Kerknieuws
Dr P. J. Kromsigt. f
Ihsoi. Hoogssohooldag.
Onderwijs
Gemengd Nieuws
Rechtszaken
hulppredikers.
Ned. Bijbelgenootschap.
EEN BEKEND THEOLOOG
HEENGEGAAN.
Na een langdurige ongesteldheid is
te 's-Gravenhage overleden D r P. J.
Kromsigt, em. pred. der Ned. Herv.
gemeente van Amsterdam en in vroeger
jaren een der meest bekende figuren
in de theologische wereld in Nederland.
Pieter Johannes Kromsigt werd 16
Oct. 1866 te Wijk bij Heusden, waar zijn
vader predikant was, geboren. Hij be
zocht het instituut Kinsbergen te El-
burg en de gymnasia te Leiden en Dor
drecht, waarna hij aan de Utrechtsche
Universiteit theologie ging studeeren.
In 1891 candidaat geworden in
Drenthe, bevestigde zijn vader hem 11
Sept. 1892 te Scherpenisse in zijn
eerste gemeente. Tijdens zijn verblijf al
daar promoveerde ds Kromsigt 3 Juli
1895 onder prof. Kleyn te Utrecht tot
doctor in de theologie op een proef
schrift getiteld: „John Knox als kerk
hervormer (vooral in zijn verhouding
tot Calvijn)". In 1898 vertrok dr Krom
sigt naar Wierden, welke standplaats
hij in 1900 met Rotterdam verwisselde.
2 Mei 1909 deed hij zijn intrede in de
hoofdstad des lands, waar hij is werk
zaam geweest tot aan zijn emeritaat,
dat hem 1 Oct. 1934 eervol verleend
werd, waarna hij zich metterwoon in de
Residentie vestigde.
Eerst neiging hebbend naar de ethi
sche richting, koos dr Kromsigt vooral
onder invloed van prof. Kleyn voor de
Geref. beginselen en spoedig trad hij in
de Confessioneele Vereeniging op den
voorgrond.
In Amsterdam was hij evenals in
Rotterdam praeses van het classi
caal bestuur en in die kwaliteit
was hij tegenwoordig op de Sy
node te Edinburg en bij het 300-jarig
bestaan van de Ned. Herv. Kerk in Ame
rika (New-York) in 1928. Ook maakte
dr Kromsigt deel uit van het Prov.
kerkbestuur van Rotterdam. Van het
moderamen van de Utrechtsche predi
kantenvergadering was hij bij herhaling
lid, terwijl hij voorzitter was van de
Herv. (Geref.) predikantenvereeniging
en vice-voorzitter van het hoofdbestuur
der Conf. Vereeniging. Ook is hij be
stuurslid geweest van de Ver. van Herv.
scholen in Amsterdam, idem van de
Kon. Emmaschool en directeur van de
Ver. tot stichting van bijzondere leer
stoelen vanwege de Conf. Vereeniging.
Verder heeft Dr Kromsigt zijn krach
ten gegeven aan den Chr. Nat. Werk
mansbond, de Vereeniging voor Chr.
Volksonderwijs en de Friesch Chr.-Hist.
Actie.
Overvloedig is zijn persarbeid ge
weest. Hij was redacteur van het week
blad „De Geref. Kerk", medewerker
van het tijdschrift „Onder eigen vaan
del", waarin hij studies schreef over
Calvijn's kerkbegrip. „Stemmen des
Tijds" richtte hij mede op en van de
redactie maakte hij enkele jaren deel
uit. Hij publiceerde daarin artikelen
over „Dr A. Kuyper en het Neo-Cal-
vinisme".
Vooral moet echter genoemd zijn ar
beid aan het door hem in 1898 opge
richte tijdschrift „Troffel en Zwaard",
dat in 1919 ophield te bestaan en waar
in hij vele studies van dogmatische, dog-
menhistorische en kerkrechtelijke aard
heeft geschreven en waarin met name
zijn „Brieven van Ignotus", waarin hij
opkwam voor kerstening der openbare
instellingen, herstel van de theol. fa
culteiten aan de Universiteiten, enz.
sterk de aandacht trokken.
