Rede van Mussert - Solidariteit der Duitsche
en Nederlandsche nationaal-socialisten.
Rede van Rijksmaarschalk Göerirtg.*
Ap.ièl tot do Weermacht.
bcteekent dit ten J
jgsinspanning nog
alleen tijd en li-
;eestelijke inspan-
ijgenoot en in bij-
ris, van blokleider
l tot taak stellen,
ng zijner volksge-N
t meer te benade-
en deelnemend,
jn medeleven niet
trekken van mate-
oorden van bemoe-
moet alle volks-
nen, hij moet hun
istateerd, .opdat hij
moet in onver
en een na den an-
den laatsten zin
jdzakelijkheid van
aken. Vooral ech-
:eld der eigen on-
n invloed uitoefe-
Duitsche volk de
eze wereldstrijd in
'maar verlangt, op-
hij er 'op' vertrou-
taak, die haar als
aar gesteld is, n.l.
sn, zal vervullen.
Ook Nederland.
i Nederland, staat
n de gegeven om-
maar ook dubbel -
de taak is gegeven
4. S. B., want de
zich verbergt, valt
en. Eén ding heeft
ïeeft ons vereenigd k
enschap. Wij heb-
ïten en wij moeten
en het bewustzijn
id van dezen strijd
het niet laten ver
enigerlei wijze als
de eigen toekomst
ichen ons zou staan
3ert, heeft daarmee
en precies dezelf-'
e toekomst verwor-
e eischen, die deze
luidelijkste en een-
zoor onzen gemeen-
meest geperfection-
centratie van onze
ontwikelingsmoge-
el, dat in de feilen
de wegwijzer zijn
liing van onze poli-
nschap.
hans in dezen strijd
e. volk den toestand
at, ook Europa zijn
:ge moet leveren,
haven en zijn aan-
:e bewaren. Er zal
concentratie van de
rland plaats vinden,
nheid zou ik
n nadruk er
dat de toe
den geen b e -
igerlei vroe-
leden en be-
1 mijn orders
n door allen
tgevoerd. In
estand zou
uitvoering
e order niet
orden opge-
t a g e.
dat wij meer dan
is tegen dezen .strijd
derdrukken.
Aan de kerken.
:egenwoordigers der
den bevelhebber der
:in zij hun bezwaren
het voltrekken van
amiddels in een be-
ermachtsbevelhebber
lieromtrent kan ik
i: op een oogenblik,
s en' zonen met ijze-
in het Oosten tege-
en ongeschokt het
het onverdragelijk
die zich ten doel
istelijke front onvei-
aagt te ondernemen,
worden blootgesteld,
zorden tegen onszelf
het gebod van een
n noodzakelijke ge-
or ons .een wellicht
toch heilige plicht,
loor hen te vernieti-
dat de kerken de be-
oefen\jnzien. Zij be-
haar godsdienstoefe-
2 vijandelijke própa-
ing eener nationdal-
elk opzicht kunnen
actieve en verhelde
ken bij haar geloovi-
an dezen strijd en de
:n strijd althans niet
mogelijkheid geven,
ten aanzien van de
ende macht,
nzelf, dat wij
e kust onder
leden verde-
»en en kunt er van
jlkomen ernstig ge-
mtueel het bewijs le
en in Nederland niet
ook hier, wanneer
zijn als de strijder
Aan Nederlandsche
/ezig zijn, dat de kust
>rden, want een strijd
zolkte Nederland zou
haar nederzettingen
evens als gevolg van
woestingen door'den
istrekte gebieden van
en. Wij als uitvoer-
lot gegeven taak om
s aan het Oostelijke
voor den strijd niet
n, dat is het levens-
ialisten. Wij hebben
niet anders gekund
en weg gegaan, die 1
ik spreek het thans
het lot dankbaar, dat
ft geplaatst. Als het
het zijn of niet-zijn
vij dankbaar zijn, dat
uitvechten. Wij kun-
ft ons reeds eenmaal
Wij weten ons de dragers van de zedelijke
orde in ons werelddeel. Daarom bezitten wij de
besluitvaardigheid om ons vechtend een ge
meenschappelijke, gelukkige toekomst te ver
overen. Wij willen de beslissing afdwingen en
wij dwingen haar af, want vóór ons staat de
Fiihrer in zijn unieke' grootheid. Hij heeft ons
lot in zijn handen genomen. Dat is ons geluk en
onze vervulling. Daarom, kameraden, geldt op
den tienden verjaardag der overneming van de
macht het parool voor de toekomstMet Adolf
Hitler ter overwinning 1
i)
In de vergadering in den Haagschen Dieren
tuin sprak Mussert Vrijdag de volgende rede uit
Herr Reichskommissar, Meine Deutschen
Kameraden, mijn Nederlandsche kameraden en
volksgenooten.
Vandaag herdenken wij het tijdperk, dat voor
10 jaren, op 30 Januari 1933, begon en dat van
daag eindigt.
Het heden staat thans boven het verleden.
