D£ ZEEUW Nederlands strijd voor gebiedsuitbreiding. >atie Gewijzigde dienstregeling Vlissingen-Roosendaai v.v. el, Nilverheld enen ten behoeve ;ht in Nederland, kten Grenswacht van de Duitsche hein aart ng. fWËËDE BLAD De Unie-Collecte. feuilleton Bevi! GranviHe 3°.) _o_ Nu de Wieringermeer 10 jaar droog is. Een groote daad van een klein volk. dagbladen verschenen bon voor leveranties :itsche Weermacht in ,e distributiebepalingen vergunning afgegeven Biilage. (Voorzijde) No. 4 SCHUHWAREN, SCHOENWAREN. Ware ier goederen 1940 1940 indteekening) mg, Dienstbetrekking) der Deutschen Wehr- stellt werden. ,eite ist unter Angabe ilitairen der Duitsche Ier opgave der prijzen (Achterzijde) ■en gegen Entrichtung empfangen zu haben tegen betaling der te hebben ontvangen. 1940. ft) (Handteekening) 22, id. C 10—13, nzoet 3.505, Duch. lames Greeve 3.50— 34, Mancks Cod- „ppels 3—4, Perzikr. Roode Claville 3.50, )mer Bellefleur 7.50, jet- en valappels 1 ivorite extra 1317, 9—11.80, id. C 7.50 extra 1215, id- A -10, id. C 7—7.20, Bruine Heerenpeer otten 2, Br. de Me- sn 22, N.-H. Suiker- kinderenpeer 8, Pet- Ronde Suikerperen 2—3.50, Seign. d'Es- ren 4—6, alles per ospruimen 6—12, Ij Belle de Louvain pruimen 8.50, Czar- ib. Boere Witte ïen 10-22, Kirkes- :ariopruimen H -14, Purple Persho ;oria 613, JeJle 3—28, Reine Claude de Eierpruimen 6 -15, Witte Wijnpru1' er 100 kg. Berry 12—20, Bt bozen 43 T-"a"sche s per 100 in 4 per VAN WOENSDAG 14 AUG. 1940. Nr 264. (Unieblaadje.) Laat de kinderkens tot My komen, en verhindert ze niet; want derzulken is het Konink rijk Gods. Markus 1014. Met dit overbekende woord van den Heiland, dat voor niemand, die het Evangelie leest een vreemde klank kan ajn, komt dit jaar ons Unie-blaadje tot u óm de „gewone" jaarlijksche Unie collecte by u aan te bevelen en van u een gave te vragen voor de scholen met den B(jbel. Met dit overbekende woord: Laat de kinderkens tot I(j komen en verhindert ze niet. Want het is zoo goed en zoo noodig tegelijk, dat we in dezen tyd van oor logsrumoer en levensgedruisch, waarin de stoutste omwentelingen zich voltrek ken en een nieuwe wereld met geweld de oude verdringt, bekende klanken hooren, die niet verouden; welke aan geen veranderingen onderhevig zijn; welke gisteren en heden, hoeveel zich keeren en wenden moge, dezelfde blij ven, en van ons denzelfden arbeid vra gen als in de dagen, toen God ons nog den vrede liet en het rustige werk te midden van een volk, dat zich buiten de botsing der groote machten mocht houden. Het is zoo goed, dat een oude boodschap, waaraan we maar al te zeer gewoon waren geraakt, ons nog eens met kracht wordt herinnerd, en we luisteren, aandachtig, eerbiedig luiste ren naar het woord van Jezus, dat Hy niet alleen sprak van de kinderen van Z(jn volk, maar ook van onze kinderen, van de jeugd van vandaag, van uw jon gens en meisjes, wier toekomst u meer zorg baart dan ge zeggen kunt1 a a t dekinderkens TOT MIJ komen; tot My, den Zalig maker, den Koning, ook van kinde ren, en verhindert ze niet. Dit wondere woord zegt Jezus zelf. Dit is geen advies van een welmee- menden vriend, die het goede voor u en uw kinderen