Voorts zijn van zijn hand tal van
boekwerken en brochures verschenen,
waarmede hij eveneens van zich deed
spreken.
Bij herhaling stond hij op de voor
dracht voor de benoeming van kerke
lijk hoogleeraar der Ned. Herv. Kerk
aan een der R.U.
Zijn verdiensten vonden erkenning in
zijn benoeming tot officier in de orde
van Oraje-Nassau.
De teraardebestelling zal plaats vin
den Maandagmiddag twee uur op de be
graafplaats Oud Eijk en Duinen te
's Gravenhage.
AFSCHEID, BEVESTIGING EN
INTREDE.
Na bevestigd te zijn door Ds J. van
Lijk te Oosterhaule, deed cand. A. de
Kleine Zondag zijn intrede bij de Ned.
Herv. Gemeente te Oudemirdum, c.a.,
met een preek over Exodus 4:10.
Ds A. W. Schaafsma is voorne
mens Zondag 29 Juni a.s. afscheid te
nemen van zijn gemeente te Oldemarkt,
om Zondag 6 Juli zijn intrede te doen bij
de Geref. Kerk van Middenmeer, na des
morgens bevestigd te zijn door Ds Ch.
H. Swen van Linschoten.
Cand. E. J. Eischhorn te Delft heeft de
benoeming tot hulpprediker der Ned.
Herv. gemeente te Barendrecht laan-
vaard.
Cand. H. A. Stel te Zutphen heeft
de benoeming tot hulpprediker voor den
Evangelisatiearbeid bij de Gereformeer
de Kerk te Rotterdam-Delfshaven aan
genomen.
REFERATEN PROF. DR
K. SCHILDER EN PROF.
DP. K. DIJK.
In ue morgenvergadering van den
Schooldag der Theol. Hoogeschool te
Kampen, welke gisteren te Utrecht werd
gehouden en waarvan wij in ons blad
van gisteren reeds uitvoerig verslag
hebben gegeven, traden als sprekers op
de rector der Hoogeschool, Prof. Dr
K. Schilder en Prof. Dr K.
Dij k, die refereerde over „Actueele
predikin g".
Aan de toespraak van den rector ont-
leenen wij het volgende:
Voor de eerste maal in oorlogstijd
ontmoeten we elkander in onze jaarlijk-
sche reünie, aldus spr. Reeds het elkaar
ontmoeten maakt ons blij; daarnaast
niet daartegenover staat het besef,
dat we onze geestelijke wapenrusting
samen willen zien: de strijd voor éénen
Vader maakt de verbonden krijgsknech
ten van het gemeenschappelijk kind
schap bewust en omgekeerd.
In de twee jaren die voorbij gingen
(verleden jaar was de samenkomst on
mogelijk) is veel gebeurd, ook in den
kring der Theol. Hoogeschool. Spr, me
moreerde enkele personalia, en noemde
o.a. de curatoren Ds J. L. Schouten, Dr
H. Kaajan, Prof. Dr A. G. Honig, Me
vrouw de Wed. Prof. Bouwman, den
heer J. H. Kok, allen overleden. In het
curatorium hadden mutaties plaats. Me
vrouw de Wed. Hoekstra keerde naar
Kampen terug. Prof. Greijdanus, gede
coreerd, herdacht zijn 70en jaardag.
Er is, aldus spr., ook zeer veel,, waar
voor te danken is. De zendingshoog-
leeraar heeft zijn werk aanvaard; de
volledige kring van het corpus docen-
tium kon weef samenzijn, en de series
lectionum volgen. De eenheid des ge-
loofs is bewaard, die der liefde ver
sterkt. Naar we mogen gelooven is in
de vervulling der wetenschappelijke roe
ping trouw aan de belijdenis betoond,
ook in deze dagen. Het koningschap
van Christus in zijn universeele betee-
kenis bleef erkend, ook ter bepaling van
eigen plaats in de menschelijke samen
leving. Een stormwind ging over ons
heen; maar het inzicht is niet zooals
het uitzicht belemmerd. Inzake „cul
tuurvragen en -kringen" hielden we
vast aan onze eigen, aan geen anti-con-
Jfessioneele filosofie ontleende, opvat
ting van wezen en doel der cultuur; en
de principieele antithese is daarbij niet
losgelaten, in ons denken niet en in ons
spreken niet.
