Kerknieuws Dr P. J. Kromsigt. f Ihsoi. Hoogssohooldag. Onderwijs Gemengd Nieuws Rechtszaken hulppredikers. Ned. Bijbelgenootschap. EEN BEKEND THEOLOOG HEENGEGAAN. Na een langdurige ongesteldheid is te 's-Gravenhage overleden D r P. J. Kromsigt, em. pred. der Ned. Herv. gemeente van Amsterdam en in vroeger jaren een der meest bekende figuren in de theologische wereld in Nederland. Pieter Johannes Kromsigt werd 16 Oct. 1866 te Wijk bij Heusden, waar zijn vader predikant was, geboren. Hij be zocht het instituut Kinsbergen te El- burg en de gymnasia te Leiden en Dor drecht, waarna hij aan de Utrechtsche Universiteit theologie ging studeeren. In 1891 candidaat geworden in Drenthe, bevestigde zijn vader hem 11 Sept. 1892 te Scherpenisse in zijn eerste gemeente. Tijdens zijn verblijf al daar promoveerde ds Kromsigt 3 Juli 1895 onder prof. Kleyn te Utrecht tot doctor in de theologie op een proef schrift getiteld: „John Knox als kerk hervormer (vooral in zijn verhouding tot Calvijn)". In 1898 vertrok dr Krom sigt naar Wierden, welke standplaats hij in 1900 met Rotterdam verwisselde. 2 Mei 1909 deed hij zijn intrede in de hoofdstad des lands, waar hij is werk zaam geweest tot aan zijn emeritaat, dat hem 1 Oct. 1934 eervol verleend werd, waarna hij zich metterwoon in de Residentie vestigde. Eerst neiging hebbend naar de ethi sche richting, koos dr Kromsigt vooral onder invloed van prof. Kleyn voor de Geref. beginselen en spoedig trad hij in de Confessioneele Vereeniging op den voorgrond. In Amsterdam was hij evenals in Rotterdam praeses van het classi caal bestuur en in die kwaliteit was hij tegenwoordig op de Sy node te Edinburg en bij het 300-jarig bestaan van de Ned. Herv. Kerk in Ame rika (New-York) in 1928. Ook maakte dr Kromsigt deel uit van het Prov. kerkbestuur van Rotterdam. Van het moderamen van de Utrechtsche predi kantenvergadering was hij bij herhaling lid, terwijl hij voorzitter was van de Herv. (Geref.) predikantenvereeniging en vice-voorzitter van het hoofdbestuur der Conf. Vereeniging. Ook is hij be stuurslid geweest van de Ver. van Herv. scholen in Amsterdam, idem van de Kon. Emmaschool en directeur van de Ver. tot stichting van bijzondere leer stoelen vanwege de Conf. Vereeniging. Verder heeft Dr Kromsigt zijn krach ten gegeven aan den Chr. Nat. Werk mansbond, de Vereeniging voor Chr. Volksonderwijs en de Friesch Chr.-Hist. Actie. Overvloedig is zijn persarbeid ge weest. Hij was redacteur van het week blad „De Geref. Kerk", medewerker van het tijdschrift „Onder eigen vaan del", waarin hij studies schreef over Calvijn's kerkbegrip. „Stemmen des Tijds" richtte hij mede op en van de redactie maakte hij enkele jaren deel uit. Hij publiceerde daarin artikelen over „Dr A. Kuyper en het Neo-Cal- vinisme". Vooral moet echter genoemd zijn ar beid aan het door hem in 1898 opge richte tijdschrift „Troffel en Zwaard", dat in 1919 ophield te bestaan en waar in hij vele studies van dogmatische, dog- menhistorische en kerkrechtelijke aard heeft geschreven en waarin met name zijn „Brieven van Ignotus", waarin hij opkwam voor kerstening der openbare instellingen, herstel van de theol. fa culteiten aan de Universiteiten, enz. sterk de aandacht trokken. Voorts zijn van zijn hand tal van boekwerken en brochures verschenen, waarmede hij eveneens van zich deed spreken. Bij herhaling