No. 54.
Zaterdag 28 Juni 1902.
le Jaargang.
FEUILLETON.
Wederge vonden.
Brieuen, stukhen en advertentiën te zenden aan den Redacteur-Administrateur uan ZELANDIA" te
Gemoedelijke praatjes.
Deze courant verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond.
Abonnementen worden aangenomen op post- en hulpkantoren.
Inzending van advertentiën vóór 3 ure op den dag der uitgave.
Bij dit nummer behoort
een Bijvoegsel.
Daar wordt in onze dagen heel wat
geijverd en gewerkt tot oplossing van
het maatschappelijk vraagstuk.
Dring maar door in welken stand
onzer samenleving, neem den fabrieks
arbeider of den suikerbakker, den poli
tieagent of de winkeljuffrouw, den koet
sier of het dienstmeisje, allen rot
ten zich samen en streven naar lotsver
betering, naar wegruiming van dingen,
die het leven minder gezellig maken,
in één woord naar de oplossing van het
groot maatschappelijk vraagstuk.
Er is geen vak, hoe gek men het
ook prakkezeert, of er bestaat een ver
een iging. van vakgenooten, die in druk
ke vergaderingen veel redeneeren, veel
moties aannemen zus en veel moties
zoo, en dat alles en alles heeft tot doel,
de eeuwig oude en eeuwig nieuwe clou
van het samenleven der schepselen, die
men van oudsher menschen noemt, en
die van den Schepper hebben ontvan
gen den ordenenden geest, de ziel, die
redeneeren kan en denken, die met
overleg en met berekening kan streven
naar de bereiking van een of ander doel.
Maar de mensch is van overoude tij
den af een vreeselijk rare schutter ge
weest.
En dat kan ook niet anders. Immers
waar we zóó'n tegenstrijdige bestand-
deelen zien samengevoegd, als b.v. zijn
de menschelijke geest en de dierlijke
natuur, daar moeten we ongetwijfeld
te staan komen voor een wezen, dat
aanhoudend in tweestrijd is met zich
zelf op de eerste plaats, en daarenboven
strijd voert tegen zijn in vorm en be
staan gelijken in dit leven, omdat allen
en elk op zich zelf begaafd en bedeeld
is met eigenschappen, die lijnrecht in
strijd zijn met de eigenschappen en ziele
tochten van degeendie naast hem ademt
en leeft.
Wanneer we dus den basis nagaan
waarop de maatschappij is gegrondvest,
krijgen we al nummer een strijd
De eerste grondvorm van de samen
leving is het individu natuurlijk, de
mensch.
Meerdere van die rare schutters, zoo
als wij ze noemden, samen, vormen de
samenleving.
En wanneer nu de enkeling reeds,
het individu op zich zelf, het in de
meeste omstandigheden met zich zelf
niet eens is en niet eens kan worden
hoe wil het dan mogelijk zijn dat meer
deren van die individuën het onderling
wél eens zijn of eens worden in alles
en alles.
Dat is te gek om erover te denken,
nietwaar
In 't allereerste begin van het leven
hier op de wereld, heeft het nog een
beetje gegaan.
Toen was natuurlijk de aarde een pa
radijs, waar rozen groeiden zonder door
nen. Dat kon alweer niet anders, want
zoo zou het nóg wezen, als alle men
schen waren zooals toen.
Adam was een uitnemende baas in z'n
goeie dagenen Eva, ja, we we
ten hoe er tegenwoordig over onzegroot-
moe in straatliedjes zelfs wordt ge
zongen
Eva, die goeie bloed,
Vond alles, alles goed!
Welnu die twee ontmoetten elkaar
op een gegeven oogenblik in dat para
dijs, en ze knoopten een aangename
kennismaking aan.
In de wittebroodsweken zwommen
beiden in zaligheid.
Maar die weelde duurde, ook in Adams
tijd, al niet lang. Het geluk was ook
in die dagen al gelijk aan den vogel,
die zit op ons dak, en toen Eva haar
pootjes niet kon afhouden van.de ver
boden vrucht, toen was 't heelemaal
mis.
Ze waren al niet tevreden met hun
lot, want ze wilden Gpde zelf gelijk
zijn.
Ik geloof, dat we die geschiedenis
van den appel hier niet zullen hoeven
te herhalen, want op moeders schoot
luisterden we er al met open mondje
naar.
En wat we op moeders schoot hoor
den, vergeten we toch niet, nietwaar?
Wij weten wat het gevolg is geweest
van dien smakelijken appel.
Er volgde al spoedig de een ramp op
de ander.
Het geluk was uit Adams gezin ver
dwenen. Het was de vogel, die van
't dak was weggevlogen.
