Dc Gemeenteraad van
idttuig vergadert
DE ZEEUW van Donderdag
„De groote Ketter"
7 Aug. 1941 - 2e Blad.
Uit de Provincie
Herbouw van Stad
ïuls en Abdijtoren.
Gistermiddag vergaderde de Raad van
Middelburg onder voorzitterschap van
den burgemeester.
Afwezig dhrn Portheine en Flipse. Eén
vacature.
De voorzitter doet mededeeling
van tal van goedgekeurde Raadsbeslui
ten.
Ook maakt de voorzitter melding van
den enthousiasten brief van enkele hoof
den van scholen inzake het zwemonder
wijs.
Spr dankt speciaal den afgetreden wet
houder Kögeler voor wat hij in dezen
deed.
Betreffende de nieuwe straatnamen
zegt de voorzitter, dat B, en W.
nog geen voorstellen in dezen doen. Zij
wilden eens afwachten, hoe de burgerij
zou reageeren op de ideen van den heer
Unger. Misschien komen er nog andere
voorstellen uit" het publiek naar voren.
Met genoegen heeft spr. gezien, dat in
een der dagbladen hierover reeds een
artikel is geschreven.
Ingekomen is nog een verzoek van het
Bestuur van de scholen der Ned. Herv.
Gemeente aan den Zuidsingel om gelden
voor de inrichting van een lokaal voor
lichamelijke oefening en voor de inrich
ting van een schoollokaal voor gewoon
onderwijs. Dit adres gaat naar B. en W.
om prae-advies.
Benoemingen.
Tot vaste plaatsvervangende wethou
der wordt met 13 st. benoemd de heer
Kögeler.
De voorzitter wenscht den Raad
geluk met deze benoeming. De heer Kö
geler is in een moeilijk jaar wethouder
geweest en is op de hoogte van zaken.
Tot voorzitter van de commissie van
financiën (vacature J. Mondeel) wordt
benoemd de heer Kögeler (met 12
st.)tot lid dezer commissie (vacature-
Jeronimus) de heer S u 1 k e r s (met 12
st.)tot lid der commissie van bijstand
voor Gemeentewerken (vac.-Jeronimus)
dhr Schot (met 12 st.) en tot lid der
commissie vóór de strafverordeningen
(vac.-Mondeel) dhr Verhage (met 12 st.)
De geloofsbrief van 't nieuw benoemd
verklaard Raadslid, den heer H. C. de
Jonge Baas, wordt in orde bevonden.
Tot zijn toelating wordt besloten.
Bij het voorstel tot wijziging der ver
ordening inzake de ambtenaren
v a n d e n Burgelijken Stand,
bespreekt dhr Kögeler de regeling
voor het voltrekken van huwelijken. Spr.
zou willen bepalen, dat de bezoldigd amb
tenaar, wanneer hij aanwezig is, een hu
welijk voltrekt. Spr. ziet daarin meer
dan een formeele handeling. Het is een
plechtigheid. De bezoldigd ambtenaar is
voor deze taak met zorg gekozen. Het
moet niet zóó zijn, dat voor het voltrek
ken van huwelijken lukraak iemand aan
gewezen wordt.
De v o o r~z i 11 e r onderschrijft dit
volkomen. B. en W. willen er in geenen
deele een rommeltje van maken. Het
moet een plechtige handeling blijven. Als
de heer Heemskerk en spreker verhin
derd zouden zijn, is het de bedoeling, dat
de hoofdkommies een huwelijk voltrekt.
De verlenging van de tijdelijke benoe
ming van een leerares in de klassieke
talen aan het gymnasium wordt goed
gekeurd.
Benoeming vakonderwij-
zeres in lichamelijke oefe
ning aan school G.
Dhr V e r h a g e vraagt of een be-'
voegde leerkracht wordt opgeroepen.
De voorzitter antwoordt, dat
sollicitanten zjjn opgeroepen in het be
zit van een akte M. O. lichamelijke oefe
ning. Het zwemdiploma strekt tot aan
beveling.