Zoo blijft er veel te hopen. „Voor
spellen" leeren we èf; maar „profetee-
ren" leeren we aan. Ook thans gaat
onze God zijn eigen, vasten gang, ter
overwinning.
Hierna was het woord aan Prof. D r
K. Dijk om te refereeren over „Ac
tueele prediking".
Referaat Prof. Dr K. Dijk.
By de beantwoording van de vraag,
wat onder a.ctueele prediking verstaan
moet wroden wijst spr. eerst af die op
vatting, welke de verkondiging des
Evangelies de taak oplegt het Woord
Gods actueel te maken; niet wij maken
'dit Woord actueel, maar het is vol ac
tualiteit in zichzelf. In de tweede plaats
moet scherp positie gekozen worden te
gen dat soort tijdpreeken, waarin aller
lei gebeurtenissen in de preek worden
vermeld en de prediker er op uit is om
sensationeel allerlei de revue te laten
passeeren. Dien kant moeten we niet
uit; dat is beneden de waardigheid van
Gods Woord; dit vraagt om een andere
tijdprediking, en deze moet voor alles
uitgaan van de onveranderlijkheid van
Gods Woord; de Kerk heeft slechts één
Evangelie; zij kent door alle eeuwen
heen één boodschap, zij heeft ook nu
den vollen raad Gods te verkondigen.
Van het Woord Gods, ook van zijn
bijzonderheden, mag de prediking zich
niet losmaken, zooals wel beweerd is,
om dan alleen over te houden wat God
nu tot ons spreekt; we hebben ons
streng aan dat Woord te houden en wie
dat preekt, wie de centrale boodschap
des Evangelies brengt, heeft in eiken
tijd iets te zeggen, dat actueele waar
dij heeft, al moet hij daarbij scherp zien
op de teekenen der tijden; óp de nooden
van zijn gemeente; op de zonden van
Gods Kerk, op de beroeringen der eeuw.
We moeten verootmoediging preeken
önder Gods oordeelen, maar ook vol
harding en standvastigheid, waar Zijn
rijk komt en voor dat rijk, moet gestre
den worden; we hebben onzen blik te
richten naar de toekomst (de Marana-
tha-prediking) en tevens sterk den na
druk leggen op het heden en de roeping
voor vandaag, en we hebben de Kerk
te vermanen tot christelijke liefde en
een nauwen wandel in godzaligheid en
tevens tot een heilig verzet tegen den
geest der eeuw. Dan alleen beantwoordt
haar arbeid aan zijn doel en dan komt
in de kracht des Heeren de actualiteit
der prediking, getrouw aan het bevel
van Christus, tot haar recht.
DE RIJPERE JEUGD EN
DE BIJBEL.
In de middagzitting van de algemeene
vergadering van het Nederlandsch Bij
belgenootschap, welke Woensdag te Am
sterdam werd gehouden, werd behandeld
het onderwerp: „Wat kan het Bijbelge
nootschap doen om met name de rijpere
jeugd tot het lezen van den Bijbel te
brengen Sprekers hierover waren' Mej.
M. W. Barger en Ds F. M. Kooiman.
De eerste noodzakelijkheid, dat de
ouderen, die ue rjjpere jeugd tot het le
zen van den Bijbel willen brengen is, al
dus spr., dat zij zieh volkomen betrokken
voelen bij den Bijbel. De gezinnen, waar
in regelmatig uit den Bijbel gelezen
wordt, zullen meer dan tot nu toe moe
ten beseffen, dat zij er zijn voor anderen.
Spr. is van oordeel, dat het Bijbelge
nootschap tot taak heeft te bevorderen,
dat ieder gezinslid zijn eigen Bijbel heeft.
Het Bijbelgenootschap kan in deze sa
menwerking zoeken met andere organi
saties.