stond hij op de voor dracht voor de benoeming van kerke lijk hoogleeraar der Ned. Herv. Kerk aan een der R.U. Zijn verdiensten vonden erkenning in zijn benoeming tot officier in de orde van Oraje-Nassau. De teraardebestelling zal plaats vin den Maandagmiddag twee uur op de be graafplaats Oud Eijk en Duinen te 's Gravenhage. AFSCHEID, BEVESTIGING EN INTREDE. Na bevestigd te zijn door Ds J. van Lijk te Oosterhaule, deed cand. A. de Kleine Zondag zijn intrede bij de Ned. Herv. Gemeente te Oudemirdum, c.a., met een preek over Exodus 4:10. Ds A. W. Schaafsma is voorne mens Zondag 29 Juni a.s. afscheid te nemen van zijn gemeente te Oldemarkt, om Zondag 6 Juli zijn intrede te doen bij de Geref. Kerk van Middenmeer, na des morgens bevestigd te zijn door Ds Ch. H. Swen van Linschoten. Cand. E. J. Eischhorn te Delft heeft de benoeming tot hulpprediker der Ned. Herv. gemeente te Barendrecht laan- vaard. Cand. H. A. Stel te Zutphen heeft de benoeming tot hulpprediker voor den Evangelisatiearbeid bij de Gereformeer de Kerk te Rotterdam-Delfshaven aan genomen. REFERATEN PROF. DR K. SCHILDER EN PROF. DP. K. DIJK. In ue morgenvergadering van den Schooldag der Theol. Hoogeschool te Kampen, welke gisteren te Utrecht werd gehouden en waarvan wij in ons blad van gisteren reeds uitvoerig verslag hebben gegeven, traden als sprekers op de rector der Hoogeschool, Prof. Dr K. Schilder en Prof. Dr K. Dij k, die refereerde over „Actueele predikin g". Aan de toespraak van den rector ont- leenen wij het volgende: Voor de eerste maal in oorlogstijd ontmoeten we elkander in onze jaarlijk- sche reünie, aldus spr. Reeds het elkaar ontmoeten maakt ons blij; daarnaast niet daartegenover staat het besef, dat we onze geestelijke wapenrusting samen willen zien: de strijd voor éénen Vader maakt de verbonden krijgsknech ten van het gemeenschappelijk kind schap bewust en omgekeerd. In de twee jaren die voorbij gingen (verleden jaar was de samenkomst on mogelijk) is veel gebeurd, ook in den kring der Theol. Hoogeschool. Spr, me moreerde enkele personalia, en noemde o.a. de curatoren Ds J. L. Schouten, Dr H. Kaajan, Prof. Dr A. G. Honig, Me vrouw de Wed. Prof. Bouwman, den heer J. H. Kok, allen overleden. In het curatorium hadden mutaties plaats. Me vrouw de Wed. Hoekstra keerde naar Kampen terug. Prof. Greijdanus, gede coreerd, herdacht zijn 70en jaardag. Er is, aldus spr., ook zeer veel,, waar voor te danken is. De zendingshoog- leeraar heeft zijn werk aanvaard; de volledige kring van het corpus docen- tium kon weef samenzijn, en de series lectionum volgen. De eenheid des ge- loofs is bewaard, die der liefde ver sterkt. Naar we mogen gelooven is in de vervulling der wetenschappelijke roe ping trouw aan de belijdenis betoond, ook in deze dagen. Het koningschap van Christus in zijn universeele betee- kenis bleef erkend, ook ter bepaling van eigen plaats in de menschelijke samen leving. Een stormwind ging over ons heen; maar het inzicht is niet zooals het uitzicht belemmerd. Inzake „cul tuurvragen en -kringen" hielden we vast aan onze eigen, aan geen anti-con- Jfessioneele filosofie ontleende, opvat ting van wezen en doel der cultuur; en de principieele antithese is daarbij niet losgelaten, in ons denken niet en in ons spreken niet. Zoo blijft er veel te hopen. „Voor spellen" leeren we èf; maar „profetee- ren" leeren we aan. Ook thans gaat onze God zijn eigen, vasten gang, ter overwinning. Hierna was het woord aan Prof. D r K. Dijk om te refereeren over „Ac tueele prediking". Referaat Prof. Dr K. Dijk. By de beantwoording van de vraag, wat onder a.ctueele prediking verstaan moet wroden wijst spr. eerst af die op vatting, welke de verkondiging des Evangelies de taak oplegt het Woord Gods actueel te maken; niet wij maken 'dit Woord actueel, maar het is vol ac tualiteit in zichzelf. In de tweede plaats moet scherp positie gekozen worden te gen dat soort tijdpreeken, waarin aller lei gebeurtenissen in de preek worden vermeld en de prediker er op uit is om sensationeel allerlei de revue te laten passeeren. Dien kant moeten we niet uit; dat is beneden de waardigheid van Gods Woord; dit vraagt om een andere tijdprediking, en deze moet voor alles uitgaan van de onveranderlijkheid van Gods Woord; de Kerk heeft slechts één Evangelie; zij kent door alle eeuwen heen één boodschap, zij heeft ook nu den vollen raad Gods te verkondigen. Van het Woord Gods, ook van zijn bijzonderheden, mag de prediking zich niet losmaken, zooals wel beweerd is, om dan alleen over te houden wat God nu tot ons spreekt; we hebben ons streng aan dat Woord te houden en wie dat preekt, wie de centrale boodschap des Evangelies brengt, heeft in eiken tijd iets te zeggen, dat actueele waar dij heeft, al moet hij daarbij scherp zien op de teekenen der tijden; óp de nooden van zijn gemeente; op de zonden van Gods Kerk, op de beroeringen der eeuw. We moeten verootmoediging preeken önder Gods oordeelen, maar ook vol harding en standvastigheid, waar Zijn rijk komt en voor dat rijk, moet gestre den worden; we hebben onzen blik te richten naar de toekomst (de Marana- tha-prediking) en tevens sterk den na druk leggen op het heden en de roeping voor vandaag, en we hebben de Kerk te vermanen tot christelijke liefde en een nauwen wandel in godzaligheid en tevens tot een heilig verzet tegen den geest der eeuw. Dan alleen beantwoordt haar arbeid aan zijn doel en dan komt in de kracht des Heeren de actualiteit der prediking, getrouw aan het bevel van Christus, tot haar recht. DE RIJPERE JEUGD EN DE BIJBEL. In de middagzitting van de algemeene vergadering van het Nederlandsch Bij belgenootschap, welke Woensdag te Am sterdam werd gehouden, werd behandeld het onderwerp: „Wat kan het Bijbelge nootschap doen om met name de rijpere jeugd tot het lezen van den Bijbel te brengen Sprekers hierover waren' Mej. M. W. Barger en Ds F. M. Kooiman. De eerste noodzakelijkheid, dat de ouderen, die ue rjjpere jeugd tot het le zen van den Bijbel willen brengen is, al dus spr., dat zij zieh volkomen betrokken voelen bij den Bijbel. De gezinnen, waar in regelmatig uit den Bijbel gelezen wordt, zullen meer dan tot nu toe moe ten beseffen, dat zij er zijn voor anderen. Spr. is van oordeel, dat het Bijbelge nootschap tot taak heeft te bevorderen, dat ieder gezinslid zijn eigen Bijbel heeft. Het Bijbelgenootschap kan in deze sa menwerking zoeken met andere organi saties. Voor de rijpere jeugd in die gezinnen dient een goede Bijbeluitgave in de taal van dit geslacht met een korte verkla ring van bepaalde gedeelten samenge steld te worden, terwijl voor die jeugd, welke niet door huis en opvoeding in aanraking komt met den Bijbel, wensche- lijk