Jaaroverzicht der Z. L. lil.
Wanneer verduisteren?
Uit de Provincie
Burgerlijke Stand
Het „Vrijwilligerslegioen
Nederland".
Van de 6429.06 H.A, voor de gewas-
De Algemeene Vergadering.
Ons dagelijksch brood.
MIDDELBURG.
Voor het „Vrijwilligerslegioen Neder
land" worden o.a. keuringen verricht op
20 Juli van 15J9 uur te Breda, in
restaurant Modern en op 21 Juli van
1018 uur te Rotterdam in Deut-
sches Haus, Volkspark,
Aangenomen worden Nederlandsche
onderdanen van 17 tot 40 jaar, die wel
of geen militairen dienst hebben ver
richt, met een minimum-lengte van 1.65
meter. Voor officieren bestaat geen leef
tijdsgrens. Voor de gezinsleden van de
aangenomenen wordt gezorgd, voor zoo
ver het kostwinners betreft.
Behalve bij deze bureaux kunnen aan
meldingen o.a. geschieden te Breda,
Boschstraat 67.
Een vrljbiljet voor de reis van de
woanplaats naar het keuringsbureau kan
afgehaald of aangevraagd worden bij het
„Vrijwilligerslegioen Nederland", Den
Haag, Koninginnegracht 22, resp. bij de
hierboven genoemde bureaux. Een vrlj
biljet voor de terugreis wordt bij keuring
onverschillig of de candidaat wordt
aangenomen of niet uitgereikt.
Hoofdkwartier „Vrijwilligerslegioen
Nederland", Koninginnegracht 22,
Den Haag.
Aan het in de heden te Goes gehouden
algemeene vergadering der Z. L. M.
aangeboden jaaroverzicht is het volgen
de ontleend
Het ledental is in 1940 eenigszins ge
stegen, vooral door aansluiting van de
nieuwe afdeelingen Lewedorp-
Nieuwdorp, Nisse en Yer-
s e k e en de samensmelting van de af-
deeling Kamperland met de aldaar
gevestigde nog niet aangesloten land-
bouwvereeniging. Het aantal afdeelin
gen steeg tot 72. Verder zijn er twee ver-
eenigingen van oud-leerlingen en drie
coöperatieve aankoopvereenigingen, ter
wijl de afdeeling Tuinbouw 18 afdeelin
gen met 428 leden telde. Het aantal
jeugdafdeelingen steeg van 10 tot 24.
De Z.L.M.-dagen, die hoogtijdagen van
den eersten rang in het organisatieleven
der maatschappij zyn, konden in 1940
door den oorlogstoestand niet gehouden
worden. Deze voor Noord-Beveland be
stemde dagen werden vervangen door
een zomer-algemeene vergadering te
Goes, op 10 Juli, waar op 4 Dec. de na-
jaars-algemeene vergadering plaats had.
De toestand der Z.L.M. is gunstig en
de financieele positie gezond te noemen.
Op het Landbouwhuis wordt onverpoosd
gewerkt aan het door de Z.L.M. gestelde
doel, n.l. het bevorderen van de belangen
van land- en tuinbouw en veeteelt in den
meest uitgebreiden zin. Tal van inlich
tingen en adviezen zijn gegeven, zoowel
aan öfficieele instanties als aan de leden
individueel. Dat vooral het Boekhoudbu-
reau hiervan een zeer groot deel voor
zijn rekening nam behoeft wel geen na
der betoog.
De groei en de activiteit der jeugd
organisatie blijft in een flink
tempo toenemen.In alle kringen, behalve
West-Z.-Vlaanderen, bestaan thans
meerdere plaatselijke afdeelingen en het
ledental is reeds de 500 gepasseerd. Het
kan nog belangrijk toenemen.
Van de diensten van het Rechtskun
dig Bureau is in 1940 heel weinig ge
bruik gemaakt.
Vanwege dë werktuigenco ra-
missie werden verschillende advie
zen verstrekt over nieuwe en elders in
gebruik zijnde werktuigen. Dit jaar is
een begin gemaakt met het geven van
practische cursussen en wel 17 met on
geveer 200 deelnemers.
