eerste bla
Ei-Keizer Wilhelm overleden.
Christelijk Dagblad voor Zeeland
„Het sociale vraagstuk en
de Christelijke religie."
Commissarissenbelasting.
DAGKALENDER.
DONDERDAG 5 JUNI 1941
55e JAARGANG - No. 29
Familieberichten 33 cent per regel
Overige odvertentlën 30 cent per regel
Ingezonden mededeelingen 60 cent per regel
Kleine edvertentiën f 0.55 bij vooruitbetaling
Advertentiën onder letter of motto 10 ct. extra
Bi| contract belangrijke korting
Met „een rantsoen vleesch"
gemerkte bonnen geven
recht op 100 gram.
Ambtelijke bekendmaking.
Uit de legerberichten - Engelschen en Grieken
op Kreta gevangen genomen - Vele
luchtbombardementen - Voorbereidin
gen op Cyprus.
't
Bureaux Lange Vorsisiraai 70, Goes
Posfrekening 44455 - Telefoon 2438
Bijkantoor Middelburg:
Firma Boekhandel J. J. FANOY
Lange Gisfsiraaf 34 en Noordweg 155
Abonnementsprijs f 2.73 per kwartaal
Weekabonnementen voor Middelburg
Goes en plaatsen waar een agent is
aangesteld f 0.21
Losse nummers cent
Directeur-Hoofdredacteur:
A. DE LANGE te Goes
Dit nummer bestaat uit 2 bladen.
DR KUYPERS REDE IN 1891.
Zooals wij in ons artikel van Vrijdag
j.l, opmerkten, heeft dr Kuypers rede
ter opening van het eerste Christelijk-
sociaal congres in 1891, getiteld: „Het
sociale vraagstuk en de christelijke reli
gie" de gewetens van vele christenen
wakker geschud, en hen geplaatst voor
hun roeping ten opzichte van den socia
len nood van die dagen.
Het is alleen maar te betreuren, dat
niet allen naar hem luisterden en dat
ook later, sommigen, toen redevoerin
gen en conclusies van het eerste Chris
telijk sociaal congres wat op Sta ach
tergrond waren geraakt, maar deden
alsof die uitspraken niet waren ge
daan.
En toch, dr Kuyper sprak geen woor
den van eigen vinding maar beriep zich
voor zyn uitspraken telkens op de Hei
lige Schrift. Hjj wees er op, hoe de Btf-
bel niet met pluimstrijkende woorden
omgaat, maar scherp de tekortkomin
gen der geldmachthebbers geeselt.
By het woord van den apostel Jaco
bus „Welaan nu, gij rjjken, weent en
huilt over uw ellendigheden, die over u
komen zullen. Zie, het loon der werklie
den, die uwe landen gemaaid hebben,
welke van u verkort is, roept, en het ge
schrei dergenen die geoogst hebben, is
gekomen tot in de ooren van den Heere
Sebaöth", teekende hij aan: „Als zoo
krasse woorden niet in den Bjjbel ston
den, en iemand dorst ze thans eigener
beweging neer schrijven, zou men hem
een verkapt socialist schelden. De Hei
lige Schrift is voor wie zijn hope op het
geld en de geldmacht wil bouwen, dan
ook een wanhopig boek."
In de openingsrede van het congres
zeide de spreker, dat wie over de sociale
kwestie spreekt, daarmede twijfel uit
spreekt omtrent de deugdelijkheid van
het maatschappelijk gebouw waarin wij
leven, en dat het gaat over de hechte
grondslagen, waarop een beter bewoon
baar gebouw kan worden opgetrokken.
Kuyper teekende hierbij aan, dat er
van algeheele afbraak geen sprake be
hoeft te zgn, en dat de historie zich a 1-
tg d laat gelden.
Maar met wat opknappen komt men
er zeker niet. „De schutting moet om
het huis en de steiger voor den gevel."
Met philantropie komt men
er ook niet. Er is een sociale kwes
tie en daarvoor is een andere inrich
ting van het maatschappelijk gebouw
noodig.
Kuyper liet daarop volgen:
„Wat nu de onhoudbaarheid van den
socialen toestand betreft, gelijk die uit
het individualisme der Fransche revolu
tie geboren werd, daarover kan, dunkt
my, onder christenmannen, niet wel ver
schil van opinie bestaan. Zoo ge u nog
een menscheiyk hart in den boezem
voelt kloppen, en zoo ooit het ideaal van
ons heilig Evangelie u verrukt heeft,
moet ook in u elke betere aspiratie vloe
ken tegen den actueelen toestand. Im
mers gaat het zoo voort, dan wordt het
al minder een hemel, en krygt het al
meer iets van een h e 1 op aarde. ^7an
den Christus raakt onze maatschappij
los; voor den Mammon ligt ze in het
stof gebogen; en door den rusteloozen
prikkel van het brutaalste egoïsme wag
gelen, geiyk de Psalmist klagen zou, de
fundamenten der aarde."
