BIJVOEGSEL
PETRUS LEIJTEN,
Zaterdag 15 Febr. 1902.
f P. LEIJTEN,
VAX
VAX
BISSCHOP VAN BREDA,
Huisprelaat van Zijne Heiligheid en
Atsistent-Bisschop bij den Pauseljken Troon.
AAN DE GEESTELIJKHEID EN DE GELOOVIGEN
VAN ONS BISDOM.
Zaligheid en vrede in den Heer
In het eerste Herderlijk schrijven, dat
Wij in deze nieuwe eeuw tot u richt
ten, B. G., hebben Wij u gewezen op
de hooge heiligheid, waartoe de christen
geroepen is, ten einde u tot «hernieu
wing in den geest uws gemoeds" aan
te sporen. Wat nu die christelijke hei
ligheid in bijzonderheden van ons vor
dert, dat heeft de H. Apostel Paulus
saam ge vat in de volgende woorden:
«De genade van God, onzen Zaligma
ker, verscheen voor alle menschen en
zij 'leert ons, dat wij de goddeloosheid
en de wereldsche begeerlijkheden ver
zakende, ingetogen en rechtvaardig en
godsdienstig leven in deze wereld.Dat
is in andere woorden gezegd ons leven
zal eerst dan den naam van een echt
christelijk leven verdienen, wanneer
wij, geloovig vasthoudend aan al de
waarheden van ons heilig geloof, zorg
vuldig iedere zonde vermijden, de we
reldsche begeerlijkheden verzaken en
door zedelijkheid, rechtvaardigheid en
godsvrucht'alle plichten jegens ons zei
ven, den evenmensch en God nakomen.
Wij hebben ons voorgenomen, B. G.
zoo God Ons het leven gelieft te spa
ren, in achtereenvolgende Vasten-Man
dementen over die verschillende ver-
eischten tot een christelijken levens
wandel te spreken en Wij vangen lie
den aan, met uwe godvruchiige aandacht
te vestigen op het verzaken aan de we
reldsche begeerlijkheden, meer bijzonder
aan ééne, de begeerte naar zingenot en
aardsche genietingen.
De wereldsche begeerlijkheden, waar
aan wij, niet minder dan aan de zonde,
moeten verzaken, B. G., zijn die drie
booze begeerten van het bedorven men-
schenhart, welke door den H. Joannes
geheeten worden «begeerlijkheid des
vleesches, begeerlijkheid der oogen en
hoovaardij des levens" en die ons aan-
hooren, op ongeregelde wijze naar zin
delijk genot, vergankelijke rijkdommen,
aardsche eer en grootheid te streven. Zij
dragen den naam van wereldsche be
geerlijkheden, omdat zij door de we
reldlingen gekoesterd en dermate inge
volgd worden, dat de wereld daarin als
geheel opgaat en er, naar het woord
van denzelfden Apostel, buiten deze drie
voudige begeerlijkheid in de wereld niets
gevonden wordt. Maar het noodlottig
gevolg blijft dan ook niet uit en «ge
heel de wereld is daarom in boosheid
weggezonken."
Geen wonder dan, B. G., dat wij, als
Christenen, als «geroepen heiligen" tot
duren plicht ontvingen, aan deze we
reldsche begeerlijkheden te verzaken en,
«wel verre van gelijkvormig te worden
aan de wereld" ons zei ven voortdurend
te hervormen naar ons goddelijk toon
beeld, den verstorven, armen, nederigen
Godmensch, «ons vleesch kruisigende
met zijne ondeugden en begeerlijkheden"
en, in trouwe liefde aan God en Zijne
H. Wet, strevende naar bovenzinnelijk
genot, naar onvergankelijke goederen,
naar geestelijke grootheid.