Voor de rijpere jeugd in die gezinnen
dient een goede Bijbeluitgave in de taal
van dit geslacht met een korte verkla
ring van bepaalde gedeelten samenge
steld te worden, terwijl voor die jeugd,
welke niet door huis en opvoeding in
aanraking komt met den Bijbel, wensche-
lijk zijn goed geschreven en goed uitge
geven verhalen, waarvoor de stof aan
den Bijbel is ontleend. Voor den arbeid
onder meisjes, die in fabrieken of de
industrie werkzaam zijn, zal het Bijbel
genootschap zich in verbinding kunnen
stellen met de organisaties, die onder
die meisjes werkzaam zijn. Zoodra de
Arbeidsdienst ook voor de meisjes wordt
doorgevoerd, zal het Genootschap moe
ten zorgen, dat elk dier meisjes een Bij
bel krijgt.
Het Genootschap zal het beste doen,
als het zooveel mogelijk kleine kringen
aan den arbeid weet te zetten, b.v. door
activeering der gemeenteleden.
Ds Kooijman behandelde hierna de
mannelijke rijpere jeugd van 1520 jaar,
waarbij spr. drie groepen onderscheidde.
Zij, die in een godsdienstig milieu zijn
opgevoed, doch het gevaar loopen te véél
van den Bijbel te krijgen. De tweede
groep zijn de jonge menschen, die afge
schrikt worden van den Bijbel door al
die orthodoxe en vrijzinnige theorieën
over den Bijbel en die het daarom hope
loos achten er mee te beginen. De der
de groep wordt gevormd door de jonge-
ren, die den Bijbel associeeren met be
grippen van conservatisme en verburger
lijking.
Spr. meent, dat de Kerken en Jeugd-
vereenigingen deze weerstanden tegen
den Bijbel zullen moeten overwinnen en
wel de Kerk, door zich met haar bood
schap allereerst tot het geheele volk te
wenden en de Jeugdvereenigingen, door
het opruimen van de afgeslotenheid, die
zij tegenover de rijpere jeugd heeft.
Spr. wenscht van het Bijbelgenoot
schap een Bijbeluitgave met aanteeke-
ningen en verklarende noten voor deze
jeugd en adviseerde uitgave van den
Bijbel in den gewonen vorm van een
boek en dan met illustraties, zooals Ar
thur Wrag die heeft gegeven.
Verder organiseere men praatavonden
op de scholen, niet alleen op de middel
bare scholen, doch ook op de ambachts
scholen e.d.
De Kerk, de Jeugdvereenigingen en
het Bijbelgenootschap zullen zich tot het
uiterste moeten inspannen om de rijpere
jeugd tot den Bijbel te brengen, zulks
tot heil van de jeugd, aldus besloot spr.
Een breedvoerige discussie volgde.
ZENDINGSSTUDIERAAD.
Naar wij vernemen zullen er dit jaar,
in verband met het feit, dat het Confe
rentieoord van den Zendingsstudieraad
te Lunteren ten behoeve van den Ar
beidsdienst in beslag genomen is en alle
pogingen om elders een geschikte gele
genheid te vinden hebben gefaald, geen
conferenties van den Zendingsstudieraad
plaats vinden.
MIDDERNACHTZENDINGVEREEN.
50e Algemeene Vergadering.
De Nederlandsche Middernachtzen
ding Vereeniging zal Woensdag 25 Juni
a.s. te Amsterdam haar 50e algemeene
vergadering houden, onder leiding van
Dr J. Lammerts van Bueren.
Na afhandeling van de huishoudelijke
zaken, zal Dr G. Brillenburg
W u r t h, Geref. predikant te Rotter
dam-Zuid, refereeren over: „Kentering
in de zedelijkheidsopvattingen gedurende
de laatste 50 jaren.
DR A. TH. KNOPPERS.
Gisteren is aan de Rijksuniversiteit te
Leiden geproveerd tot doctor in de ge
neeskunde, op een proefschrift, getiteld
„De rattestaart als proefobject voor de
beoordeeling van de blóeddoorstrooming
in perifere organen", de heer A. T h.
Knoppers, geboren te Kapelle-Bieze-
linge.
De jonge doctor is een zoon van den
bekenden Amsterdamschen predikant,
Dr B. A. Knoppers, voorheen Geref. pred.
te Kapelle-Biezelinge.
