31 I SE ZEEUW
I
Samenvoeging van polders en
Waterschappen in Zeeland.
„De groote Ketter"
Koop eerst een andere tandpasta
Veegbrug-
en West-
snd, dat er
ging niet
n wegens
weegbrug.
i. BLOK.
INBOD
icijnen
iren
TWEEDE BLAD
SpierpUnenol5
FEUILLETON
Kunst en Wetenschap
Uit de Provincie
MIDDELBURG.
ZUID-BEVELAND.
Kon. Ned.
Middenstandsbond
WRIJVING:
ME EN
ST.
11 Juli a.s.
NSE, Oost-
Seroos-
3,
mementen
oor
n opge
ien van
0.55 bi)
regel
regels.
10 ct.
19
Lokt en
:en. 0,20
kilo.
TEN, Mid-
ZEN,
igustus.
Pekelinge,
TER
lleen, van
Brieven
3uw, Goes
U T.
•ijf D. M.
k 20, Mid-
UIS
•tentie in
U maar
VAN
VRIJDAG 25 JULI 1941. Nr 72.
Het provinciaal bestuur van Zeeland
heeft zich tot taak gesteld twee omvang
rijke vraagstukken op te lossen, aldus
Mr P. Dieleman, wnd commissaris der
provincie, in een gesprek met een verte
genwoordiger van het Alg. Handelsblad.
Het eerste betreft het veel te groote
aantal gemeenten: in deze provincie, dat
snel zal moeten worden ingekrompen!;
het andere probleem dat moet worden
opgelost, wordt gevormd door het teveel
aan kleine zelfstandige polders en wa
terschappen.
Er z\jn in onze provincie verschillen
de gemeenten, die dringend uitbreiding
noodig hebben. Hulst b.v. is al veel te
lang opgesloten geweest in zijn wallen,
en het kan onmogelijk nog langer op
grenswijziging wachten. Het plan daar
toe verkeert reeds in een ver gevorderd
stadium. Niet onmogelijk is, dat men bij
de grenswijziging van Hulst, waarbij ge
deelten van Clinge, Koewacht en St Jan
steen zullen zijn betrokken, één groote
landelijke gemeente zal laten ontstaan
met de nieuwe zeepolders van Graauw,
Hontenisse en ^Vogelwaarde, en dat St
Jansteen schadeloos zal worden gesteld
met de resteerende gedeelten van Clinge
en Vogelwaarde.
Een tweede wijziging, die urgent is,
betreft Duivendijkeen omgeving
op Schouwen. Het aantrekkelijkst zou
zijn dit vraagstuk in het groot op te los
sen en vijf gemeenten met Brouwers
haven tot één geheel te maken. Deze
zaak is intusschen in studie.
Moeilijkheden baart ook de kwestie
der samenvoeging van gemeenten in den
z.g. Zak van Zuid-Beveland, die
actueel is geworden, doordat in Drie
wegen een burgemeestersvacature is
ontstaan. Ik stel mij voor binnen enkele
maanden Gedep. Staten een voorstel in
zake vermindering van het aantal Zuid-
Bevelandsche dwerggemeenten ter goed
keuring aan te bieden.
Aangaande Middelburg en
Vlissingen deelde de waarnemend
commissaris o.a. mede, dat beide steden
zoo spoedig mogelijk over meer grond
gebied moeten kunnen beschikken. De
grenswijziging tusschen Middelburg
eh-K oudekerke, waarin eenigen tijd
geleden partieel werd voorzien, zal wel
dra haar beslag krijgen. De grens tus
schen beide gemeenten wordt dan defi
nitief gewijzigd, zoodat daaraan later,
als het aantal dorpen op Walcheren in
gekrompen wordt, niets meer.zal veran
derd behoeven te worden. Door de voor
genomen grenswijziging, die nog dit jaar
gereed komt, zal Middelburgs zielental
met ongeveer 2000 toenemen.
