1
BIJVOEGSEL
ng.
Zaterdag 19 Juli 1902.
r!
\NSE
rdag
amid-
vIoee-
ik ei
in
a
lontë
zul
Landbouw.
er reu
Gemengd Nieuws.
ftlerd
Uit het leven van een straatmuzikant,
ÏEIiiWi
VAX
8,
ndsch
i mee
en g<
Kilc
>01.
Men schrijft ons:
Door den Belgischen Minister van Land
bouw is voor eenigen tijd aan de verschil
lende commissies en landbouw-vereenigin-
gen een vragenlijst gezonden met het doel
het oordeel der landbouwers te leeren ken-
3 ged nen over den tegenwoordigen toestand van
den handel in landbouwproducten, over
de moeilijkheden, welke deze handel ont-
moet en over de middelen die tot verbete
ring van den hedendaagschen toestand
kunnen leiden.
De provinciale landbouwmaatschappij van
9 Oost-Vlaanderen heeft om aan dit verzoek
te voldoen, in hare algemeene vergadering
eene bijzondere commissie benoemd, aan
wie opgedragen werd na grondig onder
zoek en ernstige bespreking een verslag
SE t op te maken. Dit verslag is thans ver-
,n dei schenen. Daar de bewoners dezer streken
p zijn met België, doch vooral met Oost-\ laan-
daag\ deren het geheele jaar door een levendige
handel in landbouwproducten drijven, zoo
meenen wij de lezers van dit blad een
dienst te bewijzen door hen bekend te
>m ge maken met het oordeel van de commissie
ndsch' omtrent den invoer in eenige artikelen in
Nederland.
Vooreerst bespreekt zij natuurlijk den in-
ekern voer Van rundvee. De commissie vindt dat
het allernoodzakelijkst is, dat er verande
ring komt in het bestaande stelsel van in
voer van vee uit Nederland, waarbij het
vet vee begunstigd wordt boven het melk-
ertwa vee. Het vet vee betaalt namelijk alleen
de invoerrechten, terwijl voor de melk
koeien boven de douanerechten nog betaald
moeten wordende kosten van keuring, in
spuiting en van quarantaine, die op onge
veer 50 francs per koe wordt geschat.
Om het kweeken van gerst in België
te bevorderen, stelt de commissie voor een
invoerrecht te heffen op de gerst, evenals
dit tegenwoordig op de haver geschiedt en
tevens de rechten op het mout te verhoogen.
Wat de beetwortelen betreft, is zij voor
het behoud van den tegenwoordigen toe
stand, mits de teruggave der rechten aan
de Belgische landbouwers, die gronden in
Nederland bebouwen, van toepassing blijve.
Volgens het eenparig oordeel der commis
sie "moeten de bestaande rechten voor de
boter, de melk en de kaas behouden blij
ven en moet België zijn recht bewaren ze
desnoods te verhoogen. De vrije invoer van
groenten bedreigt volgens de commissie
ernstig de Belgische groententeelt, die
zich goed aan het ontwikkelen was en
die vroeger schoone winsten afwierp. Deze
teelt heeft dringend noodig beschermd te
worden, dus maar weer invoerrechten
Ook voor het vlas moet volgens de com
missie een invoerrecht geheven worden,
want zegt ze: ,,Ilet vlas uit Nederland en
Frankrijk, waar de teelt beschermd wordt
komt in België vrij binnen en doet eene
noodlottige mededinging aan onzen vlas
teelt."
Ook wenscht ze een invoerrecht op de
hop ter wille van Nederland, „dat ons hop
zendt van geringe hoedanigheid. De inge
voerde Hollandsche hop wordt door wei
nig nauwgezette handelaars verkocht als
Belgische en doet aldus de inlandsche Imp
geringschatten."
Men ziet dus, de commissie wil maar
alle mogelijke vreemde landbouwproducten
belasten" zeker niet tot voordeel van ons,
grensbewoners.