De weg tot verbetering werd door
hem ook aangegeven:
Wy moeten weer leeren inzien, dat
onze vaderlandsche maatschappy „geen
hoop zielen op een stuk grond is", maar
een van God gewilde gemeenschap, een
levend menscheiyk organisme, een
lichaam met ledematen, staande onder
de levenswet, dat we elkanders leden
zÜn> en dat dus het oog den voet niet,
noch de voet het oog ontberen kan.
By dit gedeelte van de rede teekende
Kuyper aan, dat het christendom bij uit
nemendheid sociaal is, en daarvan
biyk moet geven in de maatschappij.
Met alle klem legde Kuyper den na
druk op de majesteit van Gods gezag,
en ^e..a^s°lute geldigheid van Zyn ordi
nantiën voor het leven, dus ook voor de
maatschappy.
Zoo zien wij, dat deze rede niet alleen
een historisch stuk is. De beginselen en
de richtlijnen, die daarin werden aange
geven, zyn nog de wegwijzers, die het
juiste pad aangeven.
BERLIJN (D. N. B.). De voormalige
Keizer van Duitschland, Wilhelm II, is
gisterochtend 11 uur 30 min. in huize
Doorn overleden.
Uit Doorn meldt D. N. B. verder:
Over de laatste uren van den ex-keizer
wordt nog bekend, dat na een voorbij
gaande verbetering gedurende het week
einde, welke een volledig herstel liet ver
wachten, Dinsdag in de late avonduren
een aanmerkeiyke verergering van den
toestand intrad. Een longembolie veroor
zaakte een snel verval van krachten,
waardoor het van nature sterke lichaam
van den zieke verzwakte en een diepe
bewusteloosheid volgde, waaruit de ex-
keizer niet meer ontwaakte.
Toen de dood intrad toefden by het
ziekbed de gemalin van den ex-keizer,
Prinses Hermine, zyn dochter, de her
togin van Brunswyk, prins Louis Ferdi
nand, een neef en prinses Henriette, de
echtgenoote van prins Frans Josef, even
eens een neef.
De laatste Duitsche keizer, Wilhelm II
is op 2ï Januari 1859 als oudste zoon
van dén toenmaligen prins Wilhelm en
prinses Victoria van Groot-Brittannië,
dochter van koningin Victoria van En
geland geboren.
Op 27 Februari 1881 trad hy in het
huwelyk met prinses Augusta Victoria
van Sleeswyk-Holstein-Sonderburg-Au-
gustenburg. Op 9 Maart 1888 stierf zy'n
grootvader, Wilhelm I. Diens opvolger
op den troon werd de ernstig zieke
kroonprins, als keizer Friedrich UI, doch
reeds na honderd dagen bezweek deze
aan kanker. Op 15 Juni 1888 besteeg
kroonprins Wilhelm als Wilhelm II den
troon.
In de dagen der Duitsche ineenstorting
begaf Wilhelm n zich op 10 November
1918 naar Nederland.
Na den dood van de keizerin in 1921
trad Wilhelm II een jaar later in het
huwelyk met prinses Hermine von Schoe-
naich-Karolath.
Sinds zijn vertrek uit Duitschland
heeft Wilhelm II op een kasteel te Doorn
gewoond.
(D. N. B.) De bijzetting van het stof
felijk overschot van den ex-keizer ge
schiedt aanstaanden Maandagmorgen in
de slotkapel van Doorn, die voor deze
gelegenheid voorloopig wordt ingericht.
Volgens den wensch van den overle
dene is do kring der deelnemers beperkt
tot de naaste familie. Toch worden ook
enkele delegaties uit Duitschland ver
wacht.
MET TERUGWERKENDE KRACHT
VAN 1 JANUARI 1941 AF.
In het Verordeningenblad is versche
nen een besluit van den secretaris-gene
raal van het departement van Finan
ciën betreffende de commissarissen-
belasting.
Hierin wordt het volgende bepaald:
Artikel 1. (1) Onder den naam
van „Commissarissenbelasting" wordt
een bijzondere belasting geheven van de
belooningen hierna aan te duiden als
commissarisloon door lichamen, val
lende onder artikel 1 van het besluit op
de winstbelasting 1940 (no. 83/1940),
voor de werkzaamheden van hun com
missarissen toegekend.
