We ge ling's I
20e PRIJSVRAAG.
Bijblad van
SNUFFELGRAAG EN KNAGELIJNTJE
Gedurende eenige weken worden in dit bijblad
gedichten opgenomen, welke bij de 20e Prijsvraag
waren ingesloten.
Drukkerij H. Wegeling
drukt ook uw Visitek arten
Kwaliteit prima Prijzen laag
Slceds zat ik mij ma^r af te vragen
W»en de bestelling op te dragen,
Al was mijn order ook maar klein,
Mijn kaartjes moeten netjes zijn.
Zoo dacht ik maar. biy dag en nacht.
Tot Wegeiing*s Nieuwsblad werd gebracht;
Daar stond, zoowaar op 't eerste blad,
Dat de zetter een ong'luk had gehad
Het zetsel viel hem uit de nand,
Nu zat hij leelijk in den brand
Want, hoe hq zocht, een heele poos,
Het was en bleef een ware chaos
Wal moest hij daar nu mee beginnen,
Maar wacht, daar schiet hem wat tt binnen.
Hq looft een prqs uit in de krant.
Voor die hem helpt uit den brand.
Nu ging ik toch ook eens kijken,
Of hef nu nergens op kon lijken.
En ziet, het spreekwoord is toch waar
Als 't hartje ergens vol van is,
Men denkt er aan, het eerst gewis.
Visitekaarten was het woord,
Dat in Je tweede zin behoort.
Ook prqzen laag, was vlug gereed,
Nu nog, hoe wel de drukker heet,
Wien*s prijzen zijn altijd gering,
Dat was natuurlijk Wegeiing.
Nu was de rest vlug voor elkaar,
Dat duurde een klein poosje maai
De kaart was thans geheel gereed
en, wat mij wel het meeste speet,
was, dat *k niet eerder had gedacht
Aan Wegel ing's collectie pracht.
Nu zal het mij niet meer gebeuren,
Dat *k een tqd lang zit te zeuren,
Voor kaartjes en elk ander ding,
Ga ik nu vast naar Wegeiing.
Zqn prijs is laag, hij heeft goede w«ar,
En, hq staat altijd voor mij klaar.
D. K. VI.
o
Geachte Ondernemer der 20e Prijsvraag,
Daar ik uw prijsvraag heb vernomen
Heb ik om tot goed end te komen
Condities van u opgemerkt,
Wat me in het besluit versterkt
Eens mee te doen in deze zaak.
En is 't niet mis dan is het raak
Had ik die vraag goed in de doppen
Dan sloeg ik spijkers op de koppen.
Een 11-12-13-1-4 is een beest
Dat stekelig en ruig is meest
Maar eenig koeien meiken kan
Ijc veeboer krijgt de schrik er van.
Een 4-6-2-5 is een huis
Dat voor elk een moest zijn z"n thuis
Maar waar het minder wordt gewild
ls daarom alles niet gestild.
Die 9-3-15-1 verkoopt
Voordat het beestje is gesloopt
Die slaakt gerust ook deze zucht
Beter 1 in de hand dan 10 in de lucht
Is 7-3-17 ietwat rond
De standjes rollen op den grond
Maar is hij van het werken zoo
Niet lachen, spotten, maar bravo.
Het weekblad dat u telkens biedt
Een 8-20-18-23-5 die ieder ziet
Het is een vraag door groot en klein
Naar antwoord voor een ieders zija
Een 17-19-35 is een beest
Dat minder dan de dames vreest
Voor een schimachtig piepend vel
lk wed die kent een ieder wel.
11-3-9-2 hoe onmisbaar,
Brengt alles grootlijks in gevaar
Als er met haar wordt gespeeld
Of ook misdadig toebedeeld.
De kippen in het hoenderhok
Zitten niet altijd op een stok
Maar ook wel op een ander plaatsje
En leggen daar 22-14 voor. baasje.
De tijd van schoolgaan veel vergeten
Moet ik verleden tijd nog weten
Van weten? dan maar eens gegist
*k Wou dat 10-12-13-21 was wist
En als ik nu eens raak mag zeggen
6-1 dat moet je net om leggen
Het moet bes'ist 1 en 6 zijn.
En staat aan 't einde van 't refrein.
14-13-7-11-5-1-3 is een land
Waar ieder werkt van elke s and
En wie dat land eens heeft gekozen
Die gaat het schijnt wel steeds op rozen.
10-12-9 in een vrucht!
Wordt niet dadelijk beducht
Het is geen worm, het is geen steel
Maar 't moet toch ook niet door je keel.
Met 2-8-4 en overleg
Daar is voor velen een weg
Daarmee kan men steeds veel bereiken
Mist men 't geheel men moet bezwijken.
'k Weet niet of ik nu zal raken
Om van een 6 een drank te maken.
Tenminste d'eerste letter maar
Wat dat is, dat is me klaar.
Wat 4-8-9-10 wezen kan
In 't gebruik bij een timmerman
Ik zal eens kijken in m'n zaak es
t Bevat vermenigvuldigd haakjes.
Zijn vruchten niet 2-3 en 1
Dan zijn Ze net zoo hard als steen
Of anders zacht en vuilig bruin
En hooren op de mestfaaltkruin.
De meisjesnaam als 6-5-7
Wordt aan wat anders ook gegeven
Verkort natuurlijk voor 't gemak
Daar 'k het anders wel in 4en pak.
A. M. B. te Kamperland.
31e JAARGANG
VRIJDAG 4 DECEMBER 1925
No.
wegeunc* nieuwsblad VAM 4 dec 1925.»
10-8 en 16 saamgevat
Bevat een heerlijk smakend nat
Dat vroolijk maakt en opgewekt
tti veel gebruik ook goed gebekt
V -
Voor Jong en Oud
17. Dm volgenden morgei» mochten we in den
kelder spelen. We deden krijgertje over een
bed hooge berg van zakken aardappelen. Ik
was hem en ik Kep wat ik kon om een van
mijn broertjes of zusjes te pakken.
18. Plotseling riep Bibberstaarije„Knk eens, wat
een raar ding*. We kwamen naderbij en zagen
een glazen huisje met ijzerdraadjes. Het rook
heerlijk naar kaarsvet «Daar ga ik eens in",
zei Bibberstaartje. Maai Knagelijntje waar
schuwde«Pas toch op! Laten we bet eerst
aan moeder vragen0.
19. «Och wat", zei Bibberstaartje, „H is immers
bede maai niet gevaarlijk. Hier bovenaan is een
gaatje, waar ik gr makkelijk door kan." En ze
kroop er dan ook dóór en bet zich naar
beneden zakken.
20. Wij drukten allemaal onze neusjes tegen t
glas om te zien, hoe bet af zou loopen. «*t h
heerlijk hoor", riep Bibberstaartje. Ik zal wat
voor jullie meebrengen.