MetGorovm gaat o&eat Kerknieuws Onderwijs Posterijen Binnenland Hoe voorkomt men het doorloopen van kleedingstukken in de wasch? Burgerlijke Stand Telegrammen Donkere wolken boven Afghanistan. T/STDAG 12 SEPTEMBER. 194-5-20.00 UUÏZ NEDEBUWPSCHE OMBOE? Wil Ned, Herv. Kerk, Beroepen: ie Aalst (Gld.) en te Sluipwijk (vac. R. Damsté), cand, P, J, Dorsman te Rotterdam; te Schoonre- vroerd (toez.), H. A. Leenmans Jr te Ede; te Terwolde (vac. H. v. Ewijck), p, v. Wijnen te Winsum (Fr.). Bedankt: voor Broek op Langen- dljk, A. S. Bijlsma te Rijswijk (Gld.). Geref. Kerken. Beroepen te Bennekom (2e pred. pl.), J. Boer te DuisburgRuhrort, tij delijk hulpprediker te Bennekom. Aangenomen: naar Bennekom, J. Boer. Chr. Geref. Kerk. Beroepen: te DriebergenRij- senburg, M. Baan te Bussum. Geref. Gemeenten. Tweetal: te DirkslandH. Ligten- berg te Kampen en A. v. Stuyven- berg te Yerseke. Beroepen: te Dordrecht, A. Ver hagen te Middelburg. AFSCHEID, BEVESTIGING EN INTREDE. Ds H. Bakker, die met emeritaat gaat, neemt Zondag 28 September in de Koe pelkerk, afscheid van de Ned. Herv. Ge meente te Amsterdam. Ds O. W. Bouwsma neemt 19 Octo ber afscheid van de Geref. Kerk te Us- selmuidenGrafhorst en wordt 2 No vember door zijn ambtsvoorganger, Ds M. de Goede van Utrecht, bevestigd te Breukelen. Zondag zal Ds S. J. Popma van Amersfoort, cand. J. van Buuren beves tigen als predikant der Geref. Kerk te Amersfoort. Beroepbaar verklaard. Cand. P. H. de Bres te Oegstgeest stelt zich niet meer beroepbaar in de Ned. Herv. Kerk. De classis Gouda der Geref. Kerken heeft cand. B. Rietveld (Crabethstr. 61, Gouda) praeparatoir geëxamineerd en beroepbaar verklaard. Cand. Drs S. J. Ridderbos (Epeweg 603, Heerde) stelt zich na 1 October a.s. beroepbaar in de Geref. Kerken. Het Prov. Kerkbestuur van Noord- Brabant en Limburg heeft tot de Evan geliebediening in de Ned. Herv. Kerk toegelaten de heeren P. J. Dorsman, cand. aan de R. U. te Utrecht, A. J. Flint, eveneens cand. taan de R. U. te Utrecht en T. J. Drenth, cand. aan de R. U. te Groningen. Hulppredikers. Benoemd tot hulpprediker der Geref. Kerk te IJmuiden, cand. J. Haitsma te Amsterdam. Cand. J. M. Vlijm te Utrecht heeft de benoeming tot hulpprediker der Ge ref. Kerk te Ameide aangenomen. Een drieling in een predikantsgezin. Maandagavond heeft mevrouw v. d. Waal, echtgenoote van Ds I. P. v. d. Waal, Ned. Herv. predikant te Haarlem, (voorheen te Grijpskerke) het leven ge schonken aan een drieling. Het zijn drie jongens. Moeder en kinderen maken het wel. (Stand.) Giften en legaten. De Ned. Herv. Gem. van Oude-Pekela heeft een legaat ontvangen van 1000 van wijlen mej. F. Wessels aldaar. DE KRACHT DER VOORBEDE. In de „Charloische Kerkbode" schrijft Dr H. N. Ridderbos over de kracht der voorbede: „De tijd waarin wij levén is in vele op zichten moeilijk en zwaar. Toch heeft hij ook iets vóór we zouden bijna schrijven: zijns ondanks omdat hij ons terugbrengt tot de oorsprongen van ons geestelijk bestaan, omdat hij roept tot concentratie van wat eir schuilt aan in nerlijke krachten in de gemeente des Heeren. Eén van die krachten, waarvan we de waarde misschien dikwijls onderschat hebben, is de voorbede. Er zijn omstan digheden, waarin wij elkander niet meer ongeveer zes uur de begane grond be reik. De lange-afstandsloop van een kater. In Mei verhuisde een Haagsche familie uit de Celsiusstraat naar Apeldoorn. De kat, Tinus geheeten, werd als lid van de familie meegeno men naar de schoone Geldersche stad. Wie schetst de verbazing der buren, toen dezer dagen Tinus zich in zeer verfom faaiden toestand in de Celsiusstraat ver toonde, waar hij zich regelrecht naar zijn