zoekt, en dit is ook geen bevel van uw overheid, die zich, zooals wel vanzelf spreekt, ook met het leven der jeugd bemoeit, maar dit is een ver maan, neen sterker, een gebod van den Christus Gods, den Koning der ko ningen, die wel als onzer één op aarde gewandeld heeft en onze beste Vriend wil zijn, doch nu in den hemel troont en ver verheven is boven alle aardsche machten. Laat de kinderkens, laat ook uw kinderen tot M y komen Het is zoo absoluut mogelijk en zon der eenige concessie. Uw kinderen, wil Jezus zeggen, hoo ren vóór alles by MijIk eisch dat jonge leven op voor Myn dienst; Ik heb op die jeugd recht; geen mensch kan Mij dat recht ontzeggen, en Ik wil uw jon gens en meisjes zien, al heel vroeg zien in Mijn slagorde, als strijders, die ge willig zijn op den dag van Mijn heir- kracht. Daarom moeten uw kinderen tot M ii komen. Ge hebt ze tot M ij te brengen en ge moogt dit op geen enkele manier ver hinderen; gij niet. Mijn discipelen, die oe kinderen van Judea afweerdet, dat had naar uw meening Ik het te druk °m mij met dit jonge leven in te laten; gij niet, discipelen van dezen tijd, 16 in hoogmoedige vroomheid beweert a wie niet even ver gevorderd is als Mij .en Mijn kruis geen plaats J;' niet. kinderen dezer eeuw, die te leeren, dat eerst de mensch en dan Ik en dat Ik niet de hoog- door JOSEPH HOCKING tgJJkj? §°ed," zei Trudgeon lachend, Kift l een Paar regels opkrabbelde. Y'ls bet zoo in orde gU'J' dat is voldoende," antwoordde Datli(Jn beetje gewichtig, terwijl hij het Ser p mkeek" "Ik boor dus wel van u N h paar dagen-" thiJ J jeth vertrokken was, bleef Ar- kantnm' ,Jon noS langen tijd in zijn chen waoi Zlin üid om te gaan lun- niet oo nla?gJ,oorbib maar hiJ lette er hoofd m blijkbaar te veel aan zijn zijn rfónJ ^aS een harde uitdrukking in waren on/lng^de °°gen' en z«n üPPen «en opeengeklemd. een beshn'fT t^-d scheen hij echter tot er een op™, ,zijn gekomenen speelde bppen. Van tevredenheid om zijn 8treeksSnia b<rtreft> hij begaf zich recht gesteld? iJ v?6*" station van Milbay en broodier n;- restaurant een paar weten wnt J en echter nauwelijks te wat hli at; want hij ging in zyn •ry 12—29. 43, Japanse" nr> kg.; Meloe 100 stuks. ste rechten op de jeugd van 1940 heb; gÓ' niet, arme dwazen, die u inbeeldt, dat Ik door u uitgebannen en vernietigd kan wordenIk zeg u: verhindert ze niet; verspert geen oogenblik den weg van uw kind tot Myverspert dien niet, noch door uw opvoeding, noch door uw onderwijs; laat alle paden van de vorming van het jonge leven op My uit- loopen, want derzulken is het K o n i n k r ij k Gods en Ik tel ook de kinderen onder de rijen van Myn bur gers. Zoo spreekt Jezus en Hy zegt dit ook in onze dagen. Geen oorlog, geen bezetting, geen on derworpenheid, geen distributie, geen versobering kan Hem beletten dezen eisch te laten gelden en niemand kan zich beroepen op de sombere tydsom- standigheden om zich aan dit gebod te onttrekken. Uw kind moet tot Jezus komen en ge moet zelf uw jongen en uw meisje by en tot Hem brengen. Ge hebt dat te doen eerst in uw ge zinsleven door Uw opvoeding, door de leiding, welke ge aan uw kinderen geeft door de tucht die ge