Behalve aan Middelburg zal Koude-
kerke, naar het zich laat aanzien, wel
dra grond moeten afstaan aan Vlis
singen, want de Zeeuwsche industrie
stad beschikt over geen ruimte voor wo
ningbouw. Aangezien de N. V. Maat
schappij „De Schelde" met het oog op
kouvatte*- n v\u9^d oorzaak.
Ui
door
H. KINGMANS.
I. Het slot van Sluis.
Even vóór het sluiten der poort is de
marskramer binnengekomen. De poort
wachter heeft hem nauwelijks een blik
verwaardigd. Die is rustig in zijn wacht
lokaal blijven zitten en heeft alleen ge
gluurd door het ruitje, om zich dan
weer terug te trekken. Het is waarlijk
geen weer om naar buiten te gaan.
Want de wind giert over het kale land
van Vlaanderen en jaagt door de nauwe,
slecht of niet geplaveide straatjes en
stegen van het oude Sluis. En de regen
valt in stroomen neer.
De marskramer verkent, stevig door
stappend, zijn omgeving, die hem totaal
vreemd is. In de straat is geen sterve
ling te bespeuren. De avond begint te
vallen, vroeg bij dit donkere weer. De
luiken der meeste woningen zijn reeds
gesloten. Slechts uit een enkel huis
dringt het flauwe licht van kaarsen
naar buiten.
Aan een luifel op den hoek der straat,
die naar de poort leidt, wiebelt een lan
de werkverruiming in den scheepsbouw
na den oorlog, en in verband met de tra-
ditioneele moeilijkheid arbeiders van el
ders in Vlissingen te huisvesten, van
plan is zeer binnenkort een groot aan
tal arbeiderswoningen te bouwen, kan
ook de uitbreiding van Vlissingen geen
uitstel verdragen. Zij wacht eigenlijk nog
slechts op indiening en goedkeuring van
het streekplan Walcheren. Als Middel
burg en Vlissingen ten koste van Koude
kerks zjjn gegroeid, staan we voor de
vraag, op welke wijze we Koudekerke
aan levenskracht kunnen helpen. De mo
gelijkheid moet onderzocht worden of
samenvoeging met Biggekerke,
Zoutelande, Meliskerke en
A agtekerke uitvoerbaar is. Dit
vraagstuk houdt nauw verband met ge
noemd streekplan, waarvan eveneens uit
breiding van Middelburg in de richting
van VeereenStLaurens afhanke
lijk is.
Ordening van poldera
en waterschappen.
Het tweede groote Zeeuwsche probleem
is dat van de samenvoeging van polders
en waterschappen. Na de vereeniging
van 76 poldertjes en waterschappen in
Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen in het
waterschap: „Het Vrije van Sluis", is
een vaste provinciale commissie, waar
van ik het voorzitterschap bekleed, inge
steld, die tot taak heeft deze voor ons
gewest zoo belangrijke zaak te bezien en
voor te bereiden.
Toen de provinciale Staten door hun
medewerking aan de tot standkoming
van: „Het Vrije van Sluis" het bewijs
hadden geleverd in principe de vorming
van grootere eenheden op waterschaps-
gebied voor te staan, is de commissie
onmiddellijk aan den arbeid getogen.
Begonnen is Noord-Beveland
onder de loupe te nemen, en ook reeds
wordt gewerkt aan Schouwen, waar
nagegaan wordt of de polders, die op
het waterschap Schouwen sueeren, al
dan niet by dit waterschap dienen te
worden gevoegd. Voorts ligt het in de
bedoeling zoodra het bestuur van: „Het
Vrije van Sluis" zal zijn gevormd, in
overleg met dit bestuur een plan uit te
werken om de calamiteuze en de inter
nationale polders in W e s t e 1 ij k Z. -
V 1 a a n d e r e n bij dit waterschap on
der te brengen. We verwachten in de
Zomerzitting van de Provinciale Staten
in 1942 deze zaak ter goedkeuring voor
te kunnen dragen.