vroegere woning begaf om zich in zijn oude hoekje neer te vlijen. De nieuwe bewoners wisten eerst niet, hoe zij het hadden, maar de buren brach ten hen weldra op de hoogte, wie de on aangediende bezoeker was. Het geval was zoo verbluffend, dat de buren eerst niet konden gelooven, dat het dezelfde iinus van vroeger was en dachten aan een soortgenoot. Nu wist men zich te herinneren, dat Tinus vroeger een ope ratie aan de keel had ondergaan voor het verdwij deren van een vischgraat, die was blijven steken. Daarvan was een lit- teeken achtergebleven. Welnu, toen de mren het dier aan den lijve onderzoeh- ®h, vonden zij inderdaad op de bewuste Plek het litteeken, zoodat geen twijfel meer mogelijk was. Men heeft daarop op een uitwendige wyze de helpende hand kunnen bieden; waarin het. contact geheel verbroken Is, Zelfs corresponden tie is onmogelijk of tot een onbeteeke- nend minimum, beperkt. Denk slechts aan onze broeders en zusters, verwanten en medestrijders voor het Koninkrijk Gods in onze overzeesche gewesten; ook aan diegenen, die door het uitbreken van den oorlog verhinderd zijn tot de hun nen weder te keeren; die in andere lan den vertoeven of verre zeeën bevaren- Het voornaamste wat we in zulke om standigheden kunnen doen is voor el kander te bidden. Zeker, ook een betoo ning van medeleven, dat nog op andere wijze kan plaats hebben, is niet minder dan een staaltje van eenvoudige Chris tenplicht. Maar laat ons toch daarbij de kracht der voorbede niet onderschatten. Daarin heeft de Heere ons een middel gegeven om elkander tot hulp en steun te zijn, welks waarde en kracht grooter is dan alle andere. Want in die voorbede appelleeren wij aan Gods onwederstan- delijke macht en aan Zijn grondelooze liefde. De voorbede der geloovigen wordt ons in de Schrift aangeprezen als hèt middel om de hemelsche hulpbronnen te openen en geopend te houden. En nu weten wjj, dat onze voorbede ten slotte niets beteekent zonder de voor bede van den grooten Middelaar van het volk, Jezus. Hij pleit op het verbond, Hij houdt den Vader Zijn belofte voor, Hij wijst op het volbrachte werk. En die voorbede is het diepste geheim van de volharding en van de overwinning van het volk in de laagte. Maar daarmee zijn wij niet ontslagen ook mede de voorbede op te zenden. Van de aarde moet het opklimmen, in een niet onderbroken, van alle zijden toevloeiende gebedsdrans:. In dat geloovig en aanhoudend smeeken der gemeente trilt haar eigenlijke leven, en wordt openbaar haar gebondenheid aan Christus, aan Zijn Koninkrijk èn aan den strijd en het lijden der broeders. Houdt dan aan in de gebeden, niet het minst in de voorbede. Dan zullen de fonteinen des hemels geopend blijven om ons allen, die den Koning liefhebben, hemelsche kracht in menschelijke zwakheid te doen toevloei- PROMOTIE DR W.' TH. NAUTA. Hedenmiddag is aan de Vrije Univer siteit gepromoveerd tot doctor in de wis- en natuurkunde de heer W. Th. Nauta te .Amsterdam, op een dissertatie getiteld: „Diarylmethylen" (inleidende onderzoekingen over een nieuw type van vrije radicalen met driewaardige kool stof). Als promotor trad op Prof. Dr Ir J. Coops. Dr Wybe Thomas Nauta werd 17 Juni 1913 te Holwerd geboren en bezocht de Chr. H. B. S. te Leeuwarden waar hij in 1931 eindexamen deed. In Sept. van dat jaar werd hij ingeschreven als student aan de Vrije Universiteit waar hij in Dec. 1934 candidaatsexamen deed. In den cursus 19361937 fungeerde Dr Nauta als collegeassistent bij Prof. Coops. In Juli 1939 legde hij cum laude zijn doctoraal examen in de scheikunde af. Zijn arbeid aan zijn proefschrift werd onderbroken door de jongste mo bilisatie van het