zijn goed geschreven en goed uitge geven verhalen, waarvoor de stof aan den Bijbel is ontleend. Voor den arbeid onder meisjes, die in fabrieken of de industrie werkzaam zijn, zal het Bijbel genootschap zich in verbinding kunnen stellen met de organisaties, die onder die meisjes werkzaam zijn. Zoodra de Arbeidsdienst ook voor de meisjes wordt doorgevoerd, zal het Genootschap moe ten zorgen, dat elk dier meisjes een Bij bel krijgt. Het Genootschap zal het beste doen, als het zooveel mogelijk kleine kringen aan den arbeid weet te zetten, b.v. door activeering der gemeenteleden. Ds Kooijman behandelde hierna de mannelijke rijpere jeugd van 1520 jaar, waarbij spr. drie groepen onderscheidde. Zij, die in een godsdienstig milieu zijn opgevoed, doch het gevaar loopen te véél van den Bijbel te krijgen. De tweede groep zijn de jonge menschen, die afge schrikt worden van den Bijbel door al die orthodoxe en vrijzinnige theorieën over den Bijbel en die het daarom hope loos achten er mee te beginen. De der de groep wordt gevormd door de jonge- ren, die den Bijbel associeeren met be grippen van conservatisme en verburger lijking. Spr. meent, dat de Kerken en Jeugd- vereenigingen deze weerstanden tegen den Bijbel zullen moeten overwinnen en wel de Kerk, door zich met haar bood schap allereerst tot het geheele volk te wenden en de Jeugdvereenigingen, door het opruimen van de afgeslotenheid, die zij tegenover de rijpere jeugd heeft. Spr. wenscht van het Bijbelgenoot schap een Bijbeluitgave met aanteeke- ningen en verklarende noten voor deze jeugd en adviseerde uitgave van den Bijbel in den gewonen vorm van een boek en dan met illustraties, zooals Ar thur Wrag die heeft gegeven. Verder organiseere men praatavonden op de scholen, niet alleen op de middel bare scholen, doch ook op de ambachts scholen e.d. De Kerk, de Jeugdvereenigingen en het Bijbelgenootschap zullen zich tot het uiterste moeten inspannen om de rijpere jeugd tot den Bijbel te brengen, zulks tot heil van de jeugd, aldus besloot spr. Een breedvoerige discussie volgde. ZENDINGSSTUDIERAAD. Naar wij vernemen zullen er dit jaar, in verband met het feit, dat het Confe rentieoord van den Zendingsstudieraad te Lunteren ten behoeve van den Ar beidsdienst in beslag genomen is en alle pogingen om elders een geschikte gele genheid te vinden hebben gefaald, geen conferenties van den Zendingsstudieraad plaats vinden. MIDDERNACHTZENDINGVEREEN. 50e Algemeene Vergadering. De Nederlandsche Middernachtzen ding Vereeniging zal Woensdag 25 Juni a.s. te Amsterdam haar 50e algemeene vergadering houden, onder leiding van Dr J. Lammerts van Bueren. Na afhandeling van de huishoudelijke zaken, zal Dr G. Brillenburg W u r t h, Geref. predikant te Rotter dam-Zuid, refereeren over: „Kentering in de zedelijkheidsopvattingen gedurende de laatste 50 jaren. DR A. TH. KNOPPERS. Gisteren is aan de Rijksuniversiteit te Leiden geproveerd tot doctor in de ge neeskunde, op een proefschrift, getiteld „De rattestaart als proefobject voor de beoordeeling van de blóeddoorstrooming in perifere organen", de heer A. T h. Knoppers, geboren te Kapelle-Bieze- linge. De jonge doctor is een zoon van den bekenden Amsterdamschen predikant, Dr B. A. Knoppers, voorheen Geref. pred. te Kapelle-Biezelinge. TE BERGEN OP ZOOM. SCHOOLMIDDAG Woensdagmiddag werd te Bergen op Zoom een