No. 11. Woensdag 29 Januari 1902. le Jaargang. FEUILLETON. Brieuen, stukken en aduertentiën te zenden aan den Redacteur-Administrateur uan ,,ZELANDIA" te Zuiddorpe. De Fortuinzoeker. Deze courant verschijnt Dinsdag- en Vrijdagavond. Abonnementen worden aangenomen op post- en hulpkantoren. Inzending "van advertentiën vóór 3 ure op den "dag der uitgave. Treurige verschijnselen. Staatkundig Overzicht. Prijs per 3 maanden: franco per post 75 cent, voor België frs. 2.50. Bij vooruitbetaling voor een geheel jaar bedraagt de abonnementsprijs slechts f2,50 voor Nederland. Aan deze uitgave is verbonden een GElLLUSTREERn ZOIVDAGSIILAD tegen den prijs van 45 cent per 3 maanden, betaalbaar tegelijk met de abonnementsgelden. Advertentie n van 1 tot 5 regels 50 cent, voor elke regel meer 10. Bij driemaal plaatsing van dezelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Dienstaanbiedingen en aanvragen om dienstpersoneel ter grootte van hoogstens 8 regels worden bij vooruitbetaling geplaatst voor -40 cent per advertentie. Bij abonnement of herhaalde plaatsing belangrijke reductie. Lijnt van jsiften voor Z. II. den Pa,us. F. P. L. Flooren, Deken, Hulst f25,00. Pastoor Schets, St. Jansteen 10,00. Twee dienstmeiden, St. Jansteen 1,00. De vijanden der Kerk hebben er slag van om alles met veel overdrijving voor te stellen en zoo geschiedt dit ook met de Los-van-Rome-beweging. In Oostenrijk-Hongarije echter neemt die beweging toch ernstige verhoudin gen aan en het getal dergenen, die zich van de Katholieke Kerk verwijderen is groot. Yan welk gehalte de ontrouwen zijn behoeven we niet te vragen, maar we kunnen ze het best vergelijken met de dorre bladeren, die van den boom vallen. Toch, ware het volk niet zoozeer meegesleept door een verfoeilijken neu- traliteitsgeest, die zoowel bij arm als rijk is doorgedrongen, we zouden niet de feiten betreuren, die we thans te betreuren hebben. De vrede moet bewaard worden, zie daar de leuze. Maar de neutrale gods dienstige pers treedt intusschen met drieste brutaliteit de huizen binnen om den modernen humaniteitsgeest te bren gen, soms onder de besten. Het vergif werkt langzaam en onge merkt, maar zeker. Onder verfijnde vormen worden den godsdienst slagen toegebracht, die men ten laatste niet meer voelt. Dezer dagen de Los-van-Rome-bewe- ging in Oostenrijk-Hongarije behande lend, en de middelen, die aangewend worden om de geesten zooveel mogelijk tot opstand en afval te brengen, schreef de N. H. Ct. de volgende zeer juiste regelen 't Is een Barnum en Bailey-spel, kun sten worden vertoond en men juicht grappenmakers toe, al spreken ze een taai even verderfelijk als ongepast. De Dit bemerkte de laatste eerst toen het wissels in zijn huis begon te regenen. Al zijne nasporingen waren vruchteloos, zoo als in Amerika meesttijds het geval is. Toen onze Smitt voor goed zag dat hij geheel ten onder gebracht was, raapte hij ijlings zijn gereed geld bijeen, verschafte zich in alle stilte een paard en reed de wijde wereld in. Zijne eerste luchtkasteelen waren in rook verdwenen, hij moest de vlucht nemen, nu niet meer vrijwillig maar gedwongen. Het «duitsche broederhart" had hem een amerikaanschen streek gespeeld en hem in een toestand gelaten, niet ongelijk aan dien waarin hij eens de zijnen had gedom peld. Hij gevoelde dit destijds zeer goed, maar werd er niet wijzer door en had veel lust den eerloozen vluchteling, zoo hij hem er gens ontmoette, den hals te breken. Hij reed eenige dagen doelloos rond, en liet zich met behulp zijner duitsche papie ren en eenige dollars weder een' anderen grondslag der in ieder opzicht forsche, gezonde en vrije samenleving, gelegen in het Christendom, wordt geweld aan gedaan. De toestand is in waarheid niet zoo geruststellend als dit oppervlakkig schijnt. Ongehinderd en ongestraft laat de Habsburgsche Monarchie de Los-van- Rome-beweging door bezoldigde agen ten van den Evangelischen Bund en Adolf-Verein bevorderen, zonder een enkelen stap te doen om de openlijke propaganda