Het voorstel wordt aangenomen.
Bij het voorstel tot invoering van het
FEUILLETON
12) o
,,Dat alles is mij bekend, waarde
broeuer. Doch knoopt daaraan geen
optimistische opmerkingen vast. Men
heeft gemeend, dat Zijne Majesteit.wat
milder gestemd werd jegens de Protes
tanten en dat daarom de regeering niet
opgetreden is tegen bedoelde samen
komst. Zelfs is men zoover gegaan, om
te meenen, dat de Kardinaal van Lotha
ringen niet meer voor den gezworen
vijand van voorheen geldt. Anders zou
deze invloedrijke minister wel anders
opgetreden zijn. Maar neem nu van mij
aan, dat dit alles zinsbedrog is. Wan
neer het land bevrijd is van de knellen
de buitenlandsche zorgen, hebben Zijne
Majesteit en de regeering de handen
vrij. Mijn inlichtingen zijn van dien
aard, dat twijfel uitgesloten is."
,,Dan zullen we den ons toegeworpen
handschoen aanpakken", zegt Andelot
geestdriftig, daarbij Charlotte de Laval
aanziende. Zij bespeurt dit evenwel niet,
want zij bestudeert het bleeke, magere
gelaat van haar man.
„Als hij geen antwoord ontvangt, ver
volgt Andelot: „Weet ge, dat de Gere
formeerden binnenkort te Parijs een Sy
node willen houden? Dat zal de eerste
vak J lichamelijke oefening aan de indu
strie- en huishoudschool vraagt de heer
Doorenbos, of het ook mogelijk is,
dat voor deze betrekking dezelfde leer
kracht zal worden benoemd als bedoeld
in het vorige voorstel.
De voorzitter antwoordt, dat dit
inderdaad mogelijk is.
Dhr D e B r u i n vraagt of het schema
vooi dit onderwijs is opgemaakt in over
leg met het departement.
De voorzitter meent, dat het De
partement dit schema voorschrijft.
Dhr Kögeler vermoedt, dat hier
een moreele dwang van het Departement
achter zit. Verder vraagt spr. naar de
financieels konsekwenties van dit voor
stel. Ligt het in de bedoeling, dat het
vak lichamelijke oefening ook wordt in
gevoerd op de Ambachtsschool?
De voorzitter kan hierop niet
met zekerheid antwoorden, al hoopt hij,
dat dit onderwijs oook aan de Ambachts
school zal gegeven worden en dat het
financieel voor Middelburg te dragen zal
zijn.
Weth. Paul acht dit onderwijs voor
de Ambachtsschool niet direct noodig.
In antwoord op een vraag, of er aan
deze scholen lokalen zijn voor dit onder
wijs, antwoordt de voorzitter, dat er aan
school G een lokaal hiervoor komt.
Dhr Kögeler deelt mede, dat hij
de industrie- en huishoudschool heeft
verwezen naar Kinderzorg.
Het voorstel wordt aangenomen.
De jaarrekeningen van Gemeentewer
ken, van den vee- en vleeschkeurings-
dienst en van den reinigings- en oiftsmet-
tingsdienst, alle over 1940, worden voor-
loopig vastgesteld.
Een definitieve geldleening.
B. en W. stellen voor een aantal kas-
geldleeningen te consolideeren in een de
finitieve leening, groot f 190.000 tegen
4rVia
Dhr Kögeler maakt aanmerking
op het rente-percentage. Hij vindt dit
aan den hoogen kant (41/i8 Spreker
vindt 4 pet. hoog genoeg. Onlangs is in
een andere gemeente een Raadsbesluit
tot het aangaan van een 4.5 pet. leening
niet goedgekeurd, omdat 4 pet. voldoen
de werd geacht. Ook liepen er geruchten
over een Staatsleening van 3.5 pet.