over hen uitoefent door het vermaan en de bestraffing, die noodzakelijk zijn; door uw gebed in de eerste plaats, en in al dat werk, hoe een- voudig en gebrekkig ook, leidt ge als Christen-ouders uw jeugd tot Hem, Die eiken dag u toeroept :verhindert ze niet. Ge zult dat ook doen door uw eigen voorbeeld van godsvrucht en echt Chris- telijken wandel, zoodat uw kinderen ge trokken worden tot den dienst van Jezus enge moogt hen tot den Heiland brengen door dat onderwas en die scho len, waarin Zgn Evangelie in het mid delpunt staat, en wier hoogste vreugde het is, dat haar leerlingen vroeg den Zaligmaker zoeken, Die in Zy'n groote kudde ook de lammeren trouw wil wei- l den. Onze scholen met den Bybel geven voor uw kind het rechte antwoord op den roep van Jezus en ge zoudt de kin deren verhinderen, ge zoudt dus aan des Meesters bevel ongehoorzaam zyn, wanneer ge uw kind toevertrouw- det aan een school, die dien liefelyken Naam niet mag joemen en verzwygt, en waarin het jonge leven niet geleid wordt tot Hem, Die met majesteit en liefde zegt:laat ze tot My komen; tot My, zonder Wien en buiten Wien er geen leven en levensgeluk istot M y, Die ook nu in den schoonen zomer van 1940 en dwars door alle oorlogsbewogen heid heen, geen jota of tittel laat vallen van Mijn eisch: verhindert ze niet, ook niet door een onderwys, dat tegenover My neutraal poogt te zyn. Wanneer ge Jezus zoo hoort spreken zal het u niet vreemd zyn, dat we ook nu en j u i s t nu van u een gave vragen voor onze Unie-collecte. Het gaat in deze collecte, nu reeds meer dan zestig jaren lang om de scho len met den Bijbel; zij is de jaariy'ks weerkeerende herinnering aan den stryd die voor dit vrije, christelijke onderwys gevoerd is; zy roept ons telkens voor den geest, hoeveel er geofferd is om aan Jezus' eisch te kunnen voldoen; zy be hoort tot dat groote werk, waarin we met onze kinderen tot den Christus wil len komen, en zy is ook nu nog noodig, broodnoodig zelfs. Zoudt ge dan nu uw gave willen en durven weigeren? Waarom? Heeft de Heere u niets meer gelaten om te geven? Zouden onze scholen dit geld niet kun nen gebruiken Is voor dit doel de offer vaardigheid overbodig geworden? Ge weet wel beter, en als ge even doordenkt en uit de historie van den schoolstrijd uw roeping voor het heden tracht te verstaan, zult ge toestemmen, dat we juist nu, meer dan ooit behoefte hebben aan dit bewijs van de liefde van ons volk voor de school met den Bybel. Die mogen we niet prijsgeven. We zullen om de wille van ons volk en van de kinderen van ons volk dit kostbare pand bewaren in de kracht des Heeren. Toont dit ook in deze Unie-collecte. Gedrongen door de liefde van Hem, Die tot u zegtlaat uw kind tot Mij komen en verhindert het niet. Ingaande Donderdag 15 Augustus wordt de dienstregeling op het baanvak Vlissingen-Roosendaai als volgt: Vlissingen V. 6.21 6.37 8.21 9.30 11.21 12.30 14.21 15.30 17.21 18.30 20.03 Middelburg V. 6.30 6.45 8.30 9.38 11.30 12.38 14.30 15.38 17.30 18.38 20.12 Arnemuiden V. 6.35 6.48 8.34 9.41 11.35 12.41 14.35 15.41 17.35 18.41 20.17 Goes V. 6.53 7.07 8.53 10.00 11.53 13.00 14.53 16.00 17.53 19.00 20.35 Kapelle-Biezelinge