2e Blad. Wegelings THeuwsblua
ZEELAND
Van Week-tot Week
van Vrlfdag 25 «Januari 1929
No. a
„ZEELAND" GÉÉFT MEER
DAN HET KOST
MIJNHARDTs
Hoofd pijn-Tabletten 60 ct.
Laxeer-Tabletten 60 ct.
Zenuw-Tabletten 76 ct.
Staal-Tabletten. 90 ct.
Maag-Tabletten 75 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
mm HET GOEDKOOPSTE
GEÏLLUSTREERDE WEEKBLAD
n&
BINNENLAND.
In de maand November van het vorige jaar
heeft onze kust hare reputatie van ongenaak
baarheid en onbetrouwbaarheid in ruime mate
gehandhaafd. Wee de bemanning van het schip,
dat door storm op onze kusten gedreven wordt,
de opvarenden dood en verderf tegemoet voe
rend. Doch dood en verderf dreigen niet
alleen hen, die van uit zee naderen, ook dik
wijls hen die van de kust af de reddingskan
sen berekenen wachters aan den rand van
het onbetrouwbare element: de zee. Wachters
die spiedend in de verte het gevaar zien aanko
men, 't zien aangroeien en klaar staan om het
veege lijf te wagen tot redding van anderen.
Wederom hebben de Hollandsche redders de
helden van onze kusten den strijd moeten
aanbinden met de woedende golven om hulp
te bieden en wederom heeft de zee hare offers
geëischt: acht helden hebben hunne edelmoe
dige pogingen met den dood moeten bekoopen.
De reddingboot „Prins der Nederlanden", uit
gevaren om hulp te brengen aan de bemanning
van het Lethlandsche schip „Valka" dat op
onze kust gestrand was, is omgeslagen. Vijf-en-
dertig kinderen zijn weezen geworden. De deel
neming in ons land ook in het buitenland
is algemeen en de Nederlandsche natie maakt
zich op om hulp te bieden, financieele hulp
aan de achtergeblevenen. Droeve plichten, wel
ke ons volk immer wist te begrijpen en te
betrachten. Weliswaar voorziet wettelijk ge
regelde zorg ten deele in den nood, maar zon
der een beroep op de liefdadigheid van het
publiek kan niet voldoende en afdoende in de
behoeften der achtergeblevenen worden voor
zien. Mogen de bijdragen mildelijk vloeien voor
de ondersteuning van de weduwen en weezen
dergenen, die het kostbaarste wat ze "hadden
voor zich en de hunnen, het leven, in de waag
schaal stelden om dat Van anderen te redden.
Hulde aan de dapperen van de nagelaten be
trekkingen, van welke nog steeds gezegd moet
wordeh, dat de wettelijk geregelde zorg nog
maar TEN DEELE in de behoeften voorziet^
De viervoudige misdaad In de provincie Gro
ningen heeft, naar men begrijpen kan, een
rilling doen gaan door de lezers der groote en
kleine bladen, Men is aan iets gewend tegen
woordig. op het gebied der criminaliteit maar
een viervoudige moord, gepleegd onder om
standigheden als te Groolegast, bedreven met
een klaarblijkelijke koelbloedigheid dit is iets
bijzonders. De moordenaar heeft volledig be
kend en of het proces kort of lang zal zijn,
de bedrijver van de ongehoorde euveldaad zal
ongetwijfeld aan welke beweegredenen zijn
misdaad ook worde toegeschreven de maat
schappij zoo nog ooit, dan toch zeker in vele,
vele jaren niet meer bedreigen. De voorstan
ders van het „oog om oog en tand om tand"
zullen in het hier bedoelde geval misschien een
argument vinden, waarmee intusschen de Ne
derlandsche rechter niet van doen heeft.