Dhr Jeronimus antwoordt, dat
in het sluiten van een leening en het be
palen van het moment daarvan eenige
speculatie zit. Het was mogelijk, een
leening tegen een iets lagere rente te
sluiten, maar dit was een leening voor
slechts 10 jaar. En dit vonden B. en W.
niet gewenscht. Spr. acht de voorgestel
de leening aanlokkelijk, ook gezien wat
andere gemeenten moeten betalen. Het
betreft hier een onderhandsche leening,
zoodat ook tal van onkosten, aan een
Gbligatieleening verbonden, niet gemaakt
behoeven te worden.
Dhr v. d. F e 1 t z ziet eenige daling
van de rente. Is dit voorstel niet wat
praematuur?
Dhr Jeronimus antwoordt, dat
aan 25 adressen opgave is gevraagd. De
Raad moet weten, of hij nog wat wil Uit
stellen. Maar spr. acht deze leening, ge
zien de kaspositie van Middelburg, aan
vaardbaar.
De vlottende schuld is groot zes ton.
B. en W. hebben de bevoegdheid om tot
7.5 ton te gaan. In die zes toh zit ook een
bedrag van f 44.900, dat van het Rijk
teruggevorderd kan worden.
Het genoemde bedrag is hieruit reeds
te verklaren, dat het vermoedelijk na-
deelig saldo over 1941 f350.000 zal be
dragen, terwijl die over 1940 een tekort'
van f 140.000 aanwees.
De rente van de kasgeldleeningen is
2 5/8 pet.
Dhr Kögeler concludeert, dat er
zijn. Er worden vertegenwoordigers van
een zeventig kerken verwacht. De ge
loofsbelijdenis zal er opgesteld worden.
Dunkt je, dat de regeering zich tegen
die samenkomst zal verzetten?"
„Mij is van een Synode niets bekend.
Maar natuurlijk wil ik graag gelooven,
dat zulk een plan bestaat. Het zal ook
wel moeten. Men dient een gemeen
schappelijke belijdenis te hebben. De
houding der Overheid zal men dienen
af te wachten. Hoofdzakelijk zal die af
hangen van het tijdstip, waarop die
samenkomst gehouden zal worden."
Admiraal De Coligny is niet alleen
krijgsman, hij is ook diplomaat. Zelfs
zijn broeder geeft hij zeer gereserveer
de antwoorden, wanneer hij niet volko
men zeker van zijn zaak is. En hét valt
de gravin op, dat hij vo-lkomen neutraal
spreekt; geen woord van afkeuring uit
over het gedrag van den Koning. Is hij
het eens met de bestrijding der Huge
noten? Heeft zij zich vergist in de ver
wachting, dat hij, bij het doen eener
besliste keuze, haar zijde kiezen zal?
In den loop der vólgende dagen en
nachten herhalen de gesprekken tus-
schen de beide echtelieden zich. De Ad
miraal bespeurt, hoe zijn vrouw meer
en meer in het geloof is gerijpt. Maar
zoo zegt hij stel je het lot der
bekeerlingen toch voor oogen. Zij wor
den nu reeds vervolgd en dit is slechts
kinderspel. Met bezorgdheid zie ik de
toekomst tegemoet. Als schapen ter
nog een armslag van plm, 2 ton is. Bo
vendien moeten we heel wat meer rente
gaan betalen, Spr. is niet zoo erg warm
voor het voorstel.
Dhr De Bruin wijst op het gevaar
van gedwongen consolidatie binnen eeni-
gen tijd. Zullen de voorwaarden dan niet
zwaarder zijn?
De voorzitter deelt nog mede,
dat binnenkort groote betalingen, zijn te
doen. Een positie van een drle-maand-
sche kasgeldleening van zes ton acht
spr. precair.
Dhr Verhage geeft in overweging
de betalingen voor gas en electriGiteit
niet om de twee maanden, maar elke
maand te doen plaats hebben.
Weth. Paul antwoordt, dat de kas
positie daardoor iets zou verbeteren,
maar er staan grootere onkosten tegen
over.