TE BERGEN OP ZOOM.
SCHOOLMIDDAG
Woensdagmiddag werd te Bergen op
Zoom een schoolmiddag gehouden, be
legd door den Scholenbond van Chr.
scholen inWest-Brab ant, Tho-
len en St Philipsland.
De heer P. vanNes CznteD en
Haag hield een inleiding over: „Trouw
moet blijken".
Trouw beteekent eigenlijk vastheid.
In den Bijbel worden dan ook meer
malen de uitdrukkingen „Uw Woord" en
„Uwe getrouwheid" in dezelfde beteeke-
nis gebruikt.
In de trouw moet dus iets tot uiting
komen van de vastheid van Gods heilig
getuigenis.
Trouw is overal waar de vreeze des
Heeren gevonden wordt.
Dat de menschelijke trouw slechts een
zwakke afspiegeling ie van Gods trouw,
zooals die zich vooral in Jezus Christus
heeft geopenbaard doet niet af aan het
feit, dat ook nu nog de trouw een Chris
telijke deugd b|j uitnemendheid is.
Waar geen trouw is, daar gaat de vast
heid verloren en het zedelijk cement on
zer samenleving raakt los.
Vaak komt de ontrouw het sterkst
naar voren in tijden van materieelen
voorspoed, waarin het ook, naar het
uiterlijk te oordeelen, met de zaak van
Gods Koninkrijk goed gaat.
Dat herhaalt zich in de geschiedenis
der eeuwen en telkens weer heeft Gods
straffende hand zwaar op de aarde ge
drukt om de waarlijk getrouwen weer
tot elkander te brengen.
Trouw vraagt ook altijd om de d a a d.
De opbouw van het Christelijk onder
wijs is een daad geweest, die getuigde
van de trouw aan Gods wil bij het werk
der opvoeding.
Zoo moeten we ook nu trouw blijven
aan de gedachte, dat de opvoeding in ge
zin en school geestelijk een eenheid moe
ten zijn.
Met verschillende voorbeelden uit de
practijk van het schoolleven toonde spr.
aan, hoe gezin en school hier moeten sa
menwerken.
Ook moet de trouw blijken uit onze
persoonlijke verbondenheid aan de zaak
van het Christelijk onderwijs.
Ook al heeft de wetgeving in Neder
land ons zeer veel goeds gebracht, we
mogen nooit vergeten, dat de zedelijke
kracht van het Christelijk onderwijs ge
richt moet worden in geestelijke waar
den, die ons niet door een wet kunnen
worden geschonken, maar die- moeten
opbloeien uit ons geloof en onze trouw.
De rijkdom onzer Christelijke scholen
ligt niet in mooie gebouwen en leermid
delen, hoezeer we die ook waardeeren,
maar allereerst in de liefde, de trouw en
het gebed van ons Christenvolk.
Wij wenschen in onze scholen goed on
derwijs te geven, zoodat de oud-leerlin
gen onzer scholen in het leven kunnen
toonen, dat ze wat waard zijn, maar we
willen allereerst trouw blijven aan de
gedachte, dat de jeugd moet worden op
gevoed tot jonge menschen, die dienst
knechten Gods willen zijn en een leven
van toewijding als ideaal stellen.
Verder moet onze trouw daaruit blij
ken, dat onze Christelijke school meer
en meer gaat leven uit haar eigen be
ginsel en dit ook duidelijk laat uitkomen
in haar didactiek en methodiek.
Tenslotte moet onze trouw blijken uit
de handhaving van onze aloude volkstra
ditie, ook in het Christelijk onderwijs.
Het opvoedingswerk in school en huis
is een bouwen aan de toekomst van ons
volk.
Dat volk heeft door de eeuwen heen
in het volkerenleven een geheel eenige
plaats ingenomen, vooral op geestelijk
gebied en het is onze vaste overtuiging
dat er ook in de toekomst voor ons volk
in geestelijk opzicht een belangrijke taak
is weggelegd.
Daertoe onze jeugd op te voeden is
ons een eeretaak.
VEREENIGING „EFFATHA".