In den laatsten tijd zijn zoo hier en daar
in den lande al eenige tollen opgeruimd, maar
van een algemeene opruiming kan voorhands
nog niet gesproken worden. Daar zit ook heel
veel aan vast, en in elk geval iets meer dan
het over boord gooien van wat traditie. Ons
land met zijn steeds toenemend snelverkeer
heeft er rekening mee te houden, dat de ont
wikkeling van dat verkeer in de tollen een be
lemmering vindt die uit den tijd is. De minister
van waterstaat heeft de medewerking gevraagd
van Gedeputeerde Staten der provinciën om
zooveel mogelijk te geraken tot opheffing der
wegtollen. Hij is van oordeel, dat de afkoop
van tollen meer algemeen dan tot nog toe het
geval was, zal moeten worden bevorderd. De
minister is van meening dat de afkoop van
tollen welke krachtens octrooi of concessie
worden geheven, niet geheel gedragen moeten
worden door het Wegenfonds, wat dan ook
idoor een desbetreffend artikel van de Wegen
belastingwet niet wordt ondersteld, waar dit
artikel alleen gewaagt van bijdragen uit het
Wegenfonds. Een dergelijke bijdrage wordt In
het algemeen gerechtvaardigd geacht, indien
van de zijde van de streek voor welke de tol-
afkoop onmiddellijk belang heeft, een belang
rijke bijdrage in uitzicht gesteld wordt. Dit laat
ste zou, naagf't ons voorkomt, wel eens aan
leiding kunnen zijn, dat het met een totale
opruiming van tollen, door afkoop, wel eens
minder vlot zal kunnen gaan dan wel ge-
wenscht wordt. Zeker mag een bepaalde streek,
waar een of meer tollen geheven worden te
zijn m hooge mate belanghebbend, maar de
aard van het groot- en snelverkeer brengt mee,
dat de opheffing van bepaalde tollen niet spe
ciaal een streekbelang, meer een gewestelijk
of zelfs een landelijk belang is.
En of alle gemeenten en streken van ons
land in staat zullen zijn hier in voldoende
mate voor het algemeen belang op te komen,
zal nog moeten worden afgewacht. Men heeft
bijv. meermalen kunnen opmerken ook nog in
in den laatsten tijd, dat gemeenten niet bereid
waren bij te dragen in en aan den aanleg van
spoorwegverbindingen, een min of meer alge
meen belang, voor die bepaalde gemeenten de
vraag: is de aanleg speciaal voor óns van be
lang? niet met een volmondig „ja" beantwoord
kan worden. Intusschen, er wordt aan de totale
opruiming der tollen gewerkt
Zooals we indertijd .reeds medegedeeld heb-
OUDE EN NIEUWE TIJD.
Op 't gezellig ondermaansche,
Dat de wereld wordt genoemd
Wordt door d'eenen mensch misprezen
Wat door d'andren Wondt geroemd.
Menschen, oud van hart en jaren
Niet meer meegaand met den tijd,
Klagen over vele dingen,
Mopp'ren om een kleinigheid.
„In mijn tijd", zoo zeggen dezen,
„Was de wereld anders hoor;
Anders niet alleen, ook beter,
Veel van 't goede ging te loor".
Jonge menschen, daarentegen,
Lachen om die zieligheid
Van fie ouderwetsche rr^enschen,
Hangend aan den ouden tijd.
Zij gevoelen zich pleizierig,
Leven met de wereld mee,
Zijn met alles, wat modern is,
Heel gelukkig en tevree.
In de jacht van 't daaglijksch leven
Nimmer rustend, altijd voort,
Zien zij niets, dat ongewoon is,
Vinden alles, zooals 't hoort.
't Snelst verkeer is hun te traag nog;
In 't grootst lawaai op straat
Kunnen zij zich lekker voelen;
Zeggen dat het koud hen laat.
Of de auto's razend toet'rend,
Of de trams en wat al meer
Maken al die groote drukte,
Passend bij 't modern verkeer.
Als „de oude menschen" klagen
Over 't blaffen van den 'hond,
Of het kraaien van de hanen,
In den vroegen morgenstond:
Over kind'ren die de straten
Kiezen tot hun speelterrein
En zich vaak daarbij gedragen
Of ze groote menschen zijn.
Over radio, die menschen
Wakker "houdt soms uren lang,
Over gramafoonmuziek der buren,
Afgewisseld met gezang.
Als de lui van d'ouden stempel
Vragen waar 't toch henen moet
Met de wereld, zoo verdorven,
Waarin ieder mensch maar doet.