Wanneer wij hier niet zoo stonden in dezen
moeilijken tijd, zouden onze gedachten nu uit
gaan naar dien fakkeloptocht; nu tien jaar ge
leden, door de Wilhelmstrasse. Wij zijn met
onze gedachten echter niet daar vandaag. Wij
zijn vandaag met onze gedachten in het Führer
hauptquartier en in Stalingrad. Dat kan niet
anders. Deze dag staat in het teeken van de
ijzeren vastberadenheid en een onwrikbaar ge
loof in de toekomst.
Wij weten allen, dat nog nooit een groot en
een grootsch doel bereikt is, gezeten op een
tapijtje en naar beneden glijdend langs een
rutschbaan, die met zeep is ingesmeerd. Zoo^Is
het leven niet, wanneer iets groots bereikt moet
worden. Toen onze Nederlandsche voorouders
3S0 jaar geleden met kleine zeilschepen hun
weg zochten naar Indië via Kaap de Goede
Hoop, zoo'n halven aardbol rond, 20.000 km.
ver, duurde hun reis in eerste instantie, fpen
zij het nog leeren moesten een langen tijd. Het
was toen nog mooi, als Zij na drie jaar thuis
kwamen. Soms was dan 2/3 gedeelte van de
bemanning omgekomen op reis en keerde slechts
1/3 terug. Het begin was altijd eenvoudig. Het
was wachten op een goeden wind, waardoor je
uit kon zeilen van de reede van Texel of van
de monding van de Maas of van Vlissingen
vandaan. En dan was men blij wanneer men het
Engelsche Kanaal, gepasseerd was met zijn zee-
roovers uit Duinkerken. En wanneer men een
maal de Golf van Biscaje heelhuids voorbij was
dan kwam de zóne van de windstilte, waar men
ook weer doorheen moest. Eindelijk kwam men
dan bij Kaap de Goede Hoop, waarmede dan
het ergste voorbij was, want hier kon men ver-
sche groente innemen tegen den scheurbuik.
Hierna ging men dan weer voorwaarts, duizen
den mijlen ver naar een onbekend vreemd ge
bied. Men ging daar dan onderhandelen en
soms moest men er vechten. En als men dan
weer naar huis terug ging moest men dikwijls
omvaren om de noord, om Engeland heen, om
dat het Kanaal versperd was door de Engel-
schen of de Duinkerkers. Zoo ging dat jaar in,
jaar uit en iedere reis beteekende een eindeloo-
ze rij van moeilijkheden. Maar tenslotte kwam
de vaderlandsche kust in zicht en daarmede de
groote voldoeninghet is volbracht I
En, mijne kameraden, ditzelfde karakter ver
toont de strijd van het nationaal-socialisme, uw
strijd, mijn strijd, onze strijd. Precies hetzelfde
karakter in onzen tijdl Een grootsch werk is
begonnen, uit innerlijken drang. Niemand was
er, die ons daartoe drong. 1
Er was een stem in ons binnenste, een rede-
looze stem, zoo gij wilt, maar daarqm ook een
stem. van boven de menschen, die zeide: „Gij
moet dat doen. Wij gaan beginnen". Hoe lang
de weg was en hoe steil de helling was, hebben
wij nooit gezien. Wij hebben nooit geweten,
hoe diep de afgrond was en hoe hoog de top.
Wij weten, dat de top nog niet bereikt is, maar
wij weten wel, hoever wij zijn op dezen einde
loos schijnenden weg van zorg en moeite, dien
wij moeten gaan, omdat het onze roeping- is.
Wij weten .nu in 1943 precies wat het ver
leden beteekend heeft. Wat wij niet wisten,
toen het verleden in gang was en dat wisten
eigenlijk ook de ouderen onder ons van den
oorlog van 19141918 niet, waarom daar was
de ineenstorting *van Duitschland en de tri
omf van anderen. Wij weten nu, dat dit nood
zakelijk was voor de gebeurtenissen, die in on
zen tijd plaats vinden. Wij weten nu, dat het
de consequentie is van 1789, dat het commu
nisme de macht in Rusland kreeg. Dat is het
eerste en belangrijkste van den oorlog van
19141918, het jaar 1917, toen de macht in
handen kwam van het communisme in Rusland.
Wij weten als punt twee, dat de Angelsaksen,
de Joden en de kapitalisten zich vereenigden
in den Volkenbond van Genève om daar een
tweede machtscentrum te vormen en wij weten
nu, dat Midden-Europa gedoemd leek te zijn
tot machteloosheid. Het Duitsche en het Itali-
aansche volk, het hart van Europa, scheen tot
machteloosheid gedoemd en wanneer straks de
eindstrijd zou komen tusschen het kapitalisme
en het communisme, zou zeker het communisme
gewonnen hebben. Dit z</„ gebeurd zijn, indien
er niet een derde macht opgestaan was, juist
daar waar men dacht, dat geen kracht meer
aanwezig was, daar ontstond het en daar sloeg
het als een vlam uit den bodem: het nationaal-
socialisme en het fascisme. Wanneer wij terug
gaan naar 1919 dan zien wij hoe ook Italië bij
na in de macht van het Bolsjewisme was en
wij zien hoe Mussolini met zijn zwarthemden
Italië redt. Wij weten ook, dat het communis
me toen ook reeds stond in Wezel in, Duitsch
land, hetgeen door velen hier vergeten wordt.