V. 7.01 9.01 12.01 15.01 18.01 20.43 Kruiningen-I erseke V. 7.15 9.15 12.15 15.15 18.15 20.57 Krabbendijke V. 7.24 9.24 12.24 15.24 18.24 21.06 Rilland-Bath V. 7.31 9.31 12.31 15.31 18.31 21.13 Woensdrecht V. 7.42 9.42 12.42 15.42 18.42 21.24 Bergen op Zoom V. 7.52 9.52 12.52 15.52 18.52 21.34 Wouw V. 8.01 v Roosendaal a. 8.10 10.06 13.06 16.06 19.06 21.48 Roosendaal V. 5.40 7.17 10.17 13.17 16.17 19.17 Bergen op Zoom V. 5.58 7.32 10.32 13.32 16.32 19.32 Woensdrecht V. 6.06 7.40 10.40 13.40 16.40 19.40 Rilland-Bath V. 6.17 7.51 10.51 13.51 16.51 19.51 Krabbendijke V. 6.23 7.57 10.57 13.57 16.57 19.57 Kruiningen-Ierseke V. 6.32 8.06 11.06 14.06 17.06 20.06 Kapelle-Biezelinge V. 6.47 8.20 11.20 14.20 17.20 20.20 Goes V. 6.55 8.18 8.29 11.18 11.29 14.18 14.29 17.18 17.29 20.18 20.29 Arnemuiden V. 7.09 8.33 8.43 11.33 11.43 14.33 14.43 17.33 17.43 20.33 20.43 Middelburg V. 7.18 8.41 8.52 11.41 11.52 14.41 14.52 17.41 17.52 20.41 20.52 Vlissingen a. 7.26 8.48 9.01 11.48 12.01 14.48 15.01 17.48 18.01 20.48 21.01 Nederland pleegt te streven naar ge biedsuitbreiding en het heeft die eeuwen lang verkregen ten koste van een erfvy- and. Zelfs een groot deel van het gebied, dat thans tot het ryk in Europa behoort, heeft het Nederlandsche volk op dien vy- and veroverd. En nog altyd moet. het op zyn hoede blijven tegen verraderlyke overvallen. Hooge dyken en duinen be veiligen het land tegen den belager: het water. Dezer dagen, om nauwkeurig te zyn: op 21 Augusutus 1940, zal het tien jaar geleden zyn, dat in dezen stryd een belangryke overwinning werd behaald: de Wieringermeer was droog! Daarmee werd een terrein van ongeveer 20.000 hectare aan den Nederlandschen bodem toegevoegd. Het was het eerste definitieve reëele resultaat van een grootsche onderne ming, waardoor het Nederlandsche volk zyn naam als volk van poldermakers eer aandeed. Het eerst werd de gedachte van drooglegging der Zuiderzee geop perd door Ir Van Diggelen in het jaar 1849. Zyn plan werd door verschillende andere ontwerpen gevolgd, maar men zag op tegen de enorme kosten, totdat een met dit doel opgerichte vereeniging aan Ir C. Lely de opdracht verstrekte, een plan te maken, dat voor verwezen- ïyking vatbaar was. Hy stelde voor, van de Friesche kust by het plaatsje Zurig een dyk te leggen naar de kust van Noord-Holland, waar van het eiland Wieringen een deel zou uitmaken en daarachter vier verschillen de polders droog te maken, terwyl een 145.000 hectare groot meer, het IJsel- meer daartusschen zou blyven bestaan. Ir Lely kreeg de kans, krachtiger de ver- wezenlyking van zyn ideaal na te stre ven, toen hy zelf minister van Water staat werd. In 1892 benoemde hy een staatscommissie, die het plan moecfc on derhoeken en die het niet enkele wyzi- gingen goedkeurde. Een werk van duizend mil- lioen gulden. De wereldoorlog moest eerst geëindigd zyn, voordat aan uitvoering kon worden gedacht. In 1918 werd eindelyk de Wet tot afsluiting en drooglegging van de Zuiderzee aangenomen door de volksver tegenwoordiging. Daarin werden de kos ten van het werk op 189 millioen en de duur er van op 33 jaar geschat. Wat die kosten betreft, was