DE ZEEUW Bevil Granville TWEEDE BLAD Het binnenlandsche politieke streven. i het cr^°U ei! ac'lter zien te komen, wie dan antwoordde Will, „en zei niets-maar zat stii ™l£°lgZei0™;et3' mSar h« lulS' Het ontslaan van personeel. Uit de Provincie WALCHEREN. VAN DINSDAG 16 JULI 1940. Nr 239. De „Rotterdammer" vestigt de aandacht op de belangrijke verklaring aangaande het binnenlandsch politiek streven, afgelegd van Duitsche zijde. Zij is van beteekenis niet alleen met het oog op de concentratiebewegingen op binnenlandsch politiek terrein, het ter rein dus waarop overheid en onderdaan elkaar meer 'direct ontmoeten, maar evenzeer met het oog op hetgeen zich ontwikkelt op het breede terrein der maatschappij. Men zoekt elkaar. Het concentratie verschijnsel is dus niet alleen actueel, maar ook actief. Op het gebied van kunst en cultuur is een overeenkomstig streven reeds tot ze kere resultaten gekomen. Wat op het terrein van het sociale le ven zich heeft ontwikkeld met behoud van hetgeen historisch naar onzen volks aard gegroeid was, mag evenzeer van groote waarde worden geacht. Cordiale samenwerking vereenigt hier vele hon derdduizenden. Op schoolgebied hebben we ook reeds verheugende verschijnselen waargeno men. Daar kan echter nog' meer gebeu ren. We hebben ons steeds als voorstan ders van zoo weinig mogelijk verbrokke ling doen kennen, omdat we in zulk een sterker eenheid op geestelijk gebied een versterking zagen van nationale kracht en allerlei andere voordeelen er aan za gen verbonden. Dat ook met betrekking tot het bin nenlandsche politieke terrein middel punt zoekende krachten met energie werkzaam zijn om -het Nederlandsche volk in een beweging te vereenigen, heeft in 't bijzonder onze belangstelling en instemming. We hebben nimmer ons ongunstig oor deel verholen over een kiesstelsel, dat tot hoogst bedenkelijke uitwassen kon leiden en ook heeft geleid en bovendien steun bood aan bepaalde meerderheids theorieën, waarin meer met het getal, dan met echten, gezonden volksinvloed gerekend werd en het gevaar schiep voor ontaarding van de rechte verhou ding tusschen overheid en parlement. Niet steeds zijn we aan dat gevaar ont komen. Het eigen recht der overheid, wier taak het is voor het volksgeheel recht te bestellen en rechtvaardigheid te betrachten, heeft meermalen schade ge leden. Aan deze schaduwzijden in ons poli tieke leven moeten en kunnen we ontko men. Ze hebben afgedaan en kunnen ver wijderd worden zonder dat de totale volksbelangen ook maar eenigszins scha de lijden. Ze zullen ook verdwijnen in de zen grooten tijd, die een saamsnoering I vraagt van al onze volkskracht om een I toekomst op te bouwen, die met funda- I menteel veranderde verhoudingen reke- ning houdt. Deze algemeene doelstelling behoeft I allerminst afbreuk te doen aan schakee- t ringen in ons geestelijke en religieuse I leven. Zelfs kan zij daarin een bron vin- I den voor het krachtig nastreven er van, I waarbij alle Nederlanders van goeden I wille elkaar kunnen en behooren te ont- I moeten. Een nationaal leven naar eigen I aar(i zai er juist kracht en steun uit put- I ten. In eigen kring moet dus het haard- I vuur brandend blijven. Het is ons aller taak om met volle in- I stemming zulk een unie van alle natio- B nale krachten te steunen. B De gelegenheid.er toe' wordt ons ge- I laten. I Haar niet te verzuimen, maar met,toe- I wading en van ganseher harte aan te tülLLElCN door JOSEPH HOCKING. 8') -o_ t "^.Will," Zei Seth na een lange stil- „Gesteld, dat die jonge hoe heette mj ook weer?" »Bevil Granville." „Gesteld, dat de jonge Bevil Granville nu gedaan heeft, en gesteld, dat hij ak Skaten is; wat zou je dan doen, aJsjeinzijn plaats was?" niet 11 em "T maar ik zal het liever SSen> wat ik hem doen zou," voeg- ae hij er aan toe. TO Ult te kiJken- dei'iika he1ï hier donker," zei hij ein- I maar Mm11 W 1S ket hier stil. Laten we weer aan het werk gaan." antwoordd^wT °Pr°°ken loöfnL^11 Vijf minnten- Ik ge- 200 veel' ia? i1J V00rt' "dat de jongen Sir Charii v. gekregen zou hebben, als zeten had.'