Een commissie „Aardappelbewaring"
werd geïnstalleerd en begon met haar
arbeid. De werkzaamheden van de af
deeling Tuinbouw bleven in hoofd
zaak beperkt tot het behartigen van de
economische belangen van den tuinbouw.
Krachtig werd gesteund de poging om te
komen tot een Centrale Zeeuwsche Tuin
bouworganisatie.
Inzake het Land - en Tuinbouw-
onderwys wordt o.a. meegedeeld,
dat de Chr. Lagere landbouwschool te
Middelburg reeds 48 leerlingen telde. In
verschillende deelen der provincie werden
tweejarige landbouwcursussen en tuin-
bouwcursussen gegeven en bovendien
eenjarige voor volwassenen, in hoefbe
slag, in paardenkennis.
Dit jaar zal het aantal vaste school
gebouwen voor landbouwhuis-
houdonderwijs van 3 op 5 wor
den uitgebreid. Er zijn dan scholen te
Zierikzee, Tholen, Kortgene, Schoondij-
ke, en Terneuzen en daarnaast nog am
bulante cursussen in Schoondijke, Nisse
en Koudekerks. Ook in het werk der
Provinciale Commissie voor Huishoude
lijke .Voorlichting ten Plattelande had de
Z.L.M. weder een belangrijk aandeel.
Door de oorlogsomstandigheden was het
aantal cursussen slechts 26 tegen 73 in
1939.
senkeuring aangegeven, is 4519.81 H.A.
goedgekeurd. Er bestond groote vraag
naar goedgekeurd zaaizaad en een be
langrijke hoeveelheid pootgoed werd uit
gevoerd naar Duitschland, België en
Frankrijk.
Ds bedrijfsresultaten.
Thans komt het verslag tot een be
schouwing over de resultaten van de be
drijven. Het najaar van 1939 was erg
nat, zoodat veel wintertarwe niet op tijd
kon worden gezaaid. De opbrengst van
de wintertarwe was gemiddeld 47 hl,
voor zomertarwe was zij slechts 20 tot
22 hl, voor zomergerst 60 hl bij over het
algemeen goede kwaliteit, rogge 30 tot
45 hl. bij vrij goeden stand, haver bij
goed beschot 70 tot 100 hl, veldboonen
35 hl, erwten, schokkers 30 hl, kleine
groene 37,5 hl., lange bruine boonen
25 tot 35 hl, ronde bruine evenzoo en
witte boonen gemiddeld 30 hl. Bij goede
kwaliteit gaf koolzaad gemiddeld 50 hl,
blauwmaanzaad 500 kg., vlas van 4000
tot 7000, karwjj gemiddeld 1600 kg per
h.a.
Van aardappelen werd de teelt uitge
breid ze hadden vooral op lichtere gron
den wat van de droogte te lijden en er
kwam verbazend veel bladrol voor. Be
schot en kwaliteit liepen uiteen.
De suikerbieten besloegen een grootere
oppervlakte dan het vorige jaar, de op
brengst was gemiddeld 43000 kg per
h.a., zaai-uien werden minder verbouwd
met een uiteenloopende opbrengst van
350 tot 600 baaltjes van 60 kg per h.a.
De opbrengst van de weinig geteelde
cichorei was ongeveer 40.000 kg per h.a.
De voederbieten waren goed tot zeer
goed, van de landbouwzaden is de cul
tuur hier niet van veel beteekenis.
Komende tot de rundveefokkerij- en
houderij meldt het verslag, dat gemid
deld het weideseizoen wat de voeding be
treft normaal genoemd kan worden. Het
vee kwam in matige conditie in de wei
de, doch bij de opstallling in den herfst
was de conditie in doorsnee gunstig. De
krachtvosrpryzen waren vrij veel hooger
dan in 1939, doch bleven over het geheel
binnen redelijke grenzen. Er waren
25.122 melkkoeien en de melkproductie
was op 90 millioen kg te schatten, waar
van ongeveer 1.110.000 kg boerenboter
is vervaardigd, van welke ongeveer
225.000 kg in de gezinnen wordt ver
bruikt en de rest in Zeeland verkocht.
Door verbeterde veeprijzen kwam de aan
het jongvee vervoerde melk beter tot
waarde. De prijzen voor de consumptie-
melk waren meerendeels bevredigend.
