Dc Gemeenteraad van idttuig vergadert DE ZEEUW van Donderdag „De groote Ketter" 7 Aug. 1941 - 2e Blad. Uit de Provincie Herbouw van Stad ïuls en Abdijtoren. Gistermiddag vergaderde de Raad van Middelburg onder voorzitterschap van den burgemeester. Afwezig dhrn Portheine en Flipse. Eén vacature. De voorzitter doet mededeeling van tal van goedgekeurde Raadsbeslui ten. Ook maakt de voorzitter melding van den enthousiasten brief van enkele hoof den van scholen inzake het zwemonder wijs. Spr dankt speciaal den afgetreden wet houder Kögeler voor wat hij in dezen deed. Betreffende de nieuwe straatnamen zegt de voorzitter, dat B, en W. nog geen voorstellen in dezen doen. Zij wilden eens afwachten, hoe de burgerij zou reageeren op de ideen van den heer Unger. Misschien komen er nog andere voorstellen uit" het publiek naar voren. Met genoegen heeft spr. gezien, dat in een der dagbladen hierover reeds een artikel is geschreven. Ingekomen is nog een verzoek van het Bestuur van de scholen der Ned. Herv. Gemeente aan den Zuidsingel om gelden voor de inrichting van een lokaal voor lichamelijke oefening en voor de inrich ting van een schoollokaal voor gewoon onderwijs. Dit adres gaat naar B. en W. om prae-advies. Benoemingen. Tot vaste plaatsvervangende wethou der wordt met 13 st. benoemd de heer Kögeler. De voorzitter wenscht den Raad geluk met deze benoeming. De heer Kö geler is in een moeilijk jaar wethouder geweest en is op de hoogte van zaken. Tot voorzitter van de commissie van financiën (vacature J. Mondeel) wordt benoemd de heer Kögeler (met 12 st.)tot lid dezer commissie (vacature- Jeronimus) de heer S u 1 k e r s (met 12 st.)tot lid der commissie van bijstand voor Gemeentewerken (vac.-Jeronimus) dhr Schot (met 12 st.) en tot lid der commissie vóór de strafverordeningen (vac.-Mondeel) dhr Verhage (met 12 st.) De geloofsbrief van 't nieuw benoemd verklaard Raadslid, den heer H. C. de Jonge Baas, wordt in orde bevonden. Tot zijn toelating wordt besloten. Bij het voorstel tot wijziging der ver ordening inzake de ambtenaren v a n d e n Burgelijken Stand, bespreekt dhr Kögeler de regeling voor het voltrekken van huwelijken. Spr. zou willen bepalen, dat de bezoldigd amb tenaar, wanneer hij aanwezig is, een hu welijk voltrekt. Spr. ziet daarin meer dan een formeele handeling. Het is een plechtigheid. De bezoldigd ambtenaar is voor deze taak met zorg gekozen. Het moet niet zóó zijn, dat voor het voltrek ken van huwelijken lukraak iemand aan gewezen wordt. De v o o r~z i 11 e r onderschrijft dit volkomen. B. en W. willen er in geenen deele een rommeltje van maken. Het moet een plechtige handeling blijven. Als de heer Heemskerk en spreker verhin derd zouden zijn, is het de bedoeling, dat de hoofdkommies een huwelijk voltrekt. De verlenging van de tijdelijke benoe ming van een leerares in de klassieke talen aan het gymnasium wordt goed gekeurd. Benoeming vakonderwij- zeres in lichamelijke oefe ning aan school G. Dhr V e r h a g e vraagt of een be-' voegde leerkracht wordt opgeroepen. De voorzitter antwoordt, dat sollicitanten zjjn opgeroepen in het be zit van een akte M. O. lichamelijke oefe ning. Het zwemdiploma strekt tot aan beveling. Het voorstel wordt aangenomen. Bij het voorstel tot invoering van het FEUILLETON 12) o ,,Dat alles is mij bekend, waarde broeuer. Doch knoopt daaraan geen optimistische opmerkingen vast. Men heeft gemeend, dat Zijne Majesteit.wat milder gestemd werd jegens de Protes tanten en dat daarom de regeering niet opgetreden is tegen bedoelde samen komst. Zelfs is men zoover gegaan, om te meenen, dat de Kardinaal van Lotha ringen niet meer voor den gezworen vijand van voorheen geldt. Anders zou deze invloedrijke minister wel anders opgetreden zijn. Maar neem nu van mij