenteraadsvergadering vuurwapenen te mo gen dragen zoolang de tegenwoordige burge meester in genoemde gemeente voorzitter van den raad blijft. Bedoeld raadslid, dat een paar maanden geleden weer uit den raad verwijderd moest worden, moet het bezoeken der verga dering levensgevaarlijk achten. Vandaar dus zijn motie, 't Is ons niet onbekend, hoe talrijk de comm. fractie in den bedoelden raad is ein evenmin dus kunnen we vermoeden hoe groot de kans is, dat de ingediende 'motie zal leiden tot het doen van het door den voorsteller ge- wenschte verzoek. We gelooven intusschen, dat zelfs al gaat van den gemeenteraad het ge vraagde verzoek om vergunning tot het dra gen van vuurwapenen uit, dat het nog niet heelemaal zeker is, dat de overheid er diep op zal ingaan. Zoo af en toe doen zich teekenen. voor, die er op wijzen, dat we althans in sommige op zichten, weer aardig naar den goedkoopen tijd gaan. Naar gemeld wordt, is men thans bezig te overwegen zoo mogelijk met ingang van de maand November over te gaan tot verlaging van het port voor brieven in binnenlandsch verkeer en het minimum port voor monsters. Het port voor brieven tot en met twintig gram zou gebracht worden van zieven en een h'alven cent op zes cent. Dat is voor de meeste men schen een besparing, die weinig zoden om den dijk zet, maar 't ligt voor de hand, dat het speciaal voor zakenmenschen toch van belang is, temeer, daar de bedoeling is, de verlaging ook toe te passen in het verkeer met het Oost en West-Indië, alsook misschien op het ver voer van pakketten per zeepost. Van een groote toename der alastrimgeval- len is gelukkig geen sprake. Te Rotterdam is het aantal gevallen in totaal boven de twee honderd gestegen. Naar gemeld wordt is geble ken, dat de besmetting te Rotterdam is bin nengebracht door een matroos die in Mei uit Nederlands ch-Indië is teruggekomen. Ook in Den Haag heeft zich een geval voorgedaan. Ge wezen is op het feit, dat de residentie zoolang verschoond bleef, ofschoon het contact tus- schen deze plaats en Rotterdam zeker heel nauw is. De gouverneur van Curacao, de heer Fruy-% tier. is door onze regeering naar Den Haag ontboden, ter verstrekking van nadere gege vens inzake den overval op Willemstad. Ge noemde heer zal begin October de reis naaf ons land aanvaarden. B U IT E N L A N D. „De Stomme van Portici". Herden king der Belgische revolutie van 1830. Leerschool voor Be'gische bewindheb bers. De Vereenigde Stalen van Euro pa. De Russische meening. Economi sche strijd tusschen Europa en Ame rika? De internationale vlootconferen- tie. Fransche en Italiaansche reser ves. Wat Painlevé vertelde over de ontwapening. Frankrijk ziet van elke veroveringspolitiek af. Stresemann en de slavernij van het Duitsche volk. De wet tegen de slavernij van het Duit sche volk. Onze zuidelijke nabuur, België, maakt zich op om in het volgend jaar de revolutie te hen- denken, welke den stoot gaf tot de scheiding tusschen dat land en het onze, een scheiding die al betrekkelijk spoedig voltrokken werd, doch zooals men weet eerst in 1839 door onzen toenmaligen koning als voldongen feit aan vaard werd. 't Is nog wel algemeen bekend, dat de omwenteling werd ingeluid na de opvoe ring te Brussel van een opera „De Stomme van PorticT op den avond van den 25en Augustus 1830. Het gerucht werd el meermalen vetmo- m Het haar groeit vee! snelleralsgij dat met Purol behandelt. Als men zoo nu en dan slechts een weinig Purol goed in de hoofdhuid wrijft, dan wordt daar door de haargroei krachtig bevorderten het haar mooier en dikker. men, dat er van de zijde eener schouwburgdi rectie plan bestond het volgende jaar, ter gelegenheid van de herdenking wederom de genoemde opera te doen opvoeren. Een der Belgische bladen, „De Standaard", maant, naar aanleiding van dit plan, aan tot eenige voor zichtigheid en wijst er op, dat van de komende maanden ten gerieve der Belgische bewind voerders een leerschool noodig zal zijn voor buitengewoon groote, politieke schranderheid, voor tact, juist inzicht en voor geest van gerechtigheid. Dat alles zullen de bewindheb bers brood noodig hebben. We zouden zeggen dat hebben alle bewindvoerders overal en al tijd wel noodig. Maar, speciaal met het oog op het geprikkeld Vlaanderen zullen de heeren dat alles noodig hebben. Het blad wijst er nadrukkelijk op, dat men zich er van zal hebben