We ge ling s 71ieuws blad Bijblad van SNUFFELGRAAG EN KNAGELIJNTJE wegeling's nieuwsblad van 6 nov. 1925. VAN EEN LIEF MEISJE EN EEN MUZIKANTJE. Mary zat in de breede vensterbank, om te luisteren «aar elk geluid, dat ze boorde op den landweg. Ze ver wachtte namelijk visite, want haar moeder zou bezoek krijgen van een oude schoolvriendin met haar zoontje, een wonderkind, dat zoo prachtig piano speelde ondanks zijn tien jaren, dat hq optrad op concerten en zich nu ook zou doen hooren op het koninklijke lustslot, dat ■iet ver af lag van Mary's huis. Mary's vader was dokter en de goede man was zeer geliefd in den omtrek; vooral de patiënten van het zie kenhuis waren zeer met hem ingenomen, want ten allen ftqde was hij bereid te helpen en tdj maakte waarlijk geen onderscheid tusschen rijk en arm. Mary's rnoeder was ook een allerliefste vrouw, zoodat het geen wonder was, dat ons meisje geleerd had, kleine daden van liefde te bewijzen. Zij had nu geboord, dat het muzikale jon getje zou komen en was natuurlijk heel nieuwsgierig naar hem ze noemde hem altijd maar het „muzikantje ofschoon ze heel goed wist, dat het eigenlijk niet vleiend genoeg gezegd was; nr«r ze bedoeldé er toch vol strekt geen beleediging mee. Maar Mary wis een beetje verlegen, en dus toen ze Mevrouw Nouman met haar zoontje hoorde komen, bleef se kalm boven zittenen toch had ze expres haar witte jsrk aan ter eere van het bezoek. Nico was ook heel moois hij droeg een zijden fluweelen kraag, want hij zou dienzelfden avond immers nog spelen op het slot Nico had zich veel voorgesteld van zijn kleine vriendin en toen die maar hardnekkig boven bleef, kreeg ons ventje verlof, haar te gaan opzoeken op haar kamer. Nu, de knnismakïng was toen gauw geschied hij kwam met uitgestrekte hand op haar af en vond dadelijk, dat zil veel mooier was, dan al die booge heeren en dames, waar hij altijd voor spelen moest. Ik ben je hier maar komen opzoeken, sprak hq eenvoudig, omdat je moeder zei, dat je zeker anders nog zoo lang zou wegblijven. Zoo. Ben jij nou bet muzikantje? ja, zie je, ik ver langde wel erg je te zien, maar ik durfde eigenlijk niet beneden te komen, omdat ik maar een heel, heel ge woon meisje ben. O, ik zou liever bq jou willen blijven, dan op het slot te spelenzei hq vol gloed. Mary zuchtte. Neen, weet je waar je eens moest spelen, in het ziekenhuis, daar hooren ze zoo graag muziek. En nu zou vanavond de organist uit de groote kerk er een concert geven, maar die is ineens ziek geworden en nu gaat het niet door. Zij hadden er zich nogal zoo op verheugd, die stakkerds IDenk je niet, dat je daar nog eerst even zou kunnen spelen, voordat je naar bet slot ging? Hoever is het af Kunnen we er naar toe loopen vroeg Nico. Jawelzei Mary, met een erge klenr, want ze vond dit een schitterenden invaL We kunnen van de warande in den tuin komen en als we dat maar wat stilletjes doen, zal niemand ons hooren en ik kan heel goed den weg vinden in bet donker. We gaan dwars over het veld, zie je? Ze dacht inderhaast niet, dat ne maar een dun wit jurkje aan had en dat de Octoberavonden al heel koud kannen zijnZe nam Nico bq de hand en stil klauter den ze de warande uit en kwamen zoo in den tnin. Nu moeten we dwars over dat veld van boer Samson, dat mag wel, zie je als ik in het donker maar de opening in het hek kan vinden, waar we door moe ten kruipen en dan moeten we op het eind sen. smal vlondertje over. Maar je bent toch met bang O reen zq Nico, die altijd in groote steden had gewoond en voor wien dos een ongekend avontuur aar dig was, vooral in zulk prettig gezelschap. 