No. 58. Zaterdag 12 Juli. Anno 1902. Vereenigingen. FEUILLETON. 20Wedergevonden. Brieven, stuk hen en aduertentiën te zenden aan den Redacteur-Administrateur van ,,ZELAI\IDIA" te Zuiddorpe. Een vriendelijk verzoek. Prijs per 3 maanden i franco per post 75 cent. Bij vooruitbetaling voor een geheel jaar bedraagt de abonnementsprijs slechts f2,50 voor Nederland en voor België frs. 6,50. Aan deze uitgave is verbonden een GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD tegen den prijs van 45 cent per 3 maanden, betaalbaar tegelijk met de abonnementsgelden. Deze courant verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond. Abonnementen worden aangenomen op post- en hulpkantoren. Advertentiën t van 1 tot 5 regels 50 cent, voor elke regel meer 10. Bijndriemaalfplaatsing van dezelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dienstaanbiedingen en aanvragen om dienstpersoneel ter grootte van hoogstens 8 regels worden bij vooruitbetaling geplaatst voor 40 cent per advertentie. Bij abonnement of herhaalde plaatsing belangrijke reductie. Inzending van advertentiën vóór 3 ure op den dag der uitgave. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Ter voorkoming van alle moei ten en vertraging, verzoeken wij vriendelijk maar dringend, alle stukken, artikelen, berichten, ad vertentiën, adresveranderingen, enz. voor ons blad steeds te rich ten aan den Redacteur-Adminis trateur, en alle opmerkingen of klachten enkel en uitsluitend de verzending der courant be treffende, aan den Drukker-Uit gever A. MOERDIJK. P. N. BROUNS, Redacteur-Administrateur. Wij beloofden aan 't slot van ons vorig artikel nog eens te zullen terug komen op het brochuurtje van pater Hebrans, S. J., getiteld „Een pleidooi voor vereeniging tegen vereenigingen." Wij bespraken de overtollige veree nigingen, die als paddestoelen uit den grond verrijzen. In de volgende prachtige bladzijden, die wij letterlijk citeeren, zegt de schrij ver ons iets, waarom en wanneer ver eenigingen wel noodzakelijk zijn. Er is, zegt hij, groote ontevredenheid onder alle standenArbeidsgever, hand- werkslui, boeren, beambten, alles is on tevreden. Nu wordt er geen koe bont genoemd, of er is een vlek aan. Zij be- Als men haar vraagt, of haar meester geen belang in de zaak stelt, verandert zij van kleur en praat er over heen. Hij lette nooit op zijne bedienden, liet zulke zorgen aan haar over, enz., maar is angstig, als er wordt voorgesteld hem te raadplegen. Denk u dan eens terug met de détectives in het huis van dien heer. Gij gaat de kamer van dat meisje binnen; wat is het eerste, dat u in het oog valt? Wel, dat die niet alleen eene der beste van het huis is, maar ook opvallend door de prettige, zoo niet ele gante inrichting. Meer dan dat, dat er dichtbundels en historische werken liggen, die aanduiden, dat de vrouw, die het be woonde, boven haar stand ontwikkeld was, een feit, dat de huishoudster wel moet erkennen. Gij merkt ook op, dat de zonderlinge veronderstelling, als zou zij door het venster zijn ontvoerd, blijkbaar gegrond is, ofschoon bet feit, dat zij ge heel tegen haar zin ging, niet zoo duide lijk blijkt. De huishoudster verzekert ech ter op eene wijze, die eene bijzondere ken nis van het karakter en de omstandighe den van het meisje doen veronderstellen, dat zij zonder dwang niet zou gegaan zijn een verklaring, die gesteund schijnt te worden door de gescheurde gordijnen en de bloedsporen op het dak van den klagen zich, vaak ten onrechte, maar lang niet altijd hebben zij ongelijk. Die verbitterde gemoederen zijn een dank baar veld voor de giftplant van het so cialisme. In dezer Catechismus staat geschreven: Yraag: Wie zijn de onder drukten Antw. Dat zijt gij arbeiders! Yr: wie kan u alleen helpen en bévrij den van het juk? Antw: wij, socialis ten. Vr.Hoe zullen wij dat doen Antw. Door het stichten van een staat, waarin geen heeren en knechts, geen rijken en geen armen, geen onderdruk kers en onderdrukten zijn. Mooie toekomst! En door die fraaiig heden misleid, loopen zij er in, zoove- len als er mopperend en scheldend door het leven gaan met donkeren blik, de woede in 't hart, de vuist gereed tot brutale daden. Daarom moeten er vereenigingen zijn. Om wat te doen? 1° Om een arbeider te steunen in zijn rechtmatige vorde ringen. 