DE ZEEUW
Problemen bij den wederopbouw.
Erdal
e s t r o o
ne Klepper
J00LB0EKEN
fWEEDE BLAD
Bevil Granville
Uit de Provincie
Een uiteenzetting van Dr. Ir. J. A. Ringers.
I hield en'iW^ !^et' alsof iets mij terug-
'wt ldacht opeens aan wat u ge-
I hield 'nm maneer Trudgeon sterk aan-
bornè T, ter wille van David Os-
hauden als mezelf' alles in zijn
I r<®. Dnov. ven' maar ik bleef weige-
Gemengd Nieuws
doet schoenen langer meegaan!
.O CURSUS
ndknecht
;linl*e.
vr,jDAG 23 AUGUSTUS 1940. No. 272
Op gespannen voet
met de historie.
feuilleton
De Rijkscommissaris
bezoekt de Philipsfabrieken.
I tamer'"
zuid-beveland
walcheren
Voor kleine bouwwerken
stilzwijgend goedkeuring.
Twee kinderen te Geldrop
vermoord.
IN RUIL: Nieuwe
jak en 8 c.M. besl.,
;br. wagens, 2 st.
2 st. 7-t. cultiv.,
ndpl., 2 2-sch. wend-
brand, Brigdamme.
Doerenw. pl. bak, 1
draagverm. 5000
rendploegen, 1 rol-
Martin Cultivator,
rij, 's-Heer Arends-
Zwijndrecht.
'41, v. afgew. en
3-jar. cu. (ex. '43,
WAARDE—GOES
derdag, Zaterdag.
„Slot Oostende".
3 uur (W.T.)
aanbevelend:
3CHRIER, Waarde.
:gens aanschaffing
MOTORSPROEIER
0, op luchtbanden,
ng en „Land"-ver-
jOEN, Mairepolder,
KOOP:
Vrouwepolder.
KOOP:
\RT1J TARWE-,
ERWTENSTROO.
de Begraafplaats,
KOOP:
Laurens.
ulo en Gymnasium
S BOEKHANDEL,
lat 5, Goes.
KOOP:
(E PONNY MET
EN TUIG.
k. P. JANSE, Be-
Souburg, Telef. 24.
KOOP:
iRSTESTROO EN
TARWESTROO.
EUWENHUIJZEN,
rssele.
ït October
10B VOS,
ïk.
Koude-
en Advertentiën
lomen door
3LABBEKOORN.
trite extra 1113,
-11, id. C 7.40, Dr
50, id. A 7.50, id.
6, id. C 4, Jutten
-22, id. B 9.50—
Lnanas de Contrai
na 4, Br. d'Aman-
Idy 3—10, Bruine
inke Juttten 2—5,
■0, Calleboutsperen
1—7.50, Dulfjespe-
lelis 25.50, N.H.
Pet. Marguerite 3
lux 3.50—11, Ron-
15, Spekperen 2
les 2—5.50, Seign.
Criumph de Vienne
jsse 25, alles per
pruimen 611, Bl.
1.50, Belle de Lou-
.xpruimen 9, Cata-
bitrich Uhlhorn 6,
|17, Kirkespruimen
loria 611» Reine
20, Reine Claude
^boers 6, Wash.-
Wjjnpruimen 6—
Berry 1220, Bl.
.00 kg.
;ering van 22 Aug-
Jereboter 80 ct. per
100 stuks.
2 Aug. Aardappel-
1 3—3.24, id. drie-
bonken 22.11»
—3.73, id. drielm-
bonken 22.03
51—4.58, id. drie-
iwone Bintjes 3.0O.
lie aanv. 81.900 kg-
g: Gewone bruine
;n 3.50, picklers 4.
Totale aanvoer
VAN
ne heer Arnold Meyer, leider van het
Nationaal Front", brak onlangs te
Utrecht een lans voor de eenhoofdige
"omgaan zijn betoog kracht bij te zet
ten haalde hij tot verbazing van „De
Maasbode" een paar stadhouders naar
voren, o.a. Frederik Hendrik, en voorts
Michiél Adriaansz. de Ruyter.