Het verschil wordt z.h.st. aangenomen.
De aanvulling der bouwverordening
wordt goedgekeurd.
Crediet voor restauratie en her
bouw Stadhuis ad f 1.675.000,
Dhr v. d. Feltz vraagt of de bij
drage van het Rijk voor het verschil
tusschen de uitkeering van molest-risico
(f 965.000) en de herbouwkosten vast
staat.
De voorzitter zegt, dat bij ver
schillende conferenties in Den Haag is
gezegd, dat met den herbouw maar vast
begonnen dient te worden. Het geld zal
toch ergens vandaan moeten komen en
het Rijk zal ons niet in den steek laten.
Dhr L u ij e n d ij k is ook eenigszins
huiverig voor de financiëele regeling. De
Raad dient zich uit te spreken, dat hij
er op rekent, dat het Rijk het verschil
tusschen de uitkeering van Molest-Risico
en de kosten van herbouw zal bijpassen.
Anders zullen de gevolgen voor Middel
burg onoverkomelijk zijn.
Dhr Kögeler vindt het vreemd een
crediet toe- te staan en tegelijk uit te
spreken, dat de gemeente dit niet kan
betalen. Wij kunnen niet beschikken over
de financiën van het Rijk.
Weth. Paul wil het crediet toestaan,
maar daarnaast een uitspraak doen.
Dhr de Bruin merkt op, dat later
geheel de financiëele regeling als gevolg
van de oorlogsschade moet worden ge
troffen. Laat men nu geen incidenteele
uitspraken doen.
Dhr L u ij e n d ij k wil bij het nemen
van belangrijke besluiten als deze, direct
een financiëele voorwaarde stellen.
Dhr Schot heeft bezwaar tegen dit
groote crediet. Spr. wil niet verder gaan
dan de molest-uitkeering.
Dhr den Hollander acht dit niet
mogeljjk. Men moet kunnen doorwerken.
Overigens acht spr. het voldoende als
de Raad het vertrouwen uitspreekt, dat
art. 6 zal worden toegepast en dat het
Rijk dus het ontbrekende bedrag zal
bijpassen.
De voorzitter zou graag een uit
spraak van den Raad willen. Men zal bij
dezen verbouw van het Stadhuis slechts
successievelijk werken. In October a.s.
zal begonnen worden met de restauratie
van den Gothischen gevel. Voor den
nieuwbouw zijn materialen noodig, die
nu moeilijk te krijgen zijn.
Het voorstel van B. en W. wordt, aan
gevuld met het voorstel-Den Hollander,
aangenomen.
Restauratie en herbouw
Abdijtoren.
B. en W. vragen van den Raad een
principiëel besluit tot restauratie en
herbouw van den Abdijtoren en om daar
toe de noodige opdrachten te verstrek
ken aan architect Jan de Meijer te
Amsterdam.
Dhr Den Hollander vraagt, of
het mogelijk is voor f 165.000 den Abdij
toren te herbouwen inclusief uurwerk
en carillon.
Dhr Wondergem zou graag zien,
dat er later in den toren gelegenheid
komt om ververschingen te gebruiken.
Dhr S u 1 k e r s geeft in overweging
ten opzichte van het carillon het advies
van den klokken- en orgelraad in te
winnen.
Weth. Paul antwoordt, dat in de
slachting zullen zij worden geleid. Op
de pijnbanken zullen zij terechtkomen.
Ik ben er zeker van, dat velen gedood
zullen worden. Wie weet, wat er met je
man gebeurt, wanneer hij zich openlijk
zou verklaren. Ben je bereid, dat lot op
je te nemen, zelfs de pijnbank, zelfs de
dood?"
„Gaspard, ik heb in vurige gebeden
tot God, tot onzen God, alles overwo
gen. En steeds weer onderzocht, daar
bij gesterkt door de brieven van Cal-
vijn. Ik schrik voor niets terug. Weet
toch, dat vervolging in alle tijden het
lot der geloovigen is geweest. En dit
zal zoo blijven tot het einde der wereld.