(2) Onder commissarissen worden
verstaan de natuurlijke personen en de
rechtspersonen, die, onder welken naam
ook, belast zijn met toezicht op het be
stuur, ongeacht of zij bijkomstig ook aan
de bestuurstaak deel hebben.
Artikel 2. (1) Het commissaris-
loon wordt opgevat en berekend volgens
de artikelen 4, 5 en 6 van het besluit
op de Loonbelasting 1940 (no. 224/1940)
en de met betrekking tot die artikelen
uitgevaardigde uitvoeringsvoorschriften.
(2) Commissarissenbelasting wordt
geheven over het totale bedrag van het
commissarisloon, dat in een kalender
jaar door den commissaris wordt geno
ten van het lichaam.
(3) Het commissarisloon wordt als
genoten beschouwd, zoodra het is uit
betaald, errekend of' op eenigerlei an
dere wijze ter beschikking van den com
missaris of van een derde is gesteld,
dan wel zoodra het rentegevend is ge
worden.
Artikel 3. (1) Commissarissen
belasting is niet verschuldigd, indien het
commissarisloon in een kalenderjaar
niet meer bedraagt dan honderd gulden.
(2) De belasting bedraagt bij een
commissarisloon van:
1e. meer dan f 100, doch niet meer
dan f1000: 20 ten honderd yan het be
drag, waarmede het commissarisloon
f 100 te boven gaat.
2e. meèr dan f 1000, doch niet meer
dan f5000: f 1C0, vermeerderd met 30
ten honderd van het bedrag, waarmede
het commissarisloon f 1000 te boven
gaat.
3e. meer dan f5000: f 1380, vermeer
derd met 50 ten honderd van het be
drag, waarmede het commissarisloon
f 5000 te boven gaat.
(3) Heeft de commissaris reeds eer
der in hetzelfde kalenderjaar commis
sarisloon genoten, dan wordt het ge
voegd bij het nader van hetzelfde
lichaam genoten commissarisloon en
wordt de belasting, over het aldus ver
kregen bedrag berekend, verminderd
met de belasting over het eerder ge
noten commissarisloon.
(4) De belasting is, voor rekening
van den commissaris, verschuldigd door
het lichaam, en wel zoodra het commis
sarisloon door den commissaris is ge
noten.
Artikel 4. Neemt het lichaam
de belasting voor eigen rekening, dan
wordt ook deze prestatie als commissa
risloon beschouwd) Zij wordt in aanmer-
king genomen door het overige commis
sarisloon te verhoogen, en wel indien
het overige commissarisloon bedraagt:
le. meer dan f100, doch niet meer
dan f 820, met een vierde van het be
drag, waarmede het f 100 te boven gaat;
2e. meer dan f 820 doen niet meer
dan f3620, met 180, benevens drie ze
venden van het bedrag, waarmede het
f820 te boven gaat;
3e. meer dan f 3620, met f 1380, be
nevens een bedrag, gelijk aan dat, waar
mede het commissarisloon f 3620 te bo
ven gaat.
Artikel 5. (1) De loonbelasting
en de inkomstenbelasting worden slechts
geheven over het bedrag, dat na de in
houding wegens de commissarissen-be
lasting overblijft.
(2) Is de commissaris een aan de
winstbelasting onderworpen lichaam
dan geldt bij dit lichaam de commissa
rissenbelasting over het hem opgeko
men commissarisloon niet als een ont
trekking aan het vermogen voor andere
dan bedrijfsdoeleinden.
Artikel 6. (1) Het lichaam is
verplicht:
le. De commissarissenbelasting in te
houden volgens de bepalingen,
welke gelden voor de loonbelas
ting.
2e. Een loonbelastingkaart aan te
leggen en een loonstaat bij te hou
den indien een en ander niet reeds
voor de loonbelasting geschied is
of geschiedt.
3e. De ingehouden commissarissen
belasting aan te teekenen op den
loonstaat en, na aflopp van het
kalenderjaar, op de loonbelasting-
kaart
4e. De ingehouden commissarissen
belasting af te dragen indien
ook loonbelasting ingehouden
moest worden, tegelijk met deze
volgens de bepalingen, welke
gelden voor de loonbelasting.
(2) Het commissarisloon, waarover
de commissarissenbelasting is berekend,
en het ingehouden bedrag aan commis
sarissenbelasting worden op de aangif
te voor de loonbelasting, bedoeld by
artikel IB, lid I, van het besluit op de
loonbelasting 1940, afzonderlek vermeld.