men wel zeer opti mistisch; door de styging der loonen en de verhooging der materiaalpryzen wer den de onkosten in 1925 op 455 millioen geraamd, maar al spoedig bleek, dat men 1000 millioen zou noodig hebben. En thans is door den huidigen oorlog nog onzekerder geworden, wanneer het werk geheel zal zyn voltooid en hoeveel geld het dan zal hebben gekost. Wel is be sloten, dat het zal worden voortgezet. Want na den Wieringermeerpolder, die 20.000 hectare aan ons grondgebied toe voegde, moesten nog drie andere, n.l. de Noordoost-, de Zuidwest- en de Zuidoost polder, respectievelyk 45.000, 56.000 en 95.000 hectare groot, volgen. Het werk werd begonnen in 1920; te- gelykertijd werd een aanvang gemaakt met den afsluitdyk en met den Wierin germeerpolder; de eerste was gereed in Mei 1932, nadat, zooals gezegd, 21 Aug. 1930 de Wieringermeerpolder als droog gelegd kon worden beschouwd. Dat was ruim 10 jaar nadat op 29 Juni 1920 de eerste bak grond tusschen de kust van Noord-Holland en het eiland Wieringen was gestort. 27 Juli 1929 was de dyk om den Wieringermeer gereed, 10 Febr. van het volgend jaar werd begonnen met het droogmaken, dat 21 Augustus daarop was voltooid, zoodat toen dc Wieringer meerpolder droog was. Reeds 7 Septem ber werd het eerste koolzaad er ge zaaid. Enkele cyfers mogen een beeld geven van het enorme werk, dat verzet is: er werden 23,5 millioen kubieke meters zand en 1.361 millioen kubieke meters keileem gestort; de gezamenlyke lengte van de voor de afwatering gegraven ka nalen en tochten bedraagt 238 km, dat is ongeveer de afstand van Maastricht naar Assen; de lengte van alle slooten samen is 980 km. In de voorbygegane tien jaren is ont- zagiyk veel veranderd. Wie thans in den Wieringermeerpolder komt, vindt een uitgestrekt vruchtbaar gebied, doorsne den door rechte wegen en met tal van mooie, moderne boerderyen, omringd door weelderige weiden en korenvelden. Spoedig zal de Wieringermeer een af- zonderiyke gemeente vormen met zyn on geveer 5000 inwoners. Ook hier heeft na- tuurlyk de oorlog, zy het ook niet in wer- keiyken zin, zyn sporen achtergelaten. De tractor staat by gebrek aan benzine op sta.1 en het paard is weer in volle eer her- gedachten nog eens woord voor woord het gesprek na, dat hy met den advocaat gehouden had. HOOFDSTUK XIV. De advocaat en de ex-huisknecht. Twee dagen later, terwijl Seth Trelyon aan het werk was in de Polgoothmijn, liepen twee mannen over de Brownhill- heide. Zij hadden daar nu al verscheide ne uren doorgebracht en onderzochten nouwkeurig een geul, waaruit zij een paar steenen hadden opgeraapt. „Hoe denkt u er over?" vroeg de een. „U is een mijn-expert, en is dat al twin tig jaar geweest." „Het is moeilijk te zeggen," antwoord de de ander. „Er zit heel wat tin hier in de buurt, maar of het de moeite waard is, om een nieuwe mijnmaatschappij op te richten, is een andere zaak. Ziet u dat stroompje daar? De roode kleur van het water toont aan, dat er tin in de buurt is; maar het beteekent misschien niets uit een practisch oogpunt bezien. Eigen lijk zit dit heele gedeelte van Cornwallis vol tin. De vraag is echter altijd, of er op een bepaalde