Men mag dit kasteel boven mijn hoofd
verbranden, men mag mij op den brand
stapel zetten, ik zal altijd getuigen van
mijn vaste geloof in Jezus Christus,
mijn Heiland en Zaligmaker."
Vrouwe Charlotte de Laval heeft tra
nen in de oogen. Maar haar stem en
haar houding zijn vol geestkracht. Hij,
die zijn gemalin door en door kent, weet
dat zij geen holle rhetoriek uitspreekt.
Wat zij zegt, komt uit de diepste diep
ten van haar hart., Het is voor haar
vleesch en bloed-geworden.
Dan vat hij plotseling haar hand.
„Mijn kind, ik heb lang gestreden.
Alles is mij lang nog niet duidelijk. Ik
ben nog een zuigeling -in het geloof.
En ik benijd jouw geloofsmoed. Maar
ik gevoel, dat ik in deze dagen vol span
ning een keuze moet doen. Men kan niet
raming ook een bedrag voor carillon
en uurwerk is opgenomen.
B. en W. zullen overwegen of er in
den toren een gelegenheid te maken is,
waar men ververschingen kan gebruiken.
Met den klokken- en orgelraad zal
worden besproken welk systeem van ca
rillon voor Middelburg het meest aan
te bevelen is.
Dhr Kögeler vraagt nog naar de
bluschapparaten in den toren en naar
verlichte wyzerborden.
Weth. Paul zal dit met den architect
bespreken.
De voorzitter merkt nog op, dat
de toren straks meer brandvrij zal zijn
dan vroeger, dank zij de betonnen vloeren.
Verder zegt spr., dat voor den Abdij
toren nog geen crediet maar alleen mach
tiging tot het maken van een plan wordt
gevraagd.
Spr. hoopt, dat wanneer we weer een
carillon hebben, wedstrijden zullen kun
nen plaats hebben. Spr. geeft den leden
in overweging in den toren een kijkje
te gaan nemen. Er is al veel gebeur^.
Het voorstel wordt aangenomen.
Huizen voor ouden van dagen.
Dhr Paul doet nu eenige mededee-
lingen over het plan tot het bouwen van
elf huizen van ouden van dagen in de
omgeving van den Abdijtoren.
B. en W. willen graag zien, dat er
wat herbouwd wordt. Ook ir Ringers
zou graag willen, dat met dezen bouw
spoedig wordt begonnen. De huisjes
zullen zeer bescheiden zijn.
B. en W. stellen voor, dat wanneer
het plan zal zijn goedgekeurd dóór de
beide betrokken commissies en B. en W.
er vast wordt begonnen met de uitvoe
ring van het plan. Dit wordt dan later
nog definitief goedgekeurd door den
Raad.
De voorzitter onderstreept, dat
het de zeer besliste wensch van ir Rin
gers is, dat er wat meer te Middelburg
wordt herbouwd dan nu het geval is.
Op de Burg wordt het eerste blok her
bouwd, in de Lange Delft het tweede,
terwijl de huizen voor ouden van dagen
het derde plan zullen uitmaken. Hout
en cement zal hiervoor beschikbaar
komen. Voor het 4e, 5e en 6e plan is
de voorbereiding wat moeilijker.
Dhr v. d. Feltz vraagt, wat er ge
beurt als de commissies niet veel voor
het plan voelen.
Weth. Paul: Dan wordt er niet be
gonnen.
De voorzitter deelt nog mede, dat
dit plan woningwet-bouw wordt. Voor
schot en toeslag komen dus van het
Rijk. Dit is althans een toezegging van
ir Ringers, maar nog niet van de Depar
tementen.
Weth. Paul zegt, dat de woningbouw
op het Zand wordt gefinancierd door
het bureau van ir Ringers. De gemeente
behoeft voorloopig nog niets hiervoor
te betalen. Vermoedelijk zal het met de
woningen voor ouden van dagen ook zoo
gaan, De verrekening volgt dan later.