aan, dat dit alles zinsbedrog is. Wan neer het land bevrijd is van de knellen de buitenlandsche zorgen, hebben Zijne Majesteit en de regeering de handen vrij. Mijn inlichtingen zijn van dien aard, dat twijfel uitgesloten is." ,,Dan zullen we den ons toegeworpen handschoen aanpakken", zegt Andelot geestdriftig, daarbij Charlotte de Laval aanziende. Zij bespeurt dit evenwel niet, want zij bestudeert het bleeke, magere gelaat van haar man. „Als hij geen antwoord ontvangt, ver volgt Andelot: „Weet ge, dat de Gere formeerden binnenkort te Parijs een Sy node willen houden? Dat zal de eerste vak J lichamelijke oefening aan de indu strie- en huishoudschool vraagt de heer Doorenbos, of het ook mogelijk is, dat voor deze betrekking dezelfde leer kracht zal worden benoemd als bedoeld in het vorige voorstel. De voorzitter antwoordt, dat dit inderdaad mogelijk is. Dhr D e B r u i n vraagt of het schema vooi dit onderwijs is opgemaakt in over leg met het departement. De voorzitter meent, dat het De partement dit schema voorschrijft. Dhr Kögeler vermoedt, dat hier een moreele dwang van het Departement achter zit. Verder vraagt spr. naar de financieels konsekwenties van dit voor stel. Ligt het in de bedoeling, dat het vak lichamelijke oefening ook wordt in gevoerd op de Ambachtsschool? De voorzitter kan hierop niet met zekerheid antwoorden, al hoopt hij, dat dit onderwijs oook aan de Ambachts school zal gegeven worden en dat het financieel voor Middelburg te dragen zal zijn. Weth. Paul acht dit onderwijs voor de Ambachtsschool niet direct noodig. In antwoord op een vraag, of er aan deze scholen lokalen zijn voor dit onder wijs, antwoordt de voorzitter, dat er aan school G een lokaal hiervoor komt. Dhr Kögeler deelt mede, dat hij de industrie- en huishoudschool heeft verwezen naar Kinderzorg. Het voorstel wordt aangenomen. De jaarrekeningen van Gemeentewer ken, van den vee- en vleeschkeurings- dienst en van den reinigings- en oiftsmet- tingsdienst, alle over 1940, worden voor- loopig vastgesteld. Een definitieve geldleening. B. en W. stellen voor een aantal kas- geldleeningen te consolideeren in een de finitieve leening, groot f 190.000 tegen 4rVia Dhr Kögeler maakt aanmerking op het rente-percentage. Hij vindt dit aan den hoogen kant (41/i8 Spreker vindt 4 pet. hoog genoeg. Onlangs is in een andere gemeente een Raadsbesluit tot het aangaan van een 4.5 pet. leening niet goedgekeurd, omdat 4 pet. voldoen de werd geacht. Ook liepen er geruchten over een Staatsleening van 3.5 pet. Dhr Jeronimus antwoordt, dat in het sluiten van een leening en het be palen van het moment daarvan eenige speculatie zit. Het was mogelijk, een leening tegen een iets lagere rente te sluiten, maar dit was een leening voor slechts 10 jaar. En dit vonden B. en W. niet gewenscht. Spr. acht de voorgestel de leening aanlokkelijk, ook gezien wat andere gemeenten moeten betalen. Het betreft hier een onderhandsche leening, zoodat ook tal van onkosten, aan een Gbligatieleening verbonden, niet gemaakt behoeven te worden. Dhr v. d. F e 1 t z ziet eenige daling van de rente. Is dit voorstel niet wat praematuur? Dhr Jeronimus antwoordt, dat aan 25 adressen opgave is gevraagd. De Raad moet weten, of hij nog wat wil Uit stellen. Maar spr. acht deze leening, ge zien de kaspositie van Middelburg, aan vaardbaar. De vlottende schuld is groot zes ton. B. en W. hebben de bevoegdheid om tot 7.5 ton te gaan. In die zes toh zit ook een bedrag van f 44.900, dat van het Rijk teruggevorderd kan worden. Het genoemde bedrag is hieruit reeds te verklaren, dat het vermoedelijk na- deelig saldo over 1941 f350.000 zal be dragen, terwijl die over 1940 een tekort' van f 140.000 aanwees. De rente van de kasgeldleeningen is 2 5/8 pet. Dhr Kögeler