Meent gij zoo riep hij luid uit
dat de Ruyter op zijn vloot ging delibe
reren over wat er gebeuren moest?"
Als er een deskundige onder het ge-
koor van den vrijmoedigen spreker ware
geweest, aldus „De Maasbode", dan zou
|ij toestemmend hebben geantwoord.
Aan ieder, die ook maar iéts afweet
van de figuur en de persoonlijkheid van
onzen grootsten zeeheld, is het bekend,
I dat juist één der meest opvallende eigen
schappen van dezen zoo sympathieken
en bescheiden zeeheld, en meteen een
der oorzaken van zjjn grootste succes
sen was, dat hij zoo nauw contact hield
met zijn ondergeschikten en juist zoo
veelvuldig, zoo gaarne en zoo tactisch
met hen „delibereerde", hetgeen Arnold
Meyer eenvoudig voor onmogelijk blijkt
te houden.
Een prima-deskundige, de oud-zeeka
pitein, thans bijzonder hoogleeraar in de
maritieme geschiedenis, Prof. j. Warn-
j sinck, een rustig-objectief en consciën
tieus geleerde, denkt er dan ook aller-
radieaalst anders over, dan de leider van
J Nationaal Front. Na geconstateerd te
I hebben, dat De Ruyter groote sympathie
i en vertrouwen genoot by zijn onderge-
schikten, gaat de hoogleeraar aldus ver
der: („Van Vlootvoogden en Zeeslagen"
I blz. 388)
De Ruyter zou geen groot aanvoerder
j geweest zijn, indien hij deze gevoelens
zijner ondergeschikten niet beloonde
door ook h u n zijn vertrouwen te schen
ken. In de op zijn aanwijzing opgestelde
gevechtsinstructies veroorloofde hij hun
een groote mate van zelf
standigheid en wat zij vooral
moeten hebben gewaardeerd, zelfs in
de m o e i 1 ij k s t e uren vroeg
h(jhun meening en hun
(raad. Zoodra het tij of de zee hem
liwong de ankers te laten vallen, riep
pij zijn admiraals en kapiteins bij zich
I aan boord en overlegde met
a en over de te volgen g e -
|jd r a g s 1 ij n, want zelden stelde een
chef zóó veel prijs op persoonlijk con-
Jtact met allen, die onder zijn opperbevel
t eenige verantwoordelijkheid mochten
f dragen."
Ziehier het oordeel van den deskundi-
;e tegenover de holle en leege bewerin-
;en van den dilettant
Wij vinden op zichzelf dezen histori-
schen blunder van den heer Meyer wer
kelijk niet wereldschokkend, maar het
leek ons toch een bij uitstek gunstige ge
negenheid, om het publiek eens uitdruk
kelijk te waarschuwen tegen de vaak
totaal ongefundeerde frasen waarop het
tegenwoordig van bepaalde zijden zoo
feul wordt onthaald. En het is toch wel
diep en in-treurig, dat de leider van een
i beweging, die zich „Nationaal" Front
zulk een ellendigen kijk blijkt te
hebben op toestanden uit ons verleden
I op onze meest nationale figuren.
Wil men ons vergasten op diepzinnige
beschouwingen over het verleden, men
ca zijn gang, maar dit moet niet neer-
i omen op een vergassen van de h'stori-
sche waardigheid en werker'khe:d".
37)
door JOSEPH HOCKING.
Rijkscommissaris Rijksminister Seyss
Inquart, vergezeld van commissaris-ge
neraal Schmidt en minister Fischboeck,
heeft gisteren een bezoek gebracht aan
Eindhoven ter bezichtiging van de Phi
lipsfabrieken.
In Eindhoven begroette de Rijkscom
missaris Reichsorganisationsleiter dr
Ley, die vergezeld van Oberbefehlslei-
ter Marrnbach, een bezichtigingsreis
door Nederland maakt.