Het voorstel van B. en W. wordt aan
genomen.
Bij het voorstel tot wijziging van de
oppervlakte van de aan de Vereeniging
„Kweeklust" verhuurde gronden begreep
de heer Van der Feltz niet hoe
zulk een groot verschil in oppervlakte
kon ontstaan.
Wethouder Paul lichtte toe, dat dit
voornamelijk komt omdat aanvankelijk
een breede sloot was opgenomen in de
oppervlakte.
Het voorstel werd daarna zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
Dit geschiedde ook met de voorstel
len tot ontbinding van huurovereen
komst terzake gemeentegrond achter wo
ningen aan den Karelsgang en tot over
neming van strooken grond aan den Ha-
vendijk.
Rondvraag.
De heer den Hollander zeide het
op prijs te hebben gesteld als het schrij
ven van B. en W. d.d. 28 Juni inzake de
terecht door de gedupeerden geuite be
zwaren zou zijn gepubliceerd. Men had
daaruit kunnen zien, dat B. en W. reeds
op twee gedachten blijven hinken. Wan
neer je, zooals je zegt, bereid bent, al
les te dragen, dan wil ik mij openlijk
scharen aan de zijde van jouw vrienden.
God heeft mij geleidelijk de oogen ge
opend. Ik moet nog veel leeren. Veel,
dat nog duister is, moet mij helder
worden. Maar ik voel al sinds lang, dat
ik breken moet met de Roomsche
kerk."
„God zegene dat besluit, Gaspard",
zegt zij vol ontroering. „Wij geven
elkaar ons woord. Wat er ook gebeure,
in mij zal je, als steeds, je toegewijde
vrouw vinden. Getrouw tot in den
dood."
„Reken op zware tijden, Charlotte",
waarschuwt hij.
„Mét God kunnen ze niet te zwaar
zijn, Gaspard. Hij helpt er ons doorheen,
zelfs door de zwartste, valleien van den
dood."
„Zoo zij het", antwoordt hij.
Hij is een nuchter, sterk, berekenend
man. Maar nu moet hij toch minuten
lang zwijgen van aandoening.
Als dit beslissend gesprek plaats heeft
is Andelot reeds naar zijn heerlijkheid
vertrokken. Hij verkeert nog steeds in
de meening, dat zijn broeder op twee ge
dachten hinkt; dat de schaal zelfs over
slaat naar de vijde der vijanden van de
Hugenoten.
Met voorkennis van den Admiraal
zendt Charlotte de Laval Fontaines met
een schrijven, waarin het blijde nieuws
in die richting werkzaam waren, vóór dat
ingezonden stukken e.d. de bezwaren
vertolkten.
De burgemeester zeide, dat het
geen gewoonte is, dat tusschen officieele
instanties gevoerde correspondenties, in
casu tusschen B. en W. en den secretaris
generaal van financiën, worden gepubli
ceerd.
Dit wil nog niet zeggen, dat dit stuk
daarom beslist geheim moet blijven. Spr.
deelt daarom mede, dat B. en W. daarin
hebben gewezen op 28 Juni op de bezwa
ren tegen de wijze van uitkeering voor
de gebouwen, waardoor veel te zware
lasten op de eigenaars zullen gaan druk
ken; vervolgens op de wijze van bere
kening van de vergoeding voor meubi
lair enz. en ten slotte tegen den aftrek
van hetgeen door de nationale collecte
enz. is bijeengebracht.
Een beslissing terzake
is nog niet bekend ge
maakt, doch spreker heeft
hoop dat er wel goede re
sultaten zullen worden
bereikt.
De heer Kögeler wees er op, dat
reeds in Januari door B. en W. tegen den
aftrek van gelden gekomen uit de collec
ten enz. bezwaren door B. en W. naar
voren zijn gebracht.