In zijn kinderen was hij er nog slech
ter aan toe, want zijn zoontjes sloegen
elkaar al morsdood.
De brave Abel moest de wereld uit,
omdat de booze Kaïn hem niet kon
luchten of zien.
De boosheid won dus al spoedig den
strijd hier beneden, en zoo kregen we
op de wereld de tegenstrijdigste din
gen, een mengelwerk van goed en
kwaad, die hoe langer hoe meer van
beide zijden grootere en grootere en
eindelijk reusachtige afmetingen gingen
aannemfen.
En dat zijn nóg de elementen, waar
uit de maatschappij is samengesteld en
dat ook zijn de elementen, die de soci
ale kwestie in het leven hebben geroe
pen, aan wier oplossing wij tegenwoor-
dig zoovele krachten bezig zien.
Men zegt, dat de sociale kwestie
zeer moeielijk is.
Och, laat u niets wijs maken.
De oplossing der sociale kwestie is
met één woord geschied, maar om dat
ééne woord in vervulling te doen gaan,
ziet u, daar zit 'm juist de ware
Jacob, en daartoe zal méér noodig zijn,
dan wij menschen misschien ooit zul
len kunnen bij elkaar halen.
Er is Eén gekomen, die ons, arme
dwalers, den weg heeft gewezen in de
duisternissen, en die Eén was Christus.
In Zijn leer, in den grondslag zelfs,
waarop Zijn Goddelijke theorïeen zijn
opgebouwd, ligt geheel de oplossing van
alle sociale kwesties.
Maar hoeveel menschen zijn er waar
lijk Christen in onzen tijd P
Wij zullen daar eens verder ovep
praten bij gelegenheid, en nog over
meer andere dingen.
Ik moet thans naar Engeland, want
de Koning zendt me daar precies een
telegraphische uitnoodiging om de fees
ten te komen bijwonen. U moet we
ten, dat Eduard een ouwe vriend van
me is.
Hij zelf is echter ziek op 't oogen
blik, en we zullen dus de feesten nog
wel wat moeten uitstellen.
Tot ziens dus
Jantje van Sas.
Buitenlandsch Overzicht.
ZELANDIA
Prijs per 3 maanden t
franco per post 75 cent. Bij vooruitbetaling voor een geheel jaar bedraagt de abonnementsprijs
slechts f2,50 voor Nederland en voor België frs. 6,50.
Aan deze uitgave is verbonden een GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD tegen den
prijs van 45 cent per 3 maanden, betaalbaar tegelijk met de abonnementsgelden.
Advertentlëi»
van 1 tot 5 regels 50 cent, voor elke regel meer 10.
Bij£driemaal, plaatsing van dezelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dienstaanbiedingen en aanvragen om dienstpersoneel ter grootte van hoogstens 8 regels worden
bij vooruitbetaling geplaatst voor 40 cent per advertentie.
Bij abonnement of herhaalde plaatsing belangrijke reductie.
ES£ïst~!ÈaaegEss*'7s«csf 'oasés*
16.)
Het meisje knikte. »Kent gij haar?"
fluisterde zij.
»Neen," zeide ik, »dat wel niet; maar
ik geloof, dat ik wel kan zeggen, wie zij
is. En zij heeft dus vandaag een bezoek
gebracht aan juffrouw Daniels, nietwaar?"
»Ja, maar ik geloof, dat zij wist, dat
meneer thuis zou zijn, eer zij wegging."
«Komaan," zeide ik, «vertel me eralies
van; ik word ongeduldig"
«En ben ik niet bezig het u te vertel
len? zeide zij.
«Het was ongeveer tegen drie uur in
den namiddag, de tijd, dat ik naar boven
ga om mij te kleeden, ik liep dus een
beetje in de gang heen en weer naast de
deur van het salon, en hoorde haar bab
belen met juffrouw Daniels, alsof dat eene
oude vriendin van haar was, en juffrouw
Daniels antwoordde haar tamelijk stijf en
alsof zij in 't geheel niet blij was haar te
zien.
Maar de dame scheen zich daar niet aan
te storen, maar ging door met erg lief te
praten, en toen zij de kamer uitkwamen,
keek zij de oude juffrouw aan, alsof zij
haar als eene zuster lief had en zeide, dat
zij wel wist, hoe druk zij het had, maar
dat het haar zooveel genoegen zou doen,
als zij eens bij haar wilde komen om over
oude tijden te praten. Maar juffrouw Da-
niels vond het niets prettig en toonde dui
delijk genoeg, dat zij niet van de dame
hield, welke fijne manieren zij ook had.