De prijzen van het vee begonnen op een
matig niveau, waren in den zomer wat
hooger om in den herfst belangrijk te
stijgen. Behalve in het vroege voorjaar
waren vetmesterij en vetweiderij en af
zet van fokvee in 1940 behoorlijk loo-
nend. De sterk gewijzigde omstandighe
den op het gebied der veehouderij vragen
groote voorzichtigheid en practische uit
voering om desorganisatie van de pro
ductie te voorkomen. De verplichte stie
renkeuringen verliepen volkomen naar
wensch en beïnvloedden de gemiddelde
kwaliteit van het stierenmateriaal beslist
zeer gunstig.
De paardenfokkerij werd in 1940 zeer
goed loonend, de financieele uitkomsten
der schapenfokkerij waren bevredigend
tot goed, de varkensfokkerij was loo
nend, de mesterjj goed tot matig goed.
By de geiten was de melkopbrengst la
ger dan gewoon, tegen het einde van het
jaar was er veel vraag naar melkgeiten
en lammeren. De algemeene gezondheids
toestand van de verschillende diersoorr
ten, in verband met de weersgesteldheid,
het voedsel, en het drinkwater, kan, voor
zoover Zeeland betreft, gunstig genoemd
worden. De pluimveehouderij had in 1940
een moeilijken tyd door te maken.
Ten slotte komt het verslag tot den
tuinbouw.
De koolsoorten en prei leden veel van
de strenge vorst. De oogst van de na-
jaars- en wintergroenten was goed te
noemen. By de aardbeienteelt heeft de
weersgesteldheid haar invloed doen gel
den. Vooral de op Walcheren gevestigde
groentenkweekera hebben belangrijke
schade ondervonden van den oorlog door
het verwoesten van het Veilingsgefcouw
te Middelburg. In de fruitteelt is geen
ernstige schade door den strengen win
ter ondervonden, wel werd het uitloopen
der fruitgewassen langen tyd tegenge
houden.
De pacht- en koopprijzen bewogen zich
oorspronkelijk in stijgende lyn. Het ge
bruik van kunstmeststoffen was aan be
paalde toewijzingen gebonden, die even
wel voldoende geacht konden worden.
Het schoolbezoek en het volgen van cur
sussen gaf in verband met de tijdsom
standigheden wel eenige moeilijkheden,
waardoor minder cursussen zijn aange
vraagd, dan in normale tijden het geval
zou zgn geweest.
Hierna passeeren de in Zeeland ge
kweekte soorten groente en fruit de re
vue. Van de meeste blijkt, dat de kwali
teit en de oogst matig waren en de prij
zen bevredigend.
Aangenomen wordt het voorstel van
het Dag. Bestuur tot het sluiten van
een hypothecaire leening, groot f 50.000
a 414 %i °P de te bouwen landbouw-
huishoudschool te Terneuzen, bij de
Coöp. Boerenleenbank te 's-Heer Arends-
kerke.
De kunstmestdistributie.
Nadat eenige benoemingen bij het
landbouwhuishoudonderwijs waren ge
daan, gaf de heer C. B o u d e w ij n, di
recteur van het R.V.O. Kunstmestdis-
tributiebureau een korte uiteenzetting
over de positie van de hier te lande
voor het komende bemestingsjaar be
schikbare kunstmeststoffen,
Eerst gaf spr. een overzicht van deze
distributie in het afgeloopen jaar. Toen
in 1939 de oorlog tusschen Duitschland,
Engeland en Frankrijk uitbrak, werd
direct de distributie van kunstmest in
gesteld, om hamsteren te voorkomen.
Het eerste jaar kon vrijwel aan leder
de benoodigde hoeveelheid verstrekt
worden, gezien onze industrie en de in
voer. In Maart 1940 werd echter toch
besloten de distributie voort te zetten,
gezien de onzekere omstandigheden. Op
23 April werden de normen bekend ge
maakt. Toen op 10 Mei de oorlog uit
brak, waren de bonnen gedeeltelijk al
uitgereikt.
Spr. zette daarna uiteen hoe het na
10 Mei met onze industrie en den uit
voer is gegaan.