schoolmiddag gehouden, be legd door den Scholenbond van Chr. scholen inWest-Brab ant, Tho- len en St Philipsland. De heer P. vanNes CznteD en Haag hield een inleiding over: „Trouw moet blijken". Trouw beteekent eigenlijk vastheid. In den Bijbel worden dan ook meer malen de uitdrukkingen „Uw Woord" en „Uwe getrouwheid" in dezelfde beteeke- nis gebruikt. In de trouw moet dus iets tot uiting komen van de vastheid van Gods heilig getuigenis. Trouw is overal waar de vreeze des Heeren gevonden wordt. Dat de menschelijke trouw slechts een zwakke afspiegeling ie van Gods trouw, zooals die zich vooral in Jezus Christus heeft geopenbaard doet niet af aan het feit, dat ook nu nog de trouw een Chris telijke deugd b|j uitnemendheid is. Waar geen trouw is, daar gaat de vast heid verloren en het zedelijk cement on zer samenleving raakt los. Vaak komt de ontrouw het sterkst naar voren in tijden van materieelen voorspoed, waarin het ook, naar het uiterlijk te oordeelen, met de zaak van Gods Koninkrijk goed gaat. Dat herhaalt zich in de geschiedenis der eeuwen en telkens weer heeft Gods straffende hand zwaar op de aarde ge drukt om de waarlijk getrouwen weer tot elkander te brengen. Trouw vraagt ook altijd om de d a a d. De opbouw van het Christelijk onder wijs is een daad geweest, die getuigde van de trouw aan Gods wil bij het werk der opvoeding. Zoo moeten we ook nu trouw blijven aan de gedachte, dat de opvoeding in ge zin en school geestelijk een eenheid moe ten zijn. Met verschillende voorbeelden uit de practijk van het schoolleven toonde spr. aan, hoe gezin en school hier moeten sa menwerken. Ook moet de trouw blijken uit onze persoonlijke verbondenheid aan de zaak van het Christelijk onderwijs. Ook al heeft de wetgeving in Neder land ons zeer veel goeds gebracht, we mogen nooit vergeten, dat de zedelijke kracht van het Christelijk onderwijs ge richt moet worden in geestelijke waar den, die ons niet door een wet kunnen worden geschonken, maar die- moeten opbloeien uit ons geloof en onze trouw. De rijkdom onzer Christelijke scholen ligt niet in mooie gebouwen en leermid delen, hoezeer we die ook waardeeren, maar allereerst in de liefde, de trouw en het gebed van ons Christenvolk. Wij wenschen in onze scholen goed on derwijs te geven, zoodat de oud-leerlin gen onzer scholen in het leven kunnen toonen, dat ze wat waard zijn, maar we willen allereerst trouw blijven aan de gedachte, dat de jeugd moet worden op gevoed tot jonge menschen, die dienst knechten Gods willen zijn en een leven van toewijding als ideaal stellen. Verder moet onze trouw daaruit blij ken, dat onze Christelijke school meer en meer gaat leven uit haar eigen be ginsel en dit ook duidelijk laat uitkomen in haar didactiek en methodiek. Tenslotte moet onze trouw blijken uit de handhaving van onze aloude volkstra ditie, ook in het Christelijk onderwijs. Het opvoedingswerk in school en huis is een bouwen aan de toekomst van ons volk. Dat volk heeft door de eeuwen heen in het volkerenleven een geheel eenige plaats ingenomen, vooral op geestelijk gebied en het is onze vaste overtuiging dat er ook in de toekomst voor ons volk in geestelijk opzicht een belangrijke taak is weggelegd. Daertoe onze jeugd op te voeden is ons een eeretaak. VEREENIGING „EFFATHA". Naar wij vernemen, zal de algemeene vergadering van het Chr. Instituut