En nu zegt.de democratie vol trots: ja, maar
de democratie heeft 't communisme in Duitsch
land toch maar tegengehouden 1 En dan zeggen
wijja, het heeft het tijdelijk tegengehouden,
maar zou reeds lang den strijd verloren hebben
indien in de plaats van die democratie niet het
nationaal socialisme getreden was, de eenige
macht, die het communisme kan tegenhouden,
omdat het zelf opbouwt.
Men kan niet alleen met negativisme iets te
genhouden; men moet iets beters in de plaats
daarvan stellen en dat doet het nationaal socia
lisme, dat ons wedergeeft de liefde voor eigen
volk en vaderland, den eerbied voor den arbeid
en dat alles overkoepeld door godsvertrouwen
eri den wil tot offeren en dienen, den wil zich
te geyen voor het volk.
En dat, mijne kameraden, is de verdienste
van 'Adolf Hitier en zijn oude getrouwe bruin-
hemden, die in de eerste jaren 1919 tot' 1923
om hem heen stonden, dat zij begonnen zijn,
den moed hadden om alles te trotseeren en het
geloof hadden om tegen alles in door te gaan
om het bolsjewisme te vernietigen in het hart
van Europa. De vernietiging van
het bolsjewisme, dat is de
eerste en de grootste daad
geweest. Het heeft veertien harde strijd-
jaren geduurd, van 1919 tot 1933. Het waren
14 jaren van doorloopenden strijd ter vernieti
ging van het bolsjewisme in het hart van
Europa.
En toen dat gebeurd was, kwam het t w e e-
d e b e d r ij f van het groote drama van we
reldhistorische beteekenis, waarvan wij getuige
zijn en waaraan wij medewerken. Toen kwam
van 1933 tor 1939 de voorbereiding, een koorts
achtig maar vastberaden en doelbewust zich ge
reedmaken tot afweer van wat komen moest:
de stormloop der reactionnairen en de storm
loop van het communisme. En in dien tijd, van
1933 tot 1939 heeft Adolf Hitler het klaar ge
speeld, om alle Duitschers te vereenigen in één
Rijk volgens de beginselen van het nationaal-
socialisme, het grootduitsche rijk en daarnaast,
daarmede vast verbonden, het verbond van
Mussolini en zijn izwarthemden, het fascisme.
Het was ook in dezen tijd, in 193S, dat wij hier
in Den Haag ongevraagd en ongeweten toetra
den tot dat groote verbond van Europa, dat
eens zal omvatten alle nationaal-socialisten en
fascisten, die begrijpen dat het continent van
Europa ons aller vaderland is.
In 1935 stonden wij hier dan in Den Haag en
wij hebben ons hierbij aangesloten. Het was in
dién tijd, dat ik voor het eerst een onderhoud
mocht hebben met den Führer. Wij bleken te
zijn één van geest en nooit vergeet ik dat on
derhoud.
En dan komt het d e r d e bedr ij J, dat
begon in 1939, hét bedrijf om pr voor zorg te
dragen, dat het communisme en het Amerika
nisme Europa niet zouden verpletteren. Dit is
het hoogtepunt van het groote drama van de
zen tijd. Wij spreken allen dit jaar over het
communisme in Rusland, maar wij vergeten
één ding. Rusland is niet zoo iets als Mexico.
Rusland is een continent, grooter, veel groóter
dan Europa en het eerste continent, dat onder
„Einheitlicher Führung" is gekomen en jaren
lang, van 1917 af, maar één doel had, de over-,
heersching van net communisme over dat con
tinent en over de gansche wereld. Die afweet
is het grootste, wat in dezen tijd bestaat. De
afweer en de vernietiging van het enorme
communistische gevaar is de historische roe
ping, die de Führer met Mussolini niet alleen
volvoert voor het Duitsche en Italiaansche volk,
maar voor alle volkeren van Europa, voor
gansch Europa.
Wij staan nu, mijne kïmeraden, te midden
van dien strijd. En eigenlijk moest het toch zóó
zijn, dat alle volkeren van Europa daarin 'ten
volle zouden meeleven, maar dat doen zij nog
niet, omdat zij verblind zijn en het niet kun
nen zien. Maar wel kunnen en moeten het zien
alle nationaal socialisten en fascisten. Zij doen
dit dan ook. En hetzelfde doen wij dan ook,
wanneer het n^oeilijk is. Het is gemakkelijk
om het te zijn, wanneer het eenvoudig is, maar
van ons wordt verwacht als kern der natie,
elimeerend element in de volkeren, 'dat wij het
ten volle begrijpen en dat wij ons ten volle in
zetten en dat wij ons onder geen beding, onder
welke voorwaarden dan ook, wankelmoedig
zouden toonen of schijnen of nog minder te
zijn.