Bij aankomst op het hoofdkantoor
werden de Duitsche autoriteiten door
ir F. J. Philips, directeur der Philips
fabrieken, welkom geheeten. In de com
missariskamer gaf dr O. Bormann, be
heerder der n.v., in korte trekken de
ontwikkeling en beteekenis weer van
het Philipsbedrijf, waarna ir F. J. Phi
lips een en ander over den socialen ar
beid van het bedrijf meedeelde.
Na bezichtiging van de groote ma
quette van het verlichtingsbedrijf in de j
hall van het kantoorgebouw, werd de
fabricage van de radiolampen, radio
apparaten en gloeilampen in oogen-
schouw genomen.
Tijdens den rondrit door den Philips-
woningbouw werden ook eenige arbei-
derswoningen bezichtigd, ^waarbij de
hooge gasten blijk gaven van hun
groote belangstelling voor de isociale
voorzieningen van het Philipsbedrijf.
Na nog een bezoek aan de Philips-
demonstratiezalen en aan de leerlingen
werkplaats van de bedrijfsschool te heb
ben gebracht, werd in het Philips-ont-
spanningsgebouw het noenmaal ge
bruikt. In de schouwburgzaal van het
ontspanningsgebouw werd hierna een
demonstratie van het Philips Miller ge-
luidsopnemingsysteem gegeven en tot
besluit oenigo interessante Philipsfilms
vertoond.
lik'rto ur,de pen aI in mijn hand, toen
I On ri 1 van Dnvid Osborne opving.
I srhoi! raoment had het mij niet kunnen
I in >w' Wat 'k deed. Ik had nauwelijks
I ka(j 3 opgenomen, wat ik gehoerd
islt' dat begrijp ik", zei Seth. „Het
Wat Won dat u niet gedaan hebt
«at ze vroegen."
I hehhL ZC"i1 ket PaPier zeker geteekend
I Biaat-1) lk niet Juist opgekeken had,
kon doen '^aar°m Zei ik' dat ik het niet
toen?" vroeg Seth benieuwd.
I "oórdde e6t niet Precies meer", ant-
I alleen meisje. „Ik herinner mij
Wemeldinge. De gevreesde varkens
pest heeft in deze gemeente ook weer
enkele varkens aangetast. De noodige
voorzorgsmaatregelen zjjn daartoe ge
troffen.
's Heer Arendskerke. Gisterochtend
kwam R. uit 's Heerenhoek, welke werk
zaam is aan de betonfabriek der firma
Pieters, alhier, by het lossen van kip
karren, zoodanig te vallen, dat een der
karren op het been terecht kwam. Ge
neeskundige hulp was spoedig ter plaat
se. Het geval bleek niet zoo ernstig, De
betrokkene kon naar huis worden ver
voerd.
Wemeldinge. Zaterdagavond om acht
uur geeft de mondorgelvereen. „Concor
dia" alhier een concert op de tent aan
Dorpsstraat.
Ritthem. De muziekvereeniging „Oefe
ning na den Arbeid", directeur de heer
P. Meijers, welke vereeniging wegens
de ernstige tijdsomstandighden drie en
een halve maand werkeloos is geweest,
zal haar oefeningen; weer hervatten.
Daar de school moeilijk verduisterd kan
worden, wordt het café van mej. Wed.
J. Wesdorp als repetitielokaal gebruikt.
De af deeling Ritthem van de Ver
eeniging tot christelijke verzorging van
krankzinnigen in Zeeland hield Woens
dagavond haar jaarvergadering. De pen
ningmeester deed rekening en verant
woording. Twee nieuwe leden traden
toe. De aftredende bestuursleden Ds H.
Bartlema en A. Tange werden als zoo
danig herkozen. Tot afgevaardigden
naar de algemeene jaarvergadering,
welke op Maandag 26 Augustus te Goes
I wordt gehouden, werden benoemd de
heeren M. Osté en W. Wouterse met de
heeren J. Meliefste en K. Louwerse als
secundi.
Op Zondag 4 Aug. j.l. heeft Ds Visser
van Serooskerke een spreekbeurt in de
Herv. Kerk te Ritthem vervuld in het
belang der stichting „Vrederust".