Wat vermaak, plezier kan geven,
Zonder dat hij ooit eens vraagt
Of hij met zijn vele pretjes
Soms een ander ook mishaagt,
Krijgen zij op al hun vragen
Deze woorden tot bescheid:
„Wie dat niet meer kan verdagen,
Past niet meer in dezen tijd".
(Forest.)
ben heeft de regeering vani Engeland maatre
gelen genomen, waarvan de toepassing daarin
bestaat dat na den 21en April van dit jaar
de verplichte stempeling van in dat land in
te voeren eieren bestaat.
De Engelschen blijken niet alleen gaarne te
weten wét ze eten, maar ook waar het vandaan
komt. Ze zullen daarvoor hun reden hebben.
Naar het Nederlandsch Weekblad voor Kruide
nierswaren vernam word! aan ons departement
van Binnenlandsche Zaken en Landbouw met
ijver gewerkt aan een wetsontwerp, waarbij
bepaald wordt, dat alle in ons land in te voe
ren eieren een stempel moeten dragen van het
land van productie. Het ligt in de bedoeling,
zoo lezen we, het ontwerp met zoodanigen
spoed door de Staten-Generaal te doen behan
delen, dat de Nederlandsche wet nog voor de
Engelsche van kracht wordt. Wat de bedoeling
kan zijn, dat onze regeering de Engelsche in
dezen een vlieg wil en mogelijk zal afvangen,
ligt o.i. niet maar zoo voor de hand en even
min is het maar zoo te begrijpen, waarom onze
maatregel speciaal evenals die der Engel
sche regeering op het artikel „eieren" gericht
is. De invoer van Engelsche eieren in ons land
zal wel niet zoo bijster groot zijn. Als repre
saillemaatregel zal onze eierstempeling wel niet
kunnen gelden, noch vermoedelijk als zoodanig
bedoeld zijn. Men zou kunnen denken, dat onze
regeering, de maatregel van Engeland opge
merkt hebbende, bevonden heeft dat deze goed
was en waard was nagevolgd te worden. Maar,
als dkt waar is, valt het weer minder goed te
begrijpen, waarom onze regeering er prijs op
zou stellen de stempel wet van kracht te doen
worden vóór de Engelsche. Het belang van de
zaak brengt in elk geval niet mee, dat we het
ten dezen opzichte de moeite waard "kan zijn te
zeggen: we zijn die Engelschen lekkertjes vóór
geweest. Mogelijk lekt er van de beweegreden
van onze regeering indien die beweegreden
werkelijk bestaat de Engelschen te vlug af
te zijn, nog wel iets uit te avond of te morgen.
Deze week, Dinsdag 23 Januari, was het 350
jaar geleden dat de Noord-Nederlandsche ge
westen zich bij de Unie van Utrecht verbonden
elkaar te zullen .bijstaan niet alleen tegen
Spanje dus onderlinge by stand, ten ^euwigeu
30-55*40-50ct
par Vsl pond
dage, daartoe verbonden zich onze gewesten.
Zooals men weet was "deze Unie, drie jaar te
voren vooraf gegaan door de Pacificatie of
Bevrediging van Gent, waarbij alle Nederlan
ders zich verbonden, met een compromis op
godsdienstig gebied. Doch met deze Pacifi
catie was men er niet, ware 't alleen slechts
omdat de verdraagzaamheid voor dien tijd iets
zoo nieuws was, dat er in de practijk tusschen
Noord en Zuid weinig van terecht kwam en
de Noord-Nederlanders, wier verhouding tot
den koning van Spanje in elk geval een andere
was dan die tusschen de Zuidelijke Nederlan
ders en genoemden vorst er het belang van
hunne gewesten in zagen een nieuw verbond
te sluiten. Zooals we zeiden, het tot stand "ko
men der Unie werd deze week in verschillende
plaatsen herdacht, zij het niet door geheel Ne
derland. Gedeputeerde Staten van Noord-Bra
bant evenals die van Limburg, tot deelneming
aan de feestelijke herdenking uitgenoodigd,
hebben doen weten, dat ze van de uitnoodiging
geen gébruik wenschen te maken.