Onze gedachten zijn daar, waar zie strijd op
het hefstigst is. En mijne Duitsche kameraden,
tot u zeg ik: toen eens de „Bismarck" strijdend
onderging, hebben wij het gevoeld alsof het een
oorlogsschip van ons was en nu Stalingrad be
dreigd is zeggen wij Nederlandsche kameraden
tot u: het zijn onze kameraden, die daar zijn
en wij staan met alles bij hen 1 Kameraden, het
is moeilijk voor ons naar den top van den berg
te klimmen. Wanneer wij, bewoners van de
lage landen, een berg in de verte zien, dan lijkt
het van beneden af ioo. gemakkelijk om, naar
den top te komen. Het eerste gedeelte is ook
niet moeilijk. Maar men klimt hooger en hooger
en eiken keer denken wij, dat wij bij het steil
ste gedeelte zijn. Maar dan plotseling komt er
weer een stuk dat nog steiler is. Ten slotte is
er echter de top en dan is het bereikt. Geen
nationaal socialist desespereert echter. Wij her
inneren ons de woorden van J. P. Coen, eens in
Batavia gesproken, toen hij daar voor enorme
moeilijkheden stond. Toen sprak hij„ende
desespereert niet", wanhoop niet I"
Ook wij Nederlandsche nationaal socialisten
zijn in den loop'der jaren hard geworden. Onze
strijd was zeer zwaar. Wij waren eens in 1939
en in 1940 met^ 35.000 man te midden van 9 mil-
lioen gelijk een belegerde vesting. Wij hebben
niet gewankeld in dit derde bedrijf bij het be
vechten van het communisme en het Amerika
nisme. Dit derde bedrijf, waarin wij nu staan,
ook dat komt eens tot een einde.
En dan komt het vierde bedrijfd e recht
vaardige ordening van Euro-
p a. Men kan van den man, die het dictaat van
Versailles heeft bestreden, jaar in, jaar uit,
niet verwachten, dat hij dit dictaat zal vervan
gen door eeq dictaat van Potsdam. De moge
lijkheid tot ontplooiing van de volkèren van
Europa zal gegeven worden, ieder volk naar
zijn eigen aard, in al hun verscheidenheid over
koepeld door deze groote gedachte„Samen
zijn wij Europeanen, samen is Noord-Europa
Germaansch". En eerst dan, wanneer dit ge
schied is, dan komt het laatste, bet vijfde
b e d r ij f. Dan gaat de zon'weer op boven
Europa, het Europa van het nationaal socialis
me en het fascisme, waarin geluk zal zijn en
de mogelijkheid tot leven en voorspoed voor de
honderden millioenen, die Europa telt.
Ziedaar, het drama in vijf bedrijven, de we
reldgeschiedenis die gemaakt wordt nu in on
zen tijd. Wij weten nu precies, dat wij staan
in het midden van het derde bedrijf. Wij deses-
pereeren niet, maar wordep integendeel gedra
gen door vertrouwen en door geloof.
En wij willen heden in de.ze
groote b ij eenkomst, die over
vol is, getuigen daarvan, ge-,
tuigen van ons onwrikbaar
ver'trouwen in de toekomst
en zoo op deze wijze willen
wij herdenken den dag, dat
vóór 10 jaar de Führer de re
geering aanvaardde in het
toenmalige Duitsche rijk.
Dit inzicht in het groote gebeuren van dezen
tijd doet ons sterk staan en het legt ons zware
verplichtingen 'Op van man tot man, van partij
tot partij en van volk tot volk. Het legt ons
de verplichting op, dat wij Nederlandsche na
tionaal socialisten zullen zijn goede Nederlan
ders met een zee van liefde voor volk en va
derland en het legt u, mijne Duitsche kamera
den, de verplichting op, dat gij zult zijn goede
en sterke Duitschers, eveneens met een groote
liefde voor uw land. Zoo zullen wij dan staan
als goede Germanen en als goede Europeanen.
Het nieuwe Europa kan alleen opgebouwd wor
den door mannen met karakter, mannén die
zichzelf inzetten voor, hun volk en voor het
groote geheel. Zoo zij onze verhouding van
man tot man.
En dan de verhouding van partij tot partij,
van N. S. D. A. P. tot N. S. B. Gij, mijne
Duitsche kameraden, verwacht terecht van ons
Nederlandsche nationaal socialisten begrip voor
den geweldigen strijd van de N. S. D. A. P.
vanaf het jaar 1919 en ook gedurende de jaren
van 1919 tot 1931, toen wij nog niet in het touw
waren. Gij verwacht van ons, dat wij zien, wel
ke groote offers het Duitsche volk gebracht
heeft nu al bijkans 30 jaar. Reeds in 1914 is
dat begonnen en sindsdien is het een en al offer
geweest tot op den huidigen dag. Gij hebt het
recht, mijne Duitsche kamqraden, dat van ons
te verwachten, en gij, die de N. S. D. A. P.,
onze oudere zuster, vertegenwoordigt.