Men schrijft ons uit Koewacht:
Dezer dagen lazen wij, dat in het nabu
rige Zuiddorpe eenige Belgen weer jacht
maken op die onschuldige en tevens nut
tige dieren, welke den naam van kikvorsch
dragen.
Naar aanleiding van dit bericht willen
wij een en ander uit het leven van den
kikvorsch mededeelen om daardoor te doen
zien, dat deze diertjes eene betere behan
deling verdienen.
De kikvorsch is, evenals vele Nederlan
ders en Belgen, voor zijn nat en zijn droog,
waarom hij door de geleerden amphibie
genoemd wordt, hetgeen zooveel wil zeg
gen, als dat de kikker overal thuis is.
De kikvorsch is een heel aardig diertje,
dat nooit iemand ecnig leed deed, doch in
tegendeel door alle eeuwen heen de we
tenschap en den landbouw gewichtige
diensten heeft bewezen. Zoo is hij voor
vele jareu zoo welwillend geweest de ge
leerden tot de uitvinding van het galva-
nisme te brengen en tegenwoordig onder
gaat hij zonder kik of mik allo mogelijke
operaties alleen om de geneeskundigen van
dienst te zijn.
Ook aan den landbouw bewijst hij onbe
taalbare diensten. Zijn morgen-middag-en
avondmaal bestaat hoofdzakelijk uit wor
men, slakken en andere diertjes, welke
bij den boer met zwart krijt staan aange-
teekend. En toch is de kikvorsch ondanks
die goede eigenschappen bij de wet niet
onder de nuttige diersoorten opgenomen.
Wel hebben wij een vogelenwet, die al
lerprachtigst wordt uitgevoerd, maar een
kikvorschenwet bestaat er niet.
Dan draagt de Belgische Minister van
Landbouw den kikvorsch een beter hart
toe. Hij toch heeft het vangen en dooden
der kikkers streng verboden.
Menigeen zal zich vaak afgevraagd heb
ben, wat is toch de oorzaak, dat de mensch,
die steeds het nuttige op prijs weet te stel
len, den kikvorsch te vuur en te zwaard
vervolgt.
De kikkers hebben dikke- met vleesch
bezette dijbeenderen, welke voor de Fran-
sche magen eene bijzondere lekkernij schij
nen te zijn en dit is de oorzaak van den
vroegtijdigen en geweldadigen dood van
duizenden groengerokte springers, die an
ders wellicht omgeven door bloedverwan
ten en vrienden op hun eigen bed zouden
gestorven zijn.
Het vangen geschiedt met een schepnet,
korf of mand soms ook wel met de bloote
hand; maar op welke wijze de kikvorsch
ook zijne vrijheid kwijtraakt, het looptal-
tijd op den dood van het diertje uit. Zon
der vorm van proces wordt de arme kik
ker gedood en in stukken gesneden. Het
grootste deel zijns lichaam wordt wegge
worpen alleen de achterpooten worden
netjes schoongemaakt, bij 12 paren aan
dunne stokjes geregen en daarna tusschen
ijs in manden gepakt en per spoor naar
Frankrijk of Zwitserland gezonden.
Behalve de gastronomische mensch zijn
ook de ooievaars en palingen verzot op een
kikkerboutje en werken daartoe mede om
den kikvdrsch van de aarde te doen ver
dwijnen. Toch zal dit zoo gemakkelijk niet
gaan, daartoe neemt de kikvorsch zelf tij
dig zijne maatregelen.
te van den dag, als kinderen uit een
andere wereld, met hun gitzwart haar
en hun donkere oogen, flonkerend van
jeugd en Zuidelijken gloed,of ginds,
voorbij het Piazetta, aan den voet van
den leeuw van Venetië,die ranke
gondeltjes, van waaruit het bekoorlijk
mandolinenspel en de zilveren stem der
lieve zangeressen of der Italiaansche
knapen tusschen het gemurmel der a-
vondkoeltjes toeruischten over de blin
kende wateren en dan uit de
droomerige verte weer die wondere ge
bouwen, als tooverpaleizen drijvend op
de fantastieke wateren, waarover de
maan en de sterren hun goud en zil
ver sprenkelden dat alles was als
een sprookje uit een geestenwereld.