Maar hoe groot was dan te allen tij
de het getal van hen, die, in naam aan
Christus toebehoorende, den naam van
ware Christenen, van ware leerlingen
van Jezus Christus niet verdienden
Iloevelen die, de wereldsche begeerten
involgend, aardsche eer en groothefd
als hun voornaamste doel najoegen, de
zorg voor wereldsche goederen en tij
delijke schatten boven iedere andere
stelden en, als waren zij alleen pp aar
de om zich te vermaken en hunne zin
nen te streelen, zich zonder eenig voor
behoud aan hunne driften en lusten,
ook aan de schandigste overgaven Hoe
groot is het getal dier Christenen voor
al in onze dagenAl zuchtende, zoo
klaagt het Provinciaal Concilie van U-
trecht, na het teugelloos involgen der
wereldsche begeerlijkheden met haren
nasleep van allerlei zonden en ondeug
den te hebben geschetst, «al zuchtende
en met bittere droefheid in het hart
overdenken Wij, dat deze allerschande
lijkste ondeugden gevonden worden en
wortel schieten ook onder de kinderen
der Kerk, die aan onze herderlijke zor-
g"'i i t '■"ortrouwd." Helaas! dat
deze klacht, vóór ruim het derde ee-
ner eeuw geuit, ook nog van toepassing
is op onze dagen, ja, wat erger is,Mat
het kwaad hier aangeduid, sindsdien
voortdurend veld gewonnen heeft on
der het Christen volk
Wat inzonderheid die wereldsche be
geerlijkheid aangaat, welke door den
Apostel genoemd wordt op de eerste
plaats, «de begeerlijkheid des vleesches
wie telt de Christenen, die deze op de
een of andere wijze involgen, ja sla
ven dezer begeerlijkheid moeten ge
noemd worden
En dan zien Wij Ons onzes ondanks
genoodzaakt, B. G., hier, hoe noode W ij
het ook doen, op de eerste plaats te ge
wagen van dat kwaad, dat als eene
zee van ongerechtigheid de wereld o-
verstroomt, dat, naar het woord van
den Apostel, onder de Christenen «met
zou mogen genoemd worden' en dat
toch helaasin het heiligdom van Gods
Kerk als een andere gruwel van ver
woesting geworden is. Een gevoel van
onuitsprekelijke droefheid, niet minder
dan van heilige verontwaardiging grijpt
ons aan, wanneer Wij denken aan de
tallooze zonden hier bedreven, aan de
ergernissen hier gegeven, aan de mid
delen door de hel uitgedacht en door
de booze wereld in beeld en geschrift
en anderszins verspreid, om dat schan-
dige kwaad te bevorderen en uit mil-
lioenen harten de onschuld weg te roo-
ven. Ons gemoed komt er tegen in
verzet, hierover verder uit te weiden
of er dieper in door te dringenmaar
Wij kunnen toch niet nalaten, de Chris
tenen, die zich aan die onteerende on
deugd overgeven, te vragen Beseft gij
dan toch niet, welk eene tegenstelling
er bestaat tusschen uwe waardigheid
als Christenen en uw zondig gedrag
welk een afstand er ligt tusschen het
leven, dat gij leidt, en de heiligheid,
waartoe gij zijt geroepen? «Weet gij
dan niet meer, dat uwe lichamen le
dematen zijn van Christus en tempels
van den H. Geest?" «dat gij gekocht
zijt tegen den hoogen prijs en tot du
ren plicht hebt, God te verheerlijken
en te dragen in uw lichaam?" Weet
gij niet, aat «de toorn van God om de
ze zonden neerkomt" over de wereld?
en kent gij de verschrikkelijke straffen
niet meer, waarvan de heilige Boeken
gewagen Vlucht daarom deze zonde,
roepen Wij u met den Apostel toe, en
«bewaart u zeiven kuisch", «gelijk dat
heiligen betaamt" Gij vooral, Ouders,
erkent hier den duren plicht, dien gij
te vervullen hebt jegens uwe kinderen,
en zorgt toch dat gij door uw schuldig
verzuim geen medeoorzaak wordt van
hun ongeluk. Bewaart hen daarom als
uw oogappel en wordt nooit moede, er
zorgvuldig op te letten, met welke per
sonen zij omgaan, welke plaatsen en
gelegenheden zij bezoeken, welke lec
tuur hun in handen komt, opdat gij
door voortdurende waakzaamheid en
waarschuwing er in slagen moogt, van
de U door God toevertrouwde dierbare
panden het gevaar af te weren, dat
overal hunne onschuld en hun geluk
naar lichaam en ziel bedreigt. Maar
denkt ook, Ouders en Gehuwden, aan
de plichten, welke gij te vervullen hebt
jegens elkanderen eerbiedigt toch im
mer de heiligheid van het Sacrament
dat u onherroepelijk met elkander heeft
verbonden, de huwelijkstrouw, welke
gij elkander plechtig hebt beloofd, en
de verhevene doeleinden, waartoe
de Schepper het huwelijk heeft inge
steld.