^ met 200 achterheen ge- grijpen, moge het nationale doelwit wor den, dat ons allen bemoedigt, en bezielt in een periode der geschiedenis, waarin de zware beproeving ook ons deel werd, maar welke ook als het begin van een nieuwe aera in het leven van vele vol ken kan worden aangemerkt. Hierbij mogen wy niet aan den kant van den weg gaan zitten, opdat wij èn onze invloed, ontsproten uit onze begin selen, niet worden weggevaagd in den storm, welke over landen en volken gaat. Mag er van sabotage op groote schaal gesproken worden? De regeling voor tijdelijk personeel. Volgens den persdienst van de N. S. B. zou de verordening van 11 Juni 1940, betreffende het beperken van werk, wel ke verordening bepaalt, dat ontslagen van werknemers, na 9 Mei 1940 verleend, ongedaan moeten worden gemaakt, op groote schaal worden gesaboteerd en zouden toch vele ondernemers arbeiders hebben ontslagen zónder toestemming van de arbeidsinspecties. De juridische adviseur van het Ar beidsfront zou er in geslaagd zijn deze sabotage te breken door in het geval, dat een kantoorbediende zou zijn ontslagen, het bij den president der Rechtbank in kort geding gedaan weten te krijgen, dat dit ontslag ongedaan werd gemaakt, totdat het zou zyn goedgekeurd door de arbeidsinspectie of dat anders in de hoofdzaak zou zijn beslist. Naar wij bij informatie ter plaatse, waar men dit zeer zeker zou weten, ver namen, had men daar van „sabotage op groote schaal" nooit iets gehoord. Eén geval, als in de N. S. B.-circulaire wordt genoemd, geeft zeker nog geen recht en bewijs om een dergelijke krasse beschuldiging uit te spreken. De arbei ders en hun organisaties weten boven dien zeer wel den weg naar de arbeids inspectie als er sprake mocht zijn van een ontslag in strijd met bovenbedoelde verordening, die aan duidelijkheid niets te wenschen overlaat. Ook werden deze en dergelijke kwes ties besproken in de commissies, die uit de werkgevers- en werknemers-organisa ties van verschillende richting zijn ont staan en die regelmatig contact hebben met de officieele autoriteiten. Zoo kan om maar iets te noemen de verordening van 11 Juni 1940 moeilijkheden veroorzaken voor 'n werk gever, die personeel noodig heeft voor tijdelijke (seizoen-) werkzaamheden, wat in land- en tuinbouw in dezen tijd voor komt. Het is natuurlijk van belang en daarop is ook door Z. L. M. en C. B. T. B. nadrukkelijk gewezen dat er in elk landbouwbedrijf een behoorlijke kern van vast personeel moet zijn, dat in staat is straks het oogst- en bietenwerk te verrichten. Maar men kan niet eischen, dat een fruitkweeker 'b.v. het personeel, dat hij voor aardbeien- en bessenplukken tijde lijk noodig heeft, niet zou mogen ont slaan als dat werk afgeloopen is. Daarom is men na overleg tusschen de organisaties van werkgevers en werk nemers en de bevoegde autoriteiten tot deze regeling gekomen: Met ingang van 1 Juli wordt aan werk gevers vergunning verleend om arbei ders, die met het oog op een bepaald en met name aangewezen werk, dat ten hoogste drie weken duurt, voor dien tijd in dienst zijn of worden genomen, te ontslaan, mits zoodanige in dienstnemingen in het desbetreffende bedrijf gebruikelijk zijn. Wanneer dus in het landbouwbedrijf arbeiders met het oog op speciale werk zaamheden, die in dit bedrijf plegen te worden verricht, voor niet langer dan 3 weken in dienst worden genomen, dan behoeft voor hun ontslag niet de goed keuring van de Arbeidsinspectie te wor den gevraagd. Wel moet van het ontslag kennis worden gegeven (voor Zeeland aan de Arbeidsinspectie te Breda, Wil- helminastraat 35) onder opgave van a. den naam en het adres van den werkgever „Ik heb gehoord, dat Sir Charles een zure, akelige man was. Hij woonde wel in