Met betrekking tot de opbrengst van de Rijks
middelen kan gemeld worden, dat over de
maand December de opbrengst zeer gunstig ge
weest is. December 1928 slaat nog het record
van December 1920. Over December 1928 is
ruim drie en een half millioen meer ontvan
gen dan in December 1927 en hieraan danken
we het, dat de tofaalonbrengst over 1928 niet
zooveel bij dip over 1927 is achtergebleven a's
eenige maanden geleden verwacht werd. En
dit, terwijl in de tweede helft van het argeloo-
pen jaar de belastingverlagingen zich reeds
ten volle deden gelden.
BUITENLAND.
Zonder nu te willen beweren, dat het oude
koeien zijn welke zoowel Engeland als Frank
rijk bereid zijn uit de sloot te gaan halen, is
toch in elk geval het plan dat door beide ge
noemde landen zoo al niet dade'ijk uitgevoerd,
dan toch om te beginnen toegejuicht wordt van
vrij ouden datum, 't Gaat om den aanleg van
een tunnel onder het Kanaal. Tienta'len van
iaren geleden werd al over een Kanaaltunnel
opsnroken en de mogelijkheid, techn's^he moge
lijkheid werd reeds toen ingezien. Maar het
is bij spreken gebleven. De oorlog en de met
dezen verband houdende snelle onfwikkeling
van het vliegwezen hebben er wSMicht het
hunne toe bijgedragen de oude plannen voor-
loopig in den doofpot te laten, waar ze een
maal gedeponeerd waren. Misschien ook zou
den er althans kort na den oorlog finan
cieele bezwaren geweest zijn, want een Kanaal
tunnel is nog steeds een kostbare onderneming.
Hoe dit rij, de Engelschen zoowel als de Fran-
schen maken zich"*warm voor het grootsche
plan. De Parljsche correspondent van de „Daily
Mail" was gemachtigd te verklaren, dat de
Fransche regeering den onmiddellijken bouw
van ganscher harte toejuicht, dat ze geen be
zwaren van polilieken of strategischen aard
heeft en den aanleg beschouwt als een grooten
zegen voor den handel van beide landen.
Mooier kan het al niet. Wat de Engelschen
betreft, kan gemeld worden, dat reeds voor
het Parlement met Kerstmis uiteenging door
leden van alle partijen een motie werd inge
diend. waarin bij de regeering werd aangedron
gen haar goedkeuring aan het plan te verlee-
nen. Zoodra het Parlement weer bijeen is,
zou aan Baldwin worden verzocht medewer
king te verleenen tot het indienen van een mo
tie waarin door leden van alle partijen den
aanleg van een tunnel wordt bepleit en er
bij de regeering op aangedrongen wordt haar
houding in deze aangelegenheid te herzien. Dit
laatste kan er op wijzen, dat de Engelsche re
geering nog niet zoo enthousiast voor het plan
is als de Franschen.
De Belgische ministerraad heeft rijn goed
keuring gehecht aan de indiening van een
wetsontwerp tot aanleg van een tunnel onder
de Schelde. België heeft dit voordeel dat heit
geheel alleen over het al oT niet aanleggen te
beslissen heeft.
De Duitsche rijksminister van financiën heeft
een overzicht gegeven over de begrooting 1929-
Geïllustreerd Weekblad
Buiten een 35-tal zeer fraaie foto's uit
Binnen- en Buitenland, bevat het nummer
van deze week zeven bijzonder geslaagde
opnamen uit onze provincie, nl.