te onthouden er de Vlamingen er aan te herinneren, dat de opstand tegen het gezag in 1830 gevoerd werd onder „Vive la France". We nemen gaarne aan, dat na al wat in Bel gië gebeurd is en gezegd en geschreven over den strijd tusschen het Vlaamsche en het Fransche deel van België, men er in Vlaande ren weinig op gesteld is, herinnerd te wor den aan de leuze: „Vive la France". Maar niet alleen met het oog op Vlaanderen wordt door sommigen een vertooning van de genoem de opera minder gewenscht geacht. Er is ook in ons land gewezen, hoe onaangenaam het voor ons zou kunnen zijn, herinnerd te worden aan wat er tijdens en na de opvoering plaats had. We kunnen ons echter voorstel len, dat zelfs een Hollander met eenige ge moedelijkheid de Belgische herdenkingsfeesten meemaakt. We moeten immers kunnen verge ven en vergeten. En leven we tegenwoordig ondanks veel en velerlei niet in goede nabuur schap. We moeten de geschiedenis aanvaar den, maar kunnen we dat niet zonder wrok? En, we mogen toch wel aannemen, dat de Belgen het er niet al te dik op zullen leggen, wanneer hun herdenkingsfeesten zoo'n beetje wordt meegemaakt door de Noord-Nederlanders die misschien toch wel niet zoo hard zullen loopen. De gedelegeerden van zeven en twintig lan den hebben met genoegen kennis genomen, van wat Briand heeft gezegd over wat ge noemd wordt het plan lot vorming van de Vereenigde Staten van Europa. Maar, zoover is het eigenlijk nog niet. Briand is ook niet met bepaalde voorstellen gekomen, maar heeft slechts aangeduid. Allereerst zou men moeten komen tot een economische toenadering en vervolgens ook tot een politieke. Maar zoowel voor het een als met het andere zal er heel wat te bepraten zijn en al hebben de gedele geerd/en zich, heel sympathiek, bereid ver klaard de zaak aan hun regeeringen voor te leggen, er zal nog heel wat water door den Rijn moeten loopen, voor de Vereenigde Sta ten van Europa er zijn. De Russen moeten van de Vereenigde Staten van Europa al zóó niets hebben, daar zij, naar wordt gemeld, er geen belang bij hebben mee te werken aan een opbouw van Europa voor den strijd tegen Amerika. Nu is het nog steeds niet uitgemaakt' voor -dien. i.it de strijd tegen Amerika, de economische strijd wel te vers'aan. eigenlijk f het doel is, waarmede Briand zijn plannen heeft in elkaar gezet. Voorloopig is er op het gebied van den economischen strijd nog genoeg op te ruimen tusschen de verschillende deelen van Europa zelf. De wijze waarop de regeeringen van Europa de aanbevelingen der indertijd gehouden Internationale Economische Conferentie aan de laars gelapt hebben (van Engëlsche zijde werd er dezer dagen nog een scherpe critiek uitgeoefend op het niet ten uitvoer brengen van die aanbevelingen) en zijn doorgegaan met verhooging van bestaande en invoering van nieuwe in- en uitvoertarie- ven, wijst er op, dat Europa voorloopig nog niet ver genoeg is om nu al den economischen strijd met Amerika als doelwit te stellen. Engeland en Amerika zouden gereed zijn zoo lezen we, voor de vlootoonleren lie, die men in December al zou willen doen aanvan gen. Maar, al is men het eens over de wen- schelijkheid van een internationale conferentie, dan wil dit nog niet zeggen, dat men het eens is over de wijze, waarop ten slotte tot beper king en vermindering der vloot zal worden overgegaan en wanneer we lezen, dat Frank rijk, Italië en Japan al bezig zijn vast te stel len, welke reserves door hen gemaakt zullen worden, als de conferentie gehouden wordt. Frankrijk wil o.a. de vrije hand hebben ten opzichte van den bouw van duikbooten dan kan men al van tjef voren begrijpen, dat er op de te houden conferentie gelegenheid te over kan zijn voor de gedelegeerden om het met elkaar niet eens te zijn. En toch wordt in vele Landen zoo innig, zoo vurig naar vermindering van bewapening verlangd. De Fransche minis ter van oorlog, Painlevé heeft het op eem bijeenkomst van oorlogsverminkten nog meer doen uitkomen op welk een hoogen prijs zijn land de vermindering van bewapening stelt. Painlevé sprak over de invoering van den eenvarigen dienstplicht in Frankrijk en hij v*rkl*and*, dat geen enkel* mogendhsud. zoo ver gegaan is met de ontwapening te land, dal het met de vermindering van den diensttijd tot één jaar kan worden vergeleken. En, hij betoogde»; dat uit die vermindering kan blij ken, zoo