en collecte voor dat doel of zelfs de officieele misbruiken van den Mecklenburgschen Gotteskastente verhinderen. Wij leven in een tijd van verwarring. Het recht wordt verkracht, wie het wil handhaven wordt een dwaas ge noemd, hij maakt zich vijanden. Het godsbegrip moet uit de wereld verban nen worden, verdraagzaam moeten de menschen zijn, Izóó verdraagzaam zelfs dat in de schoolboeken den naam van God r.iet meer mag voorkomen om de kinderen der goddeloozen niet te erge ren met dien naam. Op deze wijze verliest de godsdienst terrein en wat erger is, men voelt het niet meer wat een ontzettend kwaad wordt gesticht en hoe het volk lang zaam maar zeker onverschillig wordt gemaakt voor het hoogste. Daarbij openbaart zich immers ook allerwegen een staatsrechterlijk streven om den godsdienst buiten de wet te stellen. Neutraal zijn in de samenleving, zie daar wat men wil. Zoo willen het de godsdienstloozen, maar zoo willen het niet de nog nij diger vijanden der Roomsche Kerk. Zij nemen hun toevlucht tot schimp en las teraal. Het nieuwste propagandamiddel, dat men in Oostenrijk gebruikt, is de ver spreiding van het Duitsch-Evangelisch gezangenboek. Dit wordt overal bin nengeloodst en is een samenraapsel van hatelijkheden aan het adres van het amerikaanschen naam geven. Hij heette thans John Wills, en was voornemens zich weder hier o# daar te vestigen en een nieuwen handel te begin nen; want hij wilde rijk worden in Ame rika, al moest hij ook het voorbeeld van Schlips volgen. Met zulke prijzenswaardige voornemens reed hij al verder en verder, tot hij einde lijk in Pensylvanie aankwam. Hier nam hij zijn intrek in ecne her berg, met het voornemen een paar dagen uit te rusten. Dit oord was destijds eene der jongste volksplantingen, en de vele in aanbouw zijnde huizen gaven daar een levendig ver keer. Dagelijks kwamen er nieuwe landver huizers, en de handel was daardoor zeer levendig. Dat beviel Dorner. Hij kocht een winkel van iemand, die even onrustig als hij zijnde, zijn geluk op eene andere plaats wilde beproeven, en weinige dagen later stond John Wells ach ter de toonbank. Ditmaal wilde de nieuwe koopman zich echter niet met vennootcn inlaten, maar alleen zich zeiven de zaken toevertrouwen de geschiedenis mot Schlips had hem ten minste op dit punt wijzer gemaakt. John bleef dus in zijn winkel, verkocht zijne goederen, en breidde met de winst zijne zaken uit. Yaticaan. En wat geeft dit gezangenboek het volk te slikken. Lezen wij slechts een der versjes Auf Los von Rom So hallt es durch die Lande Nicht langer tragen wir des Joch der Schande Wir haben satt der Priester Trug und Druck Volkstum und Freiheit wollen sie uns rauben, Darum bin weg metdiesen Römerglauben, Die Lehre Luthers sei uns Heil und Schmuck. Het wordt hoog tijd dat de dingen wat ernstiger onder de oogen worden gezien, en dat gehandhaafd wordt wat goed is en moet blijven in de moderne staten, nu droppel voor droppel de ver leidelijke leugen van «volmaakte vrij heid» zonder God of gebod het volk wordt toegediend. De Oorlog. Er is nog steeds weinig aieuws van 't oorlogsterrein, wat wel de kwade zaken der Britten doet vermoeden. - Een bericht van eenig belang is een te legram uit Pretoria meldende «Enkele dagen geleden was een groep van 35 inboorlingen uit Lendique-spruit bezig gras te snijden onder bescherming van 25 man der Imperial Yeomanry, toen zij verrast werden door 150 Boeren. «Na een dapper gevecht, waarin 6 Boe ren gedood en 4 gewond werden, werd de Yeomanry genoodzaakt zich over te geven aan de overmacht. «De Engelsche verliezen waren 1 doode en 7 gewondenbovendien werden 4 in boorlingen, die ongewapend waren, later door de Boeren doodgeschoten." Eenieder zal wel begrijpen, dat die 35 grassnijdende inboorlingen wel degelijk tot het Engelsche kdrps behoorden, dat door de Boeren werd verrast. Toen handelden de Boeren volgens hunne bedreiging, dat zij Kaffers, die voor de Engelschen vech ten, zouden neerschieten. Hoe de berichten, die Kitchener