Artikel 7. Commissarisloon, dat
krachtens erfrecht of krachtens huwe-
ïyksvermogensrecht door rechtverkry-
genden van den commissaris wordt ge
noten, wordt voor de heffing van de
commissarissenbelasting geacht door den
commissaris te zy'n genoten.
Artikel 8. De artikelen 21 tot
en met 24 en 26 tot en met 40 van het
besluit op de loonbelasting 1940 zyn
voor de commissarissenbelasting van
overeenkomstige toepassing.
A r t i k e I 9. (1) De commissaris
senbelasting wordt mede geheven van
het commissarisloon, dat na den 31sten
December 1940, doch voor-het in wer
king treden van dit besluit door den
commissaris is genoten.
(2) Deze belasting is verschuldigd
door den commissaris. Zij wordt geheven
op den voet van de bepalingen, dien
aangaande door den secretaris-generaal
van het departement van Financiën uit
te vaardigen.
Artikel 10. (1) Dit besluit
tre°dt heden in werking.
(2) Het wordt aangehaald als „Be
sluit op de commissarissenbelasting
1941".
De Secretaris-Generaal van het De
partement van Landbouw en Visschery
vestigt er nogmaals de aandacht op,
dat de met „een rantsoen vleesch" ge
merkte bonnen, welke onbeperkt geldig
zyn, recht geven op het koopen van een
heel rantsoen vleesch (honderd gram,
been inbegrepen) of een heel rantsoen
vleeschwaren, dus op een hoeveelheid,
welke twee maal zoo groot is
als kan worden gekocht tegen afgifte
van een genummerden bon van
de vleeschkaart. Evenzoo geeft
een met „een rantsoen vleeschwaren"
gemerkte bon recht op het koopen van
een heel rantsoen vleeschwaren, dus
op een hoeveelheid, welke tweemaal
zoo groot is als kan worden gekocht
•tegen afgifte van de voor vleeschwaren
bestemde genummerde bonnen
van de vleeschkaart, die slechts
op een half rantsoen vleeschwaren recht
geven.
VASTE BRANDSTOFFEN VOOR
SCHEPEN.
Aan schippers zal voor verwarmings
doeleinden aan boord geen bonkaart
J. of K. worden uitgereikt.
Te zyner tyd zal een regeling worden
bekend gemaakt op welke wijze schip
pers in het bezit van brandstoffenbon-
nen voor verwarmingsdoeleinden zullen
worden gesteld.
DONDERDAG 5 JUNI.
Maak Uwe weldadigheden wonder
baar.
Ps. 17 7 a.
Zon. Maan.
op onder op onder
5.20 21.57 16.35 3.14
9 Juni: Volle maan.
16 Juni: Lafitste kwartier.
Op grond van de verordening van den
Rykscommissaris voor het bezette Ne-
derlandsche gebied nr. 20 1941 wondt
bepaald:
1. Aan de Joden in den zin van par. 4
der verordening van den Rykscommis
saris nr. 189 1940 wordt verboden:
a. Het publieke baden in zee-, strand-,
zwembaden en overdekte badinrichtin-
KeE-
b. Het betredes van publieke plant
soenen an lokalen, evenais het huren
van kamers in publieke logeergelegen
heden (hotels, pensions, logementen)
in zee- en strandbadplaatsen en andere
dergoiyite plaatsen. Het bezoek aan
paardenrennen als toeschouwer.
Handelingen in stryd met dezen maat
regel zyn overtredingen en worden met
hechtenis van maximaal zes maanden
en boete tot 1000 gulden of met een van
beide gestraft, voor Zoover niet volgens
andere bepalingen een hoogere straf is
bepaald.
Deze regeling treedt heden in wer
king.
(D. N. B.) Het opperbevel van de
Duitsche weermacht maakt bekend:
Bij de gevechten op het eiland Kreta
zijn voor zoover kan worden nagegaan,
meer dan 8000 Engelschen en ca. 4000
Grieken gevangen genomen.
Talrijke pantserwagens en kanonnen,
alsmede groote hoeveelheden munitie,
kleedingstukken en levensmiddelen kon
den worden buitgemaakt.
Het luchtwapen bombardeerde indu-
striebedryven in het graafschap Essex
en in Zuid-Engeland.
Ten Noordoosten van de Orkaden heb
ben gevechtsvliegtuigen een handels
vaartuig wan 4000 brt. in den grond ge
boord en voor de Noordkust van Schot
land twee groote vrachtschepen zwaar
beschadigd.