concludeert, dat er zijn. Er worden vertegenwoordigers van een zeventig kerken verwacht. De ge loofsbelijdenis zal er opgesteld worden. Dunkt je, dat de regeering zich tegen die samenkomst zal verzetten?" „Mij is van een Synode niets bekend. Maar natuurlijk wil ik graag gelooven, dat zulk een plan bestaat. Het zal ook wel moeten. Men dient een gemeen schappelijke belijdenis te hebben. De houding der Overheid zal men dienen af te wachten. Hoofdzakelijk zal die af hangen van het tijdstip, waarop die samenkomst gehouden zal worden." Admiraal De Coligny is niet alleen krijgsman, hij is ook diplomaat. Zelfs zijn broeder geeft hij zeer gereserveer de antwoorden, wanneer hij niet volko men zeker van zijn zaak is. En hét valt de gravin op, dat hij vo-lkomen neutraal spreekt; geen woord van afkeuring uit over het gedrag van den Koning. Is hij het eens met de bestrijding der Huge noten? Heeft zij zich vergist in de ver wachting, dat hij, bij het doen eener besliste keuze, haar zijde kiezen zal? In den loop der vólgende dagen en nachten herhalen de gesprekken tus- schen de beide echtelieden zich. De Ad miraal bespeurt, hoe zijn vrouw meer en meer in het geloof is gerijpt. Maar zoo zegt hij stel je het lot der bekeerlingen toch voor oogen. Zij wor den nu reeds vervolgd en dit is slechts kinderspel. Met bezorgdheid zie ik de toekomst tegemoet. Als schapen ter nog een armslag van plm, 2 ton is. Bo vendien moeten we heel wat meer rente gaan betalen, Spr. is niet zoo erg warm voor het voorstel. Dhr De Bruin wijst op het gevaar van gedwongen consolidatie binnen eeni- gen tijd. Zullen de voorwaarden dan niet zwaarder zijn? De voorzitter deelt nog mede, dat binnenkort groote betalingen, zijn te doen. Een positie van een drle-maand- sche kasgeldleening van zes ton acht spr. precair. Dhr Verhage geeft in overweging de betalingen voor gas en electriGiteit niet om de twee maanden, maar elke maand te doen plaats hebben. Weth. Paul antwoordt, dat de kas positie daardoor iets zou verbeteren, maar er staan grootere onkosten tegen over. Het verschil wordt z.h.st. aangenomen. De aanvulling der bouwverordening wordt goedgekeurd. Crediet voor restauratie en her bouw Stadhuis ad f 1.675.000, Dhr v. d. Feltz vraagt of de bij drage van het Rijk voor het verschil tusschen de uitkeering van molest-risico (f 965.000) en de herbouwkosten vast staat. De voorzitter zegt, dat bij ver schillende conferenties in Den Haag is gezegd, dat met den herbouw maar vast begonnen dient te worden. Het geld zal toch ergens vandaan moeten komen en het Rijk zal ons niet in den steek laten. Dhr L u ij e n d ij k is ook eenigszins huiverig voor de financiëele regeling. De Raad dient zich uit te spreken, dat hij er op rekent, dat het Rijk het verschil tusschen de uitkeering van Molest-Risico en de kosten van herbouw zal bijpassen. Anders zullen de gevolgen voor Middel burg onoverkomelijk zijn. Dhr Kögeler vindt het vreemd een crediet toe- te staan en tegelijk uit te spreken, dat de gemeente dit niet kan betalen. Wij kunnen niet beschikken over de financiën van het Rijk. Weth. Paul wil het crediet toestaan, maar daarnaast een uitspraak doen. Dhr de Bruin merkt op, dat later geheel de financiëele regeling als gevolg van de oorlogsschade moet worden ge troffen. Laat men nu geen incidenteele uitspraken doen. Dhr L u ij e n d ij k wil bij het nemen van belangrijke besluiten als deze, direct een financiëele voorwaarde stellen. Dhr Schot heeft bezwaar tegen dit groote crediet. Spr. wil niet verder gaan dan de molest-uitkeering. Dhr den Hollander acht dit niet mogeljjk. Men moet kunnen doorwerken. Overigens acht spr. het voldoende als de Raad het vertrouwen uitspreekt, dat art. 6 zal worden toegepast en dat het Rijk dus het ontbrekende bedrag zal