v.m. Ned. leger. Sedert Juni 1940 is Dr Nauta als eerste assis tent verbonden aan het scheikundig la boratorium van de Vrije Universiteit. Van de hand van Dr Nauta zijn publica ties verschenen in het Recueil travaux chimiques des Pays Bas, w.o. enkele in samenwerking met zijn promotor en in het Chemisch Weekblad. Bond van Chr. (M)Uloscholen. In de gisteren te Utrecht gehouden algemeene vergadering van den Bond van Chr. (M) Uloscholen is in de plaats van Ds J. C. van Dijk, Ned. Herv. pre dikant te Bloemendaal, die om gezond heidsredenen is afgetreden, tot voorzit ter gekozen Ds R. Dijkstra, Ned. Herv. predikant te Amsterdam. Examens. Aan de Mode-Academie De Leeuw van Rees te Amsterdam slaagde voor het examen coupeuse-leerares mej. A. J. Dekkër te Goes. de familie te Apeldoorn „per expresse" van het merkwaardige geval op de hoog te gebracht. De enorme tocht, waarover Tinus ver moedelijk weken heeft gedaan, is, zooals duidelijk te zien is, niet zonder meer aan den kranigen kater voorbijgegaan. Zijn pooten vertoonden sporen van groo- te slijtage, en aan zijn uiterlijk was te zien, dat hij heel wat ontberingen heeft moeten doormaken voor hij zijn doel had bereikt. (Telegr.) Controlekaart voor rookartikelen. Wie met zijn vleeschbons een slagerswinkel binnen treedt, heeft recht op een bepaalde hoe veelheid vleesch, doch wie met een „Raucherkontrollkarte" een sigarenwin kel binnentreedt, kan daaraan niet het recht ontleenen, dat hem een zekere hoeveelheid sigaretten, sigaren of tabak moet worden verstrekt! Deze kaarten voor rookers zijn uitsluitend de naam zegt het reeds bestemd voor „con'- trole". Zij hebben o.a. ten doel, het queue maken voor de sigarenwinkels tegen te gaan, althans te verminderen. Voor eiken dag van de maand bevat ten zy een vakje; rookartikelen worden alleen afgeleverd op vertoon van de kaart. aankoop van hot eon of ander HET ACHTSTE LEERJAAR. Een der belangrijkste van de serie wij zigingen in onze onderwijswetgeving, aangekondigd door den secretaris-gene raal van het departement van onderwijs, wetenschap en cultuurbescherming in zijn radiorede van 12 Aug. j.l., is wel de invoering van een verplicht achtste leerjaar op de gewone lagere school met ingang van den cursus 19421943. De N. R. Crt. schrijft hierover: Algemeen was de meening, toen Minis ter Waszink in 1927 het zevende leerjaar herstelde, dat deze leerkring geen bloo- te* herhaling of voortzetting der eerste zes jaren zijn mocht. In een circulaire van 3 November 1928 nr 5712 I afd. L. O.A., gezonden aan de inspecteurs van het Lager onderwijs komt deze zinsnede voor: „Voor de groote meerderheid der leerlingen is het onderwijs, dat zij in het zevende leerjaar genieten, eindonderwijs. Met de kennis die zij daarin opdoen, moe ten zij het leven ingaan. Het onderwijs moet zich daarom, voor zoover de om standigheden dit toelaten, aan hunne behoeften aanpassen. En daar deze be hoeften voor een groot aantal leerlingen eener school of van verschillende scholen nagenoeg dezelfde zjjn, beteekent, dit te vens, dat het onderwijs zich moet aan passen aan de behoeften der streek en van de daarin het sterkst vertegenwoor digde maatschappelijke kringen. Daar uit vloeit voort, dat het onderwijs in groote steden anders zal moeten zijn dan in kleine plaatsen, in handels- en nijver heidscentra anders dan in een landelijke omgeving, in de eene industrieplaats weer anders dan in een andere en in een landbouwstreek anders dan in plaatsen waar tuinbouw het hoofdmiddel van be staan uitmaakt." Nu moeten wij tot ons leedwezen vast stellen, dat in dit opzicht het heringe voerde zevende leerjaar meestal een mislukking geweest is. Het werd