„Een half uur, denk ik. Ik hoorde
hen samen praten."
„Leken zij opgewonden?"
„Daar heb ik niet op gelet; ik moest
te veel aan al die andere dingen denken,
totdat meneer Trudgeon wegging."
„En toen?" vroeg Seth.
„Toen hoorde ik hem tegen mjjn va
der zeggen: „Je moet»zorgen, dat zij het
stuk dadelijk teekent; uiterlijk mor
gen", en hij antwoordde: „Zeker, ik zal
er voor zorgen."
„En toen?"
,Toen ging hij naar zijn slaapkamer,
en ik wachtte, totdat ik dacht, dat hij
sliep."
„En toen is u dus hier naar toe ge
komen?"
„Ik kon niet in huis blijven. Ik had een
gevoel alsof ik gevangen zat. Ik snakte
naar de open lucht. Toen herinnerde ik
mij dat ik wel eens gehoord had, dat u
altijd laat op bleef, en ik was benieuwd
of ach, ik weet eigenlijk niet, wat ik
dacht!"
„Ja, dat begrijp ik", zei Seth. „Laat
ik even nadenken."
Zij zwegen beiden enkele minuten.
Het meisje sloeg hem met bezorgden
blik gade. Opeens schrikten zij op. Er
klonken voetstappen op den weg, en
het tuinhek werd open gedaan.
In „Gemeentebestuur", het maand
schrift van de Vereeniging van Neder-
landsche gemeenten, komt een vijftal ar
tikelen voor over den wederopbouw en
verschillende vraagstukken, welke daar
mede ten nauwste verband houden.
In de eerste plaats is opgenomen een
publicatie van de hand van dr ir J. A.
Ringers, den regeeringscommissaris voor
den wederopbouw.
De heer Ringers begint met vast te
stellen, dat, nu het verkeer voor zoover
mogelijk is hersteld binnen onze lands
grenzen en de onder water zettingen zijn
drooggelegd, het regeeringscommissari-
aat nog voornamelijk als opdracht heeft,
den wederopbouw van steden, dorpen en
gebouwen en al hetgeen daarmee samen
hangt.
De vraag, die zich daarbij onmiddellijk
heeft voorgedaan, was, of een afzonder
lijke dienst voor den wederopbouw inge
steld moest worden dan wel of gebruik
zou kunnen worden gemaakt van de be
staande overheidsdiensten. De laatste
weg is gekozen.
Daarbij is overwogen „dat Neder
land een uitstekend gead
ministreerd land is endat
het voor elk onderwerp
van overheidszorg goed
geoutilleerde diensten be-
z i t. Vele van deze diensten bewegen
.zich regelmatig op hetzelfde gebied als
waarop een dienst voor den wederop
bouw zou hebben gewerkt. Wanneer men
een dienst voor den wederopbouw schiep
en deze zou, naar we hopen, over eenige
jaren weer worden opgeheven, zou men
een groot apparaat moeten etukohian «n
de menschen, die daarbij aangesteld wa
ren weer werkloos moeten maken, ter
wijl gedurende den tijd van het bestaan
van het regeeringscommissariaat ande
re diensten óf een slepend bestaan zou
den hebben geleid, óf het werk van het
regeeringscommissariaat zouden hebben
gedupliceerd".
Bij den wederopbouw onderscheidt ir
Ringers vier onderwerpen, welke hjj vre-
volgens behandelt.
Het eerste is de t e c h n i e k. By de
bespreking hiervan wijst de schrijver er
op, dat de verwoestingen in vele gemeen
ten de mogelijkheid hebben geschapen
om, nu vele verkeersobstakels tevens zijn
verdwenen, betere plannen tot uitvoe
ring te brengen dan tot dusverre moge
lijk is geweest. Het regeeringscommis
sariaat werkt nu samen met deskundi
gen op het gebied van stedenbouw en het
ontwerpen van streekplannen om van
vele goede plannen verzekerd te kunnen
z$n.