Met niet minder ernst en nadruk,
B. G., verheffen Wij onze stem tegen
eene andere ondeugd, waardoor diezelf-
B. GL, verkondigen het toch luide, hoe
hoog de nood gestegen en hoe hache
lijk het gevaar is, waardoor huisgezin
en Kerk en maatschappij worden be
dreigd. Och 1 of ten minste de kinderen
der Kerk een doodelijken haat opvatten
tegen eene ondeugd, die niet slechts
den Christen onteert, maar reeds alleen
de redelijke natuur eene zoo grievende
beleediging aandoet, die den mensch
neerhaalt van zijne hoogte en hem ver
laagt tot den staat van het redelooze
dier! Och! of ieder uwer toch wèlzijn
plicht- besefte en zich heilig voornam,
èn zeli ieder drankmisbruik verre van
zich te houden, èn in den eigen kring
naar vermogen bij te dragen, om dezen
helschen geesel van de menschheid af
te weren! Mochten vooral Overheden
en Ouders hunne taak begrijpen en zich
voortdurend beijveren om hunne kin
deren en onderdanen met vrees en af
schuw tegen dit verfoeilijk kwaad te
bezielen! Waarheid immers is het, wat
Wij hieromtrent lezen in een geschrift
onzer dagen«Waar de jeugd opgroeit,
met afgrijzen vervuld door het drank
misbruik," daar is gegronde hoop, dat
deze volksplaag eenmaal worde afge
wend." [«Het Alcoholisme" door Mo-
destus.]
de booze begeerlijkheid wordt ingevolgd,
tegen een kwaad, dat terecht de plaag
van onzen tijd wordt geheeten, eene
plaag, volgens het oordeel van een on
zer beroemde tijdgcnooten (Gladstone)
grooter dan oorlog, pest en hongersnood
te zamen. Wij bedoelen: het drankmis
bruik, meer bijzonder het misbruik van
alcoholische dranken. Vrij mogen Wij
Ons hier van iedere uiteenzetting ont
slagen achten de droevige feiten en
toestanden spreken waarlijk luide genoeg
voor zichzelf; en ieder heeft slechts den
blik rond te slaan en eigen geheugen
en ondervinding te raadplegen, om te
weten, welk eene onmetelijke plaag
het drankmisbruik is geworden en wat
al onheilen en verwoestingen er door
worden aangericht. Verwoestingen naar
de ziel, in hare vermogens in de goe
de zeden; verwoestingen naar het li
chaam, in zijne krachten, in zijne ge
zondheid; verwoestingen niet het minst
in tijdelijke zaken en aangelegenheden.
Hoe menig bloeiend gezin, waarover de
ongelukkige drank achteruitgang bracht
en ondergang! Hoe menig huiselijk ge
luk, dat door den drankduivel gestoord
werd en vernietigdEn wie telt de
ongelukken en misdaden, welke de
drankzucht op hare rekening heeft en
wier aantal bijna iederen dag komt
vermeerderen Voorzeker mag het daar
om een verblijdend verschijnsel heeten,
een troost- en hoopvol feit, dat welden
kende en voor den evenmensch bezorg
de mannen alom do handen ineenslaan,
en vereenigingen en bonden oprichten,
om het drankmisbruik te bestrijden en
uit te roeienmaar al die maatregelen
Wat* Wij eindelijk op de derde plaats
bestrijden als een noodlottig gevolg van
het koesteren dierzelfde wereldsche be
geerlijkheid, het is, B. G„ die onver
zadigbare genotzucht, welke de gansche
wereld aangegrepen en als met een
soort dolzinnigheid geslagen heeft.
