No. 45.
Woensdag 28 Mei 1902.
le Jaargang
De Staatsloterij.
FEUILLETON.
Wederge vonden.
Brieven, stukken en aduertentiën te zenden aan den Redacteur-Administrateur uan te Zuiddorpe.
Deze courant verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond.
Abonnementen worden aar** en hulpkantoren.
Inzending van advertèntiëi vr3 ure op den dag der uitgave.
Staatkundig Overzicht.
LANDIA
Prijs per 3 maanden t
franco per post 75 cent. Bij vooruitbetaling voor een geheel jaar bedraagt de abonnementsprijs
slechts f2,50 voor Nederland en voor België frs. 6,50.
Aan deze uitgave is verbonden een GBILLrSTREERD ZOXDAGSBL.AD tegen den
prijs van 45 cent per 3 maanden, betaalbaar tegelijk met de abonnementsgelden.
AdvertentlCn t
van 1 tot 5 regels 50 cent, voor elke regel meer 10.
Bij driemaal plaatsing van dezelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend.
Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
Dienstaanbiedingen en aanvragen om dienstpersoneel ter grootte van hoogstens 8 regels worden
bij vooruitbetaling geplaatst voor 40 cent per advertentie.
Bij abonnement W3f herhaalde plaatsing belangrijke reductie.
Sinds is aangekondigd, dat de tegen
woordige Regeering zal streven naar
„geleidelijke" afschaffing der Staatslo
terij, komt dit onderwerp nog al eens
ter sprake in de pers. En dan hoort
men deze loterij noemen een den Staat
onwaardig bedrijf", dat „speculeert op
den hartstocht voor het spel" en hoe
eer hoe liever moest worden opgeruimd.
Ook wij zouden ten zeerste vóór die
afschaffing zijn, indien de „hartstocht
voor het spel" dan tevens ware uitge
roeid, indien men er de zekerheid mede
verkreeg, dat 't dan in ons goede va
derland finaal uit was met 't achter-
najagen der grillige Fortuna.
Dit echter zal geenszins het geval zijn.
De menschen zullen even tuk blijven
op een zoet winstje en naar nieuwe
speelgelegenheden omzien. Reeds thans,
nu onze Staatsloterij nog bloeit, bestaan
er genoeg andere loterijen, die prachti
ge aanbiedingen doen van hooge win
sten. En het regelmatig terugkeeren
dier aanbiedingen, welke vaak uit het
buitenland komen, blijkt dat deze vreem
de instellingen hier klanten genoeg
hebben.
Nu zullen we geen onbewezen kwaad
zeggen van de velerlei loterijen, die ons
met hun prospectussen hardnekkig ach
tervolgen, maar dit is toch zeker: zoo
secuur en zoo open-kaart-spelend als on
ze Staatsloterij zal men niet licht een
andere instelling vinden, hoeveel ver
trouwen deze dan ook verdient.
Dit wat betreft de bestaande loterijen.
Maar hoe zal 't gaan, als de Staatslote
rij er eens niet meer mocht wezen, en
de kleine man want deze koopt het
leeuwendeel der loten die officieele
6.)
»Ik twijfel er aan, of wij iets kunnen
uitrichten, tenzij gij het doet," ging hij
voort.
»Gij vergist u," zeide zij; als het meisje
een geheim had zooals bijna alle meis
jes hebben, die aan lager wal geraakt zijn,
wat zij blijkbaar was had dat niets te
maken met hare verdwijning en het zou
n niets helpen het te weten. Dat weet ik
zeker en daarom zal ik zwijgen."
Zij was geene vrouw, die men, door
haar bang te maken of te vleien, kon over
halen iets te openbaren, dat zij niet noo-
dig vond, en daar hij dit inzag, hield
Gryce op verder er op aan te dringen.
»Gij zult mij tenminste dit toch wel
willen zeggen," zeide hij, »wat waren de
snuisterijen, die zij uit hare latafel heeft
meegenomen
»Neen," zeide zij, «want die hebben
niets uitstaande met hare verdwijning.
Het waren dingen van groote waarde voor
haar, hoewel van weinig belang voor ie
mand anders, dat verzeker ik u. Uit hun
ne verdwijning blijkt alleen dat men haar
een oogenblik tijd heeft gelaten om dat,
waarop zij het meest gesteld was, mede
te nemen."
Gryce stond op. »Nu," zeide hij, «gij
hebt ons een moeilijk vraagstuk gegeven
om op te lossen, maar ik ben niet de man
veiligheidsklep mist voor zijn speelzucht.
Staat het niet te vreezen, dat hij dan
zal besprongen worden door nieuw te
vormen loterij-ondernemingen, waarin
hij allicht meer geld zal laten dan in
de goedkoope en eerlijke Staatsloterij.