Ik zou er kolommen en kolommen
voor voldichten, om de poëzie van Ita
lië te bezingen.
Doch genoeg
Ik wandelde, zooals ik zei, over 't
Sint-Marcus-plein
Bergen en dalen ontmoeten elkaar
niet, doch menschen wel.
Dit bleek ook hier weer.
Ik wilde juist mij. hotel opzoeken,
toen ik tusschen de mierende menigte,
een mijner kennissen, een Amsterdamsch
journalist, tegen 't lijf liep.
«Kerel, kerel, jij ook hier?
Dat waren de eerste woorden waar
mee twee hollandsche collega's hun
verassing en blijdschap uitten hier in
den vreemde.
«Waar ga je naar toe
«Ik was juist van plan af te druipen,
zei ik, en wat jij?"
«Kom, kerel, op dit uur en in deze
stad? In Groot Mokem zou je 't niet
doen, wel?"
«Het is waar, je hebt gelijk, antwoord
de ik."
We liepen samen op, stapten druk
Onze belangstelling in den ouwen
straatmuzikant was opgewekt, en werd
nog levendiger toen we 'm een me
daillonnetje zagen voor den dag halen,
het heftig en hartstochtelijk aan z'n
lippen drukken en 'm hoorden knar
sen «Schande,
Ssssschande 1
Ssschande,
Slot volgt.
Een afschaffer. Te Veendam heeft
de heer F. G. Petersen, predikant bij de
Chr. Ger. gemeente aldaar, in de kerk
bekend gemaakt, dat hij voortaan niet
meer op begrafenissen zal komen waar
sterke drank geschonken wordt.
Een aardige geschiedenis van het
exercitieveld doet in Duitsche militaire
kringen de ronde. Een éénjarig vrijwilli
ger, een jongmensch van geld, had geen
eigenlijke o-beenen, maar wel veel aanleg
tot dat euvel. Hoeveel moeite hij ook deed
om kaarsrecht te staan, er bleef altijd een
klein boogje tusschen zijn knieën. Het
scherpe oog van den onderofficier merkte
dit mankement weldra op. Hij haalde een
markstuk uit zijn zak en drukte dit den
eenjarige tusschen de knieën, die hij tege
lijk met geweld tegen elkaar boog. „Nu
zal ik je wat zeggen, éénjarige" zeide
hij daarop met een boos gezicht „over
vijf minuten kom ik terug. Wee je gebeen
te als je het muntstuk dan niet meer
tnsschen je knieën hebt zitten
De rampzalige éénjarige gevoelde wel
dra dat hij deze positie geen minuut lang
kon uithouden. Hij overlegde spoedig hoe
hij aan het dreigende onweer ontsnappen
zou. Daar viel hem een gelukkig idee in
Toen de vijf minuten bijna om waren
D P JU- het markstuk was al lang op den grond
Op zekeren tijd van 'tjaar voelt de kik- I pratencj bet van wandelaars en wande- I gevallen bukte hij snel, raapte het geld
-*g-W| -:-u I faargters wemelend plein over, en zoch- 1 w "°k
ten vóór 't café, tusschen de zware ko
lommen, onder de eeuwenoude gewel
ven, een stoeltje.
Het was druk in 't café.
De kelners liepen af en aan, om de
gasten te ververschen en 't was een ge-
ons van menschen, een grooten bijen-
nde-
lijke
ij dit
heb
aden
aan-
toen
toen
hem
den
elaat
ïaam 'j
el ijk
mij
j*i-
ucht,
lg te
reeds
itand
t na-
elaat
zorg- jj
><»p.
taan- |j
iteld,
zijn
s een
i van
Twijl
baan.
id af-
Long-r
thma,
de en
enz. I
lacon.