2° Om hem klaar en duidelijk te zeggen, waar de verbetering van daan moet Koiucn, m iiciu up uien weg- wr brengen, waar hij die vinden kan. Wij moeten eerst beter worden, en dan zal alles beter gaan. Dat heeft de Paus heel klaar gezegd „het heel middel voor elke kwaal, is de terug keer tot Christus in't huiselijk en open baar leven." Ik heb daarboven beweerd, dat velen vaak ten onrechte klagen. Dat zet ik dan ook den beste, om niet woest te morren, als men zich eerst stelselmatig heeft trachten wijs te maken, dat men een prins van den bloede is, en in wer kelijkheid in zich zeiven niets anders kan zien, dan een gewoon sterveling, met genoeg om te leven en meer niets. Waarom zich dat wijsgemaakt Nu ja, omdat men een lekker leventje wil hebbenin de fraaie taal van socialis- nieuwen vleugel. Nog een paar feiten zijn aran 't licht gekomen. Vooreerst is er een pennemes gevonden op het grasperk der achterplaats, waaruit blijkt met welk werktuig de wonde werd toegebracht, waarop de bloedsporen wijzen. Het was een mesje met een paarlemoeren heft, dat behoorde in den schrijflessenaar, die open op hare tafel werd gevonden, en het bro ze, sierlijke ding bewees onbetwistbaar ze ker, dat het door het meisje zelf was ge bruikt en dat tegen vijanden, want geen man zal waarschijnlijk zulk een klein wapen gebruiken, noch om aan te vallen, noch om zich te verdedigen. Dat deze vij anden twee in getal waren en beide man nen, wordt verzekerd door juffrouw Da niels, die hunne stemmen dien nacht hoorde. Meneer Blake, feiten als deze wekken nieuwsgierigheid op, vooral als de heer des huizes, wanneer hij te voorschijn komt, in gebreke blijft eenige mensche- lijke belangstelling te toonen, terwijl zijne huishoudster in elk onwillekeurig gebaar en uitdrukking haar angst of wel vrees voor zijne tegenwoordigheid en ver lichting bij zijn vertrek verraadt. »Ja," riep hij uit zonder te letten op den plotselingen blik, dien de heer Blake op hem wierp, »en nieuwsgierig heid leidt tot onderzoek bracht meer fei ten aan het licht, zooals deze, dat de ge heimzinnige heer des huizes in zijn tuin was op het uur, dat het meisje verdween, ja zelfs door de traliën der poort keek, toen zij, blijkbaar uit de handen harer aanvallers ontsnapt, terugkwam met het tische redevoeringen noemt men dat: lotsverbetering, arbeidersrechten. Ja, ja, als geen geloof en geen godsdienst meer leeren, dat de mensch niet voor zijn plezier op de wereld is, zal er maar één doel meer zijn 't goed hebben. Maar de standen zitten in den wegjuist, en daarom weg er meê, opgeruimd naar de rommelkamer met de standen Dat is eene der grootste drogredenen van 't socialisme. Ze willen de armoe de uit de wereld hebben. Dit alleen is genoeg om hen en hun systeem te ver- oordeelen. Wilt ge weten waarom Ga kijken in 't huis van Nazareth! Dit Kind, de Godmensch, heeft zijn moeder en pleeg vader zelf gekozen. Hij zond een engel tot de uitverkoreneen die was niet Augustus' dochter Julia, en geen doch ter van den hoogepriester, geen vrouw van een geleerde, maar de verloofde van een timmerman. En ga nu eens kijken over de we reld? De duizenden kerken en kapellen, gesnent aer moeaer-uuus ier eere, wie hebben zij tot Patrones Eene arbei dersvrouw. Als ik Kevelaar en Gourdes genoemd heb, dan heb ik een heele wereld van gedachten en gevoelens uitgesproken. Wie geldt die onafzienbare rei pelgrims, wie gelden die lofliederen en gebeden dezer honderdduizenden Eene arbei dersvrouw. Uw vader hebt gij niet gekozen, mijn brave