een groot huis, maar hij leidde een treurig leven. Het rechte van de zaak weet ik natuurlijk niet, maar hij verloor al vroeg zijn vrouw en had kind noch kraai. De menschen zeggen, dat hem dat bitter gemaakt heeft. Hoe het zij, de jon ge Bevil kreeg zeven jaar. Vreemd, vind je niet, dat je me aan hem herinnert? Je lijkt niets op hem. Je bent veel ouder en hebt een heel ander uiterlijk; maar kom, we moesten weer aan het werk." Bijna geen woord werd er meer tus schen hen gewisseld gedurende de eerst volgende vier uur; en toen de middag- ploeg hen kwam aflossen, merkte Will op, dat zijn kameraad norscher keek dan ooit. „Waarom kom je niet eens op een avond bij ons aanloopen?" vroeg Will, nadat ze hun kleeren verwisseld hadden. „Mijn vrouw en ik zullen je graag ont vangen." „De vrouwen schijnen me niet te mo gen," antwoordde Seth. „Misschien niet. Je. kijkt ook zoo zwart en je bent zoo stil. Als ik jou was, zou ik eens mijn best doen, om een beetje vroolijker te kijken. Waarom zoek je geen meisje „De meisjes willen niets van me we ten," antwoordde Seth. „Maar ik zal, als je het goed vindt, wel graag eens op een avond bij je aanloopen." b. het door den werkgever uitgeoefend bedrijf c. de plaats, war de werkzaamheden worden verricht of het werk is gelegen; d. den naam, de voorletters en het adres van den arbeider; e. de werkzaamheden, die deze te ver richten heeft; f. het tijdvak, waarvoor hij in dienst genomen is. De kennisgeving moet dadelyk na de indienstneming van den betrokken ar beider in tweevoud worden ingezonden. Er zijn dus behoorlijke waarborgen gesteld, dat van deze regeling voor tij delijke werkzaamheden geen misbruik wordt gemaakt. De georganiseerde arbeiders zullen overigens den weg wel weten naar hun hoofdbestuur, als zij meenen, dat de .verordeningen niet worden nageleefd. En deze hoofdbesturen zijn mans ge noeg, om, desnoods met hulp van de rechterlijke macht, overtreders tot de orde te roepen. Het is hun wel toever trouwd geschoold als ze zijn in een practijk van een reeks van jaren, om voor de belangen van hun leden op te komen, zoodat ze aan de adviezen van het nationaal-socialistische Arbeids front, dat feitelijk met zyn werk nog beginnen moet, wel geen behoefte heb ben. ZEEUWSCHE HYPOTHEEKBANK. Aan het jaarverslag over 1939 van de Zeeuwsehe Hypotheekbank te Middel burg ontleenen wjj het volgende: De resultaten van het afgeloopen boekjaar worden overschaduwd door de gebeurtenissen, welke zich in ons land in Mei 1940 hebben voltrokken. Van een aantal onderpanden van leeningen, voor al te Rotterdam, Middelburg en V I i s s i n g e n zijn de opstallen door de oorlogshandelingen of daardoor veroor zaakte branden verwoest. Bij het sluiten van dit verslag is een juist overzicht over de getroffen per- ceelen nog niet beschikbaar. Ook moet met zooveel factoren van den meest uit eenloopenden aard rekening worden ge houden, dat het op dit oogenblik ten eenenmale onmogelijk is te beoordeelen of en zoo ja, in welke mate het te niet gaan van onderpanden voor onze instel ling verlies zal meebrengen. Dat echter de sterk gewijzigde oeco- nomische omstandigheden niet zullen nalaten hun stempel te drukken op den financieelen weerstand van een aantal onzer debiteuren, moet wel als vast staand worden aangenomen. Met een en ander rekening houdend, zijn de afschrijvingen ten laste van de verlies- en winstrekening zoodanig vast gesteld, dat het saldo slechts voldoende is voor uitkeering van de statutaire 4 pet. over het bedrag der onverplichte kapitaalstortingen. Het geplaatste maat- schapp. kapitaal bedraagt f 2.250.000, waarop verplicht is gestort 10 pet. Er zijn 87 aandeelen volgestort, waarvan vijf in den loop van dit jaar. Tot 1 Maart 1939 werden gesloten 4Q69 leeningen tot een bedrag van f 61.277.656, in dit boekjaar werdén ge sloten 31 leeningen tot een bedrag van f 603.495, totaal 4100 leeningen tot