BEE-
ALG. F
eeren
1ENS
IR te
enen-
Lams-
;T te
berg; j
t; M.
LIEK-
V DE
i. A.
DIX-
JSSE
j Spui
Koe-
pse te
vorseh iets in zich geboren worden, wat
wij menschen liefde noemen en daartoe
gedreven gaan de kikvorschen uit vrijen.
Onder langdurige omhelzingen zweren de
geliefden elkander eeuwige liefde en trouw;
maar alsof zij het van de menschen hadden
afgezien pas zijn de wittebroodsweken
voorbij of het mooie is er af en weldra la
ten zij elkaar links liggen.
Dat zelfzuchtig karakter van den kik
vorsch straalt zelfs door in de verhouding
van de ouders tot de kinderen. Dat eier-
leggen is eigenlijk het eenige, wat eene
moeder voor hare kinderen doet.
Het uitbroeien laat zij aan de lieve zon
over, die dan wel zoo goed is dit zaakje
voor hare rekening te nemen. En zijn de
kinderen eenmaal voorspoedig ter wereld
gekomen, dan is er geen vader of moeder
die hunne eerste schreden op het pad der
deugd leidt of hen waarschuwt voor de
listen en lagen, die aan een argeloozen
kikker in eén sloot gelegd kunnen wor
den.
De kleintjes, die er eerst zeer vreemd
uitzien, zwerven hulpeloos rond en dragen
om hun zonderlingen vorm den minder
weiluidenden naam van «dikkoppen
Langzamerhand, als ontfermde zich de na
tuur over die verlaten weezen, krijgen de
dikkoppen achter- en voorpooten en spoedig
hebben zij, wat een kikvorsch noodig heeft
om fatsoenlijk door de wereld te komen.
Dat zij daarvoor hunne ouders geen grein
tje dankbaarheid verschuldigd zijn, begrij
pen de kleinen ook goed; want geen één
is er, die er aan denkt een reis door poel
en plas te doen om de oude lui te gaan
opzoeken.
Ofschoon er dus geen familieband onder
de kikvorschen bestaat, leven zij toch heel
gezellig en prettig bij elkaar. Na de ge
wone dagtaak komen zij vriendschappelijk
bijeen en onder kout en zang wordt de
avond doorgebracht. Soms geven zij groote
concerten, waartoe de voornaamste zangers
en zangeressen onder de kikvorschen wor
den uitgenoodigd en deze concerten zou
den voorzeker minder eentonig zijn, als er
wat meer Addi Patti's onder waren doch
het zijn allemaal dillettanten.
tiddorp
DOOR
1*. X. lïrouns.
Ik was in Venetië, de goddelijke stad
van Italië, de Koningin der meren,
waarvan ik in mijn kinderjaren reeds
droomde, als ik over haar schoonheid
las.
Ik kon me niet begrijpen, dat die
droom mijner jeugd thans was vervuld,
en toch was het zoo.
We waren juist teruggekeerd van
een gondeltochtje naar 't eiland Lido,
dat daar ligt als een vlottend paradijs
op de zilveren meren.
't Was een prachtige Mei-avond, en
ik wandelde over het Piazza San Mar
co.
Alles om me heen scheen me een
hemelsch droom beeld.
Die sombere antieke paleizen, in hun
mysterieuze grootschheid, verrijzend in
't'gouden maanlicht... en daar ron
dom, in felle tegenstelling, die Itali
aansche schoonen, drentelend in hun
lichte toiletjes over 't plein, na de hit-
_orf gelijk.
Trouwens er waren veel vreemde
lingen in Venetië.
Het was er drukker in 't café dan
bij drukke gelegenheden bij „Kras" of
in „Mille Colonnes."
Onze gesprekken omvatten al aan
stonds een halve wereld, en we zaten
recht gezellig tusschen die opgewekte
Zuidelijke beweging, toen er een bejaar
de straat-artiest op 't tooneel verscheen,
die met begeleiding van guitaar-spel
een deuntje ten beste gaf, en daarop
een collecte hield onder de menigte.