Wij hooren ons tegenwerpen: er zijn
al van de minwaardige, niet te ver
trouwen particuliere loterijen. Men kan
gelijk hebben, maar thans vindt ten
minste de lust, om „een kansje te wa
gen," een vertrouwbaren afleider in de
Staatsloterij. Bij gemis van dien afleider
zal er groot gevaar bestaan, dat er heel
wat meer goed geld naar kwaad geld
zal gegooid worden dan thans.
Yoor afschaffing der Staatsloterij zou
den wij dus in de gegeven omstandig
heden niet te vinden zijn.
Wel echter verdient o.i. een reorga
nisatie van die instelling overweging,
en wel in dezen zin de Staat moet
uit de loterij geen verdienste maken,
gelijk thans geschiedt. Eenig en uitslui
tend doel van den Staat moet wezen:
op gepaste wijze gelegenheid te geven
tot het wagen van een kansje, zonder
dat daarbij groot financieel nadeel kan
geleden worden. Wordt de inrichting
der Staatsloterij met dit beginsel in over
eenstemming gebracht, dan kan er o.i.
tegen het behoud van die populaire in
stelling geen bezwaar wezen.
Hoe is echter op 't oogenblik de toe
stand
Per loterij geeft de Staat 21000 loten
uit van f 70 't stuk, waarvoor hij dus
ontvangt f 1.470000. Aan prijzen en
premiën keert hij uit f 1.036000; aan
teruggaaf van een deel van het inleg-
geld in de vier eerste klassen f 244000,
totaal f 1.130.175. De Staat zou alzoo
per loterij verdienen f 339.825. Yan dit
bedrag moet evenwel af de verdienste
der collecteurs, die f 6 per lot overhou-
om voor iets moeilijks terug te deinzen.
Indien ik het verblijf van dat meisje kan
ontdekken, zal ik het zeker doen, maar
gij moet mij helpen."
«Ik, hoe dat
«Door eene advertentie in de «Herald."
Gij zegt, dat zij veel van u houdt en te
rug zou komen, als zij kon Dit valt te
v ivi<v nad ,oof gij het gelooft of niet; daar
om zou ik u aanraden stappen te doen om
haar de ongerustheid harer vrienden en
hun wensch om iets van haar te vernemen
mede te deelen."
«Onmogelijk," riep zij heftig. «Ik zou
vreezen
«Nu
«Ik zou er in kunnen zetten, dat juf
frouw D ongerust over Emily, wenscht
hare verblijfplaats te vernemen
«Doe dat, zooals gij wilt."
«Gij zoudt beter doen," zeide ik, voor
de eerste maal mij er inmengend, «er bij
te voegen, dat gij voor de inlichting wilt
betalen."
»Ja," zeide Gryce, «voeg dat er bij."
Juffrouw Daniels fronste de wenkbrau
wen, maar maakte geene tegenwerping en
nadat wij eene zoo nauwkeurig mogelijke
beschrijving gekregen hadden van de klee
ding, die het meisje den vorigen dag ge
dragen had, verlieten wij het huis.
IV.
«Eene eenigszins geheimzinnige zaak,"
merkte Gryce op, toen wij bij den hoek
der straat stilhielden om een laatsten blik
op het huis en zijne omgeving te werpen.
den, totaal derhalve f 126.000, zoodat
er voor den Staat overblijft het somme
tje van f 213.825 per loterij. Inderdaad
een aardige winst voor de Schatkist, en
dit te meer, wijl er drie trekkingen
per jaar zijn en dus het drievoudige van
genoemd bedrag verminderd met het
salaris der loterij-beambten en dito on
kosten, wat evenwel betrekkelijk wei
nig is jaarlijks aan den Staat ten
goede komt.
Ziet, dat dunkt ons nu geen gezonde
toestand. Dat een particulier uit de speel
zucht van zijn medemenschen goede
winst tracht te slaan, is begrijpelijk en
tot op zekere hoogte te billijken, maar
de Staat moet daar niet naar streven.
Wat wij dan zouden wenschen Na
aftrek van alle onkosten zagen wij het
bedrag, dat thans overblijft, gaarne be
steed tot verhooging der trekkingskan
sen, en wel door het instellen van meer
dere kleine prijzen, opdat het aantal
dergenen, die hun „eigen geld" trek
ken, zooveel mogelijk grooter zij. Stond
het aan ons, dan zouden wij ook de
zoogenaamde groote prijzen wat verklei
nen ten bate van laatstgenoemde cate
gorie spelers, maar 't wil ons voorko
men, dat reeds door de aangegeven wij
ziging het karakter der Staatsloterij
veredeld zou worden en die instelling
dan metterdaad een zuivere veiligheids
klep zou wezen voor de speelzucht der
natie, in 't bijzonder der kleine luyden,
een speelzucht, die nu eenmaal bestaat
en die zich, ten spijt van alle loterij-
afschaffers, zal blijven vastklampen aan
het rad van fortuin.