een bedrag van f 61.881.151. Tot 1 Maart 1939 werd af gelost f 44.188.856, in dit boekjaar werd afgelost f 1.048.457,50, of f 45.237.314 totaal. Op 29 Febr. 1940 stonden uit 1005 lee- ningén tot een bedrag van f 16.643.837. De gemiddelde rente der in dit boekjaar gesloten leeningen bedraagt 4.5292 pet. De gemiddelde rente van alle leeningen bedroeg op het eind van het boekjaar 4.4356 pet. In het afgeloopen jaar was men genoodzaakt in vier gevallen tot executie over te gaan. Aan hypotheken staat uit f 16.643.837. De onrorende goederen staan te boek voor f 541.450 (v. j. hypotheken en panden voor f 17.088.800), het belegde reserve fonds voor f 585.964, kas en kassiers voor f 39.290 (v.j. eff. en geldmiddelen f673.404). Aan pandbrieven staat uit f 16.823.200 Het was half drie toen hij thuis kwam, en nadat hij gegeten had, ging hij een eindje loopen. Om een uur of vier kwam hij langs de school, die juist uit was. De school lag aan het uiteinde van de stad, en de weg was vol jongens en meisjes. Wat aanleiding gegeven had tot den twist weet ik niet, maar juist, toen Seth er aan kwam, gooide een groote, forsche jongen, Dick Crowle geheeten, een man ken jongen in de greppel en ranselde er duchtig op los. Zonder een seconde te aarzelen vloog Seth er heen en ontzette den kreupelen jongen. Hij greep Dick Crowle in zijn nek en schudde hem als een waterrat. „Jou lafaard!" riep hij. „Als je wil vechten, vecht dan met een jongen van je eigen grootte!" „Laat los!" jammerde Diek. „Hij is ouder dan ik. Laat los! Ik stik." „Wat is er aan de hand?" Het was een meisjesstem, die dat vroeg, en Seth liet instinctmatig Crow le los. Toen hij zich omkeerde, zag hij een meisje van een jaar of twintig. Het meis- 1 je had een slank, goed gevormd figuur tje, en had er blijkbaar slag van, om zich te kleeden, want haar pakje hoewel eenvoudig en van goedkoope stof, had een goeden snit en stond haar uitste- kend. Het leek hem, alsof hij haar al eens meer gezien had, maar hij was er niet (f 17.451.100). Het reservefonds be draagt f625,334 (f625.334). Aan credi teuren is verschuldigd f 149.491 (v.j. f195.369). De winst- en verliesrekening vermeldt debet aan onkosten f 57.096, interest pandbrieven f 610.433, belegd reserve fonds f 20.126, afschrijvingen f 115.586, 4 pet dividend onverplicht gestort f 4.566 en credit, saldo vorig boekjaar f 1.423, interest hypotheken f746.604, interest f 1.323, provisie f 1.160, vergoeding voor verhoogde aflossing f 5.891, exploitatie onroerende goederen f 20.958, koersre- kening pandbrieven f 22.934, diversen f186. Domburg. Zaterdagavond had een man, niet in onze gemeente woonachtig, te veel aan Bachus geofferd. In een toe stand, waarin hij zichzelf niet meer meester was had hij in enkele café's de orde verstoord, terwijl hij daarna op de straat zich verzette tegen den rijksveld wachter, die tot zijn arrestatie was over gegaan. Na den nacht in de cel te hebben door gebracht is hij Zondagmorgen in vrijheid gesteld. In. de Ned. Herv. Kerk alhier zal met ingang van a.s. Donderdag en ver volgens eiken Donderdagavond, zoolang dit met het oog op het licht mogelijk is, des avonds om 8 uur een korten dienst van hoogstens drie kwartier worden ge houden. Zulks geschiedt ten einde de gemeente de gelegenheid te geven gezamenlijk in een gebedsure samen te komen. Westkapelle, De collecte voor het Na tionaal Hulpcomité heeft in deze gemeen te de som van f 953,40 opgebracht. St Laurens. Gemeenteraad. Maandagmiddag vergaderde de Raad voltallig. De voorzitter gaf in een toe spraak uiting aan zijn gevoelens van grooten dank ,dat niet alleen alle raads leden, maar ook al de ingezetenen in het leven zyn behouden en dat deze ge meente wonderlijk is gespaard gebleven. Onze gedachten, aldus Spr., gaan uit naar de naburige gemeenten, inzonder heid Middelburg, waar zooveel is ver woest en ik weet namens u allen te spre ken, wanneer