voor doofstomme kinderen „Effatha" te Voor burg gehouden worden op Donderdag 17 Juli a.s. in het gymnastieklokaal van het instituut te Voorburg, onder presi dium van Prof. L. H. v. d. Meiden Van Apeldoorn. Na afdoening van de huis houdelijke zaken zal Ds D. van Dijk, Ge ref. predikant te Groningen, een opwek kende rede houden. Na afloop vereenigt men zich aan een gemeenschappelijken koffietafel, waarna 's middags om 2 uur de openbare les aanvangt. EINDEXAMEN GYMNASIUM TE MIDDELBURG. Voor het eindpiloma B van het Gym nasium te Middelburg slaagden Don derdag H. F. Beenhakker, J. van Beuse- kom, W. Chr. van der Burgt, P. A. van Sluijs en Aleida H. Wesselink. Met één candidaat wordt het examen voortgezet. EXAMENS. R. U. te Leiden. Candidaatsexamen theologie: J. J. Brijker, Oegstgeest. Voorbereidend kerkelijk examen: J. A. Quak, Den Haag. R. U. te Groningen. Voorberei dend examen godgeleerdheid: mej. A. E. Berger, Groningen en de heer H. Veenstra te Siegerswoude (Fr.). Goes. Geslaagd te Den Haag voor het examen coupeuse mej. J. Meyaard te Kloetinge, en voor het examen eostu- mière de dames A. Wisse te Zaamslag en M. P. Sonke te Wilhelminadorp. Op heeterdaad betrapt. Dinsdagavond hebben ambtenaren van den Crisis-Controledienst eenige inwo ners van Beverwijk op heeterdaad be trapt bij het frauduleus slachten van een koe. De daders waren omstreeks negen uur met het slachten van het dier, dat 350 kg woog, begonnen. Het beest werd geslacht in een tuintje te midden van een blok huizen. Juist op dat ogoenblik gre pen de ambtenaren, geassisteerd door de plaatselijke politie en de marechaussee, in. De omliggende straten werden afge zet, waarna de inval volgde. Tegen drie daders is proces-verbaal opgemaakt. ECONOMISCHEN RECHTER TE MIDDELBURG. Zitting van Donderdag 19 Juni 1941. De volgende zaken werden behandeld: C. den B., 48 j., landbouwer te Haam stede, wegens het feit dat h|j enkele iepenboomen en een eikenboom heeft doen rooien, zulks zonder vergunning. Eisch en uitspraak f 10 of 5 d. h. A. de V., 53 j., klein-landbouwer te Eede, wegens het feit, dat hij een zestal populieren heeft gerooid zonder vergun ning. Eisch en uitspraak f 10 of 5 d. h. F. F. K., 62 j., landbouwer te Hulst, wegens het feit, dat hij te Hontenisse een aantal boomen heeft gerooid, zonder vergunning. Eisch en uitspraak vrijspraak. J. F. den D., 56 j., houthandelaar te Axel, wegens het feit, dat hij te West- dorpe 67 populieren heeft doen rooien zonder vergunning. Eisch en uitspraak f 15 of 10 d. h. VALSCHHEID IN GESCHRIFTE. Verdachte, J. de P., een 24-jarige vee koopman, uit K o u d e k e r k e, heeft zich in het tijdvak van Januari tot Maart 1941 schuldig gemaakt aan valschheid in geschrifte. Verdachte had niet altijd in den vee handel gedaan, doch was hiermede pas September van het vorige jaar begon nen. In Januari van dit jaar ging het niet erg best met den veehandel, en er ontstond een levendige handel in z.g. „koeienbonnen". De heer Rouw, controleur der Land bouw Crisiswet 1933 vertelt hiervan een en ander. Iedere boer, die koeien heeft moet een aantal stuks inleveren aan de Ned. Veehouderij Centrale met een ge wicht van meer dan 350 kg. Voor Wal cheren is deze plaats van levering Vlis- singen. De boer, die de koe brengt krijgt dan een roode bon, welke hij binnen 14 dagen moet inleveren tegen