Als voorplaat: Het Stadhuis te «Middelburg
Een overzichtsfoto van de laatst gehouden Duiven-
Tentoonstelling te Vlissingen
Molen aan het Vlisslngsch Bolwerk te Middelburg
Het Postkantoor te Vlissingen met een aantal
Postbeambten
Twee fraaie' sneeuwfoto's uit Middelburg
De Ruiperspoort te Middelburg
Verder bevat „Zeeland" een 20-tal pagina's
met interessante en leerzame lectuur, anec-
doten en humor
Dit alles voor slechts zes cent
Lezers van „Wegeling's Nieuwsblad" doet
zooals wekelijks tientallen doen. Abonneert
U op „Zeeland", het goedkoopste, onpar
tijdige geïllustreerde Weekblad, opdat U
ook kunt zeggen „'t is waar"
1930. Hieruit blijkt, dat de tekorten, zoowel op
de gewone als de buitengewone begrooting
aanzienlijk zijn. Tot dekking van de uitgaven
voor de gewon ebegrooling zullen eenige nieu
we belastingen, voornamelijk het bedrijfsle
ven betreffende, moeten woixlen uitgeschreven»
Minister Helferich heeft er op gewezen, dat de
kwestie van de eindregeling der schadevergoe
dingen is opgeworpen. De baan moet nu vrij
gemaakt worden voor een regeling welke aan
Duitschland een noemenswaardige verlichting
van zijn lasten zal kunnen geven. Uit den eer
lijken wil van Duitschland, zich tot aan die
oplossing staande te houden, met een inspan
ning die voor geruimen tijd nauwelijks be
staanbaar is, kan volgens hem g^en conclusie
getrokken worden omtrent Duitschland's beta-
lingscapaciteit. Duitschland twijfelt dan ook
niet of de financieele deskundigen, de onafhan
kelijke deskundigen, ztfilen dit erkennen en al
les doen om de betalingscapaciteit van Duitsch
land nauwkeurig vast te stellen.
Het onlangs door Parker Gi'bcTt uitgebrachte
rapport omtrent Duitschland's toestand was,
zooals we reeds eerder mededeelden, in vele
opzichten nogal gunstig, gunstiger misschien
dan Duitschland in verband met de opsomming
van zijn zware lasten aangenaam is. En be-
'alen willen is nog niet hetzelfde als betalen
kunnen, al moet in Fransche kringen het rap
port van Parker Gilbert den goeden dunk om
trent Duitschland's capaciteit wel eenlgszins
versterkt hebben.
De Senaat der Vereeni<?de S'aten heeft
zich zonder voorbehoud, wijziging of voor
waarden met bijna atg°meene stemmen uitge
sproken voor de ratificatie van het Kellogg-
verdrag (anti-oorlog\ President Coo'idge, die
binnenkort den presidentszetel verlaat om zich
als advocaat te gaan associeeren met een col
lega, president Coolidge beschouwt de totstand
koming van het thans door rijn land te ratifi-
ceeren verdrag als de belaugrijks'e gebeurtenis
van zijn ambtstijd. Is het Kellogg-Pact dus door
den Senaat aanvaard, toegegeven is aan het
verlangen van eenigen, dat in den Senaat mel
ding gemaakt zou worden van het rapport van
de Senaatscommissie voor Buitenlandsche Za
ken, Jn welk rapport nadrukkelijk betoogd
wordt, dat door het Kellogg-Pact de Monroe-
leer als gronds'ag voor de tradltioneele Ame*
rikaansche politiek niet wordt aange'ast. Wat
zooveel kan beteeken en, £s dat Amerika voor
de Amerikanen blijft en dat dit land er prijs
op stelt rijn recht tot zelfverdediging ten volle
te blijven handhaven.
In Schotland openbaart zich het verlangen
naar zelfbestuur. Ter gelegenheid van het hou
den van een propaganda-rede voor den libera
len candidaat (aan het einde dezer maand moet
in Schotland een vefkiering plaats hebben we
gens overlijden van een Schotsch Parlements
lid) werd de wenschelijkheid van „Home Rule"
voor Schotland ingezien, een wenschelijkheid
waarvan men, naar gezegd wordt, in liberale
kringen doordrongen is. Schotland wenschtdus
een afzonderlijk Parlement, wat eigenlijk een
oude kwestie is, die door den oorlog op den
achtergrond geraakt is. Wellicht is het op
nieuw te berde brengen van de „Home Rule"-
kwestie te beschouwen a»1s een verkiezingsma
noeuvre der liberale partij, maar klopt overi
gens met de in Engeland zoo vele malen uit
gesproken beweringen omtrent den groeienden
vrijheidsdwang der volken en het zelfbeschik
kingsrecht hier toe te passen- in het bestaande
staatsverband.