Naar wij vernemen, zal de algemeene
vergadering van het Chr. Instituut voor
doofstomme kinderen „Effatha" te Voor
burg gehouden worden op Donderdag
17 Juli a.s. in het gymnastieklokaal van
het instituut te Voorburg, onder presi
dium van Prof. L. H. v. d. Meiden Van
Apeldoorn. Na afdoening van de huis
houdelijke zaken zal Ds D. van Dijk, Ge
ref. predikant te Groningen, een opwek
kende rede houden.
Na afloop vereenigt men zich aan een
gemeenschappelijken koffietafel, waarna
's middags om 2 uur de openbare les
aanvangt.
EINDEXAMEN GYMNASIUM TE
MIDDELBURG.
Voor het eindpiloma B van het Gym
nasium te Middelburg slaagden Don
derdag H. F. Beenhakker, J. van Beuse-
kom, W. Chr. van der Burgt, P. A. van
Sluijs en Aleida H. Wesselink. Met één
candidaat wordt het examen voortgezet.
EXAMENS.
R. U. te Leiden. Candidaatsexamen
theologie: J. J. Brijker, Oegstgeest.
Voorbereidend kerkelijk examen: J. A.
Quak, Den Haag.
R. U. te Groningen. Voorberei
dend examen godgeleerdheid: mej. A.
E. Berger, Groningen en de heer H.
Veenstra te Siegerswoude (Fr.).
Goes. Geslaagd te Den Haag voor het
examen coupeuse mej. J. Meyaard te
Kloetinge, en voor het examen eostu-
mière de dames A. Wisse te Zaamslag
en M. P. Sonke te Wilhelminadorp.
Op heeterdaad betrapt.
Dinsdagavond hebben ambtenaren van
den Crisis-Controledienst eenige inwo
ners van Beverwijk op heeterdaad be
trapt bij het frauduleus slachten van een
koe. De daders waren omstreeks negen
uur met het slachten van het dier, dat
350 kg woog, begonnen. Het beest werd
geslacht in een tuintje te midden van een
blok huizen. Juist op dat ogoenblik gre
pen de ambtenaren, geassisteerd door de
plaatselijke politie en de marechaussee,
in. De omliggende straten werden afge
zet, waarna de inval volgde. Tegen drie
daders is proces-verbaal opgemaakt.
ECONOMISCHEN RECHTER TE
MIDDELBURG.
Zitting van Donderdag 19 Juni 1941.
De volgende zaken werden behandeld:
C. den B., 48 j., landbouwer te Haam
stede, wegens het feit dat h|j enkele
iepenboomen en een eikenboom heeft
doen rooien, zulks zonder vergunning.
Eisch en uitspraak f 10 of 5 d. h.
A. de V., 53 j., klein-landbouwer te
Eede, wegens het feit, dat hij een zestal
populieren heeft gerooid zonder vergun
ning.
Eisch en uitspraak f 10 of 5 d. h.
F. F. K., 62 j., landbouwer te Hulst,
wegens het feit, dat hij te Hontenisse
een aantal boomen heeft gerooid, zonder
vergunning.
Eisch en uitspraak vrijspraak.
J. F. den D., 56 j., houthandelaar te
Axel, wegens het feit, dat hij te West-
dorpe 67 populieren heeft doen rooien
zonder vergunning.
Eisch en uitspraak f 15 of 10 d. h.
VALSCHHEID IN GESCHRIFTE.
Verdachte, J. de P., een 24-jarige vee
koopman, uit K o u d e k e r k e, heeft
zich in het tijdvak van Januari tot
Maart 1941 schuldig gemaakt aan
valschheid in geschrifte.
Verdachte had niet altijd in den vee
handel gedaan, doch was hiermede pas
September van het vorige jaar begon
nen. In Januari van dit jaar ging het
niet erg best met den veehandel, en er
ontstond een levendige handel in z.g.
„koeienbonnen".
De heer Rouw, controleur der Land
bouw Crisiswet 1933 vertelt hiervan een
en ander. Iedere boer, die koeien heeft
moet een aantal stuks inleveren aan de
Ned. Veehouderij Centrale met een ge
wicht van meer dan 350 kg. Voor Wal
cheren is deze plaats van levering Vlis-
singen. De boer, die de koe brengt krijgt
dan een roode bon, welke hij binnen 14
dagen moet inleveren tegen ontvangst
bewijs, dat aan de verplichte levering is
voldaan.