En wij, Nederlandsche nationaal socialisten,
wij verwachten van u, mijne Duitsche kamera
den, dat gij ook de N. S. B. ziet als een jon
gere zuster. Van 1931 staan wij hier en waar
lijk, de strijd in deze lage landen bij de zee was
niet eenvoudig. Toen de wereld gezien had,
dat Adolf Hitler in 1933 niet alleen de macht,
had gekregen, maar ook deed wat in zijn pro
gram staat, en dat het dus uit zou zijn met an
dere partijen en met de democratie, hebben zij
overal door de gansche wereld gezegd: „Wat
daar iq Duitschland gebeurt, kan maar eenmaal
gebeuren. Dat gebeurt niet in andere landen en
niet in Nederland". Tenslotte zeide men: „de
democratie is aljeen maar voor de democraten
en niet voor de nationaal socialisten". Toen
kwam de terreur, die wij jaren lang hebben
meegemaakt en waar wij doorheen moesten. Wij
nationaal socialisten hebben ons karakter be
waard en wij hebben het nationaal socialisme
toch uitgedragen, totdat er zelfs 4000 kamera
den in Nederlandsch-Indië stonden. Dat is het
verste,punt, waar het nationaa^socialisme ooit
is doorgedrongen. Ons Nederlandsche karakter
verplicht ons zuiver te zijn. Onze taak is het,
het Nederlandsche volk te winnen voor het na
tionaal socialisme. Het wederzijdsche respect
van partij tot partij uit zich in dezen tijd, ook
nu in deze zaal. Ik behoef maaq rond te zien
en daar zie ik Duitsche en Nederlandsche ka
meraden broederlijk vereenigd. Dit respect
komt ook tot uiting, wanneer wij elkander be
groeten, wanneer wij hen groeten met „Heil
Hitier" en zij ons groeten met „Hou zee"'. Wij
zijn broeders en zusters en wij staan en vallen
met elkander.
Ik wil hier op dit oogenblik dank brengen
aan alle leden van de N. S. D. A. P', die in
deze jaren'de banden van innerlijke vriendschap
hebben verstevigd en die er altijd op uit waren
om te doen zien, dat wij bij elkaar hooren te
staan, opdat wij staan en vallen met elkander.
Het wederzijds vertrouwen is het fundament,
waarop wij samen staan, want wij willen een
«evoorbeeld zijn voor het nieuwe Europa. Hoe
kunnen wij praten over het nieuwe Europa,
indien wij niet eens samen zouden kunnen wpr-
ken in dit nieuwe Europa en wanneer nationaal
socialisten en fascisten niet eens samen zouden
kunnen gaan? Wat moet dan van het nieuwe
Europa terecht komen? Daarom is het goed,
dat onze verhouding is zooals zij is: gebaseerd
op wederzijds vertrouwen. En tenslotte op onze
verplichtingen vqp volk tot volk.
Wij Nederlanders moeten
begrijp hebben voor alles wat
het Duitsche volkao.orge-
maakt heeft sedert 1914, voor
hun strijd, hun nederlaag,-hun
opkomst, hun groot-worden
en hun heroïsche daden van
heden.
Van den kant der Duitschers
verwacht ik, mijne kamera-
den, dat zij, de.enorme offers
zullen zien, die het Neder
landsche volk in dezen tijd
brengt. m
-Ik zeg niet, dat het zvrijwillig brengt, maar
die offers worden gebrdcht in dezen tijd. En
gij, die lang hier zijt, óf die pas na Mei 1940
hier gekomen zijt, wilt weten hoeveel offers
gebracht worden, vergelijk dan Den Haag van
Januari 1940 met dat van Januari 1943 en gij
zult Begrijpen wat het Nederlandsche volk in
dezen tijd geofferd heeft. Dan hebben wij on
zen vrijwilligen inzet met duizenden daarnaast
en die honderdduizenden die werken in de oor
logsindustrie. De heele Nederlandsche industrie
is oorlogsindustrie. En honderdduizenden staan
daar buiten en doen daar hun werk in uw va
derland. Laten wij hier echter niet verder op
ingaan. Wanneer gij maar weet en beseft, dat
het Nederlandsche volk voor dezen gemeen-
schappelijken grooten oorlog zeer groote offers
brengt, zelfs dan, wanneer men nog niet eens
denkt aan Indië. Maar«kameraden, wat wij nim
mer zullen afstaan is onze eigen aard, ons ka
rakter en ons zelfrespect, want dan zouden wij
geen nationaal socialisten zijn. Zooiets vraagt
dan ook geen nationaal socialist van een ande
ren national socialist.