plek voldoende is, om de moeite te loonen. Persoonlijk twijfel ik er aan." „Denkt u dus, dat het mogelyk is, dat er onder dezen heuvel een ryke tin-ader aanwezig is?" „Mogelijk is het. Natuurlijk is het mo gelijk; er zit hier overal tin, en je zou dus best een rijke tin-ader kunnen tegen komen. Aan den anderen kant, zou je ja ren kunnen zoeken, zonder er een te vin den. U weet, dat dit heele terrein zeker al honderd keer onderzocht is gewor den." De beide heeren gingen nog lang op het onderwerp door en begaven zich daarop naar het hotel Het Witte Hert te St. Minver, waar zij een goed diner be stelden. Na afloop van het diner pakte de expert den laatsten trein naar het Noorden, terwijl de ander zat na te den ken. Even na negenen trok hij een dikke, zware overjas aan, want hoewel het al April was, waren de avonden nog bitter koud. Hij vervolgde zijn weg, totdat hij een eindje buiten de stad was, en bevond zich weldra bij het huisje van David Os borne. Hij keek schichtig rond, eer hij het tuinhekje opendeed. Hij scheen bang te zijn, dat hij gevolgd was, maar toen hij niemand zag, liep hij het tuintje door en klopte aan. Op zijn kloppen deed David Osborne zelf open en keek hem vragend aan. „Goendenavond, David." „Het spijt me, maar ik ken u niet, meneer." „Laat me maar binnen, dan znl je wel zien wie ik ben. Wat ik zeggen wou, ben je alleen?" „Ja, meneer, mijn dochter is uit en onze oude dienstbode komt ook laat thuis vanavond. Wel, nu herken ik u toch, geloof ik. U is meneer Trudgeon. Gaat u zitten." „Nu, dat wil ik wel," antwoordde Trud geon; „en je bent dus heel alleen thuis?" „Ja, meneer, mijn dochter komt niet voor over tienen terug. Zij is bij haar vriendin, juffrouw Penberthy op be zoek." „Juffrouw Penberthy? Is je dochter daar bevriend mee?" „Ja," antwoordde David Osborne, „ze zijn groote vriendinnen." Hij zei het wat afgemeten, alsof hem de toon van Trudgeon niet beviel. „Is dat niet een vriendschap, die wat boven haar stand is?" vroeg Trudgeon. „De Penberthy's houden hun hoofd nog al hoog." „De Penberthy's zijn een zeer respec tabele familie," antwoordde David Os borne. „Misschien is meneer Penberthy niet zoo'n aristocraat als meneer Tre- mayne, maar hy heeft een heel goede po sitie." „En je dochter is dus bevriend met Ada Penberthy?" „Juffrouw Penberthy en Auriol zijn al jarenlang vriendinnen," antwoordde Da vid Osborne zelfvoldaan. „Is dat niet een beetje vreemd?" „Waarom zou dat vreemd zijn, me neer? Mijn dochter heeft een goede op voeding gehad, evengoed als juffrouw Penberthy." „Ja, maar meneer Penberthy is advo caat, terwijl jij „Terwijl ik?" „Kom Osborne, houd je nu niet zoo dom", en Trudgeon keek hem scherp aan. „Ik begrijp u niet." „Ja, dat doe je wel," en Arthur Trud geon trok zijn stoel wat dichter bij dien van den eigenaar van het huis. „Ik ben een heeleboel te weten gekomen," voegde hij er aan toe. „Te weten gekomen?" „David, het geeft je niets. Je weet, dat wij advocaten er slag van hebben om alles te weten te komen van oude, deftige families." „Wat zou ik met deftige families te maken hebben?" vroeg Osborne. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 5