bijpassen. De voorzitter zou graag een uit spraak van den Raad willen. Men zal bij dezen verbouw van het Stadhuis slechts successievelijk werken. In October a.s. zal begonnen worden met de restauratie van den Gothischen gevel. Voor den nieuwbouw zijn materialen noodig, die nu moeilijk te krijgen zijn. Het voorstel van B. en W. wordt, aan gevuld met het voorstel-Den Hollander, aangenomen. Restauratie en herbouw Abdijtoren. B. en W. vragen van den Raad een principiëel besluit tot restauratie en herbouw van den Abdijtoren en om daar toe de noodige opdrachten te verstrek ken aan architect Jan de Meijer te Amsterdam. Dhr Den Hollander vraagt, of het mogelijk is voor f 165.000 den Abdij toren te herbouwen inclusief uurwerk en carillon. Dhr Wondergem zou graag zien, dat er later in den toren gelegenheid komt om ververschingen te gebruiken. Dhr S u 1 k e r s geeft in overweging ten opzichte van het carillon het advies van den klokken- en orgelraad in te winnen. Weth. Paul antwoordt, dat in de slachting zullen zij worden geleid. Op de pijnbanken zullen zij terechtkomen. Ik ben er zeker van, dat velen gedood zullen worden. Wie weet, wat er met je man gebeurt, wanneer hij zich openlijk zou verklaren. Ben je bereid, dat lot op je te nemen, zelfs de pijnbank, zelfs de dood?" „Gaspard, ik heb in vurige gebeden tot God, tot onzen God, alles overwo gen. En steeds weer onderzocht, daar bij gesterkt door de brieven van Cal- vijn. Ik schrik voor niets terug. Weet toch, dat vervolging in alle tijden het lot der geloovigen is geweest. En dit zal zoo blijven tot het einde der wereld. Men mag dit kasteel boven mijn hoofd verbranden, men mag mij op den brand stapel zetten, ik zal altijd getuigen van mijn vaste geloof in Jezus Christus, mijn Heiland en Zaligmaker." Vrouwe Charlotte de Laval heeft tra nen in de oogen. Maar haar stem en haar houding zijn vol geestkracht. Hij, die zijn gemalin door en door kent, weet dat zij geen holle rhetoriek uitspreekt. Wat zij zegt, komt uit de diepste diep ten van haar hart., Het is voor haar vleesch en bloed-geworden. Dan vat hij plotseling haar hand. „Mijn kind, ik heb lang gestreden. Alles is mij lang nog niet duidelijk. Ik ben nog een zuigeling -in het geloof. En ik benijd jouw geloofsmoed. Maar ik gevoel, dat ik in deze dagen vol span ning een keuze moet doen. Men kan niet raming ook een bedrag voor carillon en uurwerk is opgenomen. B. en W. zullen overwegen of er in den toren een gelegenheid te maken is, waar men ververschingen kan gebruiken. Met den klokken- en orgelraad zal worden besproken welk systeem van ca rillon voor Middelburg het meest aan te bevelen is. Dhr Kögeler vraagt nog naar de bluschapparaten in den toren en naar verlichte wyzerborden. Weth. Paul zal dit met den architect bespreken. De voorzitter merkt nog op, dat de toren straks meer brandvrij zal zijn dan vroeger, dank zij de betonnen vloeren. Verder zegt spr., dat voor den Abdij toren nog geen crediet maar alleen mach tiging tot het maken van een plan wordt gevraagd. Spr. hoopt, dat wanneer we weer een carillon hebben, wedstrijden zullen kun nen plaats hebben. Spr. geeft den leden in overweging in den toren een kijkje te gaan nemen. Er is al veel gebeur^. Het voorstel wordt aangenomen. Huizen voor ouden van dagen. Dhr Paul doet nu eenige mededee- lingen over het plan tot het bouwen van elf huizen van ouden van dagen in de omgeving van den Abdijtoren. B. en W. willen graag zien, dat er wat herbouwd wordt. Ook ir Ringers zou graag willen, dat met dezen bouw spoedig wordt begonnen. De huisjes zullen zeer bescheiden zijn. B. en W. stellen voor, dat wanneer het plan zal zijn goedgekeurd dóór de beide betrokken commissies en B. en W. er vast wordt begonnen met de uitvoe ring van het plan. Dit