zendt, overeenstemmen met de waarheid, blijkt weer eens uit een feit, door Kitchener be titeld als een «afgeslagen aanval" en waar- Aanvankelijk ging alles tamelijk goed van de hand. Eene zekere rechtschapenheid, welke hem in weêrwil van het slechte voorbeeld des doortrapten Schlips, van kindsbeen af bijgebleven was, bezorgde hem een groot getal begunstigers en deed zijn vermogen vermeerderen. Het viel hem, den voormaligen burger van C., wel hard, hier in deze soort van wildernis als een gewone winkelier ach ter de toonbank te moeten staan en nog daarenboven zijn huiswerk te verrichten, maar hij moest van den nood eene deugd maken. Het ware gelukkig voor hem geweest, wanneer hij thans in zich zeiven gekeerd, berouw getoond had over den misdadigen stap door hem eenmaal begaan; doch zoo lang een hartstocht den mensch uitsluitend beheerscht, komen do andere gevoelens als het ware niet tot bewustzijneven als bij eene groote smart de andere pijnen schij nen te verminderen. In den eersten tijd had John zijne han den vol om zijne zaak op een' goeden voet te brengen en zich met de menschen be kend te maken. Dat en het uitzicht op winst had hem in eene voortdurende spanning gehouden. Langzamerhand nam deze drukte echter af, en het werd hein zeer eenzaam in het blokhuis. over nu een correspondent, die 't geval bijwoonde, nadere bijzonderheden mede deelt Wij trokken schrijft de berichtgever door een slechte streek met kreupelhout rondom ons, zoodat het onmogelijk was meer dan 30 meters, in welke richting ook voor zich uit te zien. De voorhoede van de kolonne kwam plotseling in een open vlakte uit, en wij zagen enkele Boe ren voor ons uit. Wij wierpen een of twee granaten onder hen en zij galoppeerden weg. Terwijl wij hen nog gadesloegen, en zonder de minste waarschuwing, bestorm den ons ongeveer 200 Boeren uit het dich te kreupelhout op onze linkerflank. De salvo's die zij op ons afgaven, waren ver schrikkelijk; vervolgens stormden zij tus- schen de wagens in, de zwarte drijvers, muilen en alles in hun weg meedoogenloos neerschietende, en onze troepen plotseling in verwarring brengende. Een aantal mui len werden schichtig en wierpen de wa gens om en vele van onze manschappen kregen ernstige kwetsuren, doordat zij overreden werden. De Boeren renden daarna op de twee 15-ponders van de 4de batterij koninklijke veldartillerie toe die in de achterhoede waren, maar aan den aanval werd kracktig weerstand geboden. Toen hij de Boeren uit het kreupelhout zag komen, galoppeerde luitenant Hill die met de leiding belast was, met do kanonnen weg om te trachten een stelling in te ne men en slaagde er in twee ladingen schroot fa te schietendaarna viel de dappere ke rel met drie kogels door zijn lichaam. Een sergeant hield het andere stuk in actie tot de Boeren op enkele meters afstands wa ren, waarop hij trachtte de schroeven van het sluitstuk weg te nemen en gewond werd, terwijl hij dit deed. De kanonniers en stukkenrijders gedroegen zich ook als helden. De vijand stormde vervolgens met groote vastberadenheid door en schoot alle mannen bij de knaonnen op één nan eer. De voorwagens der kanonnen werden door de Boeren verbrand, de munitie ont ploft; het totaal verlies der Engelschen was 100 man aan 'dooden en gewonden en dat alles noemt Kitchener eenvoudig «een afgeslagen aanval." Git IEKEXLAXI). De Franf. Ztg. heeft het volgende tele gram uit Athene ontvangen dd. 23 dezer: «Toen de Koning heden in den tuin van het paleis een wandeling maakte, wierp Hierbij kwam nog dat de winter, die er in Noord-Amerika waarlijk den spot niet mede drijft, meer en meer naderde, en het verkeer schier geheel ophield, daar iedereen om den grooten afstand, waarop de blokhuizen van elkander stonden, liefst bij den eigen haard bleef. Hij zat dus als in eene kooi opgesloten. Doch dit was waarlijk niet om uit te hou den Somwijlen liep hij rondom zijn blok huis en gevoelde veel lust om met het ge weer op den schouder op de jacht te gaan, maar hij moest willens of onwillens bij