Dan vragen inOostelijk Z. -
Vlaanderen tal van kleine polders
dringend om samenvoeging. Onmiddellijk
is aan de orde de kwestie van uitwate
ring van de verschillende polders in die
streek, die niet behooren tot het Hul
ster- en Axeler Ambacht.
De geul van de Plaat naar Speelmans
plaat is niet deugdelijk meer voor suatie.
Dit kan aanleiding z\jn om tal van kleine
polders met het Hulster- en Axeler Am
bacht te vereenigen tot één groot water
schap.
Op den duur moet het daarheen, dat
de honderden kleine polders en water
schappen, die Zeeuwsch-Vlaanderen vóór
het tot standkomen van: „Het Vrije van
Sluis" rijk was, worden opgelost in drie
groote waterschappen.
Ook in Zuid-Beveland wordt
de samenvoeging van polders urgent, nu
de kosten van onderhoud van den Karei-
polder en van den Zandkreekdijk belang
rijk zijn gestegen.
Mr Dieleman deelde nog mede, dat
de vaste provinciale commissie in elke
streek waar zij de samenvoeging van
polders bestudeert en voorbereidt, wordt
uitgebreid met enkele plaatselijke des
kundigen op poldergebied.
Naar schatting zal het tien jaar1 duren
voordat het poldervraagstuk in Zeeland
geheel zal zijn opgelost.
Dat lijkt heel lang, maar als men in
aanmerking neemt hoeveel financieele
consequenties elke samenvoeging ople
vert, is het dat niet.
Achter de twee genoemde groote kwes
ties staan nog vele van geringeren om
vang. Eén daarvan is de voortzetting
van de provinciale wegenpolitiek. Zoo zal
b.v. het Oostelijke deel van het land
taarn, die een piepend geluid maakt:
een taveerne!
De vreemdeling bekijkt vluchtig het
uithangbord: een roemer is er op afge
beeld. En daaronder de woorden: „In
den Guldene Roemer".
Hij stoot de bovendeur open. Een be-
hageiijke warmte komt hem tegemoet.
Dan volgt de onderdeur. En twee tellen
later staat hij in de gelagkamer: een
hol vertrek, bevloerd met roode tegels,
die met zand bestrooid zijn. In het mid
den van den rechterzijwand bevindt zich
de open haard, waarop het hout vroo-
lijk knettert.
Twee soldaten', hellebaardiers, zitten
op krukken er vóór. En dan is er een
huisman, ongetwijfeld de waard van
den „Guldene Roemer". In den hoek van
het langwerpig vertrek, dat enkele
eikenhouten tafels bevat en wat stoelen
met rechte leuningen, benevens houten
krukjes, als die, waarop de soldaten
hurken, bevindt zich de tapkast, waar
boven een crucifix hangt.
De marskramer zegt opgewekt: „Goe
den avond". Hij spreekt Vlaamsch, maar
onmiskenbaar met een vreemd accent,
dat aan het Fransch herinnert. Doch de
waard kijkt er niet vreemd van op: hij
is vreemdelingen gewend. En de beide
hellebaardiers letten nauwelijks op den
marskramer.
Deze zet zijn houten kastje van den
rug, schudt zich als een poedel, die pas
van Hulst door aanleg en verbetering
van wegen meer dan tot nu toe geschied
de, ontsloten moeten worden. Deze ont
sluiting wordt doorgezet, ook al is 't dik
wijls moeilijk aan materialen te komen,
omdat zij eerlang van groote beteekenis
wordt voor de i n d ij k i n g van het
land van Saeftinge. Door
drooglegging van dit gebied zullen aan
Zeelqnd enkele duizenden -hectaren
vruchtbare grond worden toegevoegd.
ORGELCONCERT.