Inderdaad, alsof van de vier wind
streken de taal der goddeloozen van 't
Oud-Verbond met onweerstaanbare
kracht hadde weerklonken en alom als
lenvensleuze ware aanvaard «Welaan,
laat ons de tegenwoordige goederen
genieten dat geen bloem des tijds
ons ontga. Laten wij ons kronen met
rozen, voordat zij verwelken. Er
zij niemand onder ons, die niet deele
in onze geneugten want zulks is
ons deel en ons lot" zoo wordt er te
genwoordig door de wereld in alle ran
gen en standen rusteloos naar alle
soorten van zingenot gejaagd, zoo wor
den van iederen komenden dag nieuwe
pleizieren afgevorderd, zoo worden steeds
nieuwe gelegenheden tot vermaak en
uitspanning uitgedacht en de algemee-
ne zucht en drang naar genietingen als
stelselmatig aangekweekt. Maar zijn
dan de menschen het doel hunner be
stemming hier op aarde vergeten
Weten zij dan niet meer, dal zij hier
beneden nog iets anders hebben te ver
richten, dan zooveel mogelijk van het
aardsche te genieten Weten vooral
zoovele christenen, die zich in den maal
stroom van genietingen laten mede
voeren, weten ook zij niet meer, dat
dit leven niets anders is dan eene voor
bereiding tot een ander leven, en dat
de goederen dezer aarde ons door den
Schepper met geen ander doel zijn ge
schonken, dan om ons bij het streven
naar onze eeuwige bestemming hehulp-
zaam te zijn Weten zij niet meer,
hoe onvereenigbaar die genotzucht is
met den geest van het christendom en
hoe zeer een leven van weelde en zin
genot indruischt tegen de leer en het
voorbeeld van Jezus Christus en van al
zijne ware volgelingen Het zij ver
re van Ons, B. G., hiermede over ie
der vermaak, over ieder genot van de
goederen dezes tijds een afkeurend von
nis te willen uitsprekenvoorwaar,
neen Mits slechts regel en maat wor
de gehouden, mits slechts geen gren
zen worden overschreden, mits slechts
het hoofddoel van 's menschen leven
niet uit het oog verloren en het be
trachten van zijn plicht niet bij het zoe
ken naar genot achtergesteld worde.
Maar Wij vragen het u kan daarvan
nog sprake wezen bij bet misbruik en
de schromelijke overdrijving, waaraan
de wereld zich in onze dagen schuldig
maakt Kan er nog sprake zijn van
een geoorloofd genot en eene den mensch
toekomende ontspanning, wanneer daar
voor om weder met het Concilie van
Utrecht te spreken, de heiligste plich
ten worden verwaarloosd Wanneer
_._ohet ware alleen
zocht en als voornaamste levensdoel na
gestreefd wordt Wanneer die nooit
voldane genotzucht oorzaak wordt van
alle soort van bedrog in zaken en on
rechtvaardigheden, van schandige uit
spattingen en euveldaden Wanneer
zij gepaard gaat met die geldverspilling,
met dat maken van schulden, met dat
leven boven zijn staat met het
voeren van onverantwoordelijke weel
de wanneer daardoor wordt aange
kweekt die steeds toenemende geest van
ontevredenheid met zijn lot In één
woord wanneer, om nog eens hetzelfde
Concilie aan te halen, die ongebreidel
de zucht naar stoffelijke zaken en zin
nelijke genietingen 'oorzaak en bron
wordt van bijna alle rampen, waardoor
Zou dat wezen het aanwenden van
dat heilig geweld, waardoor alleen het
Rijk der hemelen wordt gewonnen?
Bestaat dan in het voldoen der zinne
lijke lusten die dooding der aardsche
leden, die kruisiging der begeerlijkhe
den, voorgeschreven aan allen die Chris
tus toebehooren bestaat daarin voor
al de navolging van den verstorven
Verlosser en het omdragen van Jesus
sterven in ons lichaam, „opdat ook het
leven van Jezus in onze lichamen zou
geopenbaard worden
O hoe krachtig eene veroordeeling
der ongeregelde genotzucht en hoe be
schamend een verwijt voor voor den
zinnelijken christen ligt in deze een
voudige waarheden van onzen gods
dienst opgeslotenMoget gij er door
worden aangespoord, B. G., om ook in
dit punt de wereldsche beheerlijkheid
des vleesches te verzaken en, in plaats
van geest en hart te stellen op de ge
nietingen dezer aarde, meer en moer
te leeren zinnen op geestelijk genot en
,,te zoeken wat van boven is", gedach
tig uwe verheven roeping en genadige
uitverkiezing en „verbeidende de zali
ge hoop en de komst der heerlijkheid
van onzen grooten God en Zaligmaker
Jezus Cristus."