zijn winkel blijven. Wanneer hij daar zoo geheel alleen zat en onwillekeurig aan het vcrledene dacht, dan kwamen gewoonlijk zijne beide arme, verlatene kinderen ongeroepen in de ka mer, en hij kon hen met de grootste moei te niet van zich verwijderen. Gedurende den dag gelukte hem dit nog wel eens, doch des avonds laat of in sla- pelooze nachten werd hij er zeer door ge kweld. Wat moest hij doen om zijnen toestand te verbeteren Aan vreemde menschen zij ne goederen toe te vertrouwen, dit had hij eenmaal duur genoeg betaald. Hij besloot dus tot het eenige redmiddel dat hem aannemelijk voorkwam, over te gaan, namelijk tot een huwelijkhierdoor, zoo meende hij, zou hij voor goed een ein de aan zijn jammerlijk leven maken. een man met getrokken mes zich op den vorst. De oppertuinman weerde den op den vorst gemunten stoot af en werd daarbij verwond. De dader werd gegrepenhij schijnt gekrenkt te zijn in zjjn geestver mogens." Een telegram uit Athene echter verklaart, dat dit "bericht van allen grond ontbloot is. ITALIË. Welk buitengewoon feest, zeldzaam in de geheele historie der Kerk, de H. Vader in het volgend jaar hoopt te vieren, is be kend. Maar minder bekend is, dat het zelfde jaar voor Z. II. den Paus nog twee andere jubilea zal brengen. Op den Nieuwjaarsdag van het jaar 1843 namelijk ontving de toenmalige delegaat van Perugia het bericht, dat Z. H. Paus Gregorius XVI hem had benoemd tot nun tius te Brussel. Den 27 Januari van het zelfde jaar werd mgr. Pecci tot aartsbisschop van Damiete benoemd. In de basiliek van den H. Laurentius werd Z. D. H. door Z.Em. den kardinaal Staatssecretaris Lambruschini tot bisschop gewijd in tegenwoordigheid van de Belgi sche In liden bo^-jaar zal Z. H. dus, naar w+j vïOpèir," zijn diamanten jubilé als aarts bisschop vieren, want wel werd mgr. Pec ci in het Consistorie van 1846 tot bisschop van Perugia geprecosineerd, maar Z. D. H. behield daarbij den persoonlijken rang van aartsbisschop, dien hij als nuntius had be kleed. In 1853 nu werd de bisschop van Peru gia door Z. H. Paus Pius IX met het pur per bekleed, den 19 December zoodat Z. H. Paus Leo XIII, als het Gode behaagt, het volgend jaar zal kunnen vieren het gou den feest als kardinaal, het diamanten als bisschop, het zilveren als Opperherder van Christus' Kerk. Moordaanslag. Paris Nouvelles meldt uit Napels, dat daar midden in de stad een moordaanslag is gepleegd op graaf Gustave del Balzo door den inspecteur van financiën Dellafranci. De graaf had de dochter van den inspec teur verleid en geschaakt, was wegens onttrekking van een minderjarige aan hét over haar gesteld gezag in hechtenis ge nomen, doch weer in vrijheid gesteld, om dat hij beloofd had het meisje te trouwen. Toen het er op aan kwam weigerde de John Wills cfc Comp. Het trouwen is in Amerika eene zaak van weinig belang, doch het getrouwd zijn zal daar evenzeer als elders moeielijkheden opleveren; ten minste wat men hiervan uit de »Nieuwe-Wereld" verhaalt, klinkt inderdaad wonderlijk. Hoe dit ook zij, John Wills, koopman te Cleveland in Pensylvanie, zocht eene vrouw om aan de onverdragelijke verve ling en eenzaamheid te ontkomen, zijn huishouden op een' fatsoenlijken voet in te richten, en hem gelegenheid te geven ook buiten 's huis eenigen handel te drij ven. Menschen die anders in het drijven van wereldsche zaken eene buitengewone door traptheid aan den dag leggen, vergrijpen zich meestal in het sluiten van een hu welijk; ook wreekt zich het lot wel eens in zoodanige verbintenis. Met John ging het ten minste aldus, en of dit zijne eige ne schuld was of niet, hierover moge de lezer beslissen. Hij had namelijk bij het verkoopen zij ner goederen achter de toonbank, zijne oogen op een jong amerikaansch meisje laton vallen. De jonge miss was rap met den mond, wat hem zeer voordeelig voor zijnen win kel voorkwam; zij zag er goed uit, ofschoon niet te ingetogen, en scheen veel wereld- kenuis te bezitten. Wordt vervolgd. i

Krantenbank Zeeland

Zelandia | 1902 | | pagina 1