v A
•fix 1
tS-
R£BU
UiaaaéF
m
v e
VAN ALLES WAT.
Een transformatie teekening.
Begin met beide platen op dun carton te plakken en als alles goed droog
is, ze langs de buitenlijnen uit te knippen. De gedeelten „knip uit" en „knip"
snijdt ge zorgvuldig uit. Nu steekt ge van achter uit de vier lippen van plaat
2 door de vier openingen van de voorplaat Door nu de lip eerst omlaag te
schuiven, ziet ge een jongmensch met een allesbehalve snugger uitertijk.
Zoodra ge echter de lip omhoog schuift kijkt hij wat slimmer uit zijn oogen.
Een eigenaardige ruiter.
Plak de twee bovenste vakken op
dun carton. Vouw het bovenste
stuk om langsde stippellijn. Leg
nu een dun' touwtje op de helft
van het tweede stuk en plak het
omgebogen gedeelle op het tweede
stuk vast. Laat men het touwtje
nu tusschen de vingers ronddraaien,
dan zal men zien, dat de ruiter op
het haasje komt te ziften.
VROOLIJK HOEKJE.
Ook een antwoord. Onder
wijzer Goede werken zijn den
menschen heel bizonder aanbevolen.
Max, kun jij zeggen, wat goede
werken zijn
Leerling (zoon van een bankier)
Dat zijn electriciteitswerken, die
zeven percent geven en nog daar
boven.
REBUS III.
Oplossing Rebus no. II uit
het vorige nummer;
„Bedelaars tehuis.
REBU5
wEGEUNG!^!lB?RfSB^?T5!fn7Tf!Hrt®^^sii
VROOLIJK HOEKJE.
Collega's.
Landlooper tot motorrijder
Gegroet collega
Motorrijder Wat collega
Wat heb ik met jou te maken
Landlooper Nou, jij maakt
den weg toch ook onveiiig.
Sterk.
Iemand vroeg aan een Beïersch
soldaat: Hoe sterk is een
regiment
De Beier hield hem voor een
spion, gaf hem zulk een gewel
dige vuistslag, dat hij ter aarde
stortte, en zeide
Zie je, zóó sterk ben ik
alleen, nu kunt ge denken, hoe
sterk een geheel Beiersch regi
ment is.
Een stelletje voetbalenthousiasten.
Een teekenvoorbeeld.
De kleinere kinderen moeten hun
leien eens voor den dag halen, om
de hiernaast staande voorbeelden net
jes na te teekenen. Natuurlijk kunnen
zij het ook met potlood of kleurkrijt
op papier probeeren. Oom Theo.
V^schillende penteekeningen van
punten in Ned. steden.
(Oud Amsterdam).
Toren in Amsterdam.
De taalles.
Meester: Vandaag zullen we
zinnen maken met persoonlijke voor
naamwoorden ik, gij, hij, wij, zij. Als
bijvoorbeeld je vader zegtIk ga uit,
wat zegt dan je moeder
Sjef: Gij blijft thuis.
WEGELING'S NIEUWSBLAD VAN 17
Oom Theo.
c