De heer Ringers wijst dan op de ver
schillende problemen, welke zich bij de
uitvoering voor kunnen doen. „Wanneer
een nauw gebouwde stad of dorpskom
is verwoest, acht ieder het vanzelfspre
kend, dat het nieuwe plan ruimer zal zijn
uitgelegd en dit het moderne verkeer
beter zal doorlaten. Maar dat heeft het
gevolg, dat de vroegere bewoner niet
altijd op de oude plaats kan herbouwen.
Men moet dus tot een soort
ruilverkaveling komen en
diep ingrijpen in het pri
vaatbezit van terreinen.
Het gevolg hiervan is, dat in vele plaat
sen het verwoeste deel van stad of dorp
moet worden onteigend. Daarna moet
met den onteigende worden overlegd,
waar en hoe hij zal mogen bouwen".
Voorts wordt er dan op gewezen, dat
zij, die schade hebben geleden, alleen een
moreel recht op tegemoetkoming in
de schade kunnen doen gelden, maar dat
daar tegenover de gemeenschap aan die
tegemoetkoming ook zekere voorwaar
den kan verbinden. Als zoodanig noemt
Ir Einders een. voorwaarde voor v/eder-
opbóViW aJr ncdc opbouw een door den
regeevingscoinmlssaris aan te wijzen
plaats.
„Het ligt in het voornemen om' bij de
aanwijzingen der perceelen overleg te
plegen met de eigenaars, waarbij het kan
voorkomen, dat deze liever niet in hun
oude gemeente, maar op een andere
plaats in Nederland herbouwen. Voor al
deze gevallen moeten regelingen worden
getroffen, waaraan nog wordt gewerkt
en waarvoor nog menig overleg noodig
is".
Verder zegt de heer Ringers o.ra. het
volgende
„Tengevolge van den nieuwen
uitleg der verwoeste ge
bieden zullen grootere vlakken aan
straten en pleinen moeten worden aan
gelegd, dan vóór de verwoesting der
plaatsen aanwezig was. Men kan deze
bezwaarlijk ten laste van den wederop
bouw brengen, maar zij moeten worden
gebracht ten laste van die gemeenten,
welke hun stratenplannen wenschen te
verbeteren. Dit zal er toe leiden, dat de
gemeenten niet meer vragen dan beslist
noodzakelijk is.
„De financiering van dezen
nieuwen uitleg zal voor vele gemeenten
moeilijkheden met zich brengen, welke
voor elk geval afzonderlijk zullen moe
ten worden onderzocht. Men denke b.v.
aan de gemeente Rotterdam, waar voor
een nieuw stratenplan tevens een nieuw
rioleeringssysteem noodig zal zijn en
waarbij ook gas-, water-, electrische- en
telefoonleidingen een nieuwe plaats on
der den grond moeten vinden.
Met het stratenplan alleen is men er
niet. De moderne stedenbouwkundige
weet, dat in het stratenplan tevens op
genomen moeten worden de omraming
der bouwblokken en de voorziening der
stad met groene gordels. In een moderne
stad moet licht en lucht kunnen toe
treden en zij moet aangenaam zijn voor
het oog".
Na nog eenige beschouwingen te heb
ben gewijd aan de financieele zijde van
het vraagstuk, behandelt ir. Ringers het
onderwerp :demateriaaleoono-
mle.
Hij wijst er daarbij op, dat op dit
oogenblik vele materialen schaarsch zijn
en dat deze daarom slechts gebruikt
moeten worden voor werkelijk belang
rijke doeleinden. Daarvoor is noodig het
opstellen van een bouwprogramma waar
in de te ondernemen werken in volgorde
van belangrijkheid worden geplaatst.
„Bij de beslissing trad naast het ma-
terialenvraagstuk ook het sociale
v r bi a g 8 til Ir op den voorgrond. Men
mocht het bouwbedrijf in Nederland niet
plotseling stopzetten en men had hoop,
dat het daarna ook niet noodig zou zijn.