duidelijk mogelijk, dat Frankrijk van elke veroveringspolitiek afziet. Stresemann heeft in een onderhoud met een journalist van het „Berliner Tageblatt" nog eens weer uiteengezet waarom Duilschland over de besluiten van de Haagsche conferentie tevreden kan zijn en waarom de aanvaarding van het plan-Young voor zijn land als een aanmerkelijke verbetering te beschouwen is. Stresemann ontkende, dat het Duitsche volk voor twee generaties tot slavernij gebracht zou zijn en hij wees er op, dat door de vervanT ging van het plan-Young door het plan-Dawes het Duitsche volk in de komende tien jaren zeven milliard minder zal hebben te betalen, dan volgens het plan-Dawes. Desniettemin zijn er in Duitschland groepen, die de poli.iek van Stresemann blijven afkeuren en, dat die groe pen het met het plan-Young niet eens zijn, moge blijken uit een wetsontwerp, dat door een zekere groep is bekend gemaakt en dat be doelt te geven een „wet .tegen de slavernij' van het Duitsche volk". Het ontwerp van den heer Hugenberg en zijn vrienden is niet alleen ge richt tegen het plan-Young, maar ook o.a. tegen het Verdrag van Versailles. De erken ning door Duitschland van de eenige schuldige aan den wereldoorlog te zijn (een erkenning, die ligt opgesloten in de onderteekening van het Verdrag van Versailles) moet volgens het ontwerp in optima forma worden teruggeno men. Die schuld aan den oorlog schijnt voor vele Duitschers tot nog toe een zeer belang rijk punt te zijn, is het natuurlijk ook, voor zooverre de grootte der schadevergoedingsbe dragen van die schuld afhankelijk is. Maar wie zal zeggen in hoeverre dat nog het geval geacht moet worden. Inlusschen, de kans, dat het wetsontwerp van Hugenberg c.s. wet zal worden, moet volgens den correspondent van het „Hbld." niet bijster groot z} VLISSINGEN van 12—19 Sept 1929. Ondertrouwd: M. P. Meulblok 26 j. en M. Hendrikse 26 j. P. Mindeirhoud 26 j. en J. van Gelderen 23 j. J. Salverda 22 j. en S. M. P. van Rosevelt 21 j. M. Wulff, 21 j. en J. G. F. Pluijmers 21 J. J. C. Mieijert 04' j. en J. C. Waltz 23 j. E. A. C. Kruijssa 29 j. en N. Abrahamse 38 j. Getrouwd: P. J. van der Star 54 J. en R,. C. J. Elias 54 j. S. Clarisse 23 j. en J. de Ridder 22 j. A. van der Wilt 25 j. en H. Vlieland er 21 j. A. N. Meijer 28 j. en J. C. Stoutjesdijk 25 j. S. Rijkeboer 25 j. en M. W. J. J. Romijn 26 j. - G. A. Ketttfmg 32 j. en F. A. van Bezooljen 23 j. Bevallen: D. C. Legemaate geb. van den Berge d. J. M. van der Meij geb. Been; d. C. Kranendonk geb. Marijs z. M. C. van den Heuvel geb. Hebly z. M. Everaers geb. Hartevelt d. M. de Wolf geb. Bassie d. Overleden: J. M. Vlietindk vrouw van 1* Schink 28 j. G. die Nooijer man van J., de Bruyne 60 j. J. A. Verhorst man van J. C. Genevay 72 j. MIDDELBURG van 12 19 Sept. 1929 Ondertrouwd j A. Snijders 26 j. en j. C. de Graaf 34 j. H. Blok 31 j. en C. v. Boven 29 j. R. A. Stenhuis 33 j. en Z. Provoost 30 j. I. B. van Mourik 23 j. en A. C. H. Mantz 24 j. W. Vermeulen 24 j. en j. M. Roskam 20 j. W. M.Groe- newegen 28 j. en C. janse 24 j. GetrouwdB. van Belle 26 j. en C. N. Minet 20 j. S. Karman 28 j. en C. E. de Jonge 26 j. A. A. Struijk 29 j. en N. S. Bosschaart 20 j. Bevallen A. S. Braun—Leenhouts z. M. janse—Louwerse d. M. E. Mijman— Hekelaar d. OverledenE. M. Schalk 30 j. ongeh. d. H. Vis 20 j. ongeh. d. W. Flink 80 j. geh. met M. W. Leijnse C. de Graaf 65 j. geh. met P. C. de jonge. Ernstig ongeluk. Gisterenmorgen begaf de ongeveer 60- jarige Wed. Vermeulen-Simonse te Dom burg zich per boerenhuifwagen naar de markt te Middelburg. Ter hoogte van Melis- kerke werd deze wagen aangereden door de vrachtauto van molenaar V. te Melis- kerke. Hierdoor sloeg het paard van de huifkar op hol en door den schok kwam de wed. V. zoo ongelukkig van de wagen te vallen, dat zij de halswervel brak en onmiddellijk overleed. De wagen kwam in de sloot terecht. Door de politie wordt een onderzoek ingesteld. Hoe meer zand uit den zandlooper onzes levens terneder valt, des te helderder moet gij door het ledige glas heenzien. Ik heb boeken, dat zijn de aangenaamste met gezellen, zij veranderen niet van stemming: men kan op hen vertrouwen en kiezen, welke ons het best passen. Beter is het alles prijs te ge vein, dan te hande len tegen da voorschriften der Liefdé.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1929 | | pagina 5