N. H. C.
«Waarom een meisje zulk eene wijze
van afdalen zou kiezen" en hij wees
op den ladder, langs welken wij veronder
stelden, dat zij gekomen was «om
een huis te verlaten, waar zij een jaar
heeft gewoond, is mij niet helder, dat kan
ik u zeggen. Als die bloedvlekken er
niet waren, welke haar spoor aanduiden,
zou ik ongeneigd zijn te gelooven, dat
zulk een roekeloos waagstuk ooit door ee
ne vrouw is ondernomen. Zooals de za
ken nu staan, zou ik veel geven voor haar
portretZwart haar, zwarte oogen, een
bleek gelaat en magere gestalteeene
mooie beschrijving om daarop een meisje
te vinden in de groote stad New-York.
Ha zeide hij voldaan, «daar is de heer
Blake weerhij is spoedig weer terug.
Laat ons zien, of zijne beschrijving duide
lijker is." En hij snelde naar dien heer
toe en deed hem eenige vragen.
Oogenblikkelijk bleef de heer Blake
staan, zag hem een oogenblik peinzend
aan en antwoordde toen op een toon, luid
genoeg voor mij om te hooren
«Het spijt mij, meneer, zoo mijne be
schrijving u eenigzins had kunnen helpen,
maar ik heb er niet het minste denkbeeld
van hoe het meisje er uitzag. Ik wist vóór
heden morgen zelfs niet, dat er eene
naaister in mijn huis was. Zulke huis
houdelijke zaken laat ik geheel aan juf
frouw Daniels over."
Gryce boog diep en waagde nog eene
vraag. Het antwoord kwam als voren,
duidelijk hoorde ik:
«O, ik heb haar misschien gezien, daar
van kan ik niets zeggen; ik ontmoet dik-
FRANKRIJK.
De znali Humbert.
Men zoekt naar de Humberts te Liver
pool en in de omstreken dier stad. Men
heeft een sterk vermoeden, dat de familie
daar in het Adelphi-hotel Zaterdagavond
heeft gedineerd en de politie schijnt te
denken, dat ze zich daar nog ophoudt.
Volgens de inlichtingen van den directeur
van het hotel moeten op gemelden avond
o. a. de heer en mevrouw Humbert, hun
dochter, en ook Romain Daurignac, de
broeder en mevrouw en nog meer familie
leden aanwezig zijn geweest.
Dat de Humberts in Liverpool zijn, al
thans geweest zijn, wordt bevestigd door
een brief uit het Adelphi-hotel aan de Fi
garo geschreven. Volgens den schrijver zou
de familie Zaterdagmorgen in het hotel
zijn gekomen en aanstonds naar Fransche
bladen hebben gevraagd en reeds om 1
uur in den middag verdwenen zijn uit het
hotel.
Behalve het dochtertje maakten de per
sonen een bedaarden indruk. De briefschrij
ver vermoedt, dat ze nog dienzelfden mid
dag naar Argentinië zijn scheep gegaan.
De bedienden van het hotel en ook de gas
ten, die hen hebben gezien, herkennen
zonder te twijfelen de portretten der fami
lie Humbert, die hun zijn voorgelegd. Een
zekere mijnheer Paule, een industrieel uit
Parijs, heeft den heer Humbert, dien hij
persoonlijk kent, zelfs dadelijk herkend.
Dat de inbraak in het kasteel desVives-
Eaux geschied is door personen, die er uit
stekend den weg kenden en veel in het
huis hadden vertoefd, wordt zeer waar
schijnlijk als men weet, dat er 73 vensters
zijn in het gebouw, en dat deze alle door
blinden waren gesloten behalve één, waar
aan het haakje ontbrak en juist dat ven
ster is door de inbrekers als doorgang ge
kozen. In den stormachtigen nacht, dat de
diefstal gepleegd werd, heeft een spoor
wegwachter tegen half drie op de Seine,
die langs de bezitting stroomt, een bootje
gezien, waarin menschen te onderscheiden
waren. De man vond dit zoo vreemd, dat
hij er de politie van op de hoogte stelde
wijls de bedienden in de gang; maar of
zij groot is of klein, blond of donker,
knap of leelijk, dat weet ik evenmin als
gij, meneer." En met een deftig knikje,
dat er op berekend was iemand in Gryce's
positie uit het veld te slaan, vroeg hij:
«Is dat alles?"
Dat scheen niet zoo. Gryce deed nog
eene vraag.
De heer Blake staarde hem verwonderd
aan, voor hij antwoordde, en merkte toen
beleefd op:
«Ik bekommer mij niet om bedienden,
nadat zij mijn dienst verlaten hebben.