Van de groote hoeveelheden werken,
welke onderhanden waren, geschat op
een waarde van f 240 millioen, kreeg 95
pet. vergunning om voortgezet te wor
den. Doch daarmede is ook een groot gat
geslagen in den materiaalvoorraad van
Nederland.
„Wel blijft nog genoeg over om op
bescheiden schaal met den wederopbouw
te beginnen, maar het eitaat wel vast,
dat, wanneer Import van bouwmateri
alen bezwaren blijft ondervinden, de we
deropbouw zeer bemoeilijkt zal worden''.
MITS DE KOSTEN IN TOTAAL
MINDER DAN f500 BEDRAGEN.
De Regeeringscommissaris voor den
Wederopbouw heeft een brief gezonden
aan alle gemeentebesturen, waarin hij
er aan herinnert, dat bij het besluit
Wederopbouw I is vastgesteld, dat
voor de uitvoering van alle bouwwerken
op het gebied van den waterbouw,
spoorbouw, wegenbouw, burgerlijken
bouw en utiliteitsbouw zijn goedkeuring
is vereischt.
De Regeeringscommissaris bepaalt bij
dezen, dat voor wat betreft werken,
waarvan de kosten in totaal minder dan
f 500 beloopen, stilzwijgend mag worden
aangenomen, dat zijn goedkeuring is
verkregen. Voor het uitvoeren van der
gelijke kleine werken behoeft deze goed
keuring van nu af dus niet meer te
worden aangevraagd.
De Regeeringscommissaris neemt aan
dat er van de zijde der gemeentebestu
ren op zal worden toegezien, dat van
deze regeling geen misbruik wordt ge
maakt, o.a. door groote werken bij ge
deelten uit te voeren.
CONVENT DER PROT. CHR.
PATROONSCENTRALES EN HET
CHR. NAT. VAKVERBOND.
Het Convent der Prot. Chr. Patroons
centrales in Nederland en het Chr. Nat.
VaEverbond in Nederland, waarin de
Chr. Boeren- en Tuindersbond, de Chr.
Middenstandsbond, het Chr. Werkgevers
verbond en het Chr. Nat. Vakverbond
reeds gedurende verscheidene jaren on
derling contact onderhouden, is voorne
mens op Donderdag 29 Aug. a.s. in het
Gebouw van Kunsten en Wetenschappen
te Utrecht een vergadering te beleggen
van het kader der aangesloten leden.
De vergadering vangt aan om half 3.
Als sprekers zullen optreden de heer
A. Stapelkamp, voorzitter van het C. N.
V., tevens gedurende 1940 voorzitter
van het bovengenoemde convent, de heer
H. W. Tilanus te 's-Gravenhage, Prof.
Dr J. R. Slotemaker de Bruïne te Was
senaar en Prof. Dr K. Dijk.
Het doel der bijeenkomst is, om in
dezen tijd als convent, gezamenlijk met
alle andere Chr. sociale organisaties in
Nederland te getuigen van de noodza
kelijkheid en de beteekenis van de Chr.
sociale beweging voor het geheele Ne-
derlandsche volk.
VARKENSPEST.
In twee gemeenten van den keurings
kring Weesp is varkenspest uitgebro
ken. Eenige varkens van veehouders te
Muiden en Nederhorst den Berg zijn
door deze zeer besmettelijke ziekte aan
getast.
ROTKREUPEL.
Te Apeldoorn is een geval van rot-
kreupel geconstateerd. Het is het eenige
in deze gemeente.
DE LIJKEN IN DE BOSSCHEN
GEVONDEN.
Twee kinderen uit het groote gezin
van de familie van Hout uit de Dwars
straat te Geldrop, waren Zondag 11
dezer j.l., des namiddags om drie uur,
per fiets van huis gegaan. Het waren
de twaalfjarige Jan en de zevenjarige
Johanna. Samen op een fiets gezeten
waren zij het laatst gezien bij het Eind-
hovensche kanaal. Gistermiddag zijn
hun lijken gevonden.