Alvorens ons Herderlijk schrijven te
eindigen, bevelen Wij in aller vurige
gebeden onze Moeder de H. Kerk en
onzen H. Vader den Paus, ons dier
baar Vaderland en het Koninklijke
Huis. Inzonderheid verzoeken Wij u,
van den Piemel de gunst af te smee-
ken dat onze grijze Opperherder Leo
XIII het 25e jaar zijner roemrijke re
geering bereiken en gelukkig voltooi
en moge. Bidt ook voor al uwe Over
heden, zoo geestelijke, als wereldlijke,
en bijzonder voor Ons, die eenmaal voor
uwe zielen rekenschap zullen moeten
geven.
Ten slotte verorderen Wij, dat de
maand Maart wederom dit jaar, vol
gens de voorschriften vroeger door ons
gegeven, in alle kerken en kapellen
van ons Bisdom ter eere van den H.
Jozef zal gevierd worden.
Krachtens de Ons door Zijne Heilig
heid den Paus van Rome verleende bij-
bijzondere macht, verleenen Wij ook
dit jaar weder de gewone dispensatiën
in de Vastenwet, zooals die het vorig
jaar zijn gegeven.
En krachtens bijzondere Apostolische
machtiging Ons den 21e Januari 189(5
door den H. Vader verleend, dispensee
ren Wij bij dezen, voor ons Bisdom in
de Kerkelijke onthoudingswet, in zoo
verre dat, van heden af tot aan de Veer-
tigdaagsche Vasten van liet jaar 1903,
het geliruik van vleeschspijzen wordt
toegestaan aan alle geloovigen, op alle
Zaterdagen door het jaar, met uitzon
dering evenwel van de Veertigdaagsche
Vasten, de Quatertemperdagen, en de
Vigiliedagen, welke wegens het hooge
feest waaraan zij voorafgaan, geboden
Vastendagen zijn. Op deze Zaterdagen,
welke tevens Vastendagen zijn, blijft
dus de onthouding van vleeschspijzen
verplichtend, evenals op alle Vrijdagen.
Zijne Heiligheid verlangt echter, dat
de Geloovigen, die van deze bijzondere
dispensatie gebruik maken, dit door an
dere goede werken en almoezen zullen
trachten t,e vergoeden.
En zal dit ons Herderlijk Schrijven
op de gebruikelijke wijze op den Zon
dag Quinquagesima, in al de kerken
van ons Bisdom en waar verder ge
woon, van den predikstoel worden
voorgelezen.
Gegeven te Breda, den 1 Fe
bruari 1902.
Bisschop van Breda,
Op last van Zijne Doorluchtige
Hoogwaardigheid,
P. HOPMANS,
Secretaris.
Vervoermiddelen.
Spoorweg Ter XeuzenGent.
v. Ter Neuzen n. Gent 5,35 8,33 1)12,03
5,10 8,05
Sluiskil 5,43 8,40 12,12
5,10 8,12
Sluiskil (brug) 5,45 8,43 12,15
5,23 8,15
Philippine 5,49 8,47 12,20
5,28 8,20
es (aankomst 5,59 8,55 12,28
Sas van Gent V(vertrek 6';00 8';56 12j29
Q (aankomst 6,08 900 12,34
Selzaete ^vcrtrek 6,20 9,10 12,49
Aank. te Gent (kl. st.) 6,56 9,46 9,23
te Gent (gr. st.) 7,10 9,58 1,30
l)Deze trein vertrektdp Woensdags 12,15.