Gisteravond is in de Ned. Herv. Kerk
te Goes, door den heer Adr. Kouse
maker, organist dier kerk, het eerste
zomeravond-concert in dit seizoen ge
geven.
Naar de opkomst van het publiek te
oordeelen worden deze concerten zeer
gewaardeerd, terwijl uit de stille aan
dacht, waarmede werd geluisterd, valt
op te merken, dat de organist de gave
bezit om zjjn gehoor te boeien.
Het programma bestond uit zeven
nummers.
„Ik roep tot U, Heer Jezus Christus",
klonk innig en vroom, doch een weinig
sterker geluid zou niet hebben geschaad.
No. 2. „Passacaglia en dubbelfuga",
evenals no. 1 van J. S. Bach, is een
zware compositie, waarin de veelzijdige
talenten van den organist goed uit
kwamen.
„Jezus, mijn toeverlaat", van Max
Reger, is een eenvoudig orgelkoraal,
dat onberispelijk werd voorgedragen.
Hierop volgde „Symphonisch Koraal",
„Ach, blijf met Uw genade",, van Karg
Elert. Deze moderne muziek is niet altijd
even bevattelijk. Dergelijke nummers
dient men meermalen te hooren om er
eenigszins in te komen. De registratie
ervan werd met smaak gekozen.
No. 5 was een bewerking van Jan
Zwart over het bekende lied van Dr
Gunning: „Ga niet alleen door 't leven".
Dit nummer heeft de moeilijkheid, dat
de handen zich soms over en onder el
kaar bewegen, het werd echter met ge
voel en mooi gekleurd vertolkt.
Vérder „Grand Choeur" van César
Franck en het massale werk van Men
delssohn „Sonate VI". Deze sonate be
vat verschillende deelen, waarin de me
lodie van het „Gebed des Heeren" is
verwerkt.. Sommige deelen ervan vragen
een vertolking met het machtige, volle
werk, wat altijd zeer beschaafd werd
uitgevoerd, terwijl andere passages een
weergave vragen met zachte stemmen,
welke naar eisch en goed doorvoeld wer
den aangewend. Dit majestueuze werk
vormde een waardig slot van v dit con
cert. De heer Kousemaker heeft ons gis
teravond op voortreffelijke wijze zijn
mooi instrument doen hooren.
DE CENTRALE KEUKEN.
Terwijl men tot nu toe behalve soep
ook stamppot op het menu der centrale
keuken aantrof, is door het vervangen
van oude aardappelen door nieuwe ook
de stamppot afgeschaft en vervangen
door afzonderlijk aardappelen, groenten
en vleesch. Wij hebben ons Donderdag
overtuigd, dat ook deze spijzen uitste
kend worden bereid.
Het aantal porties van 10 cent nadert
de 250 per dag, doch er worden nog
maar enkele porties van 22 cent ver
kocht. Dit zal zeker wel kunnen ver
meerderen als het mogelijk blijkt de
maaltijden aan huis te laten brengen.
Dit moet echter buiten de leiding der
keuken om geschieden.
EERSTE STEEN VOOR HET EERSTE
WINKELPAND GELEGD.
Gistermiddag is de eerste steen gelegd
voor het eerste winkelpand dat in plaats
van een afgebrand wordt gebouwd en
wel dat van den heer P. A. Hoofstadt in
de Gravenstraat.
uit het water komt en schrijdt dan met
zekere stappen op het vuur toe, de han
den uitgestrekt. De soldaten maken
plaats.
De vreemdeling, die tot op de huid
nat is, bestelt een beker warm bier. Het
kan hem niet te heet zijn. Om op te
knappen. De waard knikt, begeeft zich
naar de tapkast en schenkt bier in, om
dan te verdwijnen naar het achterhuis,
teneinde de drank te warmen. En iets
later drinkt de gast met langzame teu
gen.