„Gauw, juffrouw Osborne", zei Seth;
„gaat u gauw naar de keuken", en hij
wees naar de deur, die van zijn ka
mertje daarheen leidde. „Weest u maar
niet bang."
Een paar seconden later werd er
zachtjes aan de buitendeur geklopt, en
na enkele seconden gewacht te hebben,
liep Seth met zwaren tred de gang in,
om open te doen.
„Ben jjj het Seth Trelyon?"
„Ja", antwoordde Seth met zware
stem. „Is er iets aan de hand? Wel, het
is meneer Osborne. Waarom komt u
hier nog zoo laat naar toe?"
„Ik wist, dat je altijd nog al laat op
bleef", antwoordde Osborne.
„Ja, ik zit 's avonds nog wel eens
een uurtje te lezen, nadat ik van mijn
werk terug ben."
„Heb je straks soms iets gehoord?"
„Gehoord?" vroeg Seth vol verbazing.
„Ik begrijp niet, wat u bedoelt." Hij
was opeens weer de domme mijnwerker.
,Is u iets kwijt?"
„Kun je zwijgen? Zul je aan niemand
vertellen, wat ik je zeg?"
„Ik vertel nooit iets over", antwoord
de Seth. „Waarom zou ik?"
„Ik heb het altijd stilgehouden", zei
Osborne, „maar mijn dochter is slaap
wandelaarster. Vanavond heeft ze kans
gezien, het huis uit te gaan. Toen ik
straks nog even naar boven ging, om
haar goeden nacht te zeggen, was ze
niet in haar kamer, en ik was benieuwd,
of je ook soms iemand voorbij had hoo-
ren komen."
„Ja, nu ik er goed over nadenk, heb
ik straks iemand hier voorbij hooren
gaan. Ik was benieuwd, wie het zijn
kon."
„Hoe lang geleden?" vroeg Osborne.
„Misschien een uur. Ze ging dien
kant op, en hij wees den kant op, die
naar buiten de stad voerde.
„Weet je het zeker?" vroeg Osborne.
Zijn stem beefde van angst.
„Ik weet zeker, dat ik iemand voor
bij heb hooren komen", antwoordde
Seth, alsof hij trachtte, zich iets te her
inneren. „Ja, het zal zoowat een uur
geleden geweest zijn. Ik was benieuwd,
wie er nog zoo laat aan den wandel was.
Zij zal het dus wel geweest zijn,
denk ik."
„Dan zal ik haar moeten gaan zoe
ken. Het is een gevaarlijk ding dat
slaapwandelen. Nu je zwijgt er dus over,
niet?"
„Als het graf", antwoordde Seth en
hij bleef in den post van de deur staan,
terwijl Osborne den kant opliep, dien
hij hem gewezen had.
Toen hij in de kamer terug kwam,
was de mijnwerker met zijn zwaren tred
en zijn langzame praten weer verdwe
nen.
„U moet dadelijk heengaan", zei hjj
op gedecideerden toon. „U heeft zeker
wel gehoord, dat Osborne u aan 't zoe
ken is. Neen, ik ga niet met u mee. Hjj
mocht me eens zien en benieuwd zijn
naar de reden; en denk er aan, juf
frouw Osborne, u moet aan niemand
iets vertellen van wat u mij verteld
heeft, en wat meer is, u moet niets tee
kenen. Denkt u er om, niets teekenen."
„Waarom zouden ze mij dat stuk wil
len laten teekenen?" vroeg het meisje.
„Denkt u, dat het waar is, wat ze mij
verteld hebben?"
„Ik weet het nog niet, misschien wel:
maar teekent u vooral niets en als
u vermoedens mocht hebben van een of
ander, laat u hun dat dan vooral niet
merken."
„Maar denkt u
„Ik denk nog niets", viel hij haar in
de rede; „maar u behoeft niet bang te
zijn. Ik zal zorgen, dat u niets kwaads
overkomt. Let u intusschen goed op,
wat Osborne zegt of doet en gaat u nu
gauw naar huis."
(Wordt vervolgd.)