De laatste maanden is er over de
stikstof nogal wat te doen geweest. Er
is verdeeld, wat de productie heeft op
geleverd. Er is gedraaid tot 30 Juni.
Er is in het afgeloopen jaar een kwan
tum zuivere stikstof verstrekt, wat meer
is dan drie jaar geleden en maar weinig
minder dan het vorige jaar, wat een
topjaar was. Alleen de topverbruikers
hebben iets minder gekregen.
Op één na zijn alle bonnen, voor
wat stikstof betreft, gehonoreérd.
Over de kali zijn geen gegronde klach
ten in te brengen. Er is ruim voldoende
kali gedistribueerd, een hoeveelheid
grooter dan ooit te voren.
Met het phosphorzuur is het slecht
gegaan, waarvan spr. de oorzaken nader
uiteenzet. Er is een hoeveelheid van 50
van het normale verbruik beschik
baar gesteld.
Spr. zet daarna de toekomstplannen
uiteen. Er is nu een systeem opgebouwd,
waardoor men de situatie voortdurend
in de hand heeft. De bonnen worden nu
in vijf series uitgegeven. De looptijd der
bonnen zal beperkt zijn.
Voor den akkerbouw is gerekend op
een matige stikstof bemesting. Voor het
weiland is nog geen zekerheid, dat een
toewijzing kan worden gedaan, ai is
spr. persoonlijk daaromtrent nog niet
pessimistisch gestemd. Wat de kali be
treft, mal wel op 100 pet. worden
gerekend.
Spr. hoopt nu, dat het gescharrel met
de bonnen uit de wereld zal worden
geholpen. Daartegen zullen scherpe
maatregelen worden genomen.
Over het phosphaat kan spr. nog geen
positieve mededeelingen doen. Spr. hoopt
dat in Juli—Augustus nog wat slakken-
meel beschikbaar zal zijn voor de ern
stigste gevallen, speciaal voor de nieuwe
ontginningen. Zeeland zal dus voorloopig
nog wel niet aan de beurt komen.
De bespreking over dit onderwerp
werd aangehouden tot de algemeene
vergadering.
De openbare vergadering werd hierop
gesloten, waarna de leden van het Hoofd
bestuur nog eenigen tijd in besloten ver
gadering byeen bleven.
In de hedenmorgen gehouden alge
meene vergadering sprak de voorzitter,
zooals gewoonlijk, een jaarrede uit,
waaraan wy het volgende ontleenen:
Jaarrede van Mr Dieleman.
Spreker zeide een oogenblik gedacht
te hebben geen rede te zullen houden,
doch daarmede geen vrede gehad te heb
ben. Wel zyn zyn werkzaamheden uit den
aard der zaak in verband met zyn po
sitie, die hy in de provincie moet inne
men en de levensomstandigheden, zeer
vele, maar de leden mogen van den voor
zitter toch volle aandacht verlangen,
niet het minst op de algemeene vergade
ring. Een levensmoedig, een levenskrach
tig platteland is voor een volk van het
allergrootste belang.
Ook in oorlogstijd heeft de boer rus
tig zyn plicht voor de gemeenschap ver
vuld. En de boer, hy ploegde voort! Hy
deed dit eeuwen lang, gedurende alle
crises en oorlogen.
Dat deed hy toen byna geheel Neder
land schold op de regeeringsmaatrege-
len, die poogden den boer het hoofd bo
ven water te doen houden. En ook toen
hy voor zyn producten zoo lagen prys
kreeg, dat dikwijls zyn productiekosten
er niet uitkwamen, laat staan dat er
eenige belooning voor zyn arbeid en nog
minder winst voor hem overbleef.
Nederland moest, zoo redeneerden
ook vele overigens voortreffelijke eco
nomen en staatsbestuurders, ook eigen
lijk geen landbouwland zijn, maar een
handels- en industrieland, 't Is maar een
boer, ligt nóg, ook n u nóg op veler lip
bestorven. Volgens spr. moet er echter
een juist evenwicht zijn tusschen land
bouw, industrie en handel.