Door zijn komst is het gesprek tus
schen den waard en de soldaten, twee
Spanjaarden, gestoord. Maar nu hervat
ten zij het. Onverschillig zit de mars
kramer er bij, terwijl hij toch nauwlet
tend luistert. Veel ontgaat hem, maar
zoo nu en dan vangt hij enkele woorden
op, die hem houvast geven. Hij is
nauwelijks een kwartier in de gelagka
mer, of hiij wéét: ik ben, waar ik zijn
moet!
„Verre reis gehad?" vraagt de waard
dan opeens.
„Ik ben al weken op reis, maar er is
geen sou te verdienen", klaagt de koop
man. „Ik wil het nu eens in Vlaanderen
probeeren. Dat lijkt mq geschikt. Mijn
land is verarmd door den oorlog."
„Frankrijk?" vraagt een hellebaardier
langs zijn neus weg.
„Frankrijk", bevestigt de marskramer.
Hij geeft zich volkomen bloot. Die man-
B$j het werk vereenigden zich met den
heer Hoofstadt en familie o.a. de heeren
J. E. van Tgen namens den Wederop
bouw, B. Abspoel namens de Stichting
Herbouw en L. de Ryk, aannemer van
het werk.
De heer P. Hoofstadt, zoon van den
eigenaar, heeft o.a. gewezen op het
spreekwoord: Als er een schaap over
den dam is, volgen er meer. Spr. zou
ook nu dit speekwoord gaarne in ver
vulling zien gaan. Moge het voor hen,
die tot nog toe nog niet hebben kunnen
besluiten te bouwen, een aansporing zijn
om te gaan beginnen, opdat het geliefd
Middelburg zoo spoedig mogelijk zijn
oud aanzien zal herkrijgen. Spr. ver
heugde zich zeer een der eersten te mo
gen zijn, die het eerste steentje bijdra
gen om aan die schoone wensch gevolg
te geven.
Daarna ging da heer Hoofstadt Jr. tot
de eerste steenlegging over, waarmede
de korte plechtigheid was afgeloopen.
Kloetinge. Concert. Morgen (Za
terdag) hoopt het fanfarecorps „Excel
sior" een concert te geven in de muziek
tent op het Marktveld. Het programma
luidt als volgt
1. Met Vaandels en Trompetten, marsch,
F. Jakma.
2. La Merveilleuse, ouverture, H. Char
les.
3. An den Schonen blauen Donau, Wal-
zer, J. Strauss.
4. Sur les Montagnes, fantaisie, J.
Werkman.
5. The Middy, marsch, K. J. Alford.
Pauze.
6. Tancred, ouverture, Rossini.
7. Air Variê, Tuba-solo, L. Montange.
(Solist: L. Zwartepoorte).
8. Cortêge Liryque, Grande marche,
Rousseau.
9. Finale.
Rilland-Bath. P a a r d e n op hol.
Woensdagmorgen sloegen twee paarden
van de hofstede Zuid-Bath-Polder, welke
voor een wagen gespannen werden, op
hol. Eén van de twee knechts, n.l. J. v. d.
Maas, kon zich tijdig in veiligheid stel
len, doch G. Vreeke kwam tusschen de
paarden en den wagen terecht. Zwaar ge
kneusd vervoerde Dr Vanninga hem
naar zijn woning.
Ongeluk. Bij het inladen van
kleigrond in schepen nabij Paviljoen is
Woensdagmorgen een ongeluk gebeurd,
doordat een stelling, waarover een kip-
kar reed, bezweek. De kipkar viel hier
bij in het ruim van een schip, waarbij
de arbeider T. uit Hogerheide zwaar aan
een been werd gekneusd. Medische hulp
werd ingeroepen.
Yerseke. Tegen een exporteur van
slippers is te Hansweert proces-verbaal
opgemaakt door de C.C.C.D., wegens het
aanwezig zijn van een te groot percen
tage mosselen in de uit te voeren slip
pers.