werkman. Als gij 't hadt kun nen doen, ik weet niet of uw keus op zijn stand gevallen ware. Hij, die 't wel kon, en die zelf zijn pleegvader geko zen heeft, Hij heeft hem genomen uit uw stand, Hij heeft hem gehaald ach ter de schaafbank. En wat koningen en aartsvaders begeerd hebben te zien, is hun geweigerd en gegund aan den ar- duidelijke verlangen het huis weer binnen te gaan, maar hem ziende, eene onrede lijk groote vrees verried en terugvluchtte in de armen derzelfde mannen, aan wie zij beproefd had te ontkomen. Zeidet gij iets, meneer?" vroeg Gryce, plotseling op houdend met een sluwen blik naar de tee- nen zijner linker laars. De heer Blake schudde het hoofd. »Neen," zeide hij kortaf, »ga voort Maar die laatste opmerking van Gryce had blijkbaar indruk gemaakt. »Het onderzoek openbaarde nog een paar andere belangrijke feiten. Vooreerst, dat deze heer, hoe berechtigd hij ook was in gezelschap van dames te schitteren, zich daar nooit vertoonde, maar in plaats daar van zijn ledigen tijd gebruikte met door de gemeene buurten der stad te wandelen, waar men hem meer dan eens met zeke re arme meisjes heeft zien praten op de hoeken der straten en in sloppen. Het laatste meisje, waarmede hij sprak, dat volgens de beschrijving hetzelfde schijnt te zijn, dat uit dit huis is ontvoerd «Wacht even," zeide de heer Blake met eenig gezag in zijn toon, «daarin vergist gij udat is onmogelijk «Zoo, en waarom?" «Het meisje, waarop gij zinspeelt, had glanzend blond haar, iets, dat de vrouw, die in mijn huis woonde, niet bezat." «Waarlijk. Ik dacht, dat gij nooit ge let hadt op de vrouw, die voor u naaide, meneer wist gij, hoe zij er uitzag?" «Het zou mij opgevallen zijn, indien zij zulk haar had gehad als het meisje, waar van gij spreekt." beider. Meer nog: deze eenvoudige tim merman heeft zijn pleegkind, den Heer der heerscharen, op de armen gedragen, de kleine handjes in zijne vereelte han den mogen leggen en drukken aan zijn borst. Nog hoogere eere heeft Joseph ge noten: zijn Schepper en Heer is zijn leerling geworden die den ontzaglijken wereldbollen hun loop heeft gewezen, luistert naar de bevelen van den hand werksman Joseph. Deze timmerman is de schutsheilige der gansche* Kerk. Mijn vriend, gij zijt arbeider: en dat te zijn valt u zwaar. Daar is misschien wel afgunst in uw oog, zich richtend op de gunstelingen van 't geluk. Geve God, dat 't geen haat zij. Maar denk eens na. De jonge man in 't huis van Nazareth, Hij is de lang verwachte der volkeren, de Messias, die de wereld zal omkeeren en alles recht maken wat eeuwenlang vergroeid was. Hij is God, met 't kleed der menschelijke natuur omhangen. Wat zou Hij voor een stand kiezen Gelukkig die stand waarin Hij zen w men ie ven. maar ue Koningen üel aarde zullen die eer niet hebben, en de rijken ook niet, en de geleerden even min: Hij, de koning der eeuwen, die alles gemaakt heeft, wat er bestaat, de Alwetende, Hij kiest den werkmans stand; Hij zal bekend worden als »de zoon des timmermans." En zijn woning en zijn kleeren en zijn eten waren als 't uwezijn handen vereelt en zijn ge zicht bruin gebrand gelijk 't uwe. En daarom kunt gij, werkman, met alle recht tot Hem zeggen «Meester, uw leven was 't mijne, uwe eer de mijne, uw stand was de mijne." En gij zoudt niet tevreden zijn? Ga naar de kerk, kniel voor 't tabernakeldaar is Hij, volgens den schijn nog minder dan Hij vroeger was; al zijn uw kleeren gelapt en versteld, dat hindert niet: Hij ziet Gryce glimlachte en opende zijne por tefeuille. «Hier is een strengetje van heur haar, meneer," zeide hij, nam er eene dunne streng glanzig haar uit en liet die aan den heer voor hem zien. «Glanzig, ziet gij, en blond evenals dat van het ongelukki ge schepsel, waarmee gij onlangs spraakt." De heer Blake boog zich voorover en lichtte de streng met eene zichtbaar be vende hand op. «Hoe hebt gij dit gekre gen?" vroeg hij eindelijk, ze