meestal herhalingsjaar en uitbreidings jaar. In de groote plaatsen kwam nog daar bij, dat het overgroote deel der leerlingen na het afloopen der zesde klasse de school verliet, om voortgezet onderwijs in theoretischen of practischen zin te gaan volgen; de restanten leerlingen dus in centrale zevende klassen moesten bij eengebracht worden, waar het geruimen tijd duurde voor men hen op hetzelfde niveau had gebracht en dus kon door gaan. Zoodoende genoot het zevende leer jaar noch de sympathie der ouders, noch die der leerlingen, het werd gevoeld als iets overbodigs. De ernstige poging om uit deze ma laise te geraken, kwam uit het zuiden des lands: men trachtte daar in het hoogste leerjaar eenvoudig nijverheids onderwijs in te voerenin 1937 kreeg een commissie, van ministers zijde ingesteld, de opdracht te onderzoeken, hoe het ze vende en de eventueel hoogere leerja ren van de school voor gewoon lager onderwijs, in het bijzonder ook in ver band met de hier en daar opgekomen neiging om door toevoeging van huis houdelijke vakken aan het onderwijs in die leerjaren een speciaal karakter te geven, konden worden ingericht. Het rapport dezer commissie is in 1940 ver schenen en kan als grondslag dienen voor een zevende en achtste klasse. Want wil men het 7de en 8ste leer jaar in ons volk doen leven, dan moet men daarin iets anders geven, iets aan het practische leven aanpassende iets wat de leerlingen te arbeiden geeft en niet alleen theoretisch laat op nemen, iets wat hun arbeidsvreugde verschaft en van welks noodzakelijkheid zij doordrongen zijn, anders wordt ook dit een mislukking. Moeilijkheden zullen hierbij te over winnen zijn, waarbij wel als allereerste de vraag zal opkomen: Hoe komen wij aan de noodige schoolruimte? Onze scholen zijn veelal gebouwd voor het ze ven klassen-systeem; er zal wellicht bij gebouwd moeten worden en is dit op het oogenblik mogelijk? Dat de vragen van aansluiting tus- schen lager onderwijs en voorbereidend hooger, middelbaar en uitgebreid lager onderwijs tot een beslissing zullen ko men, schijnt ons daarbij volstrekt nood zakelijk. wordt het vakje van den dag afgestem peld, zoodat het niet langer mogelijk zal zijn een aantal sigarenwinkels af te loo- pen en bij de een b.v. sigaretten, bq den ander sigaren en bij den derde tabak te koopen. De groote moeilijkheid bestaat nu nog hierin, dat de kaarten zonder aanzien des persoons worden uitgereikt, dus zoowel aan rookers als aan niet-rookers. Voor- loopig schijnt de handelaar of winkelier nog vrij gelaten te zullen worden ten aanzien van de hoeveelheid, die hij per keer en per dag aan een klant kan of wil afleveren. Een bepaalde rantsoenee ring is dus aan de invoering van de kaart niet verbonden. V.P.B. Rijkspostspaarbank. Opgave betreffende het kantoor der posterijen te Middelburg. In den loop der maand Augustus werd aan bovengenoemd kantoor ingelegd f77.938,85 en terugbetaald f97.535,89. Derhalve minder ingelegd dan terug betaald f 19.597,04. JAARLIJK8CH CONGRES VAN DEN B.B.N. De Bond voor bedrjjfsautoverkeer in Nederland (B.B.N.) heeft gisteren zijn jaarlijksch congres gehouden onder lei ding van zijn voorzitter oud-minister ir M. C. E. Bongaerts, die er in zijn openingsrede op heeft gewezen, dat dit het eerste congres is, dat de B.B.N. onder zijn nieuwen naam en zijn gewij zigde statuten houdt. Het congres staat, aldus de heer Bongaerts, in het teeken van samenwerking tusschen de drie elementen, welke de zeer groote toe komst van het bedrijfsverkeer op den weg zullen opbouwen, met name de wegenbouwer, de wagenbouwer en de weggebruiker. De heer M. J. M. van Poll, voorzitter van de afdeeling