v.Gent (gr.st.)n. T.N 5,28 8,19 12,06
Gent (kl.st.) 5,41 8,30 12,17
(aank. 6,15 9,05 12,48
te (vertrek 6,20 9.09 12,51
v. Sas van Gent 6,32 9,21 1,03
Philippine 6,40 9,30 1,11
Sluiskil (brug) 6,44 9,34 1,14
Sluiskil 6,47 9,36 1,17
Aank. Ter Neuzen 6,57 9,43 1,25
Van Ter Veuzcn over
St. Xicolaas naar Gent.
v. Ter Neuzen 7,00 9,47 1,28 5,52
St. Nicolaas 8,18 11,33 2,47 7'09
Aank. te Gent (Waes) 8,58 12,34 2,27 8,l4
CORRESPONDENTIE
Selzaete n. Eeeloo 6,18 9,08 12,53 5,49
v' Eeeloo n. Selzaete 5,15 8,12 11,50 4,43
Selzaete n. Moerbeke en Lokeren 6,18
9,09 12,52 5,47
v. Lokeren n. Moerbeke en Selzaete 5,18
7,14 12,00 8,10
Gent n. Brussel 7,10 10,53 1,39 8,09 9,44
Brussel n. Gent 6,53 9,39 3,54 6,07
Gent n. Ostende 8,20 11,00 3,55 6,49 9,46
Ostende n- Gent 6,00 10,50 3,31 5,21.
S|»oorweg T. XeuzenMeclielen
v. Tor Neuzen 7,9,47 1,28 5,52
Sluiskil 7,06 9,55 1,36 6,—
Axel 7,13 10,05 1,45 6,09
Kijkuit 7,21 10,12 1,52 6,17
Hulst 7,32 10,22 2,02 6,26
Clinge 7,50 10,38 2,18 6,42
St. Gilles 7,59 10,46 2,26 6,51
Aank. te St. Nicolaas 8,08 10,55 2,35 7,
Vcrtr. te St. Nicolaas 8,24 10,57 3,05 7,17
Aank. te Mechelen 9,17 11,53 4,04 8,15
v. Mech. n. St.Nic. en T. Neuz. 6,38 10,28
1,25 6,03
St.Mie. n. T. Neuz. 7,50 11,40 3,10 7,25
St. Gilles 8,- 11,50 3,20 7,36
Clinge 8,11 12,01 3,31 7,49
Hulst 8,32 12,22 3,50 8,05
Kijkuit 8,40 12,30 3,58 8,13
Axel 8,48 12,38 4,06 8,22
Sluiskil 8,57 12,47 4,14 8,30
Aank. te Ter Neuzen 9,05 12,55 4,22 8,38
T. Xeuz.Krussel over tokeren.
v. T. N.
a. Selzaete
Brussel
v. Brussel
Selzaete
a. T. N.
8,35 12,03 5,13
9,09 12,52 5,47
12,34 3,15 9,42
5,34 10,18 2,13 6,19
9,09 12,51 6,— 8,49
9,43 1,25 6,50 9,35
Kerk en Staat worden geteisterd En
bij dat alles wenschen Wij u, christe
nen, te vragenhoe brengt gij het
involgen dier genotzucht in overeen
stemming met den verstorven geest van
uwen heiligen godsdienst Zou dan dat
wereldsch en zinnelijk leven «die enge
weg" zijn en «die nauwe poort", waar
van het' Evangelie gewaagt
Gemengd Nieuws.
Een lastig Baantje. De predikanten
uit den ring Holwerd, die de vacature
-beurten op Ameland moeten vervullen,
zegt de Berg. Cl,, maken in den dienst
niet altijd pleizierreisjes naar het eiland.
Wel is de reisgelegenheid er iets
op verbeterd nu het zeilschip is ver
vangen door een petroleummotor, doch
een deel van het overstroomde strand
kan steeds niet bevaren worden door
te weinig diepte van water. Op een
boerenwagen of op den rug van den
schipper moeten de passagiers dan aan
wal worden gebracht. Kort geleden
zat ds. D. v. W. bij zoo 'n vacature-
beurt den beurtman op den rug, doch
de krachten van den lastdrager bezwe
ken onder den te zwaren last en eens
klaps lag daar de ijverige pedikant in
't zilte nat te spartelen. Waarlijk
geen plezierreis. En de verdiensten
kunnen de kosten van de reis niet eens
goedmaken. Er wordt slechts pl.m. f 7
voor eene vacaturebeurt naar Ameland
vergoed.