Hier en daar rammelde een geldstuk
je in het koperen busje, als loon voor
het triestig en eentonig gezang van den
half versuften muzikant, die geen Ita
liaan leek, maar in zijn wezen het type
droeg van een echten Amsterdamschen
jood.
Nu, een jood is en blijft een jood, al
zwerft hij hier of ginds, en altijd en
overal draagt hij met zich het kenmerk
van zijn stam uit het verre Palaestina,
waar eeuwen geleden in de groote en
schitterende dagen van Israëls macht,
de wieg van zijn voorgeslacht heeft ge
schommeld in eigen rijk, aan eigen
li ciJircl
Van tafeltje tot tafeltje sloffe de
ouwe voort, en stak ook eindelijk ons
met z'n vettige, knokkelige hand, het
busje toe, om het loon voor z'n liedje.
Aan een der tafeltjes naast ons liet
een Italiaan zijn geldstukje in 't gleuf
je glijden, terwijl hij den zanger toe
voegde „Asjeblieft, ouwe jood, en zorg
dat je 't lichtje van den Sabbath niet
uitblaast."
Eenigzins verbijsterd keek de ouwe
op.
Dan kwam een valsche en pijnlijke
trek op zijn geel en gluiperig gezicht
en door z'n smerig baardje murmelde
iets als een vloek.
En zich tot ons wendend, schudde
hij zijn grijzen kop, terwijl zijn oogen
vochtig werden.
Zijn'oogen schenen medelijden af te
smeeken, maar tusschen z'n lippen
knarste andermaal iets als een vloek.
Wij begrepen niet, waarom den jood
bij dat woord zoo'n mengeling van
woede en droefheid tevens overviel
«Zorg dat je 't lichtje niet uitblaast
van den Sabbath," herhaalde hij met dof
fe stem, nog woedender en tevens nog
pijnlijker en triesDger voor zich uitsta
rend.
Bijna wezenloos stond hij daar, als
verlamd door een plotselinge beroerte,
die hem scheen getroffen te hebben, bij
't hooren van dat gezegde.
Wij wisten wel, dat een jood met
geen licht mag spelen op den Sabbath,
maar zou een straatzanger zóó fijn zijn,
dat hij, om een overtreding der wet
van dén Rabbi, zoo ontzettend veel be
rouw zou gevoelen
De Italiaan aan 't tafeltje naast ons,
nam intusschen geen notitie meer van
den armen kunstenaar, maar was weer
in een levendig en druk gesprek met
zijn gezellen.
stuk op, stak het in zijn zak en drukte
in de plaats ervan een vijfmarkstuk tus
schen zijne knieën.
De sergeant komt met een vervaarlijk
gezicht terug, maar op eens nemen zijne
trekken een lieflijke uitdrukking aan. Ge
noeglijk glimlachend haalt hij het vijl-
markstuk tusschen de knieschijven van
den slimmen éénjarige vandaan met de
goedige opmerking: „Komaan, éénjarige,
wat zit er een kracht in je botten, wat
heb je me dat stuk breed uitgedrukt."
- De Latijnsche beambten-beleedi-
ging. Voor een Parijschen rechter
verscheen dezer dagen een arme dui
vel, die wegens landlooperij en belee-
diging van een beambte aangeklaagd
was. Hij was gearresteerd, toen hij op
een der boulevards op een bank sla
pende werd gevonden. «Wij vroegen
hem," had een gestjenge politie-b'e-
ambte in zijn proces-verbaal geschre
ven, «waarom hij op die bank sliep;
hij antwoordde ons met beleedigingen
in de Latijnsche taal." «Kent gij dan
Latijn vroeg de rechter den aange
klaagde. «Ik ben candidaat in de phi-
lologie," antwoordde de arme stakker.
Bekent gij, dien beambte beleedigd te
hebben?" «Ik heb hem niet beleedigd.