beroepsgoederenver- voer van den B.B.N., behandelde de organisatie van het wegvervoer; de heer W. Fick, hoofd van den technischen dienst van den B.B.N., de instandhou ding van het vervoer op den weg in Nederland na 10 Mei 1940. De heer van Poll gaf een beeld vaD de ontwikkeling van het oeconomische leven en van het verkeer en van den toestand in het geheele verkeers- en vervoerswezen, welke het gevolg is van het feit, dat het technische apparaat grootere capaciteit heeft dan voor de dekking van de behoefte noodig is. De oplossing van de moeilijkheid is slechts denkbaar als gevolg van een regeling, i Als de kleuren van een kleedingstuk doorloopen,, kan het onherroepelijk ver loren zijn. Speciaal dunne zijden stof fen en wol loopen gemakkelijk door, als men hen, niet zorgvuldig behandelt. De oorzaak van het doorloopen kan zijn. Een te vet sop. Hoewel het ge bruik van te veel zeep tegenwoordig wel niet zoo licht val voorkomen, moet men er toch steeds op bedacht zijn, dat wan neer men een enkel stukje in een sopje wascht, men slechts een geringe hoe veelheid water heeft en met weinig zeep kan volstaan. Te lang weeken. Teere stukken mogen slechts zeer kort, hoogstens 20 minuten voorweeken in gewoon koud water. Slechts wanneer het stuk zeer vuil is kan men wat borax aan het wa ter toevoegen, doch soda mag nimmer gebruikt worden. Is het kleedingstuk eenmaal doorge- loopen, dan zet men het zoo spoedig mogelijk in koud water. Trekt de kleur er niet uit, dan wascht men het over in koud zeepsop. Goed spoelen, uitknijpen in een badhanddoek en zoo snel mogelijk drogen. Dunne zijden stoffen strijkt men na het uitknijpen onder een doekje onmid dellijk op. Een enkele maal kan men een doorgeloopen vlek in zijden en wollen stoffen met een wolbleekmiddel verwij deren. GOES. Overleden: Huibregt van 't Westeinde, 77 j. wedn. van Joanna Faes Margaretha Priem, 57 j. e.v. Marinus Lu cas Rentmeester te Ovezand; Martina van der Schraaf, 35 j. te Wemeldinge. Over de maand Augustus. POORTVLIET. Gehuwd: 7, F. J. Schijf, 25 j. van Goes en C. M. Krqger 25 j.; 14, C. Lisseveld, 24 j. van Vlis- singen en M. N. Oostdijk, 21 j.; 28, G. Minheere 30 j. van Oud-Vossemeer en M. C. van de Velde 24 j. Overleden: 22, Willem Anthonisie, 76 j. eehtg. van Cornelia Plantsoen. GROOTE BRAND TE CHICAGO. CHICAGO (D. N. B.). In een uit vier verdiepingen bestaand pakhuis in Chi cago is een geweldige brand uitgebroken, waartegen alle brandweergroepen uit de stad het moesten opnemen. Het blus- schingswerk wordt bemoeilijkt door tal rijke ontploffingen, die veroorzaakt wor den door munitie en olie. De in gevaar zijnde opgeslagen voorraden hebben een waarde van vele millioenen dollars. Men heeft het vuur nog niet kunnen blus- schen. L. HOEJENBOS. 's GRAVENHAGE. (A.N.P.) Op 65- jarigen leeftijd is hier gisteren na een kortstondige ziekte overleden de oud directeur van Maatschappelijk Hulpbe toon, de heer L, Hoejenbos. waardoor er weer evenwicht zal worden gebracht tusschen capaciteit en bevre- digbare behoeften. Daar de vrjje con currentie de kwaal slechts doet ver ergeren, blijft er geen andere weg over dan die van ordening van het geheele bedrijfsleven, op dat doel gericht. Spr. wees op de taak in dezen van de com missie Wolterson, waarvan een aparte advies-commissie zich bezig houdt met de ordening van het verkeers- en ver voerswezen. Tot nu toe zijn er twee van overheidswege ingestelde organisa ties tot stand gekomen: De Nederland- sche organisatie voor het beroepsgoede- renvervoer langs den weg (N. O. B.) en de eigen vervoerders-organisatie (E.V.O.) De beroepsvervoerders moeten van den N.O.B. lid zijn om hun bedrijf te mogen