Gij ziet dikwijls Nederlanders om u heen,"
die voor deze dingen geen begrip hebben en die
in deze jaren der bezetting de eer der natie
aantasten en zijn eigenschappen probeeren te
verkwanselen. Dat is het Nederlandsche volk
echter niet. Dat zijn wij nationaal socialisten
niet. Gij behoeft dus niet te denken, dat wij
daarmede iets te doen hebben. Wij vinden deze
menschen gelijk gij ze vindtschavuiten. En
wij zijn trotsch op onze vrijwilligers, die nu in
deze dagen in „Westland" van de SS in den
Kaukasus strijden. Wij zijn trotsch op ons Le
gioen van vrijwilligers, die vorigen winter aan
het Ilmenmeer gestaan hebben en waarvan de
Duitsche regimentscommandant zei, dat zij
even goed vochten als de beste Duitsche troe
pen (applaus).
En wij zijn trotsch op onze NSKK-mannen,
waarvan het tweede regiment nu in wording is
en die ook in een hardeH strijd in (het Oosten
.staan en niet achteraan, maar vooraan (applaus)
Wij verlangen van onze Duitsche kameraden
terecht hier in Nederland, dat zij deze gevoe
lens deelen en réspecteeren. Dat wederzijdsch
respect, mijne kameraden, van volk tot volk,
dat zal het cement moeten zijn, waardoor een
nieuw Europa wordt samengevoegd en in dat
nieuwe Europa gelooven wij rotsvast. In deze
verbondenheid van man tot man, van partij tot
partij, van volk tot volk is onze gezamenlijke
dank aan den Führer en aan zijn medewerkers
gelegd.
Na Mei 1940 heb ik den Führer driemaal
mogen ontmoeten. Nooit heeft hij iets gezegd,
dat kwetsend of denigreerend zou zijn voor
mijn volk. Integendeel, hij heeft gesproken over
de groote en goede eigenschappen van dit volk,
omdat hij zelf zoo volkomen doordrongen is
van de groote en goede eigenschappen van het
Duitsche volk,- dat hij toch in eerste instantie
representeert.
Hij heeft gesproken over de waarde van ons
volk voor het nieuwe Europa en hij heeft ge
zegd „I k wil aan het Neder
landsche volk', niets ontne-
m e n". Woorden, die met een stalen pen ge
grift zijn in mijn geheugen en waarnaar ik de
daden beoordeel.
Wij toonen onze dankbaarheid door onzen
inzet. Inzet in den arbeid en andere offers zon
der tal. Het Nederlandsche volk daarvan
ben ik overtuigd zal ook eens een partner
zijn op militair gebied, omdat ik overtuigd ben
dat onze menschen even goede soldaten zullen
zijn wanneer het op vechten aankomt als de
Duitsche soldaten, wanneer zij behoorlijk zijn
opgeleid en wanneer zij behoorlijk zijn voorbe
reid en zij een ideaal voor opgen hebben, waar
voor het de moeite waard is te "strijden. Zoo
staan wij dan onwrikbaar in ons geloof, ons
geloof, dat de oorlog gewonnen zal worden,
dat Hitler en Mussolini de redders zijn van
Europa, het geloof dat gij en wij met hen een
historische roeping te vervullen hebben en dat
alle nationaal socialisten en fascisten van Euro
pa een onwrikbaar blok zullen vormen, dat alle
volkeren van Europa dit zullen erkennen, en dat
eens uw kinderen in een vernieuwd Euröpa de
geschiedenis zullen leeren van de herrijzenis
van Europa door den inzet van honderdduizen
den, die hun vaderland liefhebben en die daar-
.voor hun leven wilden geven.
In een zee van bloed en tranen wordt het
nieuwe Europa gevormd en wij Nederlandsche
en Duitsche nationaal socialisten hier vereenigd
wij spreken op dit oogenblik tot den Führer:
„Gij staat daar jn het Oosten in terreins
omstandigheden die zwaar zijn, in moeilijkhe
den zonder tal. Wij weten het, uw leven is een
en al zorg geweest, van jaar tot jaar en uw
gansche leven zal .wel van zorgen vervuld zijn.
Gij staat daar, ik weet het, voor het Duitsche
volk. Gij staat er voor gansch Europa en dus
ook voor het Nederlandsche volk en wij Ne
derlanders vergeten dat nooit. Gij.zijt belast en
beladen met lasten en zorgen zonder tal. Gij
lijdt door het lijden van uw kameraden in Sta
lingrad. Wees er zeker van, mijn Führer, dat
wij één in dén geest met u zijn. Wij staan met
u, wij vallen met U. Wij zijn bereid zoo noodig
met-u te sterven. Wij willen getrouwelijk onzen
plicht vervullen, zooals gij uw plicht getrou
welijk vervult, in een rotsvast vertrouwen in
de toekomst van Europa. In de zekerheid van
de overwinning en in het vertrouwen in de her
rijzenis van het Nederlandsche volk, dank ik u
voor al wat gij gedaan hebt in deze jaren van
strijd, in deze ontzaglijke moeilijke, jaren, die
achter ons liggen. God zij met u en met ons 1
Houzee".