Zij wilde haar juist antwoorden, toen
de voordeur openging en meneer Blake,
met zijn valies in de hand, het huis bin
nenkwam. Of hij ook schrikte, toen hij
haar zag, ofschoon hij beproefde iets be
leefds te zeggen, waaraan zij zich niet
scheen te storen, want na iets gemompeld
te hebben, dat zij hem niet had verwacht
te zien, legde zij hare hand op de deur
knop en wilde weggaan. Maar hij hield
haar tegen, en zij gingen samen het sa
lon weer binnen, terwijl juffrouw Daniels
hen, stijf als een paal, stond na te staren
als eene krankzinnige, met valies en
parapluie in de uitgestrekte hand.
Zij bleef echter niet lang zoo staan, maar
vloog de gang door, alsof de duivel haar
op de hielen zat.
Ik was zeer ontsteld, want, ofschoon ik
achter den muur verborgen was, die daar
bij de achtertrap vooruitsteekt was ik
bang, dat zij mij zou zien en voor meneer
Blake beschaamd maken. Maar zij ging
regelrecht voorbij, zonder op te zien.
«Daar is iets vreeselijk geheimzinnigs
in," dacht ik, en ik besloot te blijven,
waar ik was, tot meneer Blake en de
dame weer uit het salon kwamen. Ik be
hoefde niet lang te wachten. Na eenige
minuten ging de deur open en zij kwa
men er uit, hij voorop en zij achterna.
Ik vond dat raar, hij is altijd zoo vree
selijk beleefd in zijne manieren, maar ik
vond het nog veel vreemder, toen ik hem
de voortrap zag opgaan en zij achter hem
aan, met een gezicht, ik kan u niet zeg-*
gen hoe, maar akelig ontdaan en angstig
zag zij er uit.
Zij gingen de kamer binnen, die hij zij
ne studeerkamer noemt, en ofschoon ik
wist, dat het mij mijne betrekking kon
kosten, als ik betrapt werd, kon ik niet
nalaten hen te volgen en aan het sleutel
gat te luisteren."
«En wat hebt gij gehoord?" vroeg ik,
want zij hield op om adem te scheppen.
«Wel, het eerste, wat ik hoorde, was
een uitroep van genoegen van haar, en de
woorden «Hebt gij dat altijd voor u
Dan kunt gij niet zulk een afkeer van mij
hebben, als gij beweert." Ik weet niet,
wat zij of hij bedoelden, maar hij liep de
kamer door, en nu hoordé ik haar gillen
alsof zij zich bezeerd had of zeer onaange
naam verrast was; cn hij praatte steeds
door, en ik kon geen woord verstaan, hij
sprak zoo zacht; en langzamerhand snik
te zij een beetje, ik werd bang en zou
weggeloopen zijn, toen ik haar hoorde gil
len «O, zeg niets meer; te denken, dat
er misdaad zou komen in onze familie, de
trotschte in het land
Hoe kondt gij dat doen, Holman, hoe-
kondt gij dat doen?" Ja," ging het meis
je voort, in hare opgewondenheid zoo rood
wordend als de linten van hare muts, «dat
waren de woorden, die zij gebruikte «Te
denken, dat er misdaad zou komen in on
ze.familie, de trotschte in het land!" En
zij noemde hem bij den voornaam en vroeg,
hoe hij dat doen kon."
«En wat zeide de heer Blake vroeg
ik, zelf een beetje ontsteld over dit resul-
ZU1D-AFRIKA.
Sic traiiseimt.
Een voor een gaan ze weg, de nobele
figuren uit den grooten strijd van Trans
vaal.
Neerlandia, het orgaan van het Alge
meen Nederlandsch Verbond zegt, dat de
toestand van president Steijn zoo is, dat
taat van mijne bemoeiingen met Fanny.
«O, ik heb er niet op gewacht dat te
hooren. Ik heb nergens op gewacht. Als
de menschen over zulke dingen gaan pra
ten, dacht ik, was het overal elders beter
voor mij dan te staan aan het sleutelgat.
Ik ging regelrecht naar boven."
«En aan wien hebt gij verteld, wat gij
in de verloopen zes uur gehoord hebt?
«Aan niemand; hoe kunt gij zoo laag
van mij denken, terwijl ik beloofde, dat
Het is niet noodig verder over dit on
derwerp te spreken.
De gravin de Mirac bezat in hooge ma
te de voorliefde der tegenwoordige voor
name dames voor oudheden. Zooveel had
ik vernomen door mijn onderzoek omtrent
haar. Daar ik mij dit herinnerde, nam ik
het stoute besluit van deze zwakheid van
haar gebruik te maken om toegang te
verkrijgen tot hare tegenwoordigheid, daar
zij de eenige was, die het zonderlinge ge
heim van den heer Blake kende.