wordt dan later nog definitief goedgekeurd door den Raad. De voorzitter onderstreept, dat het de zeer besliste wensch van ir Rin gers is, dat er wat meer te Middelburg wordt herbouwd dan nu het geval is. Op de Burg wordt het eerste blok her bouwd, in de Lange Delft het tweede, terwijl de huizen voor ouden van dagen het derde plan zullen uitmaken. Hout en cement zal hiervoor beschikbaar komen. Voor het 4e, 5e en 6e plan is de voorbereiding wat moeilijker. Dhr v. d. Feltz vraagt, wat er ge beurt als de commissies niet veel voor het plan voelen. Weth. Paul: Dan wordt er niet be gonnen. De voorzitter deelt nog mede, dat dit plan woningwet-bouw wordt. Voor schot en toeslag komen dus van het Rijk. Dit is althans een toezegging van ir Ringers, maar nog niet van de Depar tementen. Weth. Paul zegt, dat de woningbouw op het Zand wordt gefinancierd door het bureau van ir Ringers. De gemeente behoeft voorloopig nog niets hiervoor te betalen. Vermoedelijk zal het met de woningen voor ouden van dagen ook zoo gaan, De verrekening volgt dan later. Het voorstel van B. en W. wordt aan genomen. Bij het voorstel tot wijziging van de oppervlakte van de aan de Vereeniging „Kweeklust" verhuurde gronden begreep de heer Van der Feltz niet hoe zulk een groot verschil in oppervlakte kon ontstaan. Wethouder Paul lichtte toe, dat dit voornamelijk komt omdat aanvankelijk een breede sloot was opgenomen in de oppervlakte. Het voorstel werd daarna zonder hoof delijke stemming aangenomen. Dit geschiedde ook met de voorstel len tot ontbinding van huurovereen komst terzake gemeentegrond achter wo ningen aan den Karelsgang en tot over neming van strooken grond aan den Ha- vendijk. Rondvraag. De heer den Hollander zeide het op prijs te hebben gesteld als het schrij ven van B. en W. d.d. 28 Juni inzake de terecht door de gedupeerden geuite be zwaren zou zijn gepubliceerd. Men had daaruit kunnen zien, dat B. en W. reeds op twee gedachten blijven hinken. Wan neer je, zooals je zegt, bereid bent, al les te dragen, dan wil ik mij openlijk scharen aan de zijde van jouw vrienden. God heeft mij geleidelijk de oogen ge opend. Ik moet nog veel leeren. Veel, dat nog duister is, moet mij helder worden. Maar ik voel al sinds lang, dat ik breken moet met de Roomsche kerk." „God zegene dat besluit, Gaspard", zegt zij vol ontroering. „Wij geven elkaar ons woord. Wat er ook gebeure, in mij zal je, als steeds, je toegewijde vrouw vinden. Getrouw tot in den dood." „Reken op zware tijden, Charlotte", waarschuwt hij. „Mét God kunnen ze niet te zwaar zijn, Gaspard. Hij helpt er ons doorheen, zelfs door de zwartste, valleien van den dood." „Zoo zij het", antwoordt hij. Hij is een nuchter, sterk, berekenend man. Maar nu moet hij toch minuten lang zwijgen van aandoening. Als dit beslissend gesprek plaats heeft is Andelot reeds naar zijn heerlijkheid vertrokken. Hij verkeert nog steeds in de meening, dat zijn broeder op twee ge dachten hinkt; dat de schaal zelfs over slaat naar de vijde der vijanden van de Hugenoten. Met voorkennis van den Admiraal zendt Charlotte de Laval Fontaines met een schrijven, waarin het blijde nieuws in die richting werkzaam waren, vóór dat ingezonden stukken e.d. de bezwaren vertolkten. De burgemeester zeide, dat het geen gewoonte is, dat tusschen officieele instanties gevoerde correspondenties, in casu tusschen B. en W. en den secretaris generaal van financiën, worden gepubli ceerd. Dit wil nog niet zeggen, dat dit stuk daarom beslist geheim moet blijven. Spr. deelt daarom mede, dat B. en W. daarin hebben gewezen op 28 Juni op de bezwa ren tegen de wijze van uitkeering voor de gebouwen, waardoor veel te zware lasten op de eigenaars zullen gaan druk ken; vervolgens op de wijze van bere kening van de vergoeding