Zoo'n bon heeft dus waarde voor een
boer, die liever niet wil leveren en hier
toe toch verplicht is. Als hij zoo'n bon
kan overleggen, heeft hij bewijs, dat hij
aan zijn verplichting voor het leveren
van een koe heeft voldaan.
Verdachte heeft nu verschillende kal-
verbonnen vervalscht en uitgegeven
voor koeienbonnen.
Hij had in begin Januari zelf twee
koeien gekocht en moest daarvoor aan
den boer twee van die koeienbonnen af
geven. Hij had deze echter niet en kocht
toen voor f 4 per stuk 2 kalverbonnen.
In zijn woning heeft hij toen de cijfers
en gewicht en het woord kalf verwij
derd, en er een cijfer boven 350 kg. van
gemaakt en het woord koe voor kalf
gezet.
Nadien heeft verdachte nog vele kal
verbonnen gekocht en dan op dezelfde
wijze vervalscht, welke hij dan weer aan
boeren verkocht. In de maanden Fe
bruari en Maart heeft hij wel ongeveer
180 bonnen vervalscht en grootendeels
verkocht.
Die bonnen hadden aanvankelijk een
waarde van f 25 a f 30, later zelfs wel
van f75. Op verschillende plaatsen in
Zeeland en ook daarbuiten bracht ver
dachte zijn bonnen aan den man, o.a. te
Rotterdam en Den Bosch. In laatstge
noemde plaats werd hij echter aangehou
den en naar Middelburg overgebracht,
alwaar hij eenigen tijd in voorarrest
heeft gezeten, doch daarna weer op vrije
voeten is gesteld.
Eisch 6 maanden gev.straf.
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK
TE MIDDELBURG.
Rechtbankzitting van' Vrijdag 20 Juni.
Behandeld zijn de volgende zaken:
Hij liet een ander zijn straf opknappen.
Als verdacht van uitlokking tot op
lichting moe3t terecht staan, A. W., een
50-jarige koopman te Goes.
In Januari 1938 was verdachte, we
gens verzet gepleegd tegen een ambte
naar, veroordeeld tot 4 weken gevange
nisstraf. Na aanvankelijk uitstel te heb
ben gehad, moest hij zich in September
1938 melden. Hij had hier echter niet
veel zin in en trachtte een ander te vin
den, om dat zaakje voor hem op te knap
pen. Dit lukte hem inderdaad, want een
zeker K. was hier wel voor te vinden.
Deze K. vertelt, hoe verdachte in Aug.
1938 aan zijn woning kwam en hem
vroeg of hij 4 weken gevangenisstraf
voor hem wilde uitzitten. Hiervoor zou
h(j een vergoeding ontvangen van f 150.
Na aanvankelijk er weinig voor te ge
voelen, gaf K. echter toe. Op 1 Septem
ber is hij toen door verdachte met diens
auto naar Den Haag gereden, waar de
straf moest worden uitgezeten. Getuige
had reeds eens een straf uitgezeten en
was dus eenigszihs op de hoogte. Onder
de rit naar Den Haag had getuige ver
schillende gegevens verdachte betreffen
de ingestudeerd, terwijl hij zich kon legi-
timeeren met verdachte's oproepings
briefje en een zilveren cigarettenkoker,
waarin was gegraveerd de naam van
verdachte en verder nog een portefeuille
met eenige bescheiden.
Getuige heeft toen de 4 weken gevan
genisstraf uitgezeten en zijn loon in ont
vangst genomen. Het blijkt, dat hij later
nog wel eens geld van verdachte heeft
gekregen.
De persoonsverwisseling is echter door
geruchten uitgekomen. De politie te Goes
kwam het feit te weten en getuige K.
werd vervolgd wegens oplichting, n.l.
door de ambtenaren te bewegen tot het
afgeven van voedsel onder valsche voor
wendsels, tot 2 mnd. gevangenisstraf, na