7 «n ze het kek doorkropen, voelde nq wd, dat hq even bleef haken met zijnen kanten kraag, maar het scheen wel, dat de frissche avondlucht hem alles ook bed luchtig deed op nemen en dus volgde hij moedig zijn padzoekster, die hem nu de hand reikte om hem over het plankje te helpen. Ze leek net een fee in haar dun wit jurkje en in hare blonde krullen, die haar om het hoofd speelden. Hij leek wel een prins uit een of ander sprookje, met zijn goudkleurig pakje en zijn fijn verlakte schoentjes, die wel wat te veel hadden kennis gemaakt met modder en nattigheid. Wat ga je nu spelen vroeg Mary onderweg, want je hebt immers heelemaal geen muziek bij je O. dat is niets, zei N co, dan fantaseer ik maar wat Wat is dat? vroeg zijn vriendin. Och, dan speel je zoo maar wat er in je opkomt, zoo kan ik soms uren lang bezig zijn Nu waren ze er bijna en Mary trok aan de bel. Gaat het concert nog door vroeg ze aan de pleeg zuster, die open deed. Neen antwoordde die, een en al verbazing op het zien van de beide kinderen. De zieken zijn allemaal beneden in de groote zaal, want de Moeder zal spelen en dan zullen ze gezamelijk eenige liederen zingen. Maar hoe kom je zoo hier op dezen tijd, Mary en wie is die jongen, dien je bij je hebt Dat is Nico Babawitsch, die op het koninklijk slot zou gespeeld hebben, maar die nu veel liever hier wil komen. De Moeder was er intusschen ook bq gekomen en liet de kinderen gauw binnen in de groote zaal. Daar stond een prachtige vleugel, cn zonder verdere instruc ties af te wachten, zette ftico zich daarvoor en begon te fantaseeren, zóó schoon, zóó betooverend, dat het als hemelsche muziek klonk, zoodat de zieken geen spijt hadden van hun ruilAdemloos luisterde allen en toen de kleine artist na een uur opstond van de piano en iedereen nog te zeer onder den indruk 'was om het kind te bedanken voor dat heerlijke uur, ging een der pleegzusters nog met tranen in de oogen naar de tele foon en bedankte aan het koninklijk slot voor de bewezen vriendelijkheid: voor het genot, dat den zieken gegund was Men begreep daar niets van het geval, want nog steeds verwachtte men er het wonderkind voor dien avond. Mary was in staat alles te verklaren en, nu werd er ook gauw getelefoneerd naar het huis van den dokter, waar men zich al ernstig ongerust was gaan maken over beide kinderen, die dan nu ook onmiddeiijk met het rijtuig werden afgehaald. Een uur later was alles weer in orde en speelde Nico voor de koningin Hij deed het zeker mooi, maar tóch cl het genot daar in het koninkijk slot, gelijk stond met dat in het ziekenhuis, wie zal het uitmaken Nicolaas Babawitsch nam zich echter voor, elk jaar zqn jonge vriendin te komen opzoeken en dan meteen nog eens in het ziekenhuis te spelen, wat hem altijd veel meer voldoening gaf, dan op het deftigste concert OM NA TE TEEKENEN. 31e JAARGANG VRIJDAG 6 NOVEMBER 1925 N*. 4* Voor Jong en Oud 1 Mag ik me even voorstellen, kinderen Mijn naam is Snuffelgraag. Zoo ben ft genoemd, omdat ft zoo'n fijn neusje heb. En ook, omdat ik met dat neusje graag overal snuffel, waar wat lekkers te halen is. Daar zal jullie nog wel méér van hooren. Want ik ga jullie alles vertellen, wat ik van mijzelf en van mijn zusjes en broertjes weet En dat is al één van mijn zusjes. Die heeft een heel mooie naam. Ze heet Knagelijntje, moet jullie weten. Omdat ze overal haar fijne muizentandjes in zet Knagelijntje is precies zoo oud als ik en als de andere broertjes en zusjes, want we zijn allen op denzelfden dag geboren. Maar van haar houd ik het meest, omdat wij altijd goede kameraadjes jfazijn geweest en al heel wat samen beleefd hebben. B Ja, als ft daar nog fttn denk. Dat was hi een bed groote kelder onder éen viDs. Daar woonden vader en moeder in een hef, klein, muizenhuisje. Dat hadden ze gemaakt van stroo, dat de menschca om flesschen doen. Flesschen zijn van die rare gladde dingen, waar je met tegen op kunt klimmen. 4 We waren met ons tienen, zusjes en broertjes. En we hadden allemaal ergen honger. Dan ging moe der even weg en haalde ze een groote korst kaas voor ons. Daar mochten we ieder op ons beurt een oogenblik aan knagen. Net zoolang tot het korstje op was. 't Smaakte heerlijk, maar de honger ging er niet van over.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch Nieuwsblad/Wegeling’s Nieuwsblad | 1925 | | pagina 11