Hij vroeg mij, waarom ik onder den
blooten hemel overnachtte. Ik ant
woordde hem of sprak veel meer tot
mij zelf: Felix qui potuit rerum cog-
noscere causas." (Gelukkig hij die de
oorzaken der dingen kan kennen, m.
a. w. «Ik wou dat ik het zelf wist.")
De rechter lachte: hij was humanist
en sprak den man vrij. Men verzekert
zelfs, dat hij den armen candidaat eene
kleine aanstelling verschaft moet heb
ben.
Een brutaal voorstel (als 't waar is)
werd dezer dagen aan Koning Eduard's
geneesheeren gedaan door een ondernemer
van cinematografen. Hij was zoowat van
dezelfde gestalte als de Koning, deed hij
opmerken; het zou hem niet verwonderen,
zoo hij dezelfde kwaal had
Welnu, wat lette de heeren hem juist
X) te opereeren als ze Z.M. gedaan hadden?
En wat zou 't hinderen als een photograaf
daarbij met zijn toestel tegenwoordig was?
Hij zou goed betalen. Bleek hij de opera
tie niet noodig te hebben, wel, dan moes'
ten de heeren maar «doen alsof'hij zou
er geen cent minder om betalen. Het is
zonderling, maar «de heeren" bedank
ten.
Men
Aan een groot gevaar ontsnapt
meldt uit Maastricht
De officier van justitie bij de rechtbank
alhhr, mr. Hanlo, is gisterenavond aan
een groot gevaar ontsnapt. Met zijne echt-
genoote en kinderen van de buitensocië
teit „Slavante" in een met één paard be
spannen rijtuig huiswaarts keerende
schrikte het paard nabij het zijkanaal voor
een paar fietsen, wierp den koetsier van
den bok en ging met het lemoen ervan
door. Gelukkig geraakte het rijtuig be
klemd tusschen twee telefoonpalen, zoo
dat het niet kon uitwijken en dus ook
niet in het kanaal kon geslingerd worden
Mr. Hanlo en zijn gezin kwam er dus
ongedeerd af. Minder goed ging het den
koetsier, die van den bok werd geworpen
en wien men onmiddellijk de genademid
delen der stervenden toediende. Geconsta
teerd werd een armbreuk.
Van een kip. De heer W. H. Halle
Six-Mille-Battom (Samoe), deelt in het
bekende Engelsche weekblad „Nature",
het volgende eigenaardige door hem waar
genomen feit mede: „Een onzer kippen
verdween den lsten Mei op eens spoorloos.
Daar wij wisten, dat zij legde, zochten
wij eenige dagen overal, maar vonden
haar niet. Totdat zij eindelijk werd ont
dekt broedend op hare eieren, die zij had
gelegd in het nest van een eekhoorntje
boven in een pijnboom, ongeveer 16 voet
boven den beganen grond. Gedurende de
nog overige 11 dagen van haar broeitijd
zag men de kip dagelijks eenmaal, van
tak op tak springend, van hare hooge
zitplaats naar beneden komen en weer
naar boven klauteren. Later kwam ze
maar om den anderen dag naar beneden.
Den 22sten Mei vond men de kip, met
zes levende en twee doode kuikentjes,
onder den boom; jammer genoeg was er
niemand bij tegenwoordig geweest, toen
zij naar beneden kwam. De kip was ech
ter niet te bewegen in een gewoon hoen
derhok haar intrek te nemen. Eindelijk
slaagde men er in haar, met hare kuikens
intrek te doen nemen in een ouden spoor
wagen, die in den omtrek van het hoen
derpark stond.
Een pijnboomboschje, waarin talrijke
eekhoorntjes hunne nesten hebben gebouwd
beschut het hoenderpark voor den Noor
denwind. Verscholen in dat boschje kon
men nu zien, hoe de kip het aanlegde, om
met hare kuikens van uit den spoorwagen
op den grond te komen.
