We ge ling s nieuwsblad
Bijblad van
SNUFFELGRAAG EN KNAGELIJNTJE
WEGELING's rtfrUWSBLAD VAM 24 DEC. t<P5.
Hieronder volgen eenige
gedichten, die waren inge
sloten bij de oplossing van
deGroote Reclamewedstrijd,
uitgeschreven door Verkoop
huis Amerikaan, Middelburg.
Het Verkoophuis „Amerikaan"
is een magazijn, waar elk kan j gaan.
Het is een winkel vol jassen en broeken
je stapt er maar binnen en gaat aan het
(zoeken.
Het betreft hier geen huis van „Jan
(Plezier"
Men krijgt voor z'n centen geen glaasje
(bier.
Meen, [ekkers en Vesten,
Mog wel van de besten.
Voor geld betrekt men goede
(waar.
Hoe de man het gedaan krijgt vraag
(daar maar niet naar,
Die Klaver, die Klaver Die ooüjke man
Hi] doet voor zijn zaak, al wat hij maar
(kan,
Kosten en moeite zal hij nooit sparen
Opdat ieder bij hem maar wel zou varen
Het is toch maar waar en het moet
(toch gezegd
Nergens goedkooper, komt men toch
(terecht.
Loop waar je wil, en loop waar je kan
Nergens goedkooper dan bij onzen jan
Het leukste van alles mag men niet
(vergeten,
Dat zijn de geschenkjes (we! niet om te
(eten)
Dee'z krijgt men cadeau bij f 10 contant
Dit vindt ieder leuk, maar ook interes
tsant.
Dee'z cadeautjes, zij gaan niet ten koste
(der waar
Wie zulks zou beweren, dat noem ik
(geblaar
Want Klaver, de man vindt hierin ook
(pret.
Hf] kan zulks goed doen, door den
(grooten omzet
Het is soms verbazend, in het drukke
J (seizoen
1 ls dan voor de bedienden haast niet
(om-te doen.
De koopers die staan dan tot buiten op
(straat.
je kunt wel begrijpen waarom het dan
(gaat
't ls een ieder te doen om geholpen
(te zijn,
Aan kleeren, zoo sterk en even zoo fijn
Men vecht in den winkel om een
(plaatsje vooraan,
Es zucht dan „Goddank", als men
(henen kan gaan
la dit geen bewijs van „De roem van
(dit huis?
Die anders beweert die heeft vast abuis
Wij hopen, die zaak nog laag mag be-
(staan.
Op dat ieder nog lang naar de
(„Amerikaan" kan gaan.
jonge juffr. M. W., Middelburg.
Wat een herrie m de straten.
Wat een drukte in de stad!
leder heeft zijn huis verlaten.
Of ie gansch geen werk meer had.
Waar zou men toch henen loopen
Allen gaan de zelfde weg.
Zelfs loopt men met heele hoopen,
Is er wat,te halen, zeg?
Ook ik volgde a1 die drommen,
Over plein en door de straat
Toen in eens, onder veel brommen,
Heel de stroom niet verder gaat
Waarom nu niet doorgeloopen
Waarom blijft men plotseling staan
leder wil en moet wat koopen,
In 't Verkoophuis Amerikaan.
Wie kent niet 't Kleedingmagazijn,
4n de Noordstraat, naast de Kerk
Daar verkoopt rnen Heerenkleeding
Degelijk, solied en sterk.
Dit was 't doe! van <!eze drommen,
Niemand kon geen stap meer gaan
't Was een werk om voort te komen,
Eindlijk kon men binnengaan.
Klaas, koopt er een mooie jekker,
Piet, e?n flinke winterjas.
Weer een ander dekt zich lekker,
Met een mooie pels of das.
'Bovendien krijgt elke koope»-,
Naar zijn koopsom, een present
Een mooi kiokje, 'n goede looper,
'n Mooie das of overhemd.
Deze firma moet ge weten,
Heeft een prijsvraag uitgevorscht.
Die door dichters onvermeten,
Dient te worden opgelost.
Het behelst een advertentie,
En daaruit een zek're zin.
't Best adres voor uw confectie,
Bij 't gebruik, brengt z1 u gewin.
Heel de zin bevs* vijf woorden,
Acht en dertig letters groot
Iedereen, uit alle oorden,
Zoekt er naar, 't zij klein o^groot.
Men kan vaak in de krant zien staan
Dit is nu voordeel iger.
Het Verkoophuis Amerikaan,
DAT, is toch voordeeliger.