Deze week is het de laatste week
dat slippers naar België mogen vervoerd
worden per vaartuig. De verzending van
deze schelpdieren is voortaan alleen
maar geoorloofd per auto.
en liefst de duurste die er is en probeer daarna Ivorol. Dan neemt U waar hoe
Ivoroi in reinigend-, witmakend- en schuimend vermogen alle andere verre
overtreft. Tube 60, 40 en 25 ct. (Adv.)
ALGEMEENE
BONDSVERGADERING.
Dezer dagen had te Utrecht de alge-
meene vergadering van den Kon. Ned.
Middenstandsbond plaats, onder voorzit
terschap van den heer L. de Groot. De
voorzitter herdacht de in 1940 gevalle
nen, hetzij als militairen in dienst van
het vaderland, hetzij als burgers door
oorlogsgeweld.
In zijn openingsrede bracht spr. in her
innering de gebeurtenissen welke voor
ons land en volk van zoo groote betee
kenis blijken te zijn. Ook den midden
stand is dit alles niet voorbij gegaan.
Spr. releveerde het Middenstandsoffer
1940, waarmede werden gedemonstreerd
de beste kwaliteiten die in ons volk le
ven, omdat daaruit bleek, dat men zich
één voelde in het leed, dat over zoo velen
was gekomen.
Spr. stond stil bij de oprichting van de
Ned. Middenstands-Cen
trale en haar voorgeschiedenis.
Onzerzijds werd er de voorkeur aan
gegeven te komen tot één organisatie
voor vak en stand. Onze confessioneelè
broeders zagen het anders. In de volle
dige concentratie van den middenstand
wilden zij ons zonder voorbehoud volgen
en wel voor het behartigen van de so
ciaal-politieke en sociaal-economische
belangen. Voor de bevordering der gods
dienstige en cultureele belangen stelden
zij het echter op prijs te blijven arbeiden
in eigen groepsverband.
Spr. wees er op, dat de stichting van
de Nederlandsche Middenstands-Cen
trale goed is geweest en een voorbeeld
voor vele vakorganisaties werd.
Het gaat die richting uit, dat een zeer
belangrijk accent zal worden verlegd
naar de vakgroepen. Gelukkig heeft de
Commissie Woltersom de beteekenis van
de Nederlandsche Middenstands-Centrale
niet voorbij gezien.
Spr. wendde zich in het bijzonder tot
de jongeren, er zich in verheugende, dat
in den laatsten tijd zooveel jonge men-
schen zich aansluiten bij onze Amjo's.
Vervolgens deed de bondssecretaris,
de heer D. Swagerman mededeelingen
nen mogen gerust weten, dat hij een
Franschman is, al zijn zij dan Spanjaar
den voor de zooveelste maal zijn Spanje
en Frankrijk weer eens met elkaar in
oorlog, Die twee Spanjaarden zijn dus
zijn vijanden. Maar dat belet hem niet;
volkomen openhartig te zijn.
„Die heele oorlog kan mij gestolen
worden", zegt hij. „Ik verlies er mijn
broodje door. Maar Vlaanderen is rijk,
zeggen ze, en ik meen het bespeurd te
hebben."
De waard meesmuilt, om dan te
lachen: „Man, we weten niet, hoeveel
we eigenlijk hebben!"
„Dat komt me dan best van pas", is
het ernstige antwoord.
Maar het drietal ziet niet, dat de
slimme oogen van den marskramer tin
telen. Hij staart vóór •zich uit, alsof de
heele omgeving hem niet schelen kan.
De aanwezigen praten door, bier drin
kend. De waard vult de bekers wel.
„,Ik wou deze week in Sluis wat zien
te verkoopen", zegt de marskramer dan
opeens. „Kan ik logies bekomen?"
„Dat kan", antwoordt de waard di
rect. De man boezemt vertrouwen in,
al is hij dan een vreemdeling.