1934. De Führer in. gesprek
met arbeiders van de-
scheepswerf ter gelegenheid
van de bezichtiging van het
linieschip „Schleswig Hol-
stein".
Hoffman-Stapf-
Pax m.
De strijd tegen het communisme.
(D.N.B.) Op hèt middaguur van Zater
dag, dus op hetzelfde tijdstip, waarop tien
jaar geleden het lot van het Rijk in de hgn-
den yan Adolf Hitler werd gelegd, is in de
eerezaal van het ministerie van Luchtvaart
een waardige plechtigheid van militair karak
ter in den ferm van een appél gehouden. Rijks
maarschalk Hermann Goering maakte zich hier
met een tot leger, vloot- en luchtmacht en
daarmede tevens tot het volk zelf gerichte
rede tot woordvoerder van de onbuigzame
strijdvaardigheid van alle Duitschers. De hoog
ste autoriteiten van de weermacht en partij
waren hierbij tegenwoordig.
In. zijn rede herinnerde spr. aan de vorming
van de. nieuwe volksgemeenschap en aanslui
tend daaraan aan de hervorming van de Rjjks-
weer eertijds een soort parlementaire politie
wacht aldus spr. tot een geweldig volks
leger. Hoe was het mogelijk in slechts tien
jaar dit werk tet stand te brengen?
De voorwaarden daartoe ziet de Rijksmaar
schalk in twee feiten: Een ih den grond hoogst
fatsoenlijk, braaf en dapper volk en een lei
der, die de groote Duitscher der historie is.
Deze feiten, zoo zeide hij, gelden in het bij
zonder voor .de weermacht en hier weer zeer
in het bijzonder voor de leiders.
De Rijksmaarschalk ging toen in op de
buitenlandsche politieke gevechten van dé af-
geloopen tien jaren. In de tien jaren van
den opbouw, zoo zeide hij, begon tegelijkertijd
weer de strijd van buitenaf. Dezelfde tegen
standers, die in het volk wéren overwonnen,'
traden thans in andere formatie van bditen-
af weer tegen ons aan: de plutocratieën, d.w.z.
het systeem der uitbuiting van het arbeidende
volk en het bolsjewisme, d.w.z. het kapot-
slaan van het volken zijn knechting in el
lende. Ik wil niet zeggen, dat de strijd thans
zwaarder is dan eertijds in het binnenland, zoo
zei de Rijksmaarschalk dan. De stijrd was toen
ook oneindig moeilijk, zij het ook op een klei
ner platform Maarhij eischte van de strijders
dezelfde innerlijke hardheid en het vurige ge
loof. Daaruit vloeit voort, hoe belangrijk het
is, dat*de Duitsche weermacht een eensgezind
hecht gesmeed blok van nationaal-socialistische
wereldopvatting- vormt. Dan zullen wij ook
de hardsten zijn. Dan zal evenals in het bin
nenland,' ook hier eens het zegevierende haken
kruis geheschen worden boven het teeken der
knechting. En dat is immers in laatste in-
I stantie de meest i innerlijke beteekenis van
dezen strijd.
Toen onze tegenstanders geloofden zelf sterk
genoeg te zyn en fantastische verwachtingen
voedden ten aanzien van nieuwe revoluties in
Dunschiand, begon deze meest hesiissenue aaer
oorlogen, ik behoef niet te herinneren aan de
geweldige slagen, aan de unieke overwinnin
gen in Polen, Noorwegen, België, Frankrijk,
op den Balkan, op zee en onderzee. Het Duit
sche volk begon te gelooven, dat de overwin
ningen vanzelf spraken. Het lot echter schenkt
zoo gemakkelijk niets en vooral niet het groo
te. Toen geloofden wij, dat de oorlog spoedig
ten einde kon zqn. Het was zeer moeilijk en
daartoe was heel de de hardheid van den vori
gen winter noodig om in te zien, dat de eerste
oorlog der Sowjets tegen Finland wellicht de
handigste en grootste camouflage in de wereld
geschiedenis iB geweest.
Wat is voor Rusland Europa eigenlek zoo
vervolgde spreker dan. Wanneer men het ge
weldige rjjk op den- aardbol ziet en Europa
daarmede vergelijkt, .moet men de vraag stel
len of wij ons terecht een werelddeel noemen.
Deze vraag heeft een Russisch officier, die
in zeer nauw contact stond met? Stalin, duide
lijk beantwoord: Europa is op zijn best een
groote Russische provincie, een conglomeraat
van tallooze staten, die elkander onderling be
oorlogen. Het waren de Duitschers, die ons
tot dusverre den toegang naar Europa ont
zegd hebben. Al het andere beteekent voor ons
niets. Wanneer wij Duitschland overwinnen,
i bezitten wij Europa.
Of nu, zoo ging de Rijksmaarschalk verder,
in dit Europa bondgenooten en vrienden of
neutrale of ons vijandig gezinde staten zijn,
Bteeds meer moeten zjj inzien, en zij weten het
ook, dat wanneer dit Duitschland ineen zou
stortén, de Russen niet uit innerlijke hoog
achting voor de Zweedsche of Zwitsersche of
welke andere neutraliteit ook, zouden blijven
staan. Het bolsjewisme zou op hetzelfde oogen
blik tot den laatsten spit door geheel Europa
geraasd z(jn.