CORRESPONDENTIE (f).
v. St. Nic. n. Antxv. 8,23 11,42 2,50 7,18
Antw. n. St. Nic. 6,49 10,40 2,06 6,16
St. Gilles n. Moerb. 8,01 11,51 3,26 7,41
Moerb. n. St. Gilles 6,53 9,54 1,15 6,14
Mech. n. Brus. 9,30 12,03 4,15 8,19 10,26
Brus. n. Mech' 6,6,56 9,-41 12,43 5,36
Mech. n. Leuven 9,25 12,35 4,19 10,25
Leuven n. Mech. 5,36 10,01 12,10 5,32
(f) Deze uren geven de directe correspon
dentie van en naar Ter Neuzen aan.
Eeeloo naar Schoondijke.
Aank. Eeeloo per spoor 7,12 9,49 1,40
Vertrek Eeeloo ST. 7,17 9,50 4,29
Watervliet H. 8,05 10,38 5,16
IJzendijke 8,21 10,59 5,33
Aank. Schoondijke 8,47 11,35 6,
Schoondijke naar Eeeloo.
Zondag Zon-en
niet Feestdagen
Vertrek Sch. 9,32 1,45 9,32
IJz. 10,30 2,06 10,30
Watvl. L 6,21 11,12 3,15 12,25
Aank. Eeeloo 6,58 11,43 3,58 1,—
Vertr. p. sp. 8,12 11,50 4,43 7,46
Maldcghem—Draaibrug
SchoondijkeIti-esken».
Aank. Maldegh. p. sp. 7,41 9,52 1,37 6,57
Vertr. 7,42 10,14 1,38 7,10
Aank. Draaibrug 8,32 11,05 2,34 8,06
Vertr. 8,47 11,10 2,40 8,12
Schoondijke 9,30 11,50 3,20 8,52
Aank. Breskens 9,53 12,15 3,45 9,15
Krenken»Schoondijke
DraaibrugMaldechem.
Vertr. Breskens 6,23 10,37 1,18 4,15
Aank. Schoondijke 6,48 11,03 1,43 4,40
Vertrek Draaibrug 8,32 11,51 2,37 5,30
Aank. Maldeghem 9,22 12,42 3,38 6,25
Vertr. p. sp. 9,29 12,56 4,09 7,33
Stoomt r. Vlissingen-Middelburg
STADST IJ D.
v. Vlissingen Remise vm. 4,50 5,55 (alleen
op werkd.) Van de Zeilm. 8,9,30, 11,
11,45 nm. 12,30 1,15 2,— 2,15 3,30 4,15 5,10
5,55 6,55 7,45 8,30 9,15 10,15.
v. Middelb. naar de Zcilmarkt, Vlissingen
vm. 5,20 7,23 (alleen op werkd.) 8,45 10,15
11,50 nm. 12,35 1,20 2,05 2,50 3,35 4,20 5,15
6 7,— 7,20 8,35 9,20 10,20 11,
Van Vlake naar Roosendaal voorin. 7,05 en
10,12 nm. 2,04 5,48 en 8,32.
Van Vlake naar Goes en Middelburg voorm
7,58 10,31 en nam. 2,25 5,14 en 8,17.
Van Middelburg naar Goes en Vlake voorm
6,27 9,24 en nam. 1,18 4,40 en 7,46.
Van Roosendaal naar Vlake, voorm. 6,50
9,27 en nam. 1,28 4,10 en 7,43.
Spoorbootdien&t
WalsoordenVlake.
Zondag namiddag icordt niet gevaren.
Van Walsoorden naar Vlake, voorm. 6,—,
9,nm. 12,50 en 4,uur.
Van Vlake naar Walsoorden, voorm, 8,
en 10,31 en nam. 2,25 en 5,20 uur.
Snelpersdruk A. Moerdijk, Zuiddorps.
Alii
<looi' de genade Gods en de gunst van den
H. Apostollsclien Stoel,
\l D O r