Hij informeert naar den prijs, waar
mee hij accoord gaat.
„Dan ga ik straks slapen", zegt hij.
„Ik ben moe en nat. al heeft het vuur
mij al aardig opgeknapt. En het bier
1 niet te vergeten."
over de werkzaamheden van den bond
gedurende het eerste halfjaar 1941.
Spr. betoogde, dat zware eischen aan
de leiding worden gesteld. Dat de band
tusschen leiding en aangeslotenen hech
ter is gebleken dan ooit, is wel een be
wijs, dat ons Bondsleven de vuurproef
heeft doorstaan.
De definitieve benoeming van de Or
ganisatie Commissie voor het bedrijfs
leven bracht in principe het lang nage
streefde verplichte lidmaatschap.
De prijszetting, de prijsbeheersching
en het verhaal van de omzetbelasting op
de kleine bedragen hadden natuurlijk
onze volle aandacht.
De winkelsluiting heeft onze besturen
voor een moeilijke puzzle geplaatst.
Er werd tenslotte een enquête gehou
den, waarvan de uitslag aan Departe
ment en Middenstandsraad werd toege
zonden.
Van buitengewoon belang is de instel
ling van den Raad Arbeidszaken Klein
bedrijf.
Pogingen werden gedaan om tot Am
bachtstentoonstellingen en Ambachts
studiedagen te komen.
Spr. roemde de activiteit, die allerwe
gen in den Bond ontplooid werd.
De heer J. Balder (A.W.V.) drong er
inzake de inlevering van metalen op aan,
om te verkrijgen, dat aan de betrokke
nen niet de metaalwaarde, doch tenmin
ste de factuurwaarde vergoed zal wor
den.
De bondssecretaris deelde daarop me
de, welke stappen gedaan zijn. De zaak
is in handen van de N. M. C.
De heer van Vliet (A.B.N.F.-fotohan
delaren) wees op de vele moeilijkheden
bij de winkelsluiting.
De heer F. L. van der Leeuw ant
woordde, dat een regeling van de win
kelsluiting in verband met de buitenge
wone omstandigheden in voorbereiding
is. Waar deze zaak th^hs bij het depar
tement hangende is, kunnen daarom
trent geen mededeelingen worden ge
daan.
De Bondssecretaris de heer D. Swa
german hield een beknopte inleiding
over:
„De voorbereiding van
de komende organisatie
van het b e d r. ij f s 1 e v e n" en
De waard gaat weer naar het achter
huis en geeft blijkbaar orders aan
iemand. Want iets later hooren zij een
sloffende tred op de trap, die naar de
logeervertrekken leidtde maerte, die
het bed voor den logeergast in orde ma
ken gaat.
„De koopman wenscht niet meer te
eten?" vraagt de herbergier.
„Ik heb alleen behoefte aan rust en
slaap", zegt de marskramer. „Het vuur
heeft mij al aardig opgedroogd."
Hij behoeft niet te lang te wachten:
een jong meisje steekt haar hoofd bin
nen de deur en zegt: „In orde, waard."
De Franschman groet hoffelijk de
aanwezigen en is weldra verdwenen in
zijn slaapkamer.
De man gaat niet direct naar bed. Bij
het walmende licht van een waskaars
opent hij zijn kastje en neemt verschil
lende snuisterijen er uit, om vervolgens
op boeken te stooten, waarvan hij er één
uithaalt. Het is een Nieuw Testament.
Eerbiedig leest hij een hoofdstuk uit het
Evangelie van Mattheus, om daarna het
boek weer behoedzaam op te bergen.
Dan valt hij op de knieën en bidt. Hij
dankt ook. Want zijn weg is geleid, zóó,
dat het doel bereikt is. Het komt er nu
op aan, om verder door te dringen. Ook
daarvoor is hulp van den Almachtige
noodig. Dus bidt hij er voor.
(Wordt vervolgd.)
ammmmmgmrngÊ