Later zullen zij eens uitspreken, wat zij
thans inwendig wetenEuropa is vpor het
bolsjewisme een springplank en voor 'Rusland
een aanhangsel. Maar deze beide zaken eerst
dan, wanneer er geen Duitsch volk en geen
Duitsche weermacht meer is. Zoolang die be
staan is Europa voor het bolsjewisme het groot
ste gevaar, de rots waarop de bloedgolf zal
breken.
De heer Molotov heeft eens bij ons laten
doorschemeren, dat toch metDuitschland ver
der een zeer goede overeenstemming mogelijk
is, wanneer wij de oogen zouden sluiten bij
een tweeden aanval op Finland. Dat zou de
definitieve vernietiging van Finland hebben
beteekend. Bovendien zou de Rus uiteraard
terstond doorgetrokken zijn naar de Zweadsche
ertsgebieden en zich hebben meester gemaakt
van de ijsvrije havens, die hij van oudsher heeft
gezocht. Aan den anderen kant wilde hij Roe
menië tot zijn invloedssfeer verklaren. Hij
wilde de Roemeensche olievelden in zijn zak
steken en van Roemenië via Bulgarije den
Balkan door dringen, als bevrijder van alle
slaven. H(j verschijnt onder het masker, dat
hij voor de gelegenheid noodig acht. Nu eens
als panslavist, dan weer als bolsjewiek. Zoo
moest geleidelijk aan den rechter en aan den
linkervleugel het opdringen beginnen. Wan
neer hij eenmaal op de flanken en in den rug
van Duitschland stond, stond hij pok in den
rug van Europa.
30 Januari'1933. De Führer groet uit het
venster der Rijkskanselarij te Berlijn de
hem toejuichende menigte.
Hoffmann-Stapf-Pax m.
Het zwaarste besluit.
En thans, kameraden, veldmaarschalk of
recruut, verzoek ik u te overleggen ixt welke
situatie onze Führer was, toen hij in zijn po
litiek genie volkomen duidelijk het doodelijk
gevaar moest inzien. Onze Führer stond voor
het zwaarste besluit van zijn leven, maar ook
voor het historisch meest beteekenisvolle be
sluit. Het is hem niet gemakkelijk gevallen
het Duitsche volk dezen strijd in te leiden. Hij
met zqn verzienden blik, zijn politiek en stra
tegisch genie, wist,dat dit de zwaarste van
alle gevechten zou zijn. Er werd door hem
een besluit genomen, omtrent bestaan of onder
gang van het avondland. Men heeft in de
geschiedenis menigen slag en vele gevechten
beschouwd als beslissend voor het avondland.
Men zal eenmaal in de geschiedenis moeten
constateeren, dat er slechts één besluit is ge-,
weest, dat werkelijk beslissend was voor het
avondland. Dat was het besluit .om zich in den
weg te stellen aan de bolsjewistische bloedgolf,
en ten slotte datgene te vernietigen, wat zelfs
vroeger of later bij' ons tot vernietiging moest
worden. Op 22 Juni 1941 werd het geweldig
ste historische meest beteekenisvolle maar ook
stoutmoedigste en bewonderenswaardigste be
sluit door een sterken man genomen.
De strijd in Rusland.
Nadat de Rijksmaarschalk de geweldige
moeilijkheden had aangetoond, waarmede de
Duitsche weermacht bij haar zegeyierenden
opmarsch te kampen had, ging h(j in op de
reactiés van den vorigen winter in 'den oos
telijken -veldtocht en op de er op gevolgde
zomercampagne.
En toen begon de tweede Russische winter.
Al was toch deze winter ook niet zoo streng
als verleden jaar, hij. was toch nog ijzig ge:
noeg, om alles, wat vroeger, in het voorjaar,
in den zomer en in den herfst een hinderpaal
voor den tegenstander beteekende, de rivieren,
meren en moerassen, in zjjn qzigen ban te
slaan. Nu stonden de compagnieën niet meer
achter een geweldige natuurhin dernis, maar
thans konden nog slechts hun moed en hun
wapen de hinderpaal voor den tegenstander
zijn. En deze tegenstander is hard. Hij is in
zijn leiding barbaars hard. De uitvoering zijner
bevelen wordt aldus geëischt, dat niet uitvoerig
gelijkgesteld kan worden met,' den dood. Voor
het Russische volk, dat sedert 20 jaren aan
slaag gewend is, dat kreunt onder den zwaren
vuist van zijn tyran,1 was dat niets nieuws.
Maar, zoo ging de Rijksmaarschalk voort,
ook de Duitsche soldaten zijn hard geworden.
Zij zagen in, dat in het oosten alleen de wet
der hardheid geldigheid heeft. De Rus wist
to
11 i'II
'-'