Zij spreidde namelijk den staart uit
waarop hare zes kuikens plaats namen en
zoo klauterde zij naar beneden. Het valt
niet te betwijfelen of zij heeft op dezelfde
wijze hare kuikens van den 16 voet hoo-
gen boom naar beneden gebracht, waar
schijnlijk echter één voor één of per paar"
Ondenoijzers en fietsen. De raad der
gemeente Schoterland besloot aan het hulp
personeel bij het onderwijs de verplichting
op te leggen binnen een half uur afstand
te wonen van de school, waarin het werk
zaam is. Dit besluit is het gevolg van het
toenemen van het gebruik der fiets door
dit personeel, om in een ander dorp bij
familie of kennissen te wonen.
De betrokken onderwijzers hielden eene
vergadering om te bespreken, wat in de
zen te doen. Onder hen zijn ook gehuwd
onderwijzers, die bij uitvoering van hee
besluit zouden moeten verhuizen, en som
migen hunner bewon en nueen eigen huist
je.
Toch moest men erkennen geheel in
den geest der brochure, uitgegeven door
den Bond van Nederlandsche Onderwij
zersdat de bepaling is in het belang
van onderwijs, dat ook de gemeenteraad
oorop stelde.
De uitvoering zou echter voor menigen
in functie zijnde grooten last en kosten
veroorzaken, waarom besloten werd zich
te wenden tot Gedeputeerde Staten met
verzoek maatregelen te nemen om aan de
in functie zijnde onderwijzers en onder
wijzeressen ontheffing te verleenen.
Uitvinclersgeluk. Vele uitvindin
gen die een vermogen opgeleverd hebben,
schijnen hoogst onbelangrijk en vorderen
geeneilei vooratgaande studie en ook geen
groole uitgaven.
Zoo heeft voor ongeveer zeslig jaar le
Parijs een uitvinder meer dan 100,000
frcs verdiend, door uil een licht stuk pa
pier, dat door drie draden samenge
houden werd, een valscherm te vervaar
digen, dat buitengewoon succes had. Een
andere uitvinding zonder eenig praetiscl'
nut, die der rolschaatsen, heeft niet mi'
dan vijl millioen voor haar bezitter o
bracht Kerdey Kannedy, de uitvi
van het nestelbeslag, zou hiermede i
millioen verdiend hebben. De Ander
van de veilgheidsspelden, die klaa. blijke-
liik zijn model op een Pompejaansch
fresco tond en bel geniale idee had het
te palenieereti, verdiende hierdoor met
gemak ongeveer 60 millioen; ook de uit
vinder van de stalen ve< r verwierf zich
een reuzenvermogen. Het klinkt bijna or
geloofelijk dat iemand verscheidene jare
lang 250,000 frs inkomen kon hebben
doordat bij een met een springveer voor-
zienen bal fabriceerde en een ander bijna
6 millioen door stukken metaal, die aan
de hakken en de voorpunien van schoen
zolen bevestigd werden, om ze tegen slij
ten te vrijwaren.
Dierenmishandeling. Een af
schuwelijk feit van dierenmishandeling
heelt onlangs plaats gehad te Hoogeveen
bij een zending varkens, die, bestemd
voor Engeland, vervoerd werd naar Hoek
van Holland Er was bij de ^"vriend
van een ander ras, en om te jqjen
dat dit tijdens hel transport r pejn.
zou gaan vechten, werden henWjk toe>
trek de oogen uiigestokert.rvarjn,;
gesteld onderzoek toonde aan,
noemen.
?g hij-
was geschied: lo. omdat he,(1
meer kon zien; 5o. omdat
veel pijn" zou hebben om n.myne voe_
varkens te gaan. Ijou ze te
Eindelijk. Te 's Cravenhaleumd.
den trein uit Middelburg dorv hij nu,
wachters begeleid, binnengeK-tende, dat
die, na tot 4 jaar gevange
veroordeeld aan de hand'ntwoordde ik.
ters wist te ontsnappen'»^ vervolgd.
weken schuil te houd