Het is zoo duidelijk en klaar,
Dat ver, ook niet dichtbij is.
En ieder tegenwoordig maar,
Behoorlijk gekleed is.
Dat komt, omdat men kleeding haalt,
Aan 't adres 'd Amerikaan.
Waarvoor 't costuum niet duur betaald,
Men schriftelijk in wil staan.
De trek naar 't ver Amerika,
Was voor den laaisten oorlog,
ln omvang grooter, dan daarna.
Want, wie gaat er nu toch nog?
Uit vroeger taden wordt gemeld,
Dat van het plaatsje Veer*
Qe torenspits werd neergeveld.
Wat ons 't geschiedboek leere.
Die plaats was eens een koopmans
stad.
Doch nu als "t waar verlaten,
's Zomers maakt een diuk bezoek
(dat 't
Toch druk is in haar straten.
Een huis waar men, in 't groot of klein
Zijn waar tracht te verkoopen.
Dat moet bepaald Verkoophuis zijn
Hoe moet ik *t anders doopen?
Wat zou er we! ter wereld rijn,
Dat zoo naar ieders smaak is,
En door vee! menschen, groot en
(klein.
Zoo graag gegeten wordt als visch
'k Heb de letters ook gevonden,
En ze bij elkaar gesteld,
Zooals 't hoort tesaam verbonden.
Wat 't gedichtje u vermeld.
Of mijn wringen door de benden,
Eenige voldoening gaL
J. G. v. M. Middelburg
VROOLIJK HOEKJE.
Duidefijk.
Dame: Ach dokter, ik gevoel
mij sinds eenigen ti}<* zeer onwel, ik
heb geen eetlust en als ik iets eet,
smaakt het mij niet En zoo gaat het
mijn man ook. Van het eten kan het
niet komen, want ik bereid het zelf,
Kunt ge ons iets voorschrijven ter ge
nezing
Dokter: Neem een goede keuken
meid 1
In den oorlog.
Een jong soldaat werd ernstig ge
wond. De chirurgijn vertelde hem, dat
zijn hersens duidelijk zichtbaar waren,
waarop de ongelukkige antwoordde:
Och, zoudt u dat eens aan mijn
vader willen schrijven? Die beweerde
altijd, dat ik er geen had.
Verdacht getuigenis.
Een heer moest zijn tuinman ont
slaan wegens oneerlijkheid. Ter wille
van diens vrouw en kinderen gaf hij
dit getuigschrift:
Ik verklaar, dat Dorksen twee
jaren bij mij in betrekking is geweest
en meer uit mijn tuin heeft weten to
halen dan al zijn voorgangers.
Pie: Is Greet gelukkig getrouwd?
Rie: Dat zou ik denken. Ze zegt
dat ze af en toe naar den schouwburg
moet gaan om eens lekker to huilen.
31e JAARGANG
VRIJDAG 24 DECEMBER 1925
No. 51
'k Ben zoo vrij het u te zenden.
Nu wacht ik u oordeel af.
Door Jong en Oud
Dc meester keek het geval bedenkelijk aan. Hij
legde dn rechterhand tegen z'n wijze neus en
dacht er lang ovtr na. Eindelijk zei hij„Goede
Beden, ft geloof dat we vw kind nog
redde*."
30
„O meester zeg ons dan maar hoe", riepen vader
en moeder. „We zullen U altijd dankbaar zijn.
En morgen zullen we U een fijn spekzwoerd
brengen. Daar kan uw vrouw een fijne hutspot
koken."
31 Jk zal U zeggen, wat gijlieden doen moet", zei
meeste? Wijsneus. „Gij moet allen vereenigd
tegen één zijde van het voorwerp duwen, opdat
hetzelve omvalt Indien de lantaarn eenmaal op
één harer lange zijvlakken ligt, dan zal de kleine
_n»-« -1,1, ,t•txe?z-»
ceugnieT ptmaiKCiiif naar Duiten Kunnen trcucB
en aUtet aan den dood ontsnappen."
32 Dat was een prachtige readWe drongen alle
maal tegen één zijde van de lantaarn en begonnen
te duwen. Maar ze was zwaar hoor! *t Karwei
viel niets mee. „FKnk zoo, kinderen", zei mees
ter. „Vooral hoog duwen. En aHemaal tegelijker
tijd. Denkt aan de les, die ik ulieden op de
•chool inprentte„Muizen uit ath hoeken en
gaten vereenigt u!"