ik hier een woord van deelneming spreek ten opzichte van al diegenen, die zoo zwaar werden getrof fen. Van deze plaats wil ik een woord van hartelijken dank brengen aan allen, die hebben bijgedragen voor het Natio naal Hulpcomité. De opbrengst van ruim f1400 heeft inderdaad de verwachting verre overtroffen, te meer omdat met de van de zijde der Kerken gehouden col lecten voor de getroffenen, in totaal ongeveer f 2000 is geofferd. Als ik hier in mag zien een uiting van gemeen schapszin, dan hoop ik, dat het daarbij niet zal blijven, maar dat allerwege zal worden ingezien, dat de geteisterde stre ken in ons land er recht op hebben, dat zij spoedig zullen worden geholpen. Een hulp, geboden en geleid van hooger hand, maar gedragen door geheel ons volk. Moeilijke weken liggen achter ons, in welke de bevolking zich flink heeft ge houden en groote hulpvaardigheid heeft getoond, vooral in dagen van inkwartie ring en evacuatie. Ik breng ook hartelijk dank aan hen, die mij in die moeilijke dagen trouw ter zijde hebben gestaan. Ik denk daarbij aan het personeel van de secretarie, het hoofd, waarnemend hoofd en het perso neel van den luchtbeschermingsdienst, de commissie voor evacuatie en den veld wachter. Met voldoening kan ik ook melding maken, dat de houding der bevolking te genover de Duitsche bezetting in onze gemeente correct is. Ik verwacht, dat dit zoo zal blijven. Slechts door een waardige en correcte houding zijn moeilijkheden te voorkomen. Laten wij allen in rustig vertrouwen onzen plicht vervullen, daarbij het oog gericht houdende op Hem, Die alleys be stuurt, die ons gespaard en bewaard heeft en aan Wien wij de toekomst vei lig overlaten. Weth. Wondergem dankte den voor zitter, die met het personeel in de laat ste weken, ja maanden, zoo ontzettend zeker van. Zij leek hem iemand uit 'n heel andere wereld dan de zijne: vol ge luk en hoop. Op dit oogenblik keek zij echter boos. Haar donkere oogen fonkel den, en haar gelaat drukte verontwaar diging uit. Het bloed was haar naar het hoofd gestegen, en zij zei opgewonden: „Wat mankeert u, om een jongen zoo te behandelen? U is de lafaard. U moest afgeranseld worden!" Seth zei niets. Hij keek haar vol be wondering en verbazing aan. Hij was op het punt, zijn daad te verontschuldigen, maar kwam er niet toe. „Juffrouw, Dick Crowle had Charlie erg gestompt en getrapt, daarom is die man er tusschen gekomen." Het was een van de schoolmeisjes, die dit zei. „Ja, juffrouw," voegde een ander meisje er aan toe, „en Charlie Nancar- row had hem niets gedaan." „Is dat waar, Dick?" vroeg de onder wijzeres. „Had jij Charlie geslagen?" „Hij schreeuwt al, als je maar naar hem wijst," antwoordde Dick. „Hij had me getreiterd," en Dick liep sloffend weg. „Het spijt me, dat ik dat tegen je ge zegd heb," zei het meisje. Seth antwoordde niet dadelijk. Dat dit vroolijke, zonnige schepseltje zich tegen hem verontschuldigde, maakte, dat hij niets zeggen kon. „Het is niets, juffrouw", bracht hij veel werk heeft moeten verzetten en dit nog steeds moet. Hij denkt hierbij aan de werkzaamheden verbonden aan inkwar tiering, evacuatie, hulp by de ramp van Middelburg. Vergeten mogen ook niet worden de beslommeringen inzake den luchtbescher mingsdienst en de groote drukte, daar onze gemeente werd aangewezen als ver zamelplaats van wapenen, munitie en militaire goederen. En boven dit alles is hier het Distributiekantoor gevestigd voor de 17 plattelandsgemeenten van Walcheren, waar de werkzaamheden, ook voor den voorzitter, als hoofd van den kring, dagelijks toenemen. Voor dit alles en de wijze waarop de voorzitter dit gedaan heeft, zegt Spr. (zeer zeker namens zeer vele gemeente leden) hartelijk dank en wenscht hem toe, dat hem nog vele jaren de lust en de kracht moge worden geschonken om met Gods hulp deze gemeente te bestu ren. De voorzitter dankt wethouder Won dergem voor zijn hartelijke woorden- Van het gemeentebestuur van Vlissin- gen was een dankbetuiging in gekomen voor de ondervonden steun en medewer king by de evacuatie van de bevolking van Vlissingen. 