In den nacht van 2 op 3 Juni plaatsten
torpedovliegtuigen twee treffers op een
middelgroot Britsch oorlogsschip.
Effectieve aanvallen van het lucht
wapen richtten zich in den afgeloopen
nacht tegen de ravitailleeringshaven
H u 11 en tegen haveninstallaties aan de
Engelsche Zuid- en Oost
kust.
In Noord-Afrika levendige wederzyd-
sche activiteit der artillerie voor To-
broek. Afdeelingen Duitsche Stuka's
en torpedovliegtuigen vielen op 3 Juni
herhaaldeiyk doelen rondom Tobroek
aan, vernielden in de haven een trans
portschip en plaatsten treffers op een
Britsche afweergeschutstelling.
De vyand is noch by dag noch gedu
rende den nacht boven het Duitsche
rijksgebied geweest.
In de periode van 29 Mei tot 3 Juni
heeft de vy'and 20 vliegtuigen verloren.
Gedurende dezelfde periode gingen 10
eigen vliegtuigen verloren.
In zyn weermachtsbericht nummer 364
maakt het Itallaansche opperbevel het
volgende bekend:
In den afgeloopen nacht hebben onze
vliegtuigen bommen laten vallen op de
vliegvelden van het eiland M a 1 ta.
In Noord-Afrika zyn opnieuw
luchtaanvallen ondernomen op de basis
Tobroek. Batterijen geschut en voor
anker liggende schepen zy'n getroffen.
Een schip geraakte in brand. Een ander
schip is na een aanval ten Oosten van
Tobroek in brand geraakt.
In den nacht van 3 Juni heeft de vy'and
een luchtaanval ondernomen opBeng-
h a z i.
InOost-Af rika blijven onze gar-
nizoens en onze mobiele colonnes overal
taai verzet bieden aan den vyand en over
al een onvermoeide activiteit ontplooien.
VERLIEZEN VAN DE BRITSCHE
VLOOT IN MEI.
(D. N. B.) De verliezen der Britsche
vloot hebben in Mei die van April nog
overtroffen.
Door de Duitsche weermacht zijn in
Mei tot zinken gebracht: een Britsche
slagkruiser, 7 kruisers, 11 torpedoboot-
jagers, 7 motortorpedobooten, 3 hulp
kruisers, 4 duikbooten en 6 patrouille-
en wachtschepen.
Door de Italiaansche weermacht zijn
tot zinken gebracht: 5 kruisers, 2 duik
booten en een torpedobootjager.
Door de Duitsche en de Italiaansche
weermacht zy'n in Mei twee slagschepen,
twee vliegkampschepen en een groot
aantal kruisers, torpedobootjagers en an
dere lichte oorlogsschepen beschadigd.
DAGORDER VAN VON BRAU-
CHITSCH VOOR DE TROEPEN
OP KRETA.
De opperbevelhebber van het Duit
sche leger, generaal veldmaatschalk von
Brauchitsch, heeft aan de op Kreta in
den stryd geworpen troepen van het le
ger de volgende dagorder uitgevaardigd
Soldaten. Kreta is vast in Duitsche
handen. Gy, bergjagers, pionniers en
stryders der andere wapens hebt teza
men met de kameraden van het lucht
wapen dit belangrijke steunpunt van den
vyand in den kortsten tyd veroverd. By
ongewoon moeiiyke terrein- en weersom
standigheden hebben in zware gevechten
en onder de grootste inspanning uw
strijdkrachten, dapperheid en superiori
teit wederom in de hoogste mate haar
waarde getoond. Ik zeg u dank en weet,
dat gy verder uw plicht zult doen, over
al, waarheen het bevel van den Fiihrer
u zendt.
AANSTAAND LAGERHUISDEBAT
OVER DEN TERUGTOCHT OP KRETA
Naar de parlementaire redacteur van
Reuter meldt, zal het Lagerhuis in zyn
volgende vergadering een debat over
den Britschen terugtocht op Kreta hou
den. Churchill en Attlee zullen daaraan
deelnemen.
VOORBEREIDINGEN OP CYPRUS.
(United Press). Op het oogenblik
wordt Cyprus intensief voorbereid voor
de verdediging tegen een aanval. De
helft van de bevolking der steden op
Cyprus is reeds naar het vasteland over
gebracht.
Men gelooft op Cyprus, dat een Duit
sche aanval op het eiland moeiiyker zal
zy'n dan de verovering van Kreta, daar
de Engelsche luchtmacht de vliegvelden
van Egypte en Palestina als betrekkelijk
dichtby gelegen steunpunten kan gebrui
ken. Het loeien van de alarmsirenes