Ik leende een kostbaren, ouden schotel
van een mijner vrienden, die toen zaken
dreef en meldde mij den volgenden dag
reeds in hare woning aan.
Na tot de nette negerin, die mij open
deed, een dringend verzoek te hebben ge
richt om Mevrouw te spreken, wachtte ik
in onzekerheid op haar antwoord.
Het kwam zeer spoedig; Mevrouw was
ziek en kon niemand zien. Ik liet mij
echter niet door eene enkele weigering
uit het veld slaan, maar overhandigde het
mandje, dat ik droeg, aan het meisje en
haalde haar over het mee naar binnen te
nemen en hare meesteres te laten zien,
men op geen herstel meer hopen mag.
Nu dit eenmaal openlijk gezegd is, heeft
het geen nut langer te verzwijgen wat
ons reeds eenigen tijd bekend wag: de toe
stand van den edelen president van den
Oranje Vrijstaat is zeer zorgelijk.
Vermoedelijk is het het gevolg van den
val, maar in elk geval lijdt Steijn nu aan
een ziekte, die misschien nog lang duren
kan, maar die men durft er niet meer
aan twijfelen slechts een noodlottig ein
de kan hebben.
Bennet Burleigh schreef den len aan de
Daily Telegraph, dat president Steijn den
29en Mei uit Vereeniging naar het hos
pitaal te Krugersdorp vertrok.
Tevens was hij naar Bloemfontein gegaan
om zijn vrouw op te zoeken, die daar, mee-
nen wij, ook ziek lag.
Dr. van der Merwe vergezelt den pre
sident naar Krugersdorp cn verzorgt hem
daar.
Zijn genezing is zeer twijfelachtig zegt
B. B.
ITALIË.
Merk"\vaar«lig;e voudat.
In de ruïnes van het oude Forum Ro-
manum is bij den tempel van Faustina
naast een graftombe voor urne het eerste
gewone graf van het oude Romeinsche
kerkhof gevonden.
In het graf zijn de overblijfselen van
het geraamte van een Romein uit den tijd
van Romulus aangetroffen, welke vondst
gelegenheid geeft tot nieuwe anthropolo-
gische studiën over de eerste bewoners
van Rome.
OOSTENRIJK.
Een gevaarlijk lieer.
Te Budapest is een man aangehouden
op eene zonderlinge plaats, namelijk in
een kelder onder het klooster der Fran
ciscanen.
Hij bereidde zich daar voor om het ge-
heele gebouw, waarin 425 monniken zijn
gehuisvest, met dj'namiet in de lucht te
doen vliegen.
De naam van den fanaticus is Stepha-
nus Landes.
Het is 'te hopen, dat men hem tijd geve
om in de gevangenis verdere plannen voor
te bereiden voor hiernamaals.
wat het bevatte, daar het een zeldzaam
stuk was, dat zij misschien nooit weer zou
aantreffen.
Het meisje stemde to.e, hoewel hoofd
schuddend, hetgeen niet zeer bemoedi
gend was. Haar ongeloof werd echter
spoedig beschaamd, want zij keerde bijna
onmiddellijk terug zonder het mandje en
met de boodschap, dat Mevrouw mij wil
de zien.
Mijne eerste gedachte, toen ik in de te
genwoordigheid der voorname dame ver
scheen, was, dat het meisje zich had ver
gist, want ik vond de Gravin verstrooid
heen en weer wandelen, terwijl zij een
brief, dien zij blijkbaar juist geëindigd had,
droogde door hem heen en weer te wuiven
met eene onvaste hand de schotel, dien
ik had meegebracht, lag veronachtzaamd
op de tafel.
Maar toen zij mij eerbiedig, met gebo
gen hoofd, in de deur zag staan, legde zij
haastig den brief in een boek en nam den
schotel op. Terwijl zij dit deed, nam ik
haar scherp op en was ontsteld over de
verandering, die ik in haar bemerkte se
dert dien avond in het Academiegebouw.
Het was niet, dat zij nu in een sport los
ochtendgewaad was gekleed, dat eene
scherpe tegenstelling vormde met de rui-
schende zijde en satijn, waarin ik haar tot.
nog toe had gezien of dat zij aan eene
lichamelijke ziekte leed, die hare wang
beroofde van den blos, die hare grootste
bekoorlijkheid uitmaakte. De verandering,
die ik zag, ging dieperhot was, alsof de
lans van haar gelaat was verdwenen.
Wordt vervolgd.