met plotse linge drift aan zijne borst drukkend. «Uit den kam, dien dat meisje den vo- rigen avond gebruikt heeft." De heerschzuchtige man wierp ze haas tig weg. »Wij verkwisten onzen tijd," zeide hij, Gryce vast aanziende. «Al wat gij gezegd hebt, verklaart uwe tegenwoordigheid hier nog niet, evenmin den toon, dien gij gebruikt hebt, terwijl gij tot mij spraakt. Wat houdt gij nog achter? Ik ben geen man om mee te spotten." Gryce stond op. «Gij hebt gelijk," zei de hij en wierp een vluchtigen blik in de richting, waar ik stond. «Al wat ik ge zegd heb, zou mij misschien niet recht vaardigen hier binnen te dringen, indien hij zag mij weer aan. «Wenscht gij, dat ik voortga?" vroeg hij. De blik van den heer Blake werd nog strakker. «Ik zie geene reden, waarom gij niet alles zoudt zeggen," zeide hij; «een goed verhaal verliest niets door dat men het uit vertelt. Gij wilt iets zeggen omtrent mijn tocht naar het huis der Schoenmakers, veronderstel ik?" u gaarne. Daar kunt ge spreken en zeg gen: Heer, gij zijt dubbel mijn broe der, naar den stand en de genade. Och, kijk toch niet afgunstig naar die mooie kleeren, naar die statie-rij tuigen, naar de prachtige wagens eer ste en tweede klasloop niet nijdig voorbij al die schouwburgen en weel derige huizen. Denkt ge dat die standen bij Hem iets voor hebben! Neen toch. Hier op de wereld, ach ja, waar alles wat blinkt, voor goud geldt, maar bij God? In 't geheel niet. Wie worden later bij voorkeur met wonderen als overladen De armen, de eenvoudigen. Wie worden gekozen tot gezellen van den Messias? Menschen uit uw stand. Op de steenrots is zijne Kerk gebouwd. Die steenrots is Een arbeider. Nu nogWaar haalt God vaak zijne flinkste priesters en missionarissen P Uit uw stand, den stand des arbeiders en van den boer. En daar moogt ge fier op wezen. Waarlijk, dat zijn hooge en verhevene volks te planten, dat ze vrucht dragen, daartoe moeten we vereenigingen heb ben. Dkkr behooren arbeider en patroon, arme en vermogende, priester en volk elkaar te ontmoeten. Buitenlandsch Overzicht. ENGELAND. De Kroning. Op verlangen van den Koning zal de plechtigheid der kroning onvoorziene gebeurlijkheden voorbehouden plaats vinden in de week van 11 Augustus a. s. Lord Kitchener zal de festiviteit dus kunnen bijwonen en alzoo de plech tigheid dan voor de tweede maal vieren. Want aan boord van het stoomschip dat hem en zijne onderbevelhebbers uit Zuid- Afrika terugbrengt naar het moederland, Gryce schudde ernstig het hoofd. «Wat, kunt gij zulk een geheim zonder een woord laten voorbijgaan?" «Ik ben hier niet om over geheimen te spreken, die geene betrekking hebben op het naaistertje, in wier zaak ik belang stel." «Dan," zeide de heer Blake, zich voor de eerste maal tot Gryce wendend met de waardige, indrukwekkende houding, waar voor hij bekend was, «is het niet langer noodzakelijk voor ons dit onderhoud te verlengen. Ik heb u toegestaan, ja aange moedigd ronduit te zeggen, wat het was, dat gij tegen mij hadt of u verbeeldet te gen mij te hebben, daar ik wist, dat mij ne handelingen in den laatsten tijd, be oordeeld door hen, die er niet den sleutel toe bezitten, eenigszins vreemd moeten schijnen. Maar indien gij zegt, dat gij geen belang hebt bij een geheim, dat niet in 'verband staat tot het meisje, dat de laatste maanden in mijn huis heeft gewoond, kan ik u niet zekerheid mededeelen, dat het tijd is, dat wij dit onvruchtbaar gesprek afbreken, daar niets, wat ik in den laat sten tijd hier of elders heb gedaan, gezegd of gedacht, zelfs in de verte eenige be trekking had op die vrouw, die eene vreem de voor mij is geweest, toen zij in mijn huis was en die ik geheel vergeten heb na haar onverklaar vertrek van hier." Gryce's hand, die naar de tot nu toe onaangeroerde karaf voor hem was uitge strekt, viel plotseling neer. Wordt vervolgd. ZELANDIA ii' ai

Krantenbank Zeeland

Zelandia | 1902 | | pagina 1