Als eerste middel om het platteland te
verdedigen, te beschermen en op te hef
fen noemde spr. de eenheid in de
organisatie, door één krachtig ver
band, onverschillig van welken gods
dienst of confessioneel inzicht men zijn
moge. De Z.L.M. wenscht te strijden voor
de opheffing van het platteland, voor de
gebondenheid van den boer aan zijn bo
dem. Nederland is in de laatste jaren
meer industrieel dan agrarisch georiën
teerd en slechts 21 pet. der werkers in
het Nederlandsche bedrijfsleven zijn in
den landbouw werkzaam, tegen in
Frankrijk 38 pet., Engeland 7, België 19
en Duitschland 29 pet. Spr. meent, dat
het percentage in Nederland aanzienlijk
vergroot moet worden. Menig vraagstuk
zal daartoe onder het oog moeten wor
den gezien, en daaronder valt zeker het
bodemvraagstuk zelf, gelyk ook het z.g.
arbeidsvraagstuk.
Velen kunnen nog in land- an tuin
bouw een plaats vinden. Ruilverkaveling
en andere cultuurtechnische werken op
gebied van ontwatering, ontginning enz.
doen den bodem, productiever zyn en be
vorderen intensiever land- en tuinbouw.
Ook in Zeeland is vooral In de oude pol
dergemeenschappen op dit gebied ont-
zaggeiy'k veel te doen.
De groote werkloosheid zou by doel
matige verdeeling van werkzaamheden
op dit gebied en voldoenden steun van
overheidswege op practischen grondslag
volgens spr. voor een groot deel, ja zelfs
geheel, althans in Zeeland, kunnen zijn
weggenomen. Maar nu dit uitbleef, nam
de ontevredenheid onder de bevolking en
den boerenstand te meer toe, omdat veel
boerenzoons geen bedrijf konden krijgen
en bij sollicitaties naar den Wieringer-
meer of' elders nog al eens dikwijls wor
den teleurgesteld.
De .maatregelen door werkverschaffing
of werkverruiming toegepast bleken lang
niet voldoende, hoeveel productieve ar
beid op het gellied, bijzonder van suatie,
egalisatie, wegenaanleg, enz, in Zeeland
ook v/are te doen. Voor Zeeland moet
voor een en ander flink en systematisch
worden aangepakt. De Z.L.M. kan en zal
desnoodig hiertoe het initiatief nemen.
Maar dat kan alleen gevolg hebben als
er van overheidswege volle medewerking
is en 't b.v. geen jaren behoeft te duren
alvorens de stichting voor grondverbe
tering en ontginning, die de Z. L. M.
stichtte, erkenning krygt van het be
trokken ministerie. Maar daarnaast moet
op andere middelen worden gepeinsd.
Daarvoor is ook noodig emigratie bijv.
naar het Noorden van Frankrijk of Nor-
mandië, maar ook is dit meer en meer
mogelijk in de toekomst naar het Oos
ten. Europa zal zich naar de meening
van spr. op den duur alleen kunnen hand
haven wanneer het een zoo breed moge
lijk landbouwfundament heeft en een zoo
krachtig mogelijken boerenstand.
Duitschland heeft dit begrepen en het
werpt zich met energie op de versterking
van zijn landbouw.
Maar daarnaast mag het binnenlandsch
grondvraagstuk niet worden verwaar
loosd. Spr. zou sommige groote bedrij
ven willen splitsen in vele kleinere, doch
daarom geen dwergbedrijfjes. De vaste
lasten, en vooral de waterschapslasten,
moeten genivelleeerd worden en over het
geheele volk worden omgeslagen, omdat
het een algemeen volksbelang is, dat het
cultuurland behouden blijft.
Een ingrijpen van de overheid als on
langs geschied is om den bodem te ont
trekken aan speculatie, is goed en was
noodzakelijk. Diep betreurenswaardig is
het, dat ook in Zeeland families bij sterf
gevallen onnoodig het familiegoed rustig
in handen van vreemden laten gaan.
De oud-Germaansehe volksgedachte
sluit onvervreemdbaarheid van het land
en de hoeve voor de familie in. De grond
moet niet beschouwd worden als koop
waar, als privaat bezit, maar als een
publiek bezit, als familiebezit, ten be
hoeve van het gansche volk, van den
stam.
De boer ploegt voort!