'De door het comité voor het Tehuis voor militairen aan de ge meente aangeboden inventaris van het Tehuis wordt onder dank aanvaard. De voorzitter deelde mede, dat de opbrengst van de verkochte boomen van het ter rein rond de ruine f 100 heeft bedragen. Dhr Vader vraagt inlichtingen over eventueele evacuatie van Vlissingen, welke hem door den voorz. worden ver strekt. Dhr Barentsen vraagt in verband met een bericht in de dagbladen, dat er een nieuwe weg langs deze gemeente zal worden aangelegd, hoe het staat met de plannen voor de verbetering van den Noordweg en den aanleg van trottoirs. De voorzitter antwoordt, dat bedoelde nieuwe weg in het streekplan Walcheren is opgenomen en dat de verbetering van den Noordweg, ook in verband met de tijdsomstandigheden, op moeilijkheden stuit. Het ligt dan ook in het voornemen van B. en W. om zoo spoedig mogelijk een tydeljjke voorziening tot stand te doen komen. Goedkeuring werd verleend op de door B. en W. genomen besluiten t.w. wijziging van de begrooting 1939, vast stelling van de rekening van het Burger lek Armbestuur over 1939 met een be drag van f 1234,96 aan inkomsten en f 1158,11 aan uitgaven, vaststelling van de belooning van den eersten volontair ter secretarie op f 40 per maand en van den tweeden volontair op f 20 per mnd, aanleg van een gasleiding in het Verga derlokaal, bouw van een schuilkelder achter het gemeentehuis, aankoop van een schrijfmachine en bestrating van het plein bij de werkloods. De belooning van het personeel van het Distributiekantoor wordt vastgesteld overeenkomstig de door de Commissie aangenomen bedragen. Naar aanleiding van het verzoek van de Z. L. M. om een jaarlijksche subsidie voor de te Middelburg opgerichte Lagere Landbouwschool, wordt besloten tot we deropzegging een jaarlijksch subsidie van f 20 voor de eerste 5 leerlingen en f 15 voor de de volgende leerlingen toe te kennen. De gemeenterekening over het dienst jaar 1939 wordt voorloopig vastgesteld op een bedrag van f 45.956,53 in ontvang en f 43.323,93 in uitgaaf voor den gewo nen dienst en voor den kapitaaldienst op f 4279,50 in uitgaaf en f 2000 in ont vang. De voorzitter vestigt er de aan dacht op, dat, hoewel de gewone dienst oogenschijnlijk een goed slot van 2632,60 gld. aangeeft, er in werkelijkheid een na- deelig saldo van f 867,63 op deze reke- ning is, zulks in verband met de buiten gewone uitgaven in het afgeloopen jaar. Op voorstel van B. en W. wordt be sloten de karrenloods, het brandspuit huis en de werkloods met inventaris te gen brandschade te verzekeren voor een totaalsom van f 7500. Daarna wordt de gemeentebegrooting voor 1941 aangeboden met voor den ge wonen dienst een bedrag van f 43.266 in ontvang en uitgaaf. eindelijk met moeite uit. Daarop lachte hij en liep verder. Het was maar een klein voorval, en hij was boos op zichzelf, dat hij zoo onhan dig was geweest; maar hij voelde, waar om, dat wist hij niet, dat er een nieuwe invloed in zijn leven gekomen was. HOOFDSTUK V. Een nieuw gevoel. Seth keerde eerst laat op den avond naar huis terug, en was nog stiller dan ooit. „Voel je je niet goed?" vroeg Susan Curner vriendelijk. Hij antwoordde niet, maar keek in het boek over mineralogie, dat hij van het boekenrek had genomen. „Wie is David Osborne?" vroeg hij even later. „David Osborne? Wel, dat is de vader van Auriol Osborne, d'e onderwijzeres is aan de lagere school." „Ze lijken niets op elkaar." „Neen; heb je dat ook al gezien?" „Is hij hier uit de plaats vandaan?" „Neen; maar hij is hier al komen wo nen, toen Auriol nog een heel klein meis je was." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

De Zeeuw. Christelijk-historisch nieuwsblad voor Zeeland | 1940 | | pagina 5