uitoefenen, vandaar, dat men deze or ganisaties dwangorganisaties noemt. Met belangstelling en met oprechte hoop, dat de opzet van de organisatie van het wegvervoer moge slagen, zien wij naar den arbeid dezer organen uit. Voor de B.B.N. blijft echter nog een groote taak bestaan, dat men service zou kunnen noemen. De heer Fick heeft in zijn uiteenzet ting de technische mogelijkheden voor den automobilist, die het zonder ben zine moet doen, uiteengezet. SECRETARIS COMMISSIE- POSTHUMA. Naar men ons meldt is dezer dagen Ir W. F. Gerhard l.i. benoemd tot secre taris der commissie-Posthuma in plaats van Dr Ir M. D. Dijt. V.P.B. Ankara. Men slaat hier den ontwikkelingsgang van den toestand in het Oosten nauwkeurig en met eenige bezorgdheid gade. Vooral houdt men zich bezig met de vraag: wat zal er met Af ghanistan gebeuren? In het Midden-Oosten betitelt men Af ghanistan gewoonlijk als „de navel van de wereld". Dit land heeft een opper vlakte van 650.000 vierkante kilometer en is dus ongeveer even groot als Groot- Duitschland zonder de Poolsche gebie den. Het telt echter niet meer dan 7 millioen inwoners. In weerwil van zijn grootte is Afghanistan evenwel klein te noemen in verhouding tot zijn onmiddel lijke naburen. Het ligt ingeklemd tus schen de reusachtige gebieden van de Sowjet-Unie en Engelsch Indië „als een graankorrel tusschen twee molenstee- nen". Tot dusverre behpefde het geen vrees te koesteren, tusschen deze twee molen- steenen verpletterd te worden, want het vormt den sleutel tot de poort naar In dië. Zijn beide naburen hielden elkaar van weerskanten in bedwang. Zoodra de Sowjet-Russische regeering pogingen in het werk stelde, om via Afghanistan een weg te zoeken naar Indië, stootte zij op den heftigen tegenstand van Engeland; en als Engeland van Indië uit iets tegen Afghanistan trachtte te ondernemen, om dat land onder zijn beheer te brengen, ging Moscou op zijn achterste beenen staan en protesteerde krachtig. Of Engeland thans van de gelegenheid gebruik wil maken om Afghanistan te bemachtigen, dan wel of Afghanistan op het punt staat, het slachtoffer te worden van een overeenkomst tusschen Enge land en Sowjet-Rusland is op het oogen blik nog een open vraag. Eéiv ding ech ter is zeker: van die zijde wordt blijk baar alles in het werk gesteld om op een of andere wijze een einde te maken aan de onafhankelijkheid van Afghanistan althans, deze opinie is men hier vrij al gemeen toegedaan. Het land tusschen de Sowjet-Unie en Indië wordt vaak gekenschetst als het Aziatische Zwitserland. De overeenkomst is inderdaad zeer groot. Beide landen lig gen in het hart van een werelddeel. Geen van beide heeft een toegang tot de zee. Zij zijn bergachtig en waren uit dien hoofde moeilijk te ontsluiten voor het moderne verkeer. Eigenaardig is ook, dat beide landen niet worden bewoond door één volk, doch door een mengsel van ver schillende volken en rassen. Deze zijn echter, zoowel in Zwitserland als in Af ghanistan, sterk aan hun geboortegrond gehecht. Zooals wij reeds opmerkten, is Afgha nistan over het algemeen bergachtig. Het voornaamste gebergte wordt ge vormd door den Hindoekoesj, welke hier en daar een hoogte bereikt van bijna 3000 meter. De Oostgrens van Afghani stan bestaat geheel uit bergruggen, waar in slechts weinig bergpassen voorkomen. In het Noorden des lands echter zijn groote vlakten en ook woestijnen; in den Zuidwesthoek, waar de drie landen: Be- loetsjistan, Afghanistan an Iran elkan- tVOI2PTOl/£R DE/U ZSNQEtl 1 6 eöo/vn/ew WET ÊEfu ivlEDtVE aDSRJEK DIVEIZSE opcoEDewDe RseaarAce^ ouga «y* g. theater

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1941 | | pagina 3