ontvangst bewijs, dat aan de verplichte levering is voldaan. Zoo'n bon heeft dus waarde voor een boer, die liever niet wil leveren en hier toe toch verplicht is. Als hij zoo'n bon kan overleggen, heeft hij bewijs, dat hij aan zijn verplichting voor het leveren van een koe heeft voldaan. Verdachte heeft nu verschillende kal- verbonnen vervalscht en uitgegeven voor koeienbonnen. Hij had in begin Januari zelf twee koeien gekocht en moest daarvoor aan den boer twee van die koeienbonnen af geven. Hij had deze echter niet en kocht toen voor f 4 per stuk 2 kalverbonnen. In zijn woning heeft hij toen de cijfers en gewicht en het woord kalf verwij derd, en er een cijfer boven 350 kg. van gemaakt en het woord koe voor kalf gezet. Nadien heeft verdachte nog vele kal verbonnen gekocht en dan op dezelfde wijze vervalscht, welke hij dan weer aan boeren verkocht. In de maanden Fe bruari en Maart heeft hij wel ongeveer 180 bonnen vervalscht en grootendeels verkocht. Die bonnen hadden aanvankelijk een waarde van f 25 a f 30, later zelfs wel van f75. Op verschillende plaatsen in Zeeland en ook daarbuiten bracht ver dachte zijn bonnen aan den man, o.a. te Rotterdam en Den Bosch. In laatstge noemde plaats werd hij echter aangehou den en naar Middelburg overgebracht, alwaar hij eenigen tijd in voorarrest heeft gezeten, doch daarna weer op vrije voeten is gesteld. Eisch 6 maanden gev.straf. ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK TE MIDDELBURG. Rechtbankzitting van' Vrijdag 20 Juni. Behandeld zijn de volgende zaken: Hij liet een ander zijn straf opknappen. Als verdacht van uitlokking tot op lichting moe3t terecht staan, A. W., een 50-jarige koopman te Goes. In Januari 1938 was verdachte, we gens verzet gepleegd tegen een ambte naar, veroordeeld tot 4 weken gevange nisstraf. Na aanvankelijk uitstel te heb ben gehad, moest hij zich in September 1938 melden. Hij had hier echter niet veel zin in en trachtte een ander te vin den, om dat zaakje voor hem op te knap pen. Dit lukte hem inderdaad, want een zeker K. was hier wel voor te vinden. Deze K. vertelt, hoe verdachte in Aug. 1938 aan zijn woning kwam en hem vroeg of hij 4 weken gevangenisstraf voor hem wilde uitzitten. Hiervoor zou h(j een vergoeding ontvangen van f 150. Na aanvankelijk er weinig voor te ge voelen, gaf K. echter toe. Op 1 Septem ber is hij toen door verdachte met diens auto naar Den Haag gereden, waar de straf moest worden uitgezeten. Getuige had reeds eens een straf uitgezeten en was dus eenigszihs op de hoogte. Onder de rit naar Den Haag had getuige ver schillende gegevens verdachte betreffen de ingestudeerd, terwijl hij zich kon legi- timeeren met verdachte's oproepings briefje en een zilveren cigarettenkoker, waarin was gegraveerd de naam van verdachte en verder nog een portefeuille met eenige bescheiden. Getuige heeft toen de 4 weken gevan genisstraf uitgezeten en zijn loon in ont vangst genomen. Het blijkt, dat hij later nog wel eens geld van verdachte heeft gekregen. De persoonsverwisseling is echter door geruchten uitgekomen. De politie te Goes kwam het feit te weten en getuige K. werd vervolgd wegens oplichting, n.l. door de ambtenaren te bewegen tot het afgeven van voedsel onder valsche voor wendsels, tot 2 mnd. gevangenisstraf, na

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1941 | | pagina 3