Hierna sloot de voorzitter de
vergadéring.
ZUID-BEVELAND.
„De Breede Watering
bewesten lerseke".
Candidaatstelling voor de vacature van
Dijkgraaf,
Onder leiding van den dijkgraaf C. D.
V e r e e k e, heeft het waterschap „D e
Breede Watering bewesten
Y e r s e k e" gistermiddag in de „Prins
van Oranje" te Go es een druk bezochte
vergadering van ingelanden gehouden.
In z|jn openingswoord deelde de voor
zitter mede, dat aanwezig waren 120 per
sonen, uitbrengende 214 stemmen, en dat
besprekingen waren gevoerd met den
Cultuur-Technischen dienst over de ruil
verkaveling in de Yersche Moer.
Naar aanleiding van het verzoek van
Gedep. Staten over de voorziening van
het dieselgemaal met een gasgenerator,
werd contact gezocht met de N.V.
„Werkspoor". De vergadering verleende
het bestuur machtiging naar omstandig
heden te handelen.
Het verslag omtrent den toestand van
het waterschap over 1940'41, hetwelk
wij reeds publiceerden, werd zonder be
spreking aangenomen.
Op voorstel van de commissie tot na
zien van de rekening 1940'41, welke
bij monde van den heer Joh. Pilaar
rapport uitbracht, werd deze rekening
ongewijzigd vastgesteld.
Het voorstel van het bestuur tot ver
koop van een perceel grond in de ge
meente Kattendijke aan den heer D. van
Kleunen aldaar, voor f 1500 per H.A.,
werd nadat de heer Joh. Pilaar als voor
zitter van de schade-enquête-commissie
de ingelanden geadviseerd had tot aan
neming, zonder bespreking en stemming
aangenomen.
Het voorstel om geen verhaal van de
Couponbelasting toe te passen, werd na
toelichting van den ontvanger-griffier
den heer A. Mol, eveneens aangeno
men.
Het voorstel tot verhooging van de
salarissen van de vaste werklieden tot
f 1000 en van den machinist tot f 1200
werd aanvaard.
Candidaatstelling Dijkgraaf.
Vervolgens was aan de orde het opma
ken van een aanbeveling van drie perso
nen, ter voorziening in de vacature, ont
staan door het verplicht aftreden op 2
November 1941 van den heer C. D. V e r-
e e k e als dijkgraaf.
Alvorens tot stemming werd overge-
is vervat, naar Andelot. Meteen ont
vangt hij nóg een opdracht: hij moet een
kleinen omweg maken naar Valleville en
daar vragen naar dominee Aubigné.
Wanneer hij dien gevonden heeft, moet
hij informeeren wanneer en waar een
godsdienstoefening gehouden wordt. De
dominee kent Fontaines wel eenigszins.
Overigens heeft hij het wachtwoord,
nietwaar? „Jezus Christus en Dien ge
kruist," dat is het woord van deze maand
waaraan alle geloofsgenooten kunnen
weten, dat zij met „eigen volk" te doen
hebben.
Enkele dagen later keert Frangois
Fontaines terug. H|j heeft een enthou
siast gestelden brief van Andelot in de
voering van zijn wambuis. Hij weet ver
der mee te deelen, dat over een week,
wanneer de maan er niet is, des avonds
om tien uur te Valleville een geheime
godsdienstoefening zal worden gehou
den. De plaats is hem aangewezen: een
oude schuur, vlakbij de stadswallen.
Wanneer de genadige Vrouwe er heen
wil, is hij ten volle bereid, haar te ver
gezellen. Het wachtwoord voor die sa
menkomst, waarin dominee Aubigné zal
voorgaan, is „Hendrik H".
„Je zult nader van mij hooren, Fontai
nes. Het is inderdaad mijn bedoeling, er
heen te gaan. Vrij zeker zal ook de Ad
miraal ons vergezellen."
Fontaines zet groote oogen op. Maar
hij zwijgt.
(Wordt vervolgd.)