Henry was een uitstekende knecht, maar
wat heerschzuchtig, iets, dat ik nooit
verdraag van iemand in mijne omgeving.
Ik zond hem weg en daarmee was het
uit. Ik weet niet, wat er van hem ge
worden is."
Gryce boog en trad terzijde, en de heer
Blake ging hem met zijn eigenaardigen,
trotschen stap voorbij en trad zijn huis
binnen.
«Ik zou niet gaarne in de klauwen van
dien man raken," zeide ik, toen Gryce
zich weer bij mij voegde«hij kan iemand
zoo klein maken."
Gryce wierp een schuinen blik op zijne
schaduw, die zich somber achter hem uit
strekte op het plaveisel. «Toch kan het
gebeuren, dat gij kans hebt die onder
vinding op te doen."
Ik staarde hem verbaasd aan.
«Indien het meisje niet uit eigen bewe
ging komt opdagen, of zoo het ons niet
gelukt eenig spoor van haar verblijf te
vinden, ben ik zeer geneigd u te plaatsen,
nog vóórdat hij had kunnen weten, wat
er in het kasteel voorgevallen was.
Bij de inbraak op het buitengoed Celei-
ran is maar één zegel verbroken, dat op
een deur gelegd was. Door die deur zijn
de dieven binnengeslopen. Wat ze meege
nomen hebben is nog geen 300 francs waard.
Voorwerpen van groote waarde, o. a.
schilderijen hebben ze achtergelaten.
Het is een vreemde verzameling, waar
mede die dieven zich wederrechtelijk heb
ben verrijkt: 24 lepels, 41 vorken, een
suikertangetje, een groentelepel, 20 koffie-
lepeltjes, 12 dessertlepels, 2 brandlqastsleu-
tels, een madonnabeeldje van biscuit, een
vergulde pendule, een verguld inktstel en
nog zoo een en ander. Het ligt voor de
hand, dat men conjecturen maakt omtrent
de 'bedoeling der dieven; een dezer con
jecturen klinkt wel aannemelijk, al doet
ons het verhaal in dat licht beschouwd
heel sterk aan een der meesterstukken van
Sherlock Holmes denken. Het zou den in
brekers volstrekt niet te doen zijn geweest
om al deze artikelen, doch ze zijn op de
zoek geweest om compromitteerende papie
ren in veiligheid te brengen voor belang
hebbende personages, en al dat eetgerei
hebben ze maar meegenomen om zich de
allures van alledaagsche dieven te geven.
ENGELAND.
Ecu ultimatum.
De Daily Mail deelt mede, dat aan de
Boeren feitelijk een ultimatum gesteld is
door de Engelsche regeering, en dat de
aanneming daarvan wordt verwacht.
Vrijdag vergaderde de ministerraad naar
aanleiding van belangrijke telegrammen
van Lord Milner en Kitchener.
De standard ontving een telegram mel
dende dat de Boerenleiders zeer ernstig
confereeren.
Gedelegeerden der Boerenleiders zijn Zon
dag van Vereeniging naar Pretoria gegaan,
om over zekere punten inlichtingen te
vragen, na die verkregen te hebben zul
len zij naar Vereeniging terugkeeren.
Over de truuweloosheid der Engel-
schen geeft het blad «Truth" het vol
gende
Een oud-onderofficier, die in den tegen-
woordigen oorlog geweest is. vertelde mij
waar gij de gewoonten van de huishou
ding van dien heer hunt bestudeeren. Als
de zaak een geheim bevat, ligt de knoop
er van in dat huis."
Ik bleef Gryce nog steeds aanstaren.
«Gij hebt iets gevonden, dat ik over 't
hoofd heb gezien," merkte ik op, «of gij
zoudt niet zoo bepaald kunnen spreken."
«Ik heb niets gevonden, dat niet duide
lijk te zien was voor iedereen, die oogen
had om het te zien," antwoordde hij
kortaf.
Ik schudde het hoofd, eenigszins be
schaamd.
«Gij hadt het voor u," ging hij voort,
«en indien gij niet in staat waart genoeg
gegevens te verzamelen om er eene ge
volgtrekking uit af te leiden, moet gij het
niet aan mij wijten."
Meer geprikkeld dan ik zou willen be
kennen, ging ik met hem naar het bu
reau terug, zeide niets, maar besloot bij
mijzelf mijne reputatie bij Gryce te her
winnen, eer de zaak geëindigd was. Ik
spoorde daarom den man op, die den vo
rigen nacht in de buurt de ronde gedaan
had, en vroeg hem, of hij iemand de zij
poort van meneer Blake's huis in de
straat had zien in- of uitgaan tusschen elf
en een uur.
«Neen," zeide hij, «maar ik heb Thomp
son van morgen eene vreemde geschiede
nis hooren vertellen over iemand, dien hij
had gezien."
«Wat was het
Wordt vervolgd.