voor meubi lair enz. en ten slotte tegen den aftrek van hetgeen door de nationale collecte enz. is bijeengebracht. Een beslissing terzake is nog niet bekend ge maakt, doch spreker heeft hoop dat er wel goede re sultaten zullen worden bereikt. De heer Kögeler wees er op, dat reeds in Januari door B. en W. tegen den aftrek van gelden gekomen uit de collec ten enz. bezwaren door B. en W. naar voren zijn gebracht. Hierna sloot de voorzitter de vergadéring. ZUID-BEVELAND. „De Breede Watering bewesten lerseke". Candidaatstelling voor de vacature van Dijkgraaf, Onder leiding van den dijkgraaf C. D. V e r e e k e, heeft het waterschap „D e Breede Watering bewesten Y e r s e k e" gistermiddag in de „Prins van Oranje" te Go es een druk bezochte vergadering van ingelanden gehouden. In z|jn openingswoord deelde de voor zitter mede, dat aanwezig waren 120 per sonen, uitbrengende 214 stemmen, en dat besprekingen waren gevoerd met den Cultuur-Technischen dienst over de ruil verkaveling in de Yersche Moer. Naar aanleiding van het verzoek van Gedep. Staten over de voorziening van het dieselgemaal met een gasgenerator, werd contact gezocht met de N.V. „Werkspoor". De vergadering verleende het bestuur machtiging naar omstandig heden te handelen. Het verslag omtrent den toestand van het waterschap over 1940'41, hetwelk wij reeds publiceerden, werd zonder be spreking aangenomen. Op voorstel van de commissie tot na zien van de rekening 1940'41, welke bij monde van den heer Joh. Pilaar rapport uitbracht, werd deze rekening ongewijzigd vastgesteld. Het voorstel van het bestuur tot ver koop van een perceel grond in de ge meente Kattendijke aan den heer D. van Kleunen aldaar, voor f 1500 per H.A., werd nadat de heer Joh. Pilaar als voor zitter van de schade-enquête-commissie de ingelanden geadviseerd had tot aan neming, zonder bespreking en stemming aangenomen. Het voorstel om geen verhaal van de Couponbelasting toe te passen, werd na toelichting van den ontvanger-griffier den heer A. Mol, eveneens aangeno men. Het voorstel tot verhooging van de salarissen van de vaste werklieden tot f 1000 en van den machinist tot f 1200 werd aanvaard. Candidaatstelling Dijkgraaf. Vervolgens was aan de orde het opma ken van een aanbeveling van drie perso nen, ter voorziening in de vacature, ont staan door het verplicht aftreden op 2 November 1941 van den heer C. D. V e r- e e k e als dijkgraaf. Alvorens tot stemming werd overge- is vervat, naar Andelot. Meteen ont vangt hij nóg een opdracht: hij moet een kleinen omweg maken naar Valleville en daar vragen naar dominee Aubigné. Wanneer hij dien gevonden heeft, moet hij informeeren wanneer en waar een godsdienstoefening gehouden wordt. De dominee kent Fontaines wel eenigszins. Overigens heeft hij het wachtwoord, nietwaar? „Jezus Christus en Dien ge kruist," dat is het woord van deze maand waaraan alle geloofsgenooten kunnen weten, dat zij met „eigen volk" te doen hebben. Enkele dagen later keert Frangois Fontaines terug. H|j heeft een enthou siast gestelden brief van Andelot in de voering van zijn wambuis. Hij weet ver der mee te deelen, dat over een week, wanneer de maan er niet is, des avonds om tien uur te Valleville een geheime godsdienstoefening zal worden gehou den. De plaats is hem aangewezen: een oude schuur, vlakbij de stadswallen. Wanneer de genadige Vrouwe er heen wil, is hij ten volle bereid, haar te ver gezellen. Het wachtwoord voor die sa menkomst, waarin dominee Aubigné zal voorgaan, is „Hendrik H". „Je zult nader van mij hooren, Fontai nes. Het is inderdaad mijn bedoeling, er heen te gaan. Vrij zeker zal ook de Ad miraal ons vergezellen." Fontaines zet groote oogen op. Maar hij zwijgt. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1941 | | pagina 5