Hy doet scheppend werk. Ook het werk
van den landarbeider dient veel meer dan
tot heden in eere gebracht te worden en
tot waarde te komen. Daartoe is meer
opleiding, meer scholing, noodig. De Z.
L. M. heeft tot plicht met alle kracht
ook dit te steunen. Maar hoeveel intern
in het eigen land ook nog valt te verbe
teren, op den duur moeten de vleugelen
wijder uitgeslagen worden. In dit op
zicht is de vreeselyke oorlog, die er nu
woedt, van enorme beteekenis. Het is
de yzeren noodzakeiykheid, niet om uit
machtswellust volkeren te onderwerpen
en landen te veroveren, maar om levens
ruimte te verkrijgen. Binnen die ruimte
wonen gelijkgezinde volkeren, vars gelijke
origine, stam- en bloedverwant, wier on
derlinge betrekkingen op handels- en
ruilverkeer, op zyn best, elkander hel
pend en dienend, zijn geregeld. Dit leidt
niet tot een opgaan in één staatkundig
verband. Juist niet, want de eigenaardig
heid van ieder volk moet dit blijven
stempeten om aan rijn roeping voor het
geheel te voldoen.
In het byzonder zal er voor den hoog-
staanden Nederlandsohen, den Zeeuw-
schc-n landbouwer niet het minst, een lei
dende rol zyn weggelegd.
Zoo komt er eindelyk een samenwer
kend geheel, groot en veelzijdig genoeg
om de daarbinnen levende volkeren met
elkander in nauw verband te doen samen
leven en -werken. De gemeenschapsge
dachte staat dan op den voorgrond en de
landbouw kan in die groote levensruim
te vastheid en zekerheid verkrijgen van
afzet van producten, aan prijzen, die de
productiekosten dekken en eenige winst
geven.
De Z. L. M. heeft het altyd zoo ver
staan, dat alleen als wij vrij zyn, als
goede Nederlanders en spr. durft te zeg
gen als goede Germanen wy iets en dan
ook veel kunnen produceeren. Dan zijn
wij scheppende krachten, gelijk de Zeeu
wen den eigen bodem onder Gods zegen,
hebben gewonnen op de zee en tot
vruchtbaar land hebben gevormd. Men
moet te samen staan als een machtige,
innerlijke, krachtige eenheid.
De.strijd voor 't Evangelie gaat thans
tegen het barbaarsche, het satanische
beginsel, dat zich b.v. het sterkst en het
brutaalst door en in het Bolsjewisme
heeft geopenbaard. Eens zal, zij het spoe
dig, ook de Z. L. M. de in de historie
gewortelde des levens stormen getart
hebbende eeuwig jonge Z. L. M., de ze-
genryke Z. L. M., op al haar arbeid en
streven en opoffering, rijke vrucht zien.
De heer Fr. Oomes, bakkerij-leeraar te
Oosterhout, schrijft aan het D. v. Z.:
Het is zeer zeker, ddt in dezen oor
logstijd, da voedselvoorziening van ons
land moeilijkheden en groote zorgen
met zich meebrengt.
In 1931 werd ln Nederland dc tarwe-
wet uitgevaardigd met het doel, dat er
in Nederland meer Inlandscho tarwe
verbouwd zou worden, want de meelfa
brieken kregen bij deze wet de verplich
ting om 65 pet. buitenlandsche tarwe en
35 pet. inlandsche tarwe tot meelmelan-
ge te gaan vermengen. Nu zult u wel de
vraag stellen: Is er verschil in buiten
en binnenlandsche tarwe? Het antwoord
op deze vraag is van het allergrootste
belang. Gij moet dan weten, dat bet kli
maat een enormen invloed heeft op de
tarwe. Wij kennen het landklimaat bijv.
de Korenschuur van Europa en in de
Ver. Staten met Canada en ook het zee
klimaat b.v. ons Nederland en alle an
dere streken langs de Oceanen. De groote
voordeelen van de tarwe van landkli
maat zijn:
le. De korrels bevatten minder zeme
len,
2e. minder vocht,
3e. maar een betere kleefstof.
Deze betere kleefstof geeft niet alleen
een grooter volume aan het brood, maar
het verhoogt de calorieën, noodig voor
de voeding welke de mensch dagelijksch
noodig heeft. Per dag heeft een normaal
mensch noodig: 4 ons koolhydraten, 1
ons vet, l.ons eiwit, 114 1- water, 30 gr.
minerale zouten, 6 m. gr. vitaminen. Al
deze stoffen, die dus onmisbaar zijn voor
den mensch vindt u in het brood.
begrijpt wel dat de kleefstof bij het
bakken van het brood een groote rol
speelt, en wij daarom de voorkeur geven
aan de tarwe van landklimaat.
Maar nu we uitsluitend granen uit
eigen bodem te verwerken krijgen en de
kleefstof in lange niet zoo goed is, moet
de bakker zijn werkwijze gaan herzien
en veranderen. Hij kan echter weinig
gist meer gebruiken maar wordt gedwon
gen een ander gistingsproces toe te pas
sen, n.l. het werken met melkzuurbacil
len. Deze bacillen geven minder kool
zuurgas en dat is het wat we moeten
hebben, omdat deze slappe kleefstof dit
gas niet meer vast kan houden, het volu
me kleiner wordt en het brood klef (nat)
blijft. Nu hoor ik al velen uwer zeggen:
Smaakt het brood dan zuur? En is dit
wel zoo gezond? Eenigszins zuur smaakt
het wel, maar de bakker zal dat wel tot
een minimum terug zien te brengen, daar
hij zooveel mogelijk voorgelicht zal wor
den, door de Stichting van Vakopleiding
en Examens in het Bakkersbedrijf, die
daar Leeraren voor heeft en deze taak
aan hen opdraagt om te zorgen, dat de
geheele gemeenschap goed smakelijk
brood krijgt. Deze Voorlichtingsdagen
komen binnen zeer korten tijd. Eén ding
echter moet goed in de gaten gehouden
worden, n.l. dat het nieuwe brood
niet versch gebruikt moet
worden, daar het dan te klef is en
dat is niet goed voor de maag. Waar al
lerlei fermenten aanwezig zijn om de
voedingsstoffen af te breken tot onmis
bare lichaamsdeeltjes die in 't bloed te
recht komen. Op dat kleffe brood kun
nen deze fermenten niet inwerken, waar
door een tekort aan voedingsstoffen ont
staat. De bakkers echter doen in deze
verstandig, het brood daags te voren te
bakken, en eerst na 24 uur verkrijgbaar
te stellen. Voorlichtingsdienst zal hier
over nog wel nader bekend maken en
mededeelingen doen, daar deze in eerste
instantie de volksgezondheid raakt.
DONDERDAG 17 JULI.
's Morgens tot. 5.36 u.
's Avonds van 21.55 u.
HET COLLEGE VAN B. en W.
In de Maandag gehouden vergadering
van B. en W. heeft het college in zijn
nieuwe samenstelling de werkzaamheden
opnieuw verdeeld.
De burgemeester zal zyn zorgen wij
den aan onderwys en sociale zaken; de
heer Paul aan gemeentewerken, gemeen-
tebedryven en personeel- en arbeidsza
ken en de heer Jeronimus financiën en
centrale keuken.
Van 10—14 Juli.
VLISSINGEN. Ondertrouwd: L. P.
B. van de Reepe 30 j. jm. en W. J. M.
Leenhouts 27 j.A. Schout 19 j. en J.
Meerman 20 j.
Getrouwd: H. Broodman 22 j. en C.
A. Weijermans 22 j.
Overleden: L. M. de Poorter 56 j„
vrouw van A. D. J. Saeij. (P.Z.C.)
Van 5—12 Juli.
OOSTKAPELLE. Geboren: Pieter Ja
cobus z. v. Pieter Jacobus de Feijter en
Janna Elizabeth Scheele; Maatje d. v.
Bart Monté en Adriana Brasser; Ge
rard z. v. Nicolaas Cornells de Pree en
Maatje de Leeuw; Abraham Jan z. v.
Izaak Lefeber en Adriana Sara Maas;
Pieter z. v. Pieter Meijers en Jacomina